Cees Hagenbeek
Willem van Périgord en Agen
Willem van Périgord en Agen, graf van Périgord en Agen, ovl. in 920.


Hij krijgt 2 kinderen:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Emma     
Bernhard I  †962   


Andries van Barten
Andries van Barten.


Hij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Kathrina~1710 Leiden †1788 Leiden 78


Constantine I AODF Whitefoot
Constantine I AODF Whitefoot (McAlpin), koning van Schotland 877, ovl. Dollar [Groot Brittanië] circa 876.

 


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Donald II  †900 Dunnottar [Groot Brittanië]  


Margaretha van Wesemaele
Margaretha van Wesemaele2,1 (van Merxsem), geb. circa 1247, gecompenseerdmet half Oplinter want de andere helft behoorde aan het geslacht Van Kraainem, ovl. op 25 mrt 1302.

Margaretha van Wesemaele.
Maria van Wezemaal, vrouwe van Schoten, Merksem, Ettenhove en Bergen op Zoom, vermeld 1353-tna 1390, dochter van Gerard en Maria van Wilre, gehuwd met Hendrik van Boutersem, heer van Kinkempois, ridder, 1351 overl. na 1370,gebruikte twee enigszins, aar essentieël, verschillende zegelstempels. Van het eerste zegelstempel is een afdruk van 9 mei 1354 bewaard gebleven en van het tweede zegelstempel een van 6 sep 1355. Op het eerste zegelstempel voerde zij een gedeeld wapen: 1e drie maliën met een schildhoofd met drie palen en 2e drie lelies met een barensteel van drie hangers. Het rechterwapen op dit zegel is dat van haar echtgenoot Hendrik van Boutersem en het linkerwapen dat van haar grootvader Gerard van Wezemaal, heer van Schoten en Merksem, en vermoedelijk ook dat van haar vader.

tr. (1) op 17 apr 1277
met

Hendrik V van Boutersem, zn. van Hendrik IV van Boutershem en NN Gillisdr Berthout, geb. circa 1256, heer van Boutersem, heer van half Oplinter, ovl. op 16 jan 1294.

Hendrik V van Boutersem.
onmondig 1236, ridder vermeld 1236, 1254-1279.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hendrik*1280  †1302  22

