Cees Hagenbeek
Richard van Evreux
Richard graaf van Evreux, graaf van Evreux.

tr. in 1025
met

Adelaide (Stephania, Adèle) van Barcelona, dr. van Ramon Borrell I Comte de Barcelona (graaf van Barcelona) en Ermessenda de Carcassona ?, geb. Barcelona [Spanje] in 1000 (circa 994), ovl. in 1049.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Agnes     


Adelaide van Barcelona
Adelaide (Stephania, Adèle) van Barcelona, geb. Barcelona [Spanje] in 1000 (circa 994), ovl. in 1049.

tr. (1) in 1025
met

Richard graaf van Evreux, graaf van Evreux.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Agnes     

tr. (2) in 1035
met

Roger I de Spanjaard (Roger 1er) de Toëni (de Tosny d'Espagne), zn. van Ralph de Toëni, geb. Tosny [Frankrijk] in 990, begr. op 13 mei 1040, tr. (2) met Godeheut . Uit dit huwelijk geen kinderen.

Roger I de Spanjaard de Toëni.
Gonfalonnier de toute la Normandie.
Killed with 2 sons in battle with Roger de Beaumont.
Spanish Warrior, Standard Bearer Of Normandy, Custodian Of Castle Of Tillieres.
Seigneur de Tosny et de Conches - Porte étendard de Normandie.

Uit dit huwelijk 2 dochters:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Alice*1032  †1069  37
Berthe     


Lanzelin I van Baugency
Lanzelin I van Baugency, heer van Baugency, ovl. voor 1060.

Lanzelin I van Baugency.
fils de Landry.

relatie
met

Paule d'Angouleme Et de Périgord, dr. van Heribert I van Maine (bijgn. Eveille-Chien).

Paule d'Angouleme Et de Périgord.
du Maine, bei Schwennicke mit dem Sohn des Lancelin verheiratet.

Uit deze relatie 2 zonen:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan I  †1040   
Lancelin II  †1060   


Paule d'Angouleme Et de Périgord
Paule d'Angouleme Et de Périgord.

Paule d'Angouleme Et de Périgord.
du Maine, bei Schwennicke mit dem Sohn des Lancelin verheiratet.

relatie
met

Lanzelin I van Baugency, heer van Baugency, ovl. voor 1060.

Lanzelin I van Baugency.
fils de Landry.

Uit deze relatie 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan I  †1040   
Lancelin II  †1060   


Aimon de Château-Du-Loir Et de Cohemon
Aimon (Haymon) Seigneur de Château-Du-Loir Et de Cohemon, ovl. na 15 jan 1030.

relatie
met

Hildeburg van Bellesmes, dr. van Ivo I de Creil Seigneur de Belleme en Godehilde van Breteuil, ovl. op 27 okt 1035.

Uit deze relatie een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gervais     


Hildeburg van Bellesmes
Hildeburg van Bellesmes, ovl. op 27 okt 1035.

relatie
met

Aimon (Haymon) Seigneur de Château-Du-Loir Et de Cohemon, ovl. na 15 jan 1030.

Uit deze relatie een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gervais     


Hugo III van Maine
Hugo III graaf van Maine, graaf van Maine 992-1015, ovl. circa 1015.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Heribert I  †1036   


Johannes van der Gaag
Jan (Johannes) van der Gaag, ged. Maassluis op 23 feb 1766, tuinman.



Bronnen:

1.Trouwboek Maassluis (T 101), Nat. Arch. DTB Maassluis, 17:III, Maassluis, van 1760 tot 1777 (5 mei 1765 blz. 127)
2.Trouwboek Maassluis (T 101), Nat. Arch. DTB Maassluis, 17:III, Maassluis, van 1760 tot 1777 (19 mei 1765 blz. 127)
3.Taxandria (TAX), van 1894 tot 1943
4.Doopboek Sprang-Capelle (D 380), BHIC, DTB Sprang-Capelle, Inventarisnr.: 20, NH, Sprang-Capelle, van 1693 tot 1750 (28 mrt 1734 blz. 59)

