Cees Hagenbeek
Sulpicus van Charroux
Sulpicus van Charroux, graaf van La Haute Marche.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Boso I  †968   


Elburg van Polanen van der Leck van Asperen
Elburg van Polanen van der Leck van Asperen1,2, Vrouwe van half-Asperen, ovl. voor 1426.

Elburg van Polanen van der Leck van Asperen.
Den 9den Mei 1366 ontvangt Elburch, vrouwe van Asperen, dochter van Heer Otto van Asperen Heer van Asperen en van Aleyd, natuurlijke dochter van Guy van Avesnes, bisschop van Utrecht, na dode van haar zuster Aleyd , vrouw van heer Walraven van Valckenborch, heer tot Born, van Sittard en van Herpen, van den graaf van Holland te leen het huis te Wadenburg, de stad en heerlijkheid van Asperen en het huis te Lingenstein en maakt deze goederen te lijftocht aan haar echtgenoot Dirck van Polanen. Getuige hierbij was hair Jan van Langherake.

Zij liet den toren van de kerk te Asperen bouwen en legde daarvoor den eersten steen, die het opschrift draagt: „Int iaer dusent vier hondert en een leet Vrou Elborg den eersten steen.

tr. (1)
met

Johan van Polanen, zn. van Otto III van Asperen van Polanen (heer van Asperen) en Johanna van Voorst en Keppel (vrouw van Voerst en Keppel), heer van Voorst, tr. (1) met Katharina von Gemen, dr. van Heinrich III von Gemen en Catharina von Bronckhorst. Uit dit huwelijk geen kinderen.

tr. (2) voor 1409
met

Jan (Johan) van Langerak1,2, zn. van Gijsbrecht van Langerak (heer van Langerak en half Nieuwpoort) en Johanna van Heusden en van Drongelen, geb. na 1380, Heer van half-Nieuwpoort en Langerak en Goudriaan, ovl. voor 12 sep 1438, tr. (2) met Agnes van Nahusen1. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Jan (Johan) van Langerak.
Beleend met Langerak 1405; dijkgraaf van de Alblasserwaard 1409; wordt aangesteld tot drost, baljuw en rentmeester van het land van Altena en tot kastelein van Loevestein 9-5-1411 en 13-5-1413; doet afstand van zijn leen Giessen, ‘s-Gravenhage 25-7-1413; kastelein van Woudrichem.
12-2-1415; belooft, met de edelen en steden van Zuid-Holland, Jacoba van Beieren als erfdochter en opvolgster te zullen erkennen 15-8-1416; door haar belast met het bestuur van de goederen van Jan en diens broer Willem van Egmond en het kasteleinschap van Rijnegom, ‘s-Gravenhage 20-7-1417; beleend met half Nieuwpoort en de hofstee Langenstein 16-3-1420; baljuw van Schoonhoven 1422; maakt een magescheid met zijn dochter Elburg en haar man wegens de nalatenschap van haar moeder 16-12-1433.
baljuw van Schoonhoven 1422, rentmeester.

Uit dit huwelijk 2 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elburg*1412  †1488  76
Elburg*1410  †1483  73



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.De Nederlandsche Leeuw (DNL), vanaf 1883
3.Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage

Bernhard I van Périgord
Bernhard I graaf van Périgord, graaf van Périgord en Agen 920-936, ovl. na 962.

Bernhard I graaf van Périgord.
Grandin, 962 Ererbung von Angouleme.

relatie
met

Garsinde .


Garsinde
Garsinde .

relatie
met

Bernhard I graaf van Périgord, zn. van Willem van Périgord en Agen (graf van Périgord en Agen), graaf van Périgord en Agen 920-936, ovl. na 962.

Bernhard I graaf van Périgord.
Grandin, 962 Ererbung von Angouleme.


Niketos van Skleros
Niketos van Skleros, geb. circa 885.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Constantijn*920  †980  60


Otto III van Asperen van Polanen
Otto III (Otto) van Asperen van Polanen1,2, heer van Asperen.