tr. (2) op 9 mrt 1263
met

Johan II van Heverlee1, geb. in 1240, heer van Heverlee en Vaelbeeck, baljuw van Berchem, ovl. in 1277, tr. (2) in 1255 met Maria van der Aa. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Johan II van Heverlee.
Van Margareta is bekend dat ze de 2e vrouw was van Jan II van Heverlee (in 1255 gehuwd met Maria [van Aa]. Het vroegste moment dat ze gehuwd blijkt uit 1263. Uitgaande dat dit ook meteen het huwelijksjaar van haar is geweest en de veronderstelling dat ze dan minimaal 14/15 jaar zal zijn geweest mogen we stellen dat Margareta uiterlijk in 1248/49 geboren kan zijn. Dan bestaan er twee opties: .
1. Margareta is het jongste kind van Arnold III van Wezemaal en Beatrix van Breda, .
2. Margareta is de dochter van Arnold IV, dus een kleindochter.
.
Bij optie 1 is het vreemd dat we haar 'oudere zus' Aleidis enkel als vrouwe van (half) Perk aangeduid zien terwijl Margareta als 'jongere zus' uit de Wezemaal-erfenis half Oplinter (de andere helft behoorde aan een ander geslacht) en half Perk meekreeg. Bovendien kan worden opgemerkt dat haar 'ouders' Arnold III en Beatrix tussen 1219 en 1229 gehuwd waren. Margareta moet in dat geval dan een echt nakomertje zijn geweest.
.
Van Arnold IV van Wezemaal weten we dat hij op 22-6-1247 al gehuwd met een Elisabet. Arnold is de oudste zoon van zijn ouders. Hij wordt vermeld vanaf 1244, in 1246 was hij meerderjarig. Zijn huwelijksjaar 1247 is derhalve heel realistisch. Zijn vrouw Elisabeth wordt na 1253 niet meer vermeld. Margareta van Wezemaal zou zijn enige in leven gebleven kind kunnen zijn geweest, vernoemd naar een moederlijke grootmoeder want binnen de familie Van Wezemaal zouden voornamen als Beatrix (grootmoeder), Clementia en Luijtgard (overgrootmoeders) meer voor de hand hebben gelegen.
.
Wat weten we van opvolgingen bij de Van Wezemaals:.
Arnold III + na 1261 Heer van Wezemaal.
Arnold IV heer van Wezemaal 1264-1269, Tempelier ca.1270.
Godfried heer van Perk 1265, heer van Wezemaal 1272.
Aleidis vrouwe van Perk  januari 1270.
.
We zien een soort van stuivertje-wisselen.  Aleidis was midden jaren 40 al gehuwd met Hendrik I van der Leck maar wordt pas in 1270 aangeduid als vrouwe van Perk. Het lijkt op een compensatie voor een nog niet betaalde bruidschat. Arnold IV van Wezemaal speelde een vooraanstaande rol als maarschalk van Brabant, maar door een ongelukkige keuze in de opvolgingsstrijd en een korte opstand tegen de nieuwe hertog Jan I na de dood van hertog Hendrik III viel hij in ongenade. In 1269 ging hij gebukt onder schulden. Hij lijkt toen al even weduwnaar te zijn omdat zijn vrouw na 1253 niet meer wordt vermeld. Ergens tussen 6 april 1269 en januari 1270 koos hij ervoor om Tempelier te worden. Arnold IV van Wezemaal overleed na 27-3-1278.
.
In 1269 kan afgesproken zijn dat Godfried zijn oudere broer Arnold IV zou opvolgen als heer van Wezemaal. Een nieuwe smetteloze heer zou wellicht het aanzien van de familie weer kunnen oppoetsen. Dat lukte inderdaad maar anders dan verwacht omdat Godfrieds broer Gerard van Wezemaal en niet Godfrieds zoon Arnold V later in 1287 door hertog Jan I beleend werd met Bergen op Zoom, het westelijke deel van de heerlijkheid Breda. .
.
In dit scenario werd in 1269 de dochter van Arnold IV overgeslagen in de opvolging. Margareta van Wezemaal kan op dat moment al weduwe zijn geweest van Jan II van Heverlee, maar begin jaren 70 zal ze al zijn hertrouwd met de weduwnaar Hendrik V van Boutersem,† na 1279 (in 1255 gehuwd met Maria [van Aa], met hieruit in 1276 twee zonen Hendrik en Leunis). .
.
Dochter Margareta kan gecompenseerd zijn met half Oplinter want de andere helft behoorde aan het geslacht Van Kraainem. Perk kan dan aan zus Aleidis en haar man toebedeeld zijn als achterstallige bruidsschat. In het Latijnsboek is enkel sprake van het dorp Perk (ville) en niet van de heerlijkheid maar dat kan een vertekend beeld zijn omdat pas later de lenen beter en uitvoeriger werden beschreven. Het is ook onduidelijk of Margareta in 1270 ook al in het bezit van de andere helft van Perk was. Volgens Raf wordt Aleidis van Wezemaal in 1270 zo aangeduid.
.
Maar omdat in 1290 Margareta van Wezemaal aangeduid wordt als vrouwe van Perk moet zij toen al in het bezit zijn geweest van de helft van Perk en de jurisdictie. Dat heeft ze of al in 1269 gehad of tussen 1270 en 1290 van de Van der Lecks verworven. Er kunnen momenten zijn geweest dat de Van der Lecks om geld verlegen zaten en een deel van hun bezit verzilverd hebben. Wellicht is het verwerven van bezit in en rond Werth daarvoor aanleiding geweest.
.
Het kan ook zijn dat pas na het overlijden van 'vader' de Tempelier Arnold IV van Wezemaal, hij schijnt nog geruime tijd geleefd te hebben, Margareta en haar man de in 1269/70 overeengekomen afspraak tussen haar vader en oom hebben aangevochten en dat ze toen als compensatie voor het opgeven van haar erfafspraken de andere helft van Perk hebben gekregen. Een ander aspect wat meegenomen kan worden is het gegeven dat de halve heerlijkheid Oplinter van Margareta vererfde op haar zoon Hendrik van Boutersem uit haar 2e huwelijk. Het zou dus goed kunnen dat Margareta van Wezemaal pas tijdens haar 2e huwelijk Oplinter toebedeeld kreeg.
.
Vanuit deze insteek kan worden opgemerkt dat Hendrik V van Boutersem op 17 maart 1268 als getuige aanwezig was toen Hendrik V, heer van Breda, het patronaats- en personaatsrecht van de kerken van Schoten en Merksem verkocht aan de het kapittel van de O.L.V.-kerk te Antwerpen. Zijn aanwezigheid daar kan worden verklaard als zijnde de man van een Van Breda-kleindochter.
.
Het lijkt me waarschijnlijk dat het huwelijk Boutersem-Wezemaal in of kort voor 1268 is gesloten. Als dan in 1269 Arnold IV van Wezemaal besluit om Tempelier te worden vind er een stoelendans plaats. Zijn broer Godfried wordt heer van Wezemaal en geeft zijn bezit Perk door aan zijn zuster Aleidis gehuwd met Hendrik I van der Leck. Aleidis wordt in 1270 aangeduid als vrouwe van Perk. Dochter Margareta van Wezemaal en haar man Hendrik V van Boutersem krijgen de halve heerlijkheid Oplinter wat later door vererfde aan hun zoon Hendrik van Boutersem, heer van (Op-)Linter. In 1269 kreeg Margareta ook, of verwierf pas tussen 1270 en 1290 de helft van Perk van hetzij haar oom Godfried of van haar tante Aleidis en haar man of later van haar neef Hendrik II van der Leck.
.
De grootste verliezers waren Hendrik en Jan van Heverlee, de zonen van Margareta van Wezemaal uit haar eerste huwelijk. Voor zover bekend erfden ze niets uit de Van Wezemaal-erfenis.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hendrik     
Leunis     