Poppa
Poppa .

tr. circa 1024
met

Richard II van Normandië, zn. van Richard I hertog van Normandië (hertog van Normandië) en prinses Gunnor van Normandië uit Denemarken, hertog van Normandië 1015, ovl. Fécamp [Frankrijk] op 23 aug 1026, tr. (2) met Astrid van Denemarken, dr. van Sven I Tveskägg van Denemarken (koning van Denemarken, Norrwegen en Engeland) en Swjatoslawa (Gunhild) van Polen. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Papia     


Fulbert Frilla de Falaise
Fulbert Frilla de Falaise2,1, geb. Falaise [Frankrijk] in 978, leerlooier te Falaise, ovl. Falaise [Frankrijk].

tr.
met

Donada ? van Falise, dr. van Malcolm II Kenneth McAlpin (koning van Schotland 1005-1034), geb. Hoei [België] circa 980, ovl. Falaise [Frankrijk], tr. (2) met Findleach van Moray. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Herlève*1003 Falaise [Frankrijk] †1050 Grestain [Frankrijk] 46



Bronnen:
1.Nederlands Patriciaat (NP 002), van 1937 tot 1997
2.Afstammingsreeksen van de Hertogen van Brabant (B 009), Vic Hamers, Rob Dix en Zeno Deurvorst, NGV, 978-90-72771-08-7, Woerden, 2006 (blz. 197)

Joris Paalvast
Joris Paalvast, ovl. Maassluis voor 1811.

tr.
met

Anna Zylmans (Zeijlmans), dr. van Jochem (Joachiem Peters) Zijlmans en Adriana Kluijters, ged. Raamsdonk op 29 aug 17281, ovl. Maassluis op 11 sep 1811.

Anna Zylmans.
woonde in Noordvliet, Maassluis.


Bronnen:

1.Doopboek Raamsdonk (D 382), BHIC, Regionaal Archief Tilburg, 8095, Inventarisnr.: 2, Raamsdonk, van 1719 tot 1774 (29 aug 1728 blz. 5)

Adalbero I van Karinthië
Adalbero I Hertog van Karinthië (von Kärnten), ovl. op 28 nov 1039.

Adalbero I Hertog van Karinthië.
A. v.Eppenstein, v.1000 Markgraf der Kärntner (Karantanischen) Mark, 1012 Herzog, 1019 bei Ulm Niederlage gegen Konrad den Jüngeren und Konrad II, 1027 auf der Synode zu Frankfurt Schwertträger des Kaisers Konrad II.?, 18.5.1035 Absetzung und Verbannung durch Fürstengericht, Kärnten an Konrad den Jüngeren, Karantinische Mark an Arnold v.Lambach, Versuch der Rückeroberung Kärntens scheitert, Rückzug auf Stammsitz zu Ebersberg.

relatie
met

Beatrix von Schwaben, dr. van Herman II hertog von Schwaben (hertog) en Gerberga prinses van Bourgondië, geb. tussen 990 en 1000, ovl. tussen 23 feb 1025 en 12 mei 1025 .

Uit deze relatie een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Markwart II  †1076   


Beatrix von Schwaben
Beatrix von Schwaben, geb. tussen 990 en 1000, ovl. tussen 23 feb 1025 en 12 mei 1025 .

relatie
met

Adalbero I Hertog van Karinthië (von Kärnten), zn. van Markwart I van Eppenstein (markgraaf van Karinthië) en Irmgard van Ebersberg, ovl. op 28 nov 1039.

Adalbero I Hertog van Karinthië.
A. v.Eppenstein, v.1000 Markgraf der Kärntner (Karantanischen) Mark, 1012 Herzog, 1019 bei Ulm Niederlage gegen Konrad den Jüngeren und Konrad II, 1027 auf der Synode zu Frankfurt Schwertträger des Kaisers Konrad II.?, 18.5.1035 Absetzung und Verbannung durch Fürstengericht, Kärnten an Konrad den Jüngeren, Karantinische Mark an Arnold v.Lambach, Versuch der Rückeroberung Kärntens scheitert, Rückzug auf Stammsitz zu Ebersberg.

