Cees Hagenbeek
Jacobus I 'de Veroveraar' van Aragon
Jacobus I 'de Veroveraar' (Jaume I) van Aragon (Aragón i de Mallorca Comte de Rosselló i Cerdanya Senyor de Montpeller Vescomte), geb. Montpellier [Frankrijk] op 13 feb 1208, koning van Aragon, Valencia en de Balearen, ovl. Xativa op 25 jul 1276, begr. Valencia op 27 jul 1276.

Jacobus I 'de Veroveraar' van Aragon.
Volledige naam: Rey de Aragón i de Mallorca Comte de Rosselló i Cerdanya Senyor de Montpeller Vescomte de Carladès Baró d'Omelàs.

tr. Barcelona [Spanje] op 8 sep 1233
met

Jolante (Violante) van Hongarije, dr. van Andreas II van Hongarije (koning van Hongarije) en Jolante van Courtenay, ovl. Huesca in 1251, begr. Valbona [Spanje].

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Peter*1239 Valencia †1285 del Panadès 45
Isabella*1247  †1271 Cosenza [Italië] 23


Jolante van Hongarije
Jolante (Violante) van Hongarije, ovl. Huesca in 1251, begr. Valbona [Spanje].

tr. Barcelona [Spanje] op 8 sep 1233
met

Jacobus I 'de Veroveraar' (Jaume I) van Aragon (Aragón i de Mallorca Comte de Rosselló i Cerdanya Senyor de Montpeller Vescomte), zn. van Peter II van Aragon en Maria van Montpellier Dame van Muret, geb. Montpellier [Frankrijk] op 13 feb 1208, koning van Aragon, Valencia en de Balearen, ovl. Xativa op 25 jul 1276, begr. Valencia op 27 jul 1276.

Geertruida von Andechs und Meran.
vermoord.
Gertrudis van Andechs-Meranië (Andechs, 1185 - woud Pilis, 24 september 1213) was, als eerste vrouw van koning Andreas II, koningin van Hongarije.
Zij was de oudste dochter van hertog Berthold IV van Meranië en haar zuster Agnes trouwde met de Franse koning Filips August. Gertrudis trouwde met Andreas nog vóór 1203. Zij was de moeder van diens opvolger Béla IV van Hongarije en van (de heilige) Elizabeth.
Gertrudis werd in 1213 vermoord door opstandige Hongaarse edellieden die haar verweten dat haar familieleden en verwanten een bevoorrechte behandeling kregen aan het hof. Wegens de politieke omstandigheden in Hongarije was de positie van koning Andreas te zwak om de moord op zijn vrouw te wreken, waardoor het pas aan zijn zoon en opvolger Béla toekwam om de moordenaars te vinden en te straffen. Deze campagne voltooide hij dertig jaar na haar dood.
Koningin Gertude is de hoofdfiguur in Ferenc Erkels opera, Bánk bán.

Jacobus I 'de Veroveraar' van Aragon.
Volledige naam: Rey de Aragón i de Mallorca Comte de Rosselló i Cerdanya Senyor de Montpeller Vescomte de Carladès Baró d'Omelàs.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Peter*1239 Valencia †1285 del Panadès 45
Isabella*1247  †1271 Cosenza [Italië] 23


Peter III van Aragon van Valencië en Sicilië
Peter III koning van Aragon van Valencië en Sicilië, geb. Valencia op 26 dec 1239, ovl. del Panadès op 10 nov 1285, begr. Santa Cruz.

Peter III koning van Aragon van Valencië en Sicilië.
Pere II, el Grande, 1276 Rey de Aragon, 17.11.1276 Zaragoza: coronation, 30.11.1282 Re de Sicilia.

tr. Montpellier [Frankrijk] op 13 jun 1262
met

Constance prinses van Hohenstaufen-Sicilië, dr. van Manfred van Sicilië en Beatrix van Savoye, geb. circa 1249, ovl. Barcelona [Spanje] in 1302, begr. aldaar.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elisabeth*1271 Saragossa [Spanje] †1336 Estremos [Spanje] 65
Frederik*1271  †1337 Palermo [Italië] 65


Constance van Hohenstaufen-Sicilië
Constance prinses van Hohenstaufen-Sicilië, geb. circa 1249, ovl. Barcelona [Spanje] in 1302, begr. aldaar.

tr. Montpellier [Frankrijk] op 13 jun 1262
met

Peter III koning van Aragon van Valencië en Sicilië, zn. van Jacobus I 'de Veroveraar' van Aragon (koning van Aragon, Valencia en de Balearen) en Jolante van Hongarije, geb. Valencia op 26 dec 1239, ovl. del Panadès op 10 nov 1285, begr. Santa Cruz.

