tr.
met
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Joris | †1478 | 1 | 1 |
1. | Onze Voorouders Kwartierstaten en Stamreeksen deel II (OV Rijnland II), NGV, afdeling Rijnland, Leiden, 1992 (blz. 38) |
2. | CBG (CBG 005-3), CBG Magazine, Dr. Kees Kuiken, Centraal Bureau voor Genealogie, sep 2023 (blz. 40) |
3. | Prometheus Kwartierstatenboek (Deel XVII), Delft, 2001 (blz. 111) |
4. | Over de oudste generaties Ket(H) te Koudekerk en omgeving (B 239), Tijdschrift "Mensen van Vroeger", 1975 (blz. 170) |
5. | Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 5) |
6. | Prometheus Kwartierstatenboek (Deel XVII), Delft, 2001 (blz. 115) |
7. | CBG (CBG 005-3), CBG Magazine, Dr. Kees Kuiken, Centraal Bureau voor Genealogie, sep 2023 (blz. 41) |
Hij krijgt een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Claes | †1519 | 1 | 1 |
tr. circa 1458
met
Doen Beyensz de jonge (Doen Beijense(de jonge)) van Driel1 op 28- 1-1485 beleend met de leengoederen van zijn vader, schepen van Poortugaal 1491 en 1507, testeert op 6- 1-1513, van Doens, Beijenszn de jonge.
Stichter van de grote memorielanden te Poortugaal. Hij werd op 28 januari 1485 beleend met de leengoederen van zijn vader, zn. van Beije Doensz van Driel (schepen van Poortugaal in 1458 en 1463) en Lijsbeth Bartelmeesdr Drapenier, geb. Poortugaal in 1438, schepen van Poortugaal, ovl. Poortugaal op 6 dec 1515 (15 dec 1515).
Doen Beyensz de jonge van Driel.
Doen Beijensz (de jongere), overl. voor dec 1515, beleend met de leengoederen van zijn vader in 1495, schepen Poortugaal 1491; tr. (2) (H)aeskin, die met haar zoon Cornelis Doensz haar memorie vestigde op haar huis en erf waarin Cornelis woonde.
Doen Beijensz. werd op 28-01-1485 beleend door de Hofstad van Putten met de goederen van zijn vader. Hij was de fondateur van de "Grote Memorielanden" aldaar. Hij testeerde op 06-01-1513. Doen Beyens: "Disponeerende van syne goederen heeft gewild, dat op den oudsten en naasten van syne Descendenten tot een eeuwige memorie soude succederen seeckere omtrent een en twintig gemeten lants, geleegen in Poortugaal; Mitsgaders nog seeckere omtrent veertien gemeten lants, geleegen als vooren, omme bij denselven als patroon of patronesse geconfereert te worden, aan yemand van de descendenten, van den voorgeschreven fondateur omme den zelven uit het innekomen viccary te laten stuydeeren, bequam te maken en onderhouden tot een priester". Op de secretarie van Poortugaal werd in de 17e en 18e eeuw een parenteelstaat (afstammingslijst) bijgehouden van bovengenoemde landerijen, de zogenaamde "Grote Memorielanden".
Op het artikel van Ir. J. A. van der Giessen over Het geslacht Kouwenhoven in ,,Ons Voorgeslacht” 1962, blz. 118, kunnen nog de volgende aanvulling geven. Oudere gegevens zijn nl. te vinden in de leenkamer van Holiand. Op 21 maart 1368 kriigen de broers Hughe en Willem Waddiins van Zweder van Abcoude, heer van Putten enz, in leen ieder de helft van een drogendiik in Oedenvliet. De percelen dijk liggen aan weersziiden van het huis van Hughe Waddiins ,,dat men heet Coudenhove”, (leenkamer, inv. 78, fol. 214). Op 31 december 1434 draagt Willem Hughe Waddiins de beide percelen over aan Hughe Adriaens, die er mee beleend wordt en weer wordt het huis Coudenhove genoemd ,,daar Willem Hughe placht te wonen”, [leenkamer, inv. 78, fol. 271). Later bliikt een deel van de diik ook deze naam te dragen, want op 31 december 1548 wordt Commer Beyensz. na overdracht door Pieter Wadde beleend met een stuk dijk genaamd Coudenhoven en gelegen in Oedenvliet (=Hoogvliett. 11 Op dezelfde dag draagt Piste: Wadde het tweede perceel diik, genaamd Coenewarde, over aan Ysbrant Jansz. (leenkamer, inv. 127, cap. Arckel, Putte en Strijen, fol. 20). Aan de hand van de verdere beleningen met de diik genaamd Coudenhoven leren wij de nakomelingen van Commer Beyensz. kennen, [indien deze voorkomen in het bovengenoemde artikel Kouwenhoven, wordt hiernaar verwezen met de cijfers tussen haakjes). Bij de data uit de leenkamer moet in aanmerking worden genomen, dat na het overlijden van een leenman het leen opnieuw verzocht moest worden binnen een jaar en een dag.