Uit deze relatie een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Markwart II  †1076   


Diepold im Augstgau Und Oberen Traungau
Diepold (Dietpold I) Graf im Augstgau Und Oberen Traungau, geb. circa 1020, graaf in de Augstgau, ovl. circa 1060.

Diepold Graf im Augstgau Und Oberen Traungau.
vor 1045, Graf im Augstgau 1059/60, Graf im oberen Traungau, um 1020-1060; v.Damm.

relatie
met

NN 1 von Schweinfurt, dr. van Hendrik graaf van Schweinfurt (graaf van Schweinfurt) en Gerberga gravin van Kitzinggau.

Uit deze relatie 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Rapoto IV  †1080 Hohenmölsen [Duitsland]  
Diepold II*1031  †1078 Mellrichstadt [Duitsland] 47
Mathilde     


NN 1 von Schweinfurt
NN 1 von Schweinfurt.

relatie
met

Diepold (Dietpold I) Graf im Augstgau Und Oberen Traungau, zn. van Rapotto II im oberen Traungau (graaf in de Traungau) en NN von Dillingen ?, geb. circa 1020, graaf in de Augstgau, ovl. circa 1060.

Diepold Graf im Augstgau Und Oberen Traungau.
vor 1045, Graf im Augstgau 1059/60, Graf im oberen Traungau, um 1020-1060; v.Damm.

Uit deze relatie 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Rapoto IV  †1080 Hohenmölsen [Duitsland]  
Diepold II*1031  †1078 Mellrichstadt [Duitsland] 47
Mathilde     


Rapoto IV van Passau
Rapoto IV van Passau, ovl. Hohenmölsen [Duitsland] op 15 okt 1080.

Rapoto IV van Passau.
Ratpoto, 1070-1094 Graf v.C, Vogt von St.Emmeran, ist seine 1. Frau M v.Wels-Lambach oder v.Formbach? seine 2.Frau eine Tochter des Hermann I. v.Kastls?; v.Damm.

relatie
met

Mathilde von Wels-Lambach, dr. van Arnold II von Formbach en Regilla van Verdun.

Mathilde von Wels-Lambach.
v.Damm: v.Formbach?; Schwennicke: im Chiemgau? Faussner: Tochter des Grafen Sighard und der Bilihild.

Uit deze relatie 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Ulrich I  †1099 Regensburg (D)  
Ita*1055  †1101  46


Mathilde von Wels-Lambach
Mathilde von Wels-Lambach.

Mathilde von Wels-Lambach.
v.Damm: v.Formbach?; Schwennicke: im Chiemgau? Faussner: Tochter des Grafen Sighard und der Bilihild.

relatie
met

Rapoto IV van Passau, zn. van Diepold Graf im Augstgau Und Oberen Traungau (graaf in de Augstgau) en NN 1 von Schweinfurt, ovl. Hohenmölsen [Duitsland] op 15 okt 1080.

Rapoto IV van Passau.
Ratpoto, 1070-1094 Graf v.C, Vogt von St.Emmeran, ist seine 1. Frau M v.Wels-Lambach oder v.Formbach? seine 2.Frau eine Tochter des Hermann I. v.Kastls?; v.Damm.

Uit deze relatie 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Ulrich I  †1099 Regensburg (D)  
Ita*1055  †1101  46


Jaroslav I 'de Wijze' van Kiev
Jaroslav I 'de Wijze' van Kiev (Jaroslaw I. Velikij Knjaz Kiewskij), geb. Kiev [Russian Federation] in 978, grootvorst van Kiev, ovl. Wyschgorod [Russian Federation] op 20 feb 1054, begr. Kiev [Russian Federation] in de Sofiakathedraal.