Bronnen:
1.Europäische Stammtafeln (ES 8), Detlev Schwennicke, Marburg [Duitsland], 1980 (blz. 29)
2.Ons Voorgeslacht (OV nieuw), Periodiek (OV), Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie, Zuidhollandse Vereniging voor Genealogie, Rotterdam, vanaf 1946 (blz. 131)

Ziemowitt Polski
Ziemowitt Ksiaze Polski, hertog van Polen, ovl. in 892.

Ziemowitt Ksiaze Polski.
842 zum Ksiaze gewählt.

  • Vader:
    Piast van Polen, hertog van Polen 842-861, ovl. na 861, tr. met


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Leszek IV  †921   


Johan van Langerak
Jan (Johan) van Langerak1,2, geb. na 1380, Heer van half-Nieuwpoort en Langerak en Goudriaan, ovl. voor 12 sep 1438.

Jan (Johan) van Langerak.
Beleend met Langerak 1405; dijkgraaf van de Alblasserwaard 1409; wordt aangesteld tot drost, baljuw en rentmeester van het land van Altena en tot kastelein van Loevestein 9-5-1411 en 13-5-1413; doet afstand van zijn leen Giessen, ‘s-Gravenhage 25-7-1413; kastelein van Woudrichem.
12-2-1415; belooft, met de edelen en steden van Zuid-Holland, Jacoba van Beieren als erfdochter en opvolgster te zullen erkennen 15-8-1416; door haar belast met het bestuur van de goederen van Jan en diens broer Willem van Egmond en het kasteleinschap van Rijnegom, ‘s-Gravenhage 20-7-1417; beleend met half Nieuwpoort en de hofstee Langenstein 16-3-1420; baljuw van Schoonhoven 1422; maakt een magescheid met zijn dochter Elburg en haar man wegens de nalatenschap van haar moeder 16-12-1433.
baljuw van Schoonhoven 1422, rentmeester.

tr. (1) voor 1409
met

Elburg van Polanen van der Leck van Asperen1,2, dr. van Otto III van Asperen van Polanen (heer van Asperen) en Johanna van Voorst en Keppel (vrouw van Voerst en Keppel), Vrouwe van half-Asperen, ovl. voor 1426, tr. (1) met haar broer Johan van Polanen. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Elburg van Polanen van der Leck van Asperen.
Den 9den Mei 1366 ontvangt Elburch, vrouwe van Asperen, dochter van Heer Otto van Asperen Heer van Asperen en van Aleyd, natuurlijke dochter van Guy van Avesnes, bisschop van Utrecht, na dode van haar zuster Aleyd , vrouw van heer Walraven van Valckenborch, heer tot Born, van Sittard en van Herpen, van den graaf van Holland te leen het huis te Wadenburg, de stad en heerlijkheid van Asperen en het huis te Lingenstein en maakt deze goederen te lijftocht aan haar echtgenoot Dirck van Polanen. Getuige hierbij was hair Jan van Langherake.