9-7-1565: Cornelis Commersz. bij dode von zijn vader CommernBeyensz. (leenkamer, inv. 130, cap. Arckel, Putte en Strijen, fol.24~0.1. Hij is onmondig, zodat zijn (half?lbroer en voogd Evert Thonisz. hulde doet, bovendien is het leen niet op tiid verzocht en moet hiervoor nu een dubbel heergewaad worden betaald.
27-6-1613: Pieter Cornelisz. (lla) bij dode van zijn vader Cornelis Commersz. (leenkamer, inv. 141, cap. Arckel, Putte en Strijen, fol. 12vo.l.
20-6-1640: Wouter Pietersz. (lla, 11 bii dode van zijn vader Pieter Cornelisz. (leenkamer, inv. 148, cap. Arckel, Putte en Strijen, fol. 38~0.). Hij is onmondig en zijn oom tenardt Cornelisz.
Couwenhoven (Ilb] doet hulde. Op 26 februari 1648 verheft hij zelf zijn leen.
27-3-1658: Cornelis Pietersz. Couwenhoven flla, 2) bij dode van zijn broer Wouter Pietersz. (leenkamer, inv. 153, cap. Arckel, Putte en Strijen, fol. 8~0.1.
Lommer Beyensz. wordt op 29 october 1551 beleend na overdracht door Adriaen Heermansz. met de helft van de Lombaertschen dijk, zuidwaarts strekkende van de andere helft tot de Driendijk toe, achter Commer Beyenszoons huis.
Het leen wordt enkele generaties niet verzocht, totdat van de zijde van de leenkamer een aanmaning komt. Op 2 october 1648 stuurt Pieter Cornelisz. Couwenhoven Illcl een verzoek in om er mede beleend te mogen worden en legt hierbii de volgende acte over: Grietgen Pieters, weduwe van Cornelis Commersz . Couwenhoven, met haar gecoren voogd Claes Claesz. Wey verklaart voor notaris Cornelis Nieupoort te Schiedam, dat zij dd. 22-9-1612 voor schout en schepenen van Hoogvliet haar kinderen heeft uitgekocht, waarbij haar zoon Pieter ontvangen heeft de woning waarin zij woont ,,wezende huys, kete, schuyr, bargen ende plantagie”, verder de Lombaertschen dijk, beginnende van de leendijk Couwenhoven, strekkende oostwaarts tot de dijk, toekomende de heer van Sprang of de kinderen van jonkheer Tuyl, en 8 hond bruikwaar land. (Blijkens leenkamer, inv. 232, fol. 152vo, is de dijk van de heer van Sprang de andere helft van de Lombaertschen dijk). Op 5 maart 1649 wordt Pieter, wonende te Hoogvliet, er mee beleend, maar moet dan tweemaal het dubbele heergewaad betalen. (Leenkamer, inv. 151, cap. Arckel, Putte en Strijen, fol. 1~0.1. Zijn moeder is inmiddels overleden. Op 19 november 1686 wordt Japhet Pietersz. Couwenhoven (llc, 11 te Hoogvliet ermee beleend bij dode van zijn vader Pieter Cornelisz. Couwenhoven, (leenkamer, inv. 232, fol. 1501. Op 13 mei 1688 wordt hii bovendien nog beleend na overdracht door Neeltgen Vincents met 7 lijnen land te Hoogvliet en een dijk genaamd Coenewaerde, hij woont dan te Dircxland. (Leenkamer, inv. 232, fol. 105 en 165~0.1. Op 20 october 1721 volgt na zijn overlijden zijn dochter Annetje Japhets Couwenhoven te Hoogvliet, oud omtrent 26 iaar, hem op, waarbii haar oom Pieter Westduel, schout van Pernis, hulde doet. (Leenkamer, inv. 232, fol. 10 .5~0. en 165~0.). Tenslotte wordt op 19 december 1771 Cornelis Tiisz. Pons beleend bii dode van zijn moeder Annetie Japhets Couwenhoven, weduwe van Tijs Jacobsz. Pons, (leenkamer, inv. 232, fol. 105~0. en 165~0.1.