Jaroslav I 'de Wijze' van Kiev.
Mudryj, 988 in Rostow, 1019-1054 7. Großfürst von Kiew, bis 1036 in Novgorod, 1031 Gründung Dorpats, 1036 Sieg über die Petschenegen, nach 1036 (nach dem Tode des Bruders Mstislavs) Alleinherrscher, rastlos tätig, reger Bildungseifer, russische Fürstenthrone waren später nur von seinen direkten Nachkommen besetzt, nüchterner Mann, die einzige klar umrissene russische Fürstengestalt der nordischen Sagaliteratur. Gründet 1031 Dorpat (Jurjew), siegt 1036 über die Petschenegen; letzter Grossfürst mit gesamter Herrschergewalt, verteilt das Reich an seine Söhne. 1016 Beginn der Kämpfe Jaroslavs (Jarisleifr) mit seinem Bruder, dem Brudermörder Svjatopolk -- Erben Vladimirs Rogned war bereits 1000 gestorben. Jaroslav hat Ingegerd nicht vor 1017 geehelicht. Jaroslav der Weise befand sich 1015 in schwieriger Lage und warb mehrere tausend Reisläufer an, um sich mit deren Hilfe in den Besitz der grossfürstlichen Würde zu setzen; ähnlich verfuhr er auch mehrfach in späteren Jahren, wenn er für seine Unternehmungen eine wehrfähige Mannschaft brauchte. Q: Fagrskinna. 1024 spielt dabei Hakon mit dem golddurchwirkten Mantel als Anführer einer Kriegerschar Jaroslavs in dessen Bruderzwist mit dem tatkräftigen und fürstlich gesinnten Mstislav eine Rolle und kehrt danach wieder in seine Heimat zurück. Aus der altisländischen Saga erfahren wir, dass der angesehene Ragnwald, Jarl von Westgötaland und Schwager Olav Tryggvasons, mit seiner Familie und einem zahlreichen Gefolge als Begleiter Ingigerds um 1017 in Novgorod erschienen ist und von Jaroslav Aldeigjuborg (Alt-Ladoga) als Lehen erhalten hat. Auch die zwei Söhne des Jarls, Jarl Ulf und Jarl Eilif, die in Russland aufgewachsen waren, bekleidetetn hohe Posten in der Streitmacht Jaroslavs. 1028 gewährt der grossfürstliche Hof einem zweiten norwegischen Flüchtling und Thronprätendenten, Olav Haraldson (dem heiligen), dem Schwager Ingigerds, nach der Niederlage, die er im Kampf gegen Knud v.Dänemark und die aufständischen Häupter der Bauerngeschlechter seiner Heimat erlitten hat, und seinem kleinen Sohne Magnus eine Zuflucht; wenn wir dem Sagabericht Glauben schenken dürfen, sollen Jaroslav und Ingigerd, als Olav sich (1030) rüstete, in seine Heimat zurückzukehren, ihm die Herrschaft über das Land Wolgaria angeboten haben, dessen Volk zu jener Zeit noch ganz heidnisch (``hundheidit'') war. Dieser Passus ist wenig glaubwürdig, weil erst die Nachkommen Jurij Dolgorukijs ins Gebiet der Wolgabulgaren vorgestossen sind. 1028-1034 war sein Sohn Magnus bei Jaroslav. Auch Olavs bedeutend jüngerer Halbbruder Harald Sigurdsson (*1015, Harald der Hartgemute), der nach der Schlacht bei Stiklestad (1030), die Olav das Leben gekostet hat, als Jüngling zu Jaroslav geflohen war, hat sich eine angesehene Stellung in der grossfürstlichen ``Drushina'' erworben, bevor er nach Byzanz zog, um im Warangerkorps (vaeringjalid), d.h. einer kaiserlichen Elitetruppe, Kriegsdienste zu leisten und auf allerlei Kriegszügen reiche Beute zu sammeln. Nach der Rückkehr aus Konstantinopel nach Russland führte Harald um 1043 Ellisif (Elisabeth), die Tochter des grossfürstlichen Paares, nach Norwegen heim, wie uns die Königssagas, nicht aber die russischen Annalen berichten... Man darf mit Sicherheit voraussetzen, dass sowohl der nachmalige schwedische König Stenkil (1060-1066) als auch Elf und Eilif, die Söhne Jarl Ragnwalds -- wie schon oben erwähnt -- in Russland auferzogen worden sind; von Eilif ist bekannt, dass er ein höherer Offizier in Jaroslavs Streitmacht gewesen ist. Jaroslav war wohl einer näheren Bindung an Boleslav abgeneigt, nicht aber an dessen Nachfolger; daher gab er im Jahre 1043 gerne seine Schwester Maria Dobronega, Nichte der Kaiser Vasilios und Konstantinos, dem Enkel Boleslavs, Kasimir I. zur Frau. Wenn man aber bedenkt, dass Jaroslav, der seit 1017 bzw. 1018 verheiratet war, im selben Jahr 1043 seine Tochter Eilisif, die ....