Zij liet den toren van de kerk te Asperen bouwen en legde daarvoor den eersten steen, die het opschrift draagt: „Int iaer dusent vier hondert en een leet Vrou Elborg den eersten steen.

Uit dit huwelijk 2 dochters:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elburg*1412  †1488  76
Elburg*1410  †1483  73

tr. (2)
met

Agnes van Nahusen1.


Bronnen:

1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.De Nederlandsche Leeuw (DNL), vanaf 1883

Bego I van Parijs
Bego I van Parijs, graaf van Parijs 776-816, ovl. op 28 okt 816.

Bego I van Parijs.
Graf von Paris, dann Kämmerer in Aquitanien während der Minderjährigkeit Ludwigs des Frommen, nach Karl dem Einfältigen 921 {\sl Bego genetricis nostrae proavus}, 2. Ehe mit Alpais; v.Damm. Biggo, Picco; Graf von Paris, Schleußner, DFA14. Hofbeamter Ludwigs des Frommen, vor 814 Graf von Paris; Stifter des Klosters St.Maur-des-Fosses bei Paris.  776-816, Graf von Paris, dann Kämmerer in Aquitanien während der Minderjährigkeit Ludiwgs des Frommen, nach Karl dem Einfältigen 921: ``Bego genetricis nostrae proavus'', 2. Ehe mit Alpais. Bego van Toulouse` (-816) was een zoon van graaf Gerard I van Parijs en van Rotrudis, een dochter van Karel Martel. Hij werd graaf van Toulouse, hertog van Septimanië en markgraaf van de Spaanse Mark, na het aftreden van Willem van Gellone in 806. Bego huwde met Alpeidis, een natuurlijke dochter van Lodewijk de Vrome, en werd vader van: Luethard I, graaf van Parijs Eberhard en Suzanna.

relatie (1)
met

Alpais (Adaltrudis) van Frankrijk (Carolingen), dr. van Keizer Karel de Grote en Himiltrudis , geb. tussen 765 en 770, ovl. voor 23 jul 852.

Uit deze relatie 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Eberhard*806  †861  55
Leuthard  †858   
Landrée     
Susanna*805     



Alpais van Frankrijk
Alpais (Adaltrudis) van Frankrijk (Carolingen), geb. tussen 765 en 770, ovl. voor 23 jul 852.

 

relatie
met

Bego I van Parijs, zn. van Girard graaf van Parijs (graaf 743-775) en Rotrude der Franken, graaf van Parijs 776-816, ovl. op 28 okt 816, Hij krijgt geen kinderen.

Bego I van Parijs.
Graf von Paris, dann Kämmerer in Aquitanien während der Minderjährigkeit Ludwigs des Frommen, nach Karl dem Einfältigen 921 {\sl Bego genetricis nostrae proavus}, 2. Ehe mit Alpais; v.Damm. Biggo, Picco; Graf von Paris, Schleußner, DFA14. Hofbeamter Ludwigs des Frommen, vor 814 Graf von Paris; Stifter des Klosters St.Maur-des-Fosses bei Paris.  776-816, Graf von Paris, dann Kämmerer in Aquitanien während der Minderjährigkeit Ludiwgs des Frommen, nach Karl dem Einfältigen 921: ``Bego genetricis nostrae proavus'', 2. Ehe mit Alpais. Bego van Toulouse` (-816) was een zoon van graaf Gerard I van Parijs en van Rotrudis, een dochter van Karel Martel. Hij werd graaf van Toulouse, hertog van Septimanië en markgraaf van de Spaanse Mark, na het aftreden van Willem van Gellone in 806. Bego huwde met Alpeidis, een natuurlijke dochter van Lodewijk de Vrome, en werd vader van: Luethard I, graaf van Parijs Eberhard en Suzanna.