In een acte van scheiding, gemaakt tussen de erfgenamen van Pieter Cornelisz. Kouwenhoven en Lijsbeth Bastiaens dd. 28 mei 1661, wordt een opsomming gegeven van de landerijen die tot de boedel behoren, nl. 20 gemet land in Barendrecht, 5 in ‘t Roosant, 2 in Lombardiien (Pernis), 2 in Hoogvliet en 6 in het land van Poortuqaal. Reeds eerder is ‘in samenwerking met de heer C. Hoek in ,,Ons Voorgeslacht” 1958, blz. 115, de aandacht er op gevestigd, dat de meeste leden van het nageslacht in mannelijke lijn van Doen Beyensz, overleden 1515, ten onrechte in de ,,Geslachtboom etc.” worden aangeduid met de familienaam ,,Van Driel”. In tabel I is schematisch aangegeven in welke generaties bewijsbaar een geslachtsnaam verschijnt; hierin zijn alle meisjes en van de mannen degenen, van wie geen geslachtsnaamdragers afkomen, weggelaten.
Uit dit huwelijk 3 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Beyen | *1462 | Poortugaal | †1549 | Poortugaal | 87 | 2 | 4 |
2 | Cornelis | *1470 | Poortugaal | †1542 | Poortugaal | 72 | 2 | 4 |
3 | Willem | *1478 | †1560 | 82 | 1 | 2 |
1. | Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 115) |
Hij krijgt een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jan | 0 | 0 |
tr. circa 1539
met
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Pieter | *1547 | †1602 | Veere | 54 | 1 | 2 |
tr. circa 1539
met
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Pieter | *1547 | †1602 | Veere | 54 | 1 | 2 |
otr. Rotterdam op 4 jul 1666, tr. Hillegersberg op 18 jul 1666
met
otr. Rotterdam op 4 jul 1666, tr. Hillegersberg op 18 jul 1666
met
Jan Thomasz Griffijn, zn. van Thomas Griffijn (smid) en Lijsbeth Ariens, ged. Overschie op 18 dec 1644 (getuige: Lijsbet Thomas), meester scheepstimmerman.
Hendrik I van Montfoort | |
Hendrik I van Montfoort2,1 (de Rovere), geb. circa 1260, ovl. tussen 12 jan 1299 en 9 jan 1300 . |
|
tr. in 1280
met
Elisabeth Zwedersdr van Bosinchem en Vianen1 (Bosinchem van Vianen, van), dr. van Zweder I van Bosinchem en Vianen en Margaretha Jacobsdr van Vlotstale, geb. circa 1260, ovl. circa 1300.
Uit dit huwelijk 4 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Machteld | 0 | 0 | |||||
2 | Zweder I | *1280 | †1328 | 48 | 1 | 2 | ||
3 | Lijsbeth | †1327 | 0 | 0 | ||||
4 | Roelof | *1278 | †1345 | Warns | 67 | 1 | 1 |
1. | Catharina van de Nesse, de vrouw van Willem van Montfoort, (B 061), B.de Keijzer, Hogenda, Ons Voorgeslacht (blz. 43) |
2. | De heren van Amstel 1105-1378 (AMS/AMS), Th.A.A.M. van Amstel, Verloren, ISBN nummer: 9065502998, Hilversum, 1999 (blz. 153) |
Roelof de Rovere van Montfoort | |
Roelof de Rovere van Montfoort1, geb. circa 1225, ovl. voor 1262. |
tr. circa 1258
met
Odilia van Randerode van Montfoort1, dr. van Willem van Randerode van Montfoort (Burggraaf 1236) en Aleida van Holland, geb. circa 1240, ovl. voor 1262.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Hendrik I | *1260 | †1299 | 38 | 1 | 4 |
1. | Catharina van de Nesse, de vrouw van Willem van Montfoort, (B 061), B.de Keijzer, Hogenda, Ons Voorgeslacht (blz. 43) |
2. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
3. | Oorkondenboek van Holland en Zeeland van 1222 tot 1256, deel 2 (B 045), Oorkondenboek van Holland en Zeeland II, Dr. J.G. Kruisheer, van Gorcum, Assen, 1986 (blz. 84) |
tr. circa 1258
met
Roelof de Rovere van Montfoort1, zn. van Hendrik van Rode ridder (heer van Mierlo of Boxtel) en Margaretha van Cuyck, geb. circa 1225, ovl. voor 1262. |
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Hendrik I | *1260 | †1299 | 38 | 1 | 4 |
1. | Catharina van de Nesse, de vrouw van Willem van Montfoort, (B 061), B.de Keijzer, Hogenda, Ons Voorgeslacht (blz. 43) |
2. | Genealogie der Graven van Holland (DEK/HOL), Dr. A.W.E. Dek, Europese Bibliotheek, Zaltbommel, 1969 (blz. 15) |
tr.