Peter III koning van Aragon van Valencië en Sicilië.
Pere II, el Grande, 1276 Rey de Aragon, 17.11.1276 Zaragoza: coronation, 30.11.1282 Re de Sicilia.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Elisabeth*1271 Saragossa [Spanje] †1336 Estremos [Spanje] 65
Frederik*1271  †1337 Palermo [Italië] 65


Manfred van Sicilië
Manfred van Sicilië, geb. in 1232, ovl. op 26 feb 1266.

Manfred van Sicilië.
1250 Principe di Taranto, 11.8.1258 Palermo Re di Sicilia e Apulia, ten slotte koning van Sicilië, geb. 1231/1232, gesneuveld bij Benevento in de vlakte van Grandella op 26 febr. 1266.

relatie
met

Beatrix (Bianca) van Savoye, ovl. voor 1259.

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Constance*1249  †1302 Barcelona [Spanje] 53



Bronnen:
1.NRC Handelsblad, dagblad, Vlaamse Mediahuis, Bart Funnekotter, Amsterdam (NRC)

Beatrix van Savoye
Beatrix (Bianca) van Savoye, ovl. voor 1259.

relatie
met

Manfred van Sicilië, zn. van Kaiser Friedrich II von Hohenstaufen en Beatrice Lancia, geb. in 1232, ovl. op 26 feb 1266.

Manfred van Sicilië.
1250 Principe di Taranto, 11.8.1258 Palermo Re di Sicilia e Apulia, ten slotte koning van Sicilië, geb. 1231/1232, gesneuveld bij Benevento in de vlakte van Grandella op 26 febr. 1266.

Uit deze relatie een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Constance*1249  †1302 Barcelona [Spanje] 53


Dirk van de Elzas
Dirk graaf van de Elzas (Thierry d'Alsace, graaf van Vlaanderen), geb. Bitche in 1100, graaf van Vlaanderen, ovl. Grevelingen op 17 jan 1168, begr. Watten.

Dirk graaf van de Elzas.
Hij was een zoon van hertog Diederik van Opper-Lotharingen en Gertrudis van Vlaanderen, dochter van graaf Robrecht I de Fries. Als kleinzoon van graaf Robrecht de Fries kon hij na de moord op Karel de Goede in 1127 via zijn moeder Gertrudis rechten doen gelden op de troon van Vlaanderen. Hij nam de strijd op tegen Willem Clito, eveneens in de moederlijke lijn afstammend van de Vlaamse graven en door de Franse koning Lodewijk VI als graaf aan Vlaanderen opgedrongen. Met de steun van de Vlaamse steden, voornamelijk Gent en Brugge, versloeg Diederik zijn tegenstander en kon hij zich in maart 1128 in Vlaanderen als graaf doen erkennen. Toen Willem Clito enkele maanden later overleed was zijn positie voortaan onbetwist. In de strijd tussen Frankrijk en Engeland probeerde hij een neutrale positie te bewaren, hetgeen de Vlaamse handel ten goede kwam. Onder zijn bewind konden de steden zich ontwikkelen en werden de instellingen organisatorisch hervormd. Door zijn (tweede) huwelijk (1139) met Sybilla van Anjou, wier vader Fulco koning van Jeruzalem was, begon hij een bijzondere belangstelling voor het Oosten aan de dag te leggen. Hij ondernam vier reizen naar het Heilige Land, waarvan hij de vermeende relikwie van het H. Bloed (bewaard te Brugge) zou hebben meegebracht. Tijdens zijn derde reis (1157?1159) vertrouwde hij het regentschap toe aan zijn zoon Filips van de Elzas, aan wie hij vóór zijn vierde reis, einde 1164, definitief de regering overliet. Graf von Flandern (7.6.1127), verwundet bei Aalst.

tr. (1) in 1128
met

Swanhilde de Clermont-en-Beauvaisis, dr. van Reinald II van Clermont en Beauvais (graaf van Clermont in Beauvaisis (1103)) en Adela van Vermandois, geb. circa 1103, ovl. op 4 sep 1139.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lauretta*1125  †1175 Brussel [België] 50

tr. (2) in 1134
met

Sybille van Anjou, dr. van Fulco V (de Jonge) van Anjou (koning van Jeruzalem) en Eremburge van Maine (erfdochter van Maine), geb. in 1106, ovl. Jeruzalem in 1165, begr. Bethlehem [Israël].

Sybille van Anjou.
Fille de Foulque d’Anjou, comte d'Anjou et de Touraine, puis roi de Jérusalem, elle est d’abord mariée au fils du Normand Robert Courteheuse, Guillaume Cliton, futur comte de Flandre à qui elle apporte le comté du Maine. Guillaume meurt en 1128. Ayant suivi son père devenu roi de Jérusalem, elle épouse en Palestine le nouveau comte de Flandre Thierry d'Alsace (1139).

Lors du deuxième séjour de Thierry d’Alsace en Terre sainte (1147-49), elle gouverne, alors enceinte, le comté de Flandre. Baudouin IV de Hainaut en