Otto III van Asperen van Polanen.
Vermeld als knape 4-7-1383, als ridder en raad van hertog Albrecht 18-4-1391; wordt evenals zijn vader en zijn broers verbannen 28-5-1393, doch krijgt vergiffenis 1-5-1397; wordt door hertog Albrecht als heer van Voorst en Keppel beleend met alle goederen welke zijn schoonvader in leen had.
gehad 2-1-1402; wordt vermeld als heer van Voorst 31-3-1402 en 30-1-1404; geeft samen met zijn echtgenote stadsrecht aan Keppel 17-9-1404; wordt door graaf Willem VI opnieuw beleend 11-1-1407; door het overlijden van zijn vader ook heer van Asperen 1412/13; draagt samen met zijn echtgenote Voorst en Keppel op aan hun zoon Johan (onder beding die beide heerlijkheden te allen tijde ongesplitst te laten) 1416; zegt de toekomstige gravin Jacoba zijn steun toe 15-8-1416; tekent de Gelderse landvrede 29-9-1419; draagt samen met anderen het land van Dalem over aan hertog Arnold van Gelre 9-6-1425.

tr.
met

Johanna van Voorst en Keppel (van Voorst en Keppel1,2) (Voorst en eppel, van), dr. van Wolter heer van Voerst en van Keppel en Kunigunde von Mörs, vrouw van Voerst en Keppel (Vrouwe van Voorst en keppel).

Johanna van Voorst en Keppel.
Johanna van Voerst, vrouw van Voerst en Keppel en zeker de dochter van Wolter, heer van Voerst en Keppel, was gehuwd met Otto van Polanen, heer van Asperen, volgens VAN LEEUWEN, Batavia illustrata , blz. 1160, zoon van Dirck van Polanen, geheeten van der Lecke, en van N. N. van Arkel, vrouw van Bergambacht, Stolwijk en Asperen. Den 31 Maart 1402 wordt hij Otto van Asperen, heer van Voerst, genoemd (VAN DOORNINCK , Tidr. Reg, II , 92)) een teeken, dat hij toen reeds gehuwd was.r-- 1404, 17 April. Otto van Asperen, ridder, heer van Voerst en Keppel, en Johanna, vrouw van Voerst, Asperen en Keppel, geven stadsrechten aan Keppel (NIJHOFF, Bijdr, IX, II, 88). Otto en Johanna droegen in 1416 Voerst en Keppel op aan hun zoon Johan van Asperen, onder beding die beide heerlijkheden ten allen tijde ongesplitst te laten.

Uit dit huwelijk 6 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan     
Cunegonda     
Belia*1415 Hummelo †1487  72
Elburg  †1426   
Dirkje*1400     
Alverada     



Bronnen:
1.Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage
2.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883

Donald II of IV van Schotland
Donald II of IV (Dasachtach, Domhnall IV/V) van Schotland, koning van Schotland 900, ovl. Dunnottar [Groot Brittanië] in 900.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Malcolm I  †954 Moray  


Wouter 'Stoutkind' van Egmond gen. van Haarlem
 
Wouter 'Stoutkind' van Egmond gen. van Haarlem1, ridder 1250, ovl. na 1266.


Wouter 'Stoutkind' van Egmond gen. van Haarlem.
Hij is een nieuwe element in de stamboom. Groesbeek heeft hem aan de vergetelheid ontrukt. Deze Wouter ging door het leven als Wouter van Haarlem maar gebruikte het Egmondse wapenzegel. Hij zal naar zijn moederlijke grootvader Wouter van Haarlem zijn vernoemd. Volgens Groesbeek behoorde het losse wapenzegel van deze Wouter (genoemd van Haarlem) van Egmond dan ook niet bij de oorkonde van 1237 waarin inderdaad een Wouter van Haarlem getuigde hij werd  10 Maart 1250 door Simon van Haarlem, die hem zijnen zwager noemt, met verschillende goederen onder Heemskerk en omstreken werd beleend (zie beneden bewijsstuk I ) .
Zijne nakomelingen bleven langen tijd in het bezit dier goederen en bewaarden zorgvuldig als bewijs " hunner rechten daarop den brief van 1250, die ons bekend is door twee vidiniussen daarvan kort na elkander afgegeven door Jacoba' van Beyeren aan Aelbrecht van Egmond, afstammeling in den.
vijfden graad van heer Wouter, (Hollandsche leenkamer.
n° 62, bl. 90 en 95vs.