met
Aleida van Holland1, dr. van Otto van Holland (bisschop van Utrecht 1268-1290, proost van Deventer 1299), geb. circa 1220.
Aleida van Holland.
buitenechtelijke dochter van Otto van Holland. Deze Otto was de broer van graaf Floris V van Holland, die het huwelijk van zijn halfnicht had bewerkstelligd.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Odilia | *1240 | †1262 | 22 | 1 | 1 |
1. | Genealogie der Graven van Holland (DEK/HOL), Dr. A.W.E. Dek, Europese Bibliotheek, Zaltbommel, 1969 (blz. 15) |
tr.
met
Odilia Willemsdr van Linschoten, geb. circa 1195.
Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Willem | *1215 | †1252 | 37 | 1 | 1 |
otr. Amsterdam op 21 mrt 16541, tr. Alphen a/d Rijn op 12 apr 16542
met
Aert Evertsz Blaser, zn. van Evert Aertsz Blaser en Maritgen Cornelisdr van der Sluiijs, ged. Alphen a/d Rijn op 4 apr 16323 (getuigen: Henrick Aertsz en Jannetgen Aerts), kistemakersgesel, op de Elandsgracht Amsterdam in mrt 1654.
Aert Evertsz Blaser.
Aert Evertsz Blaser, wonende te Aarlanderveen, verkoopt op 24 nov 1668 aan Marritge Cornelis, weduwe van Evert Aertsz Blaser, een huis en erf met een klein huisje aan de Lage Zijde van de Rijn onder Aarlanderveen, strekkende uit de Rijn tot de Heerweg, belend ten noorden Heijndrick Oosterlingh en ten zuiden de weduwe van Jan Claesz, kaaskoper. Koopsom 600 gulden.
Uit dit huwelijk 5 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Evert | ~1660 | Alphen a/d Rijn | †1714 | 54 | 1 | 7 | |
2 | Maertje | ~1662 | Alphen a/d Rijn | 0 | 0 | |||
3 | Cornelis | ~1665 | Alphen a/d Rijn | 0 | 0 | |||
4 | Jannetje | ~1657 | Amsterdam (Westerkerk) | 1 | 1 | |||
5 | Marritje | ~1655 | Amsterdam (Westerkerk) | 0 | 0 |
1. | Ondertrouwboek Amsterdam (T 277), Stadsarchief Amsterdam, DTB Amsterdam, Inventarisnr.: 473, Geref. Alphen a/d Rijn, 1654 (21 mrt 1654 blz. 79) |
2. | Trouwboek Alphen aan den Rijn (T 377), Streekarchief Rijnlands Midden, DTB Alphen a/d Rijn, Inventarisnr.: 27, NH, Alphen a/d Rijn, van 1644 tot 1701 (12 apr 1654 blz. 97) |
3. | Doopboek Alphen a/d Rijn (D 304), Streekarchief Midden-Holland, DTB Alphen a/d Rijn, Inventarisnr.: 20, Geref. Alphen a/d Rijn, van 23 nov 1622 tot 6 okt 1638 (4 apr 1632 blz. 88) |
otr. (1) Alphen a/d Rijn op 7 nov 16251, tr. Alphen a/d Rijn op 25 nov 1625
met
Maritgen Cornelisdr van der Sluiijs, dr. van Cornelis Mattheusz van der Sluiijs, geb. circa 1600, woont Alphen a/d Rijn in nov 1625.
Maritgen Cornelisdr van der Sluiijs.