Als jonge man werd Jaroslav door zijn vader benoemd tot bestuurder van Rostov. In 1010 kreeg hij het bestuur over Novgorod; in die periode stichtte hij ook de stad Jaroslavl aan de Wolga. In 1014 kreeg hij een conflict met zijn vader over belastingen. Vladimir dreigde met oorlog maar dat werd voorkomen door zijn dood in 1015. Jaroslav werd zelfstandig vorst van Novgorod.
Als de oudste van de dynastie probeerde Svjatopolk van Toerov de macht over het gehele Kievse Rijk te verwerven. Jaroslav wist Svjatopolk te verslaan, die zijn toevlucht zocht bij zijn schoonvader Boleslaw I van Polen. Boleslaw en Svjatopolk versloegen Jaroslav in 1018 en Jaroslav moest Kiev en zijn koninklijke schat prijsgeven. In 1019 kon Jaroslav, met steun van keizer Hendrik II de Heilige, Kiev weer heroveren en Svjatopolk verdrijven. In deze periode van conflicten werden de meeste van de broers en halfbroers van Jaroslav onder onduidelijke omstandigheden vermoord, waaronder Boris en Gleb die heilig werden verklaard. Jaroslavs’ broer Soedislav werd levenslang opgesloten. Jaroslav vaardigde ook het eerste Slavische wetboek uit. Hij gaf bijzondere voorrechten aan Novgorod, wat het begin markeerde van de Republiek Novgorod. In 1024 kwam het tot een conflict met zijn broer Mstislav. Toen Mstislav Jaroslav had verslagen deelden zij het Kievse Rijk langs de Dnjepr, waarbij Jaroslav de stad Kiev en het westelijke deel van het rijk kreeg; Mstislav vestigde zich oostelijk in het vorstendom Tsjernigov (huidig Tsjernihiv).
Keizer Koenraad II de Saliër sloot een bondgenootschap met Jaroslav tegen Polen. In een gezamenlijke oorlog verwierf Jaroslav het oosten van Galicië. Hij steunde Casimir I van Polen om koning van Polen te worden en sloot een bondgenootschap met hem. Hij onderwierp de regio rond Tartu en bouwde daar een kasteel. Vervolgens moest Jaroslav terugkeren naar Kiev dat werd belegerd door de Petsjenegen. Nadat Mstislav in 1036 was overleden kon Jaroslav het rijk herenigen en wist hij de Petsjenegen definitief te verslaan. In datzelfde jaar bouwde hij de Sint-Sofiakathedraal in Kiev, ook stichtte hij de Sofiakathedraal in Novgorod.
Een aanval over zee op Constantinopel in 1043 liep uit op een mislukking maar Jaroslav wist wel een gunstig vredesverdrag te sluiten met het Byzantijnse Rijk. Hij verfraaide Kiev naar het voorbeeld van Constantinopel (hij liet o.a. een Gouden Poort bouwen) en maakte de kerk onafhankelijker van Byzantium. Zonder het medeweten van Byzantium gaf hij Russische priesters belangrijke taken in de kerk in Novgorod en Kiev. Hij breidde de handelscontacten met andere landen uit. Ook bepaalde Jaroslav dat de Russische kerk niet door een aartsbisschop maar door een metropoliet moest worden geleid. De eerste was Theopempt, een Byzantijn – de metropolieten van Kiev kwamen aanvankelijk uit Constantinopel – maar de taal van de liturgie was vanaf het begin Slavisch en niet Grieks.
Jaroslav werd begraven in de Sofiakathedraal in Kiev. Volgens een Scandinavische overlevering zou hij kreupel zijn als gevolg van een pijlwond. Onderzoek van het skelet van Jaroslav heeft dat bevestigd.