 


Hij krijgt 2 zonen:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gerrit  †1320   
Floris     



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883

Arpad van Hongarije
Arpad van Hongarije, vorst van Hongarije in 886, ovl. in 907.


Hij krijgt een zoon:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Zoltan*896  †949  53


Gerard II van Egmond
 
Gerard II van Egmond1, geb. Egmond aan den Hoef in 1200, ovl. Candia, Kreta [Griekenland] op 25 dec 1242.


Gerard II van Egmond.
hij volgde zijn vader in 1234 in de lenen op. Hij bezocht twee keer het Heilige Land en zou op de laatste reis zijn overleden en te Candia, op Kreta, in het Minnebroedersklooster begraven zijn. Op 08-10-1229 laat hij een kapel wijden in het slot op den Hoef.

 
 

tr. (1)
met

Mabelia 1, ovl. op 29 mei 1223.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Sophia  †1309 Jacobswoude  

tr. (2)
met

Beatrix Woutersdr (Beatrix Willems) van Haarlem, dr. van Wouter Simonsz van Haarlem (heer van Bergen) en Sophia van Teijlingen, geb. Haarlem circa 1205, ovl. Leiden na 1263 (25 dec 1262).

 


Beatrix Woutersdr van Haarlem.
vermeld 1263.

Uit dit huwelijk 6 kinderen, waaronder:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Willem II*1221  †1304 Egmond 82

tr. (3)
met

Elisabeth de Rover van Montfoort, ovl. in 1262.


Bronnen:

1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Genealogie der heren en graven van Egmond (B 038), A.W.E. Dek, 1970 (blz. 9)
3.Floris V, een politieke moord in 1296 (B 207), Prof. dr. E.H.P. Cordfunke, Walburg Pers, Zutphen, 2011 (blz. 71)

Maroth van Bihar
Maroth van Bihar, vorst van Bihar.


Hij krijgt een dochter:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
NN     


Mabelia
Mabelia 1, ovl. op 29 mei 1223.

tr.
met

Gerard II van Egmond1, zn. van Willem heer van Egmond (13e Heer van Egmont 1208-1234) en Clementia Badeloch van Amstel, geb. Egmond aan den Hoef in 1200, ovl. Candia, Kreta [Griekenland] op 25 dec 1242, tr. (3) met Elisabeth de Rover van Montfoort. Uit dit huwelijk geen kinderen.

 


Gerard II van Egmond.
hij volgde zijn vader in 1234 in de lenen op. Hij bezocht twee keer het Heilige Land en zou op de laatste reis zijn overleden en te Candia, op Kreta, in het Minnebroedersklooster begraven zijn. Op 08-10-1229 laat hij een kapel wijden in het slot op den Hoef.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Sophia  †1309 Jacobswoude  



Bronnen:
1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883

Waleran van Valois en Vexin
 
Waleran (Walram) (Waleran I) van Valois en Vexin (Meulan, de), geb. circa 885, graaf van Vexin, graaf van Pontoise, ovl. in 965.


Waleran van Valois en Vexin.
Vogt der Abtei St.Denis, deren Bannerträger (der Oriflamme), bei Stokvis: Gemahlin Hildegard von Flandern.

tr.
met

Hildegarde Baudouinides, geb. Gent [België] circa 934, ovl. Meulan [Frankrijk] op 15 apr 990, begr. aldaar.

Uit dit huwelijk 2 zonen:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Robert*950 Amiens [Frankrijk] †1037 Dreuil-lès-Amiens [Frankrijk] 87
Walter I  †987   


Adelheid van Dreux
Adelheid van Dreux.

tr.
met

Landerich van Dreux, geb. Dreux [Frankrijk] circa 915, graaf van Dreux.

Uit dit huwelijk een dochter:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Eva/Adelheid*945  †1017  72


Landerich van Dreux
Landerich van Dreux, geb. Dreux [Frankrijk] circa 915, graaf van Dreux.

tr.
met

Adelheid van Dreux, dr. van Fulco I de Rode van Anjou (graaf van Anjou) en Roscilla van Loches (gravin van Anjou).