Neeltgen Evertsz Blaser, weduwe van Jan Leendertsz van der Lucht, met Cornelis Evertsz Blaser, haar broer en voogd, is op 4 sep 1668 schuldig Phillips Cornelisz Stoopenburch, wonend te Zwammerdam, een bedrag van 500 gulden. Gesteld onderpand: een huis en erf in Alphen op de hoek van de Bruggestraat belend ten oosten Cornelis Londersloot, ten zuiden de Bruggestraat, ten westen de Heerestraat, ten noorden Hendrick Stevin, heer van Schrevelsrecht. Het huis is belast met een schuld van 500 gulden, toekomend Cornelis Londersloot. Borgen: Marrichge Cornelisdr, weduwe van Evert Aartsz Blaser en Cornelis Evertsz Blaser.
Uit dit huwelijk 4 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Aert | ~1632 | Alphen a/d Rijn | 1 | 5 | |||
2 | Jan | ~1636 | Alphen a/d Rijn | 0 | 0 | |||
3 | Cornelis | ~1634 | Alphen a/d Rijn | †1679 | 45 | 1 | 7 | |
4 | Neeltgen | ~1627 | Alphen a/d Rijn | 1 | 0 |
Bronnen:
1. | Trouwboek Alphen a/d Rijn (T 276), Streekarchief Midden-Holland, DTB Alphen a/d Rijn, Inventarisnr.: 26, Geref, Alphen a/d Rijn, van 23 okt 1622 tot jan 1644 (7 nov 1654 blz. 15) |
otr. Alphen a/d Rijn op 7 nov 16251, tr. Alphen a/d Rijn op 25 nov 1625
met
Evert Aertsz Blaser, zn. van Aert Blaser, geb. Alphen a/d Rijn circa 1600, ovl. voor 1668, Hij krijgt geen kinderen.
Evert Aertsz Blaser.
Evert Aertsz Blaser verkoopt op 9 mei 1637 Jan Dircksz van der Clijff een erfje, dat hij zelf eerder gekocht had van Cornelis Gijsbertsz, linnenwever te Bodegraven, liggend in 't Zuideinde van Alphen, strekkend van de Heereweg tot in de Molenvliet, belend ten zuiden de weduwe van Adriaen Pietersz, stoeldraaier, ten noorden Maerten Claesz, snijder. Koopsom 300 gulden.
Jan Dircksz van der Clijff draagt op 20 aug 1640 over op Evert Aertsz Blaser een huis en erf in 't Zuideinde van Alphen, strekkend van de Heereweg tot in de Molenvliet, belend ten zuiden de weduwe van Adriaen Pietersz, stoeldraaier, ten noorden Aert Aertsz Dobben. Koopsom 1425 gulden. Met schuldbrief.
Evert Aertsz Blaser draagt ook op 20 aug 1640 over op Arien Cornelisz Coster een eigendomsbrief van een huis en erf in het Zuideinde van Alphen. Koopsom 1.600 gulden.
Uit dit huwelijk 4 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Aert | ~1632 | Alphen a/d Rijn | 1 | 5 | |||
2 | Jan | ~1636 | Alphen a/d Rijn | 0 | 0 | |||
3 | Cornelis | ~1634 | Alphen a/d Rijn | †1679 | 45 | 1 | 7 | |
4 | Neeltgen | ~1627 | Alphen a/d Rijn | 1 | 0 |
1. | Trouwboek Alphen a/d Rijn (T 276), Streekarchief Midden-Holland, DTB Alphen a/d Rijn, Inventarisnr.: 26, Geref, Alphen a/d Rijn, van 23 okt 1622 tot jan 1644 (7 nov 1654 blz. 15) |
Hij krijgt 4 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Evert | *1600 | Alphen a/d Rijn | †1668 | 68 | 2 | 4 | |
2 | Hendrick | 0 | 0 | |||||
3 | Jannetgen | 0 | 0 | |||||
4 | Meerten | 0 | 0 |
tr. Duisburg [Duitsland] op 26 mei 1813
met
Carolian Helene Keller, geb. Camp Rheinberg [Duitsland] op 17 okt 1785.
tr. Duisburg [Duitsland] op 26 mei 1813
met
Heinrich Lindemann, zn. van Wilhelm Lindemann en Elisabeth Lohmann, geb. Sterckrade [Duitsland] op 20 jul 1792.