Uit deze relatie 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Eberhard*806  †861  55
Leuthard  †858   
Landrée     
Susanna*805     


Egbert III de Grote van Wessex
Egbert III de Grote (Ecgberht) koning van Wessex, geb. in 775, koning van Wessex 827-836, koning van Engeland vanaf 827, ovl. op 4 feb 839, begr. Winchester (E).

Egbert III de Grote koning van Wessex.
Ecbeorht, der Große, Er wurde in seiner Jugend von Beorhtric (789-802) und Offa, dem König von Mercien und Eroberer des Reiches seines Vaters, ins Exil geschickt und verbrachte die Jahre 789-92 am Hofe Karls d.Gr, Im Jahre 802 wurde er zum König des wieder unabhängigen Wessex ausgerufen (nach dem Tode von Beorhtric); bis 820 festigte er seine Herrschaft und begann danach eine lange Reihe von Kriegen. Unter Ausnutzung des Zerfalls von Mercien eroberte er systematisch die südlichen angelsächsichen Reiche und machte sich 825 zum Herrscher des gesamten angelsächsichen Englands. EdMA So schuf die Grundlagen für die Machtposition seiner Nachfolger. 825 schlug er bei Ellandune/Ellendun (heut. Wroughton, Wiltshire) König Beornwulf von Mercien; durch Entsendung eines Heeres nach Kent vertrieb er den dortigen König Bealdred. Egbert wurde daraufhin (827) als König von Kent, Sussex und Essex anerkannt; er ließ Münzen in Canterbury prägen. 829 setzte er Wiglaf als König von Mercien für etwa ein Jahr ab, ließ als ``rex Merciorum'' Münzen in London prägen und zwang Nordthumbrien zur Unterwerfung. In der Ags. Chronik wird Egbert als 8. Bretwalda erwähnt. Er vermochte den Widerstand in Cornwall, das er 815 erobert hatte, zu meistern. Seinem Sohn Aethelwulf konnte er die Regierung direkt übergeben. P.Sawyer, LdMA First King of all England, King of Kent, King of Wessex, 802-825 king, reigned 37 years and 7 months, acknowledged in Kent, Surrey, Sussex, Essex, and East Anglia, 19.11.838 urkundl.

  • Vader:
    Ealhmund (Eardwulf) (Ealmund) van Wessex, zn. van Eafa van Kent, geb. circa 758, koning van Kent in 784 (koning van Kent 784), ovl. in 827, begr. Kathedraal van Winchester, Hij krijgt geen kinderen, tr. circa 770 met

relatie
met

Redburga (Redburh) Radburg v.Franken Raedburh (S.292. DGB 169).

Redburga .
zij zou een zuster van de Frankische koning zijn, Karel de Grote; regis Frankorum soraria.

Uit deze relatie een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Æthelwulf*800  †858 Londen [Groot Brittanië] 57


Redburga
Redburga (Redburh) Radburg v.Franken Raedburh (S.292. DGB 169).

Redburga .
zij zou een zuster van de Frankische koning zijn, Karel de Grote; regis Frankorum soraria.

relatie
met

Egbert III de Grote (Ecgberht) koning van Wessex, zn. van Ealhmund van Wessex (koning van Kent in 784) en Alburga Edgiva van Kent, geb. in 775, koning van Wessex 827-836, koning van Engeland vanaf 827, ovl. op 4 feb 839, begr. Winchester (E).

Egbert III de Grote koning van Wessex.
Ecbeorht, der Große, Er wurde in seiner Jugend von Beorhtric (789-802) und Offa, dem König von Mercien und Eroberer des Reiches seines Vaters, ins Exil geschickt und verbrachte die Jahre 789-92 am Hofe Karls d.Gr, Im Jahre 802 wurde er zum König des wieder unabhängigen Wessex ausgerufen (nach dem Tode von Beorhtric); bis 820 festigte er seine Herrschaft und begann danach eine lange Reihe von Kriegen. Unter Ausnutzung des Zerfalls von Mercien eroberte er systematisch die südlichen angelsächsichen Reiche und machte sich 825 zum Herrscher des gesamten angelsächsichen Englands. EdMA So schuf die Grundlagen für die Machtposition seiner Nachfolger. 825 schlug er bei Ellandune/Ellendun (heut. Wroughton, Wiltshire) König Beornwulf von Mercien; durch Entsendung eines Heeres nach Kent vertrieb er den dortigen König Bealdred. Egbert wurde daraufhin (827) als König von Kent, Sussex und Essex anerkannt; er ließ Münzen in Canterbury prägen. 829 setzte er Wiglaf als König von Mercien für etwa ein Jahr ab, ließ als ``rex Merciorum'' Münzen in London prägen und zwang Nordthumbrien zur Unterwerfung. In der Ags. Chronik wird Egbert als 8. Bretwalda erwähnt. Er vermochte den Widerstand in Cornwall, das er 815 erobert hatte, zu meistern. Seinem Sohn Aethelwulf konnte er die Regierung direkt übergeben. P.Sawyer, LdMA First King of all England, King of Kent, King of Wessex, 802-825 king, reigned 37 years and 7 months, acknowledged in Kent, Surrey, Sussex, Essex, and East Anglia, 19.11.838 urkundl.