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Eva/Adelheid*945  †1017  72


Hendrik van Boutershem
Hendrik van Boutershem1, geb. circa 1280, heer van Boutershem, ovl. op 11 jul 1302.

tr.
met

Maria van Hemricourt, dr. van Guillaume Mauclerc de Hemricourt (ridder) en Catherine de Coucy de Berlaymont, geb. circa 1250, erfdochter van Hemricourt, Vrouwe van Kikempoix, ovl. op 19 nov 1304, tr. (2) met Arnoul V de Walhain. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Maria  †1325   10 
Henrick VI  †1333   



Bronnen:
1.Ons Voorgeslacht (OV nieuw), Periodiek (OV), Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie, Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie, Rotterdam, vanaf 1946 (blz. 131)
2.Europäische Stammtafeln (ES 8), Detlev Schwennicke, Marburg [Duitsland], 1980 (blz. 29)

Leszek IV van Polen
Leszek IV van Polen, hertog van Polen 892, ovl. in 921.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Ziemonslaw  †964   


Johanna van Voorst en Keppel
Johanna van Voorst en Keppel (van Voorst en Keppel1,2) (Voorst en eppel, van), vrouw van Voerst en Keppel (Vrouwe van Voorst en keppel).

Johanna van Voorst en Keppel.
Johanna van Voerst, vrouw van Voerst en Keppel en zeker de dochter van Wolter, heer van Voerst en Keppel, was gehuwd met Otto van Polanen, heer van Asperen, volgens VAN LEEUWEN, Batavia illustrata , blz. 1160, zoon van Dirck van Polanen, geheeten van der Lecke, en van N. N. van Arkel, vrouw van Bergambacht, Stolwijk en Asperen. Den 31 Maart 1402 wordt hij Otto van Asperen, heer van Voerst, genoemd (VAN DOORNINCK , Tidr. Reg, II , 92)) een teeken, dat hij toen reeds gehuwd was.r-- 1404, 17 April. Otto van Asperen, ridder, heer van Voerst en Keppel, en Johanna, vrouw van Voerst, Asperen en Keppel, geven stadsrechten aan Keppel (NIJHOFF, Bijdr, IX, II, 88). Otto en Johanna droegen in 1416 Voerst en Keppel op aan hun zoon Johan van Asperen, onder beding die beide heerlijkheden ten allen tijde ongesplitst te laten.

tr.
met

Otto III (Otto) van Asperen van Polanen1,2, zn. van Diederick (Dirck) van Polanen (2e Heer van Asperen, drost van Heusden.) en Elburg van Arkel van Asperen, heer van Asperen.

Otto III van Asperen van Polanen.
Vermeld als knape 4-7-1383, als ridder en raad van hertog Albrecht 18-4-1391; wordt evenals zijn vader en zijn broers verbannen 28-5-1393, doch krijgt vergiffenis 1-5-1397; wordt door hertog Albrecht als heer van Voorst en Keppel beleend met alle goederen welke zijn schoonvader in leen had.
gehad 2-1-1402; wordt vermeld als heer van Voorst 31-3-1402 en 30-1-1404; geeft samen met zijn echtgenote stadsrecht aan Keppel 17-9-1404; wordt door graaf Willem VI opnieuw beleend 11-1-1407; door het overlijden van zijn vader ook heer van Asperen 1412/13; draagt samen met zijn echtgenote Voorst en Keppel op aan hun zoon Johan (onder beding die beide heerlijkheden te allen tijde ongesplitst te laten) 1416; zegt de toekomstige gravin Jacoba zijn steun toe 15-8-1416; tekent de Gelderse landvrede 29-9-1419; draagt samen met anderen het land van Dalem over aan hertog Arnold van Gelre 9-6-1425.

Uit dit huwelijk 6 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan     
Cunegonda     
Belia*1415 Hummelo †1487  72
Elburg  †1426   
Dirkje*1400     
Alverada     



Bronnen:
1.Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage
2.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883

Thietburga
Thietburga .

tr.
met

Ezzo van Lotharingen, zn. van Herman I van Lotharingen en Heilwig von Dillingen, geb. in 954, paltsgraaf Lotharingen, ovl. Saalfeld op 21 mei 1034.