 

tr. Sapsborg in apr 1019
met

Ingegerd Olofsdotter (Ingigerd, Irene, Anna af Sverige.) van Zweden (Munso van Zweden), dr. van Olaf III Haraldsson Konung af Sverige (koning van Zweden 995-1022, schatkoning van Zweden) en Astrid van Mecklenburg (Koningin-gemalin van Zweden 1000-1022), geb. circa 1001, ovl. op 10 feb 1050.

Ingegerd Olofsdotter van Zweden.
in der Taufe: Irene, vor dem Tode: Anna, tonangebende Stellung am grossfürstlichen Throne, ihr Eintreten bewirkt Versöhnung zwischen Jaroslav und König Eymund Hringson;Forssman, dochter van : Olof Skötkonung.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Isjaslaw I*1025  †1078  53
Wsewolod I*1030  †1093  62
Anna  †1075   
Anastasia  †1074   


Ingegerd Olofsdotter van Zweden
Ingegerd Olofsdotter (Ingigerd, Irene, Anna af Sverige.) van Zweden (Munso van Zweden), geb. circa 1001, ovl. op 10 feb 1050.

Ingegerd Olofsdotter van Zweden.
in der Taufe: Irene, vor dem Tode: Anna, tonangebende Stellung am grossfürstlichen Throne, ihr Eintreten bewirkt Versöhnung zwischen Jaroslav und König Eymund Hringson;Forssman, dochter van : Olof Skötkonung.

tr. Sapsborg in apr 1019
met

Jaroslav I 'de Wijze' van Kiev (Jaroslaw I. Velikij Knjaz Kiewskij), zn. van Wladimir 'de Heilige' van Kiev (prins van Novgorod, grootvorst van Kiev en heerser van het Kievse Rijk) en Rogneda Fürstin von Polotzk, geb. Kiev [Russian Federation] in 978, grootvorst van Kiev, ovl. Wyschgorod [Russian Federation] op 20 feb 1054, begr. Kiev [Russian Federation] in de Sofiakathedraal.