Uit deze relatie een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Æthelwulf*800  †858 Londen [Groot Brittanië] 57


Oslak
Oslak .


Hij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Osburga*810  †876  66


Karsil III von Palant zu Breitenbend
Karsil III von Palant zu Breitenbend, geb. circa 1398, ovl. na 15 aug 1475.

tr.
met

Agnes van Hoemen, ovl. op 14 dec 1487.

Agnes van Hoemen.
dochter van Gerhard, Burggraf zu Odenkirchen,+Ricarda von Rheydt.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Werner III  †1506   
Gerhard I  †1508   


Almos van Hongarije Hertog van Kroatië
Almos (Almus) Prins van Hongarije Hertog van Kroatië, geb. in 1068, hertog van Kroatië, ovl. in 1129.

Almos Prins van Hongarije Hertog van Kroatië.
c.1089 Herzog v.Slavonien, 1102 Herzog v.Ungarn.
Álmos (in Croatian and Slovak Almoš) (died 1129) was a Hungarian prince, the son of King Géza I of Hungary, brother of King Kálmán. He held several governmental posts in the Kingdom of Hungary. Between 1084 and 1091 he was the duke of Slavonia; between 1091 and 1095 he was named King of Slavonia (eastern Croatia). In 1095 Kálmán dethroned Álmos, making him the duke of the apanage Nitrian duchy (Tercia pars regni) instead. Álmos, supported by Germany and Bohemia, came in conflict with Kálmán in 1098, after Kálmán had declared himself the king of the whole of Croatia in 1097 (crowned in 1102). On August 21, 1104 Álmos married Predslava, the daughter of Svyatopolk II of Kiev. Kálmán made peace with Álmos in 1108, but only to have Álmos and his son Béla imprisoned in 1108 or 1109 and then blinded to prevent them from becoming the future king. After this he went on to live in seclusion at the monastery of Dömös founded by himself until his death, but his son would succeed as king of Hungary. Álmos was the last duke of Nitra (in Hungarian Nyitra), his removal also marks the end of the Nitrian Frontier Duchy and thus a full integration of most of today's Slovakia into the Kingdom of Hungary.

tr. (1)
met

Sophie von Looz en, dr. van Emmo III van Loon (graaf van Loon 1046) en Swanhilde gravin van Holland, geb. Byzantium in 1058, koningin van Hongarije, ovl. Székesfehérvári [Hongarije] op 20 dec 1082.

tr. (2) in 1104
met

Predslava (Predslawa Swjatopolkowna) van Kiev (Nowgorodskaja ?), dr. van Svatopolk van Kiev en NN Polowzkaja.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Bela II*1109  †1141  31


Sophie von Looz
Sophie von Looz en, geb. Byzantium in 1058, koningin van Hongarije, ovl. Székesfehérvári [Hongarije] op 20 dec 1082.

 

tr.
met

Almos (Almus) Prins van Hongarije Hertog van Kroatië, zn. van Geisa I van Hongarije (koning van Hongarije) en Synadene Synademos, geb. in 1068, hertog van Kroatië, ovl. in 1129.