Ezzo van Lotharingen.
Ezzo van Lotharingen (ook: Ehrenfried) (ca. 955 - Saalfeld/Saale, 21 maart 1034) was paltsgraaf van Lotharingen en de machtigste edelman van Duitsland. Hij is de stamvader van de Ezzonen.
Ezzo volgde zijn vader Herman van Lotharingen op als paltsgraaf van Lotharingen en graaf van de Auelgau en de Bonngau. Hij woonde op de Tomburg, een kasteel bovenop een vulkanische rots, in de omgeving van Rheinbach. Door zijn controle over de handel langs de Rijn verwierf hij grote rijkdom, en leefde hij voortdurend op gespannen voet met de bisschoppen van Keulen. Hij trouwde in het voorjaar van 991 met Mathilde (979 –  4 november 1025), een zuster van koning Otto III. Mathilde was van jongsafaan opgevoed in het Sticht Essen, vermoedelijk om daar later abdis te worden. Haar huwelijk met Ezzo was vermoedelijk een politiek huwelijk, om Ezzo's steun voor het koningschap van de minderjarige Otto te verzekeren. Mathildes bruidsschat omvatte grote bezittingen in Thüringen en Franken.
Na de dood van Otto III probeerde Ezzo om zijn zoon Liudolf tot koning te laten kiezen. Door de listige politiek van zijn tegenstanders lukte dat niet en werd Hendrik II in 1002 tot koning gekozen. Hendrik bepaalde dat Mathildes bruidsschat terugviel aan de keizer. Hierdoor begon een langdurige vete tussen Hendrik en Ezzo. In 1012 werd die beslecht doordat Ezzo Hendrik versloeg bij Odernheim. Er werd een regeling getroffen waardoor Ezzo grote bezittingen bij Duisburg, Saalfeld en Kaiserswerth verwierf.
In 1024 stichtten Ezzo en Mathilde de abdij van Brauweiler waar beiden na hun dood werden bijgezet. Toen Mathilde in 1025 overleed, was de kloosterkerk van Brauweiler nog in aanbouw, haar begrafenisdienst werd daarom in een tent gehouden. Ezzo zou zijn overleden aan een ziekte, waarmee hij door een minnares zou zijn besmet.
Ezzo was zoon van paltsgraaf Herman van Lotharingen en diens vrouw Heilwig, dochter van Hucbold van Dillingen (graaf van Dillingen en Donauwörth) en Dietberg. Mathilde was dochter van keizer Otto II en keizerin Theophanu.
Het is opmerkelijk dat 8 kinderen van Ezzo abt of abdis werden, en dat bijna allemaal van oude en rijke kloosters die traditioneel sterke banden hadden met de Frankische en Duitse koningen. Dit onderstreept nog een keer de bijzondere machtspositie van Ezzo.

Uit dit huwelijk 3 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Wazela     


Aeda van Italië
Aeda van Italië.

tr.
met

Billung I , graaf.

Billung I .
De Billungers vormen een adellijk Saksisch geslacht uit de vroege middeleeuwen. Ze worden onderscheiden in oude en jonge Billungers, waarbij de familiebanden tussen beide niet altijd duidelijk zijn. Tot de familie behoort ook de "princeps" Billung, die door zijn dochter Oda (-913) de schoonvader van de Saksische graaf Liudolf (-866) werd, de stamvader der Liudolfingers.
De oude Billungers zijn afkomstig uit Wetigau en behoorden tot de belangrijkste families van Oost-Saksen ten tijde van Karel de Grote. De eerste met naam bekende Billunger is graaf Wichman Billung (Wychmannus), die in 811 onderhandelingen aan de Eider gevoerd zou hebben. Wichman II was graaf in Hamaland. Zijn zoon graaf Egbert, vermoedelijk de grootvader van Herman Billung (-973), kreeg van koning Arnulf (850-899) gebieden in Bardengouw toegewezen.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Oda  †913