Jaroslav I 'de Wijze' van Kiev.
Mudryj, 988 in Rostow, 1019-1054 7. Großfürst von Kiew, bis 1036 in Novgorod, 1031 Gründung Dorpats, 1036 Sieg über die Petschenegen, nach 1036 (nach dem Tode des Bruders Mstislavs) Alleinherrscher, rastlos tätig, reger Bildungseifer, russische Fürstenthrone waren später nur von seinen direkten Nachkommen besetzt, nüchterner Mann, die einzige klar umrissene russische Fürstengestalt der nordischen Sagaliteratur. Gründet 1031 Dorpat (Jurjew), siegt 1036 über die Petschenegen; letzter Grossfürst mit gesamter Herrschergewalt, verteilt das Reich an seine Söhne. 1016 Beginn der Kämpfe Jaroslavs (Jarisleifr) mit seinem Bruder, dem Brudermörder Svjatopolk -- Erben Vladimirs Rogned war bereits 1000 gestorben. Jaroslav hat Ingegerd nicht vor 1017 geehelicht. Jaroslav der Weise befand sich 1015 in schwieriger Lage und warb mehrere tausend Reisläufer an, um sich mit deren Hilfe in den Besitz der grossfürstlichen Würde zu setzen; ähnlich verfuhr er auch mehrfach in späteren Jahren, wenn er für seine Unternehmungen eine wehrfähige Mannschaft brauchte. Q: Fagrskinna. 1024 spielt dabei Hakon mit dem golddurchwirkten Mantel als Anführer einer Kriegerschar Jaroslavs in dessen Bruderzwist mit dem tatkräftigen und fürstlich gesinnten Mstislav eine Rolle und kehrt danach wieder in seine Heimat zurück. Aus der altisländischen Saga erfahren wir, dass der angesehene Ragnwald, Jarl von Westgötaland und Schwager Olav Tryggvasons, mit seiner Familie und einem zahlreichen Gefolge als Begleiter Ingigerds um 1017 in Novgorod erschienen ist und von Jaroslav Aldeigjuborg (Alt-Ladoga) als Lehen erhalten hat. Auch die zwei Söhne des Jarls, Jarl Ulf und Jarl Eilif, die in Russland aufgewachsen waren, bekleidetetn hohe Posten in der Streitmacht Jaroslavs. 1028 gewährt der grossfürstliche Hof einem zweiten norwegischen Flüchtling und Thronprätendenten, Olav Haraldson (dem heiligen), dem Schwager Ingigerds, nach der Niederlage, die er im Kampf gegen Knud v.Dänemark und die aufständischen Häupter der Bauerngeschlechter seiner Heimat erlitten hat, und seinem kleinen Sohne Magnus eine Zuflucht; wenn wir dem Sagabericht Glauben schenken dürfen, sollen Jaroslav und Ingigerd, als Olav sich (1030) rüstete, in seine Heimat zurückzukehren, ihm die Herrschaft über das Land Wolgaria angeboten haben, dessen Volk zu jener Zeit noch ganz heidnisch (``hundheidit'') war. Dieser Passus ist wenig glaubwürdig, weil erst die Nachkommen Jurij Dolgorukijs ins Gebiet der Wolgabulgaren vorgestossen sind. 1028-1034 war sein Sohn Magnus bei Jaroslav. Auch Olavs bedeutend jüngerer Halbbruder Harald Sigurdsson (*1015, Harald der Hartgemute), der nach der Schlacht bei Stiklestad (1030), die Olav das Leben gekostet hat, als Jüngling zu Jaroslav geflohen war, hat sich eine angesehene Stellung in der grossfürstlichen ``Drushina'' erworben, bevor er nach Byzanz zog, um im Warangerkorps (vaeringjalid), d.h. einer kaiserlichen Elitetruppe, Kriegsdienste zu leisten und auf allerlei Kriegszügen reiche Beute zu sammeln. Nach der Rückkehr aus Konstantinopel nach Russland führte Harald um 1043 Ellisif (Elisabeth), die Tochter des grossfürstlichen Paares, nach Norwegen heim, wie uns die Königssagas, nicht aber die russischen Annalen berichten... Man darf mit Sicherheit voraussetzen, dass sowohl der nachmalige schwedische König Stenkil (1060-1066) als auch Elf und Eilif, die Söhne Jarl Ragnwalds -- wie schon oben erwähnt -- in Russland auferzogen worden sind; von Eilif ist bekannt, dass er ein höherer Offizier in Jaroslavs Streitmacht gewesen ist. Jaroslav war wohl einer näheren Bindung an Boleslav abgeneigt, nicht aber an dessen Nachfolger; daher gab er im Jahre 1043 gerne seine Schwester Maria Dobronega, Nichte der Kaiser Vasilios und Konstantinos, dem Enkel Boleslavs, Kasimir I. zur Frau. Wenn man aber bedenkt, dass Jaroslav, der seit 1017 bzw. 1018 verheiratet war, im selben Jahr 1043 seine Tochter Eilisif, die ....