Almos Prins van Hongarije Hertog van Kroatië.
c.1089 Herzog v.Slavonien, 1102 Herzog v.Ungarn.
Álmos (in Croatian and Slovak Almoš) (died 1129) was a Hungarian prince, the son of King Géza I of Hungary, brother of King Kálmán. He held several governmental posts in the Kingdom of Hungary. Between 1084 and 1091 he was the duke of Slavonia; between 1091 and 1095 he was named King of Slavonia (eastern Croatia). In 1095 Kálmán dethroned Álmos, making him the duke of the apanage Nitrian duchy (Tercia pars regni) instead. Álmos, supported by Germany and Bohemia, came in conflict with Kálmán in 1098, after Kálmán had declared himself the king of the whole of Croatia in 1097 (crowned in 1102). On August 21, 1104 Álmos married Predslava, the daughter of Svyatopolk II of Kiev. Kálmán made peace with Álmos in 1108, but only to have Álmos and his son Béla imprisoned in 1108 or 1109 and then blinded to prevent them from becoming the future king. After this he went on to live in seclusion at the monastery of Dömös founded by himself until his death, but his son would succeed as king of Hungary. Álmos was the last duke of Nitra (in Hungarian Nyitra), his removal also marks the end of the Nitrian Frontier Duchy and thus a full integration of most of today's Slovakia into the Kingdom of Hungary.


Bronnen:

1.Maison de Hornes, Horn, Horne, Hoerne, Huerne, Hoorne, etc. (B 014), Etienne Patou, 2014 (blz. 1)

Maurin van Parma
Maurin paltsgraaf van Parma, markgraaf 835-844.

Maurin paltsgraaf van Parma.
835-44 Pfalzgraf von Parma, Reggio und Piacenza, Salier.  Aus salischem Geschlecht, mit Besitz um Parma, Reggio und Pacenza, vielleicht Nachkomme des Grafen Suppo I. v.Brescia, wohl identisch mit Pfalzgraf Maurin, aber verschieden von Graf Moring von Brescia.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Suppo II  †888   


Agnes van Hoemen
Agnes van Hoemen, ovl. op 14 dec 1487.

Agnes van Hoemen.
dochter van Gerhard, Burggraf zu Odenkirchen,+Ricarda von Rheydt.

tr.
met

Karsil III von Palant zu Breitenbend, zn. van Werner II von Palant zu Breitenbend en Alverade von Engelsdorf, geb. circa 1398, ovl. na 15 aug 1475.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Werner III  †1506   
Gerhard I  †1508   


Wilfred
Wilfred , graaf, ovl. voor 902.


Hij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Berta  †921   


Godfried van Wesemaele
Godfried van Wesemaele, geb. Wezemaal [België] in 1220, heer van Perk 1265, heer van Wezwmaal 1272, ovl. Wezemaal [België] op 1 nov 1275.

tr. in 1240
met

Isentrude van Alphen, dr. van Gilles van Alphen (Heer Egidius van Breda van Alphen) en Olivia , ovl. na 1278.
Godfried van Wesemaele en Isentrude van Alphen
waren volle neef en nicht.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margriet*1245     


Boso I 'de Oude' van Arles
Boso I 'de Oude' (Theodoric) van Arles (Comes de Autun), graaf in Italië, ovl. voor 855.

Boso I 'de Oude' van Arles.
Boso van Arles of van Vienne, bijgenaamd de Oude (ca. 780 - voor 855) was graaf van Arles en Turijn. In 826 ruilde hij met Lodewijk de Vrome 8 hoeven en een kapel bij Beek bij Nijmegen, met bezittingen in Vercelli. Hij was de stamvader van de Bosoniden.

Theotrith (Bozo)?, urk. 812 (Friedensunterhändler mit den Dänen), 826 bekommt der einen Mansus zu Biellea, 844 im Gefolge Ludwigs II. in Rom, missus, comes de Valois?, Bruder der Ida v.Ripuarien?, Sohn des Theoderich?, bei EStT ist Bouin der Vater von Boson und Richard.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Bivinus*822  †865  43


Werner III von Palant Herr zu Breitenbend
Werner III von Palant Herr zu Breitenbend, ovl. voor okt 1506.

Werner III von Palant Herr zu Breitenbend.
3.3.1477 Teilung mit den Brüdern, Pfandherr und Amtmann zu Boslar, Amtmann zu Wassenberg.

tr.
met

Adriane von Alpen.

Adriane von Alpen.
dochter van Elvert zu Honnepel u. Hamm+Mechtildis v.Cuylenberg zu Selem und Issum.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elpert*1470  †1543  73