tr. (1) voor 1307
met
Alveradis (Bertha) van Cuijck van Leyden1,2,3, dr. van Hendrik van Cuijck van burggaaf van Leiden (burggraaf van Leiden) en Halewine Willemsdr van Egmond, geb. circa 1285, erfdochter van Leiden.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Philips III | *1307 | Voorschoten | †1348 | 40 | 4 | 2 |
Hij krijgt een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jan | *1280 | †1338 | 58 | 1 | 1 |
1. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
2. | Het ontstaan van Leiden. (B 021), Freek Lugt, Primavera Pers, 978-90-5997-126-4, Leiden, 2012 (blz. 86) |
3. | Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 189) |
|
tr. voor 1307
met
Dirck II van Wassenaar1, zn. van Philips II van Wassenaer (knape, zegelbewaarder en grafelijk raadgever onder Floris V en Jan I,) en Katrine? Gerardsdr of Jansdr van de Wateringen, geb. Voorschoten circa 12402, ovl. in 1319.
Dirck II van Wassenaar.
werd door graaf Jan II van Avesnes bevestigd in zijn lenen te Voorschoten en Wassenaar mei 1300, ambachtsheer van Voorburg 1307, zegelde met 3 wassende manen ('wassenaers') 1311, bewoner van kasteel Ter Horst onder Voorschoten, zwoer eed van trouw aan graaf Willem III 1314, werd met 79 man opgeroepen in het leger van de graaf in Vlaanderen 1315.
De aanhef van de oorkonde over Jan Bartout, van 16 augustus 1378, uitgevaardigd door de burggraaf, luidde aldus: "Wi Dirc van 35 Wassenair, burchgrave van Leyden, ridder, doe cond allen luden dat ic verlient hebbe ende verliene Jan Bertout onsen neve [...] vier morghen lands die gheleghen sijn in den ambocht van der Weteringhe". Het betrof dus de vier morgen in Naaldwijkerbroek in het ambacht Wateringen, die in 1304 door burggraaf Hendrik (van Kuik) aan zijn lieven neve Florens van Brabant waren toegezegd. In de akte is de opvolging voor het Wateringse leen van Jan Baertout heel precies geregeld: "Wair dat Jan Bertout voirs. storve sonder wittachtighe blikende boirt [ware het dat Jan Bertout zou sterven zonder wettige nakomelingen], so souden dese vier morghen voirs. comen aen Florys van Brabant Heynricszoen sinen neve of op sijn trouwede kinder, ende storve Florys sonder wittachtighe boirt, so souden se comen aen Hasekijn Florysdochter Janssoen van Brabant, ende storve Hasekijn sonder wittachtighe boirt, so souden se comen op den naghelnaesten [de naaste verwant] die ghecomen is van Florys van Brabant Jan Bertouts oudevader [grootvader] die ghecomen is van wittachtigher boirt ende die man voirt wijf dair si beyde even na sijn." De opvolging is dus zo geregeld dat bij kinderloos overlijden van Jan Baertout zijn neef Florys van Brabant Heynricsz. beleend zou worden. Mocht ook deze zonder wettige nakomelingschap overlijden, dan volgt "Hasekijn Florysdochter Janssoen van Brabant" [Hasekijn, Hase, dochter van Florys, die een zoon was van Jan van Brabant]. De akte lijkt te impliceren dat Jan Baertout twee broers heeft gehad, die beiden in 1378 al overleden waren: Heynric [Jansz.], nalatende een zoon Florys Heynricsz, en Florys Jansz, nalatende een dochter Hasekijn. Als ook Hasekijn zonder nageslacht zou overlijden, zouden de mogelijkheden van vererving onder de nakomelingen van Jan van Brabant uitgeput zijn en zou men moeten nagaan, wie onder de nakomelingen van diens vader - Jan Baertouts grootvader - Florys van Brabant de naastgerechtigde was.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Philips III | *1307 | Voorschoten | †1348 | 40 | 4 | 2 |
1. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
2. | Het ontstaan van Leiden. (B 021), Freek Lugt, Primavera Pers, 978-90-5997-126-4, Leiden, 2012 (blz. 86) |
3. | Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 189) |
4. | Het ontstaan van Leiden. (B 021), Freek Lugt, Primavera Pers, 978-90-5997-126-4, Leiden, 2012 (blz. 82) |
tr. (1)
met
Heilwig van Vianen, dr. van Zweder II heer van Vianen en Elisabeth Claesdr van Egmond, geb. in 1333, ovl. in 1351.
tr. (2)
met
Aleijt Oomens (Oemen), geb. Brussel [België].
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Beatrijs | *1305 | †1387 | 82 | 2 | 3 |
Hij krijgt een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Amalberga | †1380 | 1 | 0 |
1. | Duizend jaar Poelgeest deel 2 (B 090), Fred van Poelgeest, Stichting Poelgeest archief, Hoorn (blz. 31) |
2. | Catharina van de Nesse, de vrouw van Willem van Montfoort, (B 061), B.de Keijzer, Hogenda, Ons Voorgeslacht (blz. 43) |
|
tr.
met
Heer Willem van Duivenvoorde en Wassenaer1 (Snickerieme), zn. van Philips van Duivenvoorde ridder (1e Heer van Polanen, baljuw van Kennemerland) en Elisabeth Zwedersdr van Bosinchem en Vianen, geb. Haarlem circa 1290, heer van Oosterhout1, burggraaf van Geertruidenberg, ovl. op 12 aug 1353, begr. Brussel [België].
Heer Willem van Duivenvoorde en Wassenaer.
Hij is een op 11 aug 1329 door keizer Lodewijk IV gewettigde zoon van Philips heer van Duivenvoorde Snickerieme had 12 bastaarden, doch geen wettige kinderen. Hij verwierf als geldschieter een enorm fortuin en liet het grootste deel van zijn bezit na aan zijn neef Jan II van Polanen, die in 1378 overleed en drie maal gehuwd was. Diens oudste zoon Jan III van Polanen stierf in 1393, werd begraven te Breda en liet al zijn goederen na aan zijn dochter Johanna van Polanen, die op 1 aug. 1403 met graaf Engelbert van Nassau trouwde. De heerlijkheid Dongen is afkomstig was van Willem van Duivenvoorde. Deze had slechts natuurlijke kinderen waardoor we hem in tal van oorkonden bezig zien om de kinderen desalnietemin een stuk mee te geven van zijn verworven rijkdom/bezit. Het is na zijn dood nog een heel gedoe geweest tussen zijn erfgenamen voordat iedereen uiteindelijk vrede moest nemen. Daarbij is het opmerkelijk dat dochter Beatrijs van Duivenvoorde en haar man Roelof van Dalem wel een en ander verwierven maar het was kleinzoon Willem die de heerlijkheid Dongen kreeg. In Dongen gaf Willem in 1392 die 51 bunder moer uit. Mocht Willem zonder wettige erfgenamen komen te overlijden net als zijn oom Willem, heer van Oosterhout, dan zouden zijn volle broer en zus, en zijn halfzus zijn erfgenamen zijn. Van die naaste erfgenamen zien we er twee in 1392. Een als koper en een als getuige.
Hadewy's vader Hendrik Laps zien we overigens als Heyne Lappe op 24 oktober 1358 verklaren dat hij een stuk land in de `Gawech' te Geertruidenberg voor 4 pond had verkocht aan Roelof van Dalem (zie Archief Nassauschen Domeinraad deel I (1948), regest 571). De voornaam Zebrecht/Sebert komt in de regio Breda veelvuldig voor evenals in Limburg zodat we niet beducht hoeven te zijn voor een incestueuze relatie.
Bronnen:
1. | Duizend jaar Poelgeest deel 2 (B 090), Fred van Poelgeest, Stichting Poelgeest archief, Hoorn (blz. 31) |
tr. (1)
met
Roelof II van Dalem van Dongen ridder1, zn. van Floris II van Dalem van Dongen, geb. Sleeuwijk circa 1316, ridder, beleend te Sleeuwijk 1336, baljuw van Zuid-Holland 1346, verneld 1350-1361, ovl. tussen 19 mrt 1361 en 15 sep 1361 . |
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Bele | 2 | 3 | |||||
2 | Willem | *1360 | †1438 | Dongen | 77 | 3 | 2 | |
3 | Floris | *1341 | Dongen | †1376 | 35 | 1 | 1 |
tr. (2)
met
Walter Berthout Heer van Boutershem, zn. van Hendrik III Berthout Van Duffel (Ridder, Heer van Duffel, Geel en Zelem) en Beatrix van Rotselaar, geb. in 1320, ovl. in 1362.
Bronnen:
1. | Middeleeuwse Genealogie (A 010), Bertha van Ochten, een omstreden voorouder, Auteur Frans Roelvink, 12 aug 2022 |
2. | Duizend jaar Poelgeest deel 2 (B 090), Fred van Poelgeest, Stichting Poelgeest archief, Hoorn (blz. 31) |
tr.
met
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Walraven | *1510 | †1558 | 48 | 1 | 1 |
tr.
met
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Walraven | *1510 | †1558 | 48 | 1 | 1 |
tr. (1)
met
Anna van Arkel Heukelom, dr. van George van Arkel (heer van Ammersoyen) en Anna van Lockhorst, geb. circa 1583, ovl. Rees (D) in 1611.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johan | *1610 | †1679 | Den Haag | 69 | 1 | 1 |
tr. (2) Leusden op 30 mrt 1635
met
Geertruid van den Padevoort, vrouwe van Oevelde, gegoed onder Gendringen, woonde in het huis Oevelgunne te Gendringen, ovl. aldaar voor 4 dec 1681, begr. aldaar.
Geertruid van den Padevoort.
Geertruid aan de Padevoort.
Nadat Ida van de Padevoort en haar tweede man Gijsbert van Twickelo, het tijdelijk met het eeuwige hadden verwisseld, is haar oudste dochter Geertruid vrouwe van het Oevelgunne geworden. Zij heeft niet minder dan drie echtgenoten grafwaarts zien dragen. Van de eerste Hans Willem van Langenberg is weinig meer bekend, dan dat hij deze wereld omstreeks 1625 heeft verlaten. Na zijn dood werd Geertruid.
Staatsie-juffer bij Anna van Arkel, de vrouw van Walraven baron van Gent. Walraven van Gent tot Oyen was zoon van Johan Gerard tot Oyen en Dieden en van Wilhelmina van Wachtendonck Biesterfeld.
In 1602 was hij gehuwd met Anna van Arkel van Ammerzoden, vrouwe van Heemstede, dochter van George van Anna van Lockhorst.
Daar Walraven zich meestal op het oorlogspad bevond, had Geertruid zijn vrouw in haar eenzaam leven en vooral in haar laatste ziekte ter zijde gestaan. In 1634 kocht Walraven voor Geertruid een huis tussen de kerk van Sint Jan cn de stadswal te Amerfoort, waar hij zelf toendertijd ook woonde. Enige jaren later deed zijn oudste zoon Jan baron van Gent als medevoogd en momber der kinderen van zijn vader en.
Geertruid van de Padevoort dit huis, dat f 6000 had gekost, weer voor f 5500 van de hand. Op Paasmaandag van 1635 waren Walraven en Geertruid te Leusden in het huwelijk getreden, net voor de geboorte van hun vijfde kind. Walraven overleed in 1644 te Rees, waarvan hij op zijn oude dag gouverneur was geworden. Geertruids derde gemaal.
Christoffel Rump tot Crangh verliet deze wereld omstreeks 1677, doch nu naderde het uiteinde ook voor de vrouwe van Oevelgunne.
Begin 1680 heet zij krank en blind te bedde te liggen, terwijl het oude dodenboek van Gendringen haar overlijden op 22 October van dat jaar stelt: ,,Die wellgeb. frauw Geertruyd van de Padevort tot Oevelgun”.
Op een zerk in de kerk, welke het gebeente van een vrouwelijke Van de Padevoort dekte, ongetwijfeld het hare, stond daarentegen op 4 December als sterfdatum aangegeven.
Bronnen:
1. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
2. | Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie (JCBG 2011), CBG, ‘s-Gravenhage, vanaf 1947 (blz. 47) |
tr.
met
Dirck van Dael, ovl. voor 1612.
tr.
met
Wendel van Wachtendonck, dr. van Dirk van Wachtendonck (richter in Cranenburg) en Elisabeth Bruyns.
Wendel van Wachtendonck.
April 1612 verkocht Geertje Poeynen an Wendel van Wachtendonck, weduwe van Dirck van Dael, een rente vanƒ36 per jaar, komende uiteen rentebrief van ƒ 90 uit de inkomsten en accijnsen der stad Nijmegen. Wendel was vermoedelijk een dochter van Dirck van Wachtendonck, richter in Kranenburg, en Elisabeth Bruyns.
otr. Waardenburg op 21 apr 1721, kerk.huw. aldaar op 4 mei 1724
met
Aert Janse Pellegrom, ged. Waardenburg op 9 apr 1699.
Bronnen:
1. | Knipscheer fiches (Knip), Gelders Archief, DTB Herwijnen, Inv. nr.: 930.1, Herwijnen |
2. | Doopboek Tuil (D 386), Gelders Archief, DTB Tuil, Family Search film 920398, Tuil, van 1639 tot 1758 (5 mrt 1671 blz. 167) |
otr. Waardenburg op 21 apr 1721, kerk.huw. aldaar op 4 mei 1724
met
Metje Geerts van Beusekom, dr. van Geert Aertse van Beusekom en Willemina van Wagtendonk, ged. Waardenburg op 29 okt 1702.
tr. in 1622
met
Elisabeth Sophie van Wachtendonck, dr. van Johan Willem van Wachtendonck (grootbaljuw te Cranenburg) en Raba von Palant, geb. in 1600, ovl. in 1661.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Wilhelmina | 1 | 2 | |||||
2 | Johan | *1632 | Wesel (D) | †1682 | Gennep | 49 | 0 | 0 |
1. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
2. | Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie (JCBG 2011), CBG, ‘s-Gravenhage, vanaf 1947 (blz. 47) |
tr. in 1622
met
Jhr Otto van Gendt, zn. van Johan Gerard van Gendt (heer v. Oijen en Dieden, jagermeester v. Gelre en Zutfen,) en Willemina van Wachtendonck zu Biesenberg und Fliesteden (vrouwe van Dieden & Ooyen, Vrouwe van Biesenburg (Biesenberg?) of Riesenburg?), geb. in 1578, kolonel van het Utrechtse Regiment, ovl. Wesel (D) in 1640.
Jhr Otto van Gendt.
heer van Didam, was 1593 page aan het hof, werd 1625 kapitein der garde, kolonel van het Utrechtse regiment 1626, gouverneur van Emmerik 1627, verraste in 1629 Wezel (de Spaanse opslagplaats) en werd commandeur aldaar.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Wilhelmina | 1 | 2 | |||||
2 | Johan | *1632 | Wesel (D) | †1682 | Gennep | 49 | 0 | 0 |
1. | Ritterbürtige Landständische Adel des Grossherzogthums Niederrhein (B 012), Arnold Robens, M. Weiss, Stadtbuchdrucker, Aken [Duitsland], 1818 (blz. 223) |
tr. op 24 aug 1644
met
Hermann baron van Wittenhorst1, zn. van Johann baron von Wittenhorst en Adriana van Schagen, geb. circa 1600, ovl. Spa (B) op 27 jul 1652.
Uit dit huwelijk 2 kinderen.
Bronnen:
1. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
Hij krijgt 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johann | *1380 | Burg Hemmersbach zu Horrem [Duitsland] | †1450 | Burg Hemmersbach zu Horrem [Duitsland] | 69 | 1 | 9 |
2 | Aleid | †1436 | 1 | 0 |
tr. op 5 dec 1594
met
Johan Willem van Wachtendonck1, zn. van Arnold van Wachtendonck (drost van Kranenburg) en Elisabeth von Loe zu Wissen, geb. Wachtendonk na 1560, grootbaljuw te Cranenburg, ovl. in 1621.
Johan Willem van Wachtendonck.
volgens dr J. Langohr is hij overleden in 1624.
Uit dit huwelijk 4 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Elisabeth | *1600 | †1661 | 61 | 1 | 2 | ||
2 | Arnold | 1 | 6 | |||||
3 | Herman | 0 | 0 | |||||
4 | Wolter | *1590 | 0 | 0 |
1. | Ritterbürtige Landständische Adel des Grossherzogthums Niederrhein (B 012), Arnold Robens, M. Weiss, Stadtbuchdrucker, Aken [Duitsland], 1818 (blz. 223) |
tr. circa 1370
met
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johann | *1365 | †1415 | 50 | 1 | 2 | ||
2 | Bela | *1370 | 1 | 0 |
tr. circa 1370
met
Ritter Johan IV Scheiffart van Merode, zn. van Ritter Werner Scheiffart van Merode en Adelheid van Millendonk, geb. circa 1346, ridder 1367, ambtman van Hülchrat 1372, ovl. op 14 nov 1406, begr. op 20 sep 1407.
Ritter Johan IV Scheiffart van Merode.
Heinrich?, zu Hemmersbach und Bornheim, Besitzer der Höfe Bornheimerhof und Müllershof zu Harff und eines Hofes zu Hohenholz, 13?? Belehnung mit dem Weyerhaus zu Köln durch den Herzog v.Brabant, 1383 bei der Belagerung der Burg Dyck, 1388 Helfer der Herzogin v.Brabant, 1407 Amtmann zu Hülchrath.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johann | *1365 | †1415 | 50 | 1 | 2 | ||
2 | Bela | *1370 | 1 | 0 |
tr. (1) op 4 jul 1557
met
Raba von Wylich, dr. van Otto von Wylich en Elisabeth van Buderich gen Gronstein, geb. circa 1530, ovl. voor 2 sep 1562.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Raba | †1626 | 1 | 4 |
tr. (2)
met
Judith von Raefeld, ovl. op 2 okt 1562.