Als jonge man werd Jaroslav door zijn vader benoemd tot bestuurder van Rostov. In 1010 kreeg hij het bestuur over Novgorod; in die periode stichtte hij ook de stad Jaroslavl aan de Wolga. In 1014 kreeg hij een conflict met zijn vader over belastingen. Vladimir dreigde met oorlog maar dat werd voorkomen door zijn dood in 1015. Jaroslav werd zelfstandig vorst van Novgorod.
Als de oudste van de dynastie probeerde Svjatopolk van Toerov de macht over het gehele Kievse Rijk te verwerven. Jaroslav wist Svjatopolk te verslaan, die zijn toevlucht zocht bij zijn schoonvader Boleslaw I van Polen. Boleslaw en Svjatopolk versloegen Jaroslav in 1018 en Jaroslav moest Kiev en zijn koninklijke schat prijsgeven. In 1019 kon Jaroslav, met steun van keizer Hendrik II de Heilige, Kiev weer heroveren en Svjatopolk verdrijven. In deze periode van conflicten werden de meeste van de broers en halfbroers van Jaroslav onder onduidelijke omstandigheden vermoord, waaronder Boris en Gleb die heilig werden verklaard. Jaroslavs’ broer Soedislav werd levenslang opgesloten. Jaroslav vaardigde ook het eerste Slavische wetboek uit. Hij gaf bijzondere voorrechten aan Novgorod, wat het begin markeerde van de Republiek Novgorod. In 1024 kwam het tot een conflict met zijn broer Mstislav. Toen Mstislav Jaroslav had verslagen deelden zij het Kievse Rijk langs de Dnjepr, waarbij Jaroslav de stad Kiev en het westelijke deel van het rijk kreeg; Mstislav vestigde zich oostelijk in het vorstendom Tsjernigov (huidig Tsjernihiv).
Keizer Koenraad II de Saliër sloot een bondgenootschap met Jaroslav tegen Polen. In een gezamenlijke oorlog verwierf Jaroslav het oosten van Galicië. Hij steunde Casimir I van Polen om koning van Polen te worden en sloot een bondgenootschap met hem. Hij onderwierp de regio rond Tartu en bouwde daar een kasteel. Vervolgens moest Jaroslav terugkeren naar Kiev dat werd belegerd door de Petsjenegen. Nadat Mstislav in 1036 was overleden kon Jaroslav het rijk herenigen en wist hij de Petsjenegen definitief te verslaan. In datzelfde jaar bouwde hij de Sint-Sofiakathedraal in Kiev, ook stichtte hij de Sofiakathedraal in Novgorod.
Een aanval over zee op Constantinopel in 1043 liep uit op een mislukking maar Jaroslav wist wel een gunstig vredesverdrag te sluiten met het Byzantijnse Rijk. Hij verfraaide Kiev naar het voorbeeld van Constantinopel (hij liet o.a. een Gouden Poort bouwen) en maakte de kerk onafhankelijker van Byzantium. Zonder het medeweten van Byzantium gaf hij Russische priesters belangrijke taken in de kerk in Novgorod en Kiev. Hij breidde de handelscontacten met andere landen uit. Ook bepaalde Jaroslav dat de Russische kerk niet door een aartsbisschop maar door een metropoliet moest worden geleid. De eerste was Theopempt, een Byzantijn – de metropolieten van Kiev kwamen aanvankelijk uit Constantinopel – maar de taal van de liturgie was vanaf het begin Slavisch en niet Grieks.
Jaroslav werd begraven in de Sofiakathedraal in Kiev. Volgens een Scandinavische overlevering zou hij kreupel zijn als gevolg van een pijlwond. Onderzoek van het skelet van Jaroslav heeft dat bevestigd.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Isjaslaw I*1025  †1078  53
Wsewolod I*1030  †1093  62
Anna  †1075   
Anastasia  †1074   


Robert I van Bourgondië
Robert I Duc van Bourgondië, geb. circa 1011, hertog van Bourgondië in 1032, ovl. op 21 mrt 1076.

tr. (1) in 1033, (gesch. in 1046)
met

Heloise (Helie) van Sémur, de Semur, dr. van Dalmatius I Comte van Sémur en Aremburga van Bourgondië, ovl. op 22 apr 1109.

Heloise van Sémur.
ca 1055 verstoßen (1046?).

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Constanze*1046  †1093  46

tr. (2) in 1048
met

Ermengard (Blanche) van Anjou, dr. van Fulco III Nerra Comte d'Anjou (graaf van Anjou in 987) en Hildegarde , geb. tussen 1010 en 1015, erfdochter van Anjou, ovl. op 21 mrt 1076.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hildegard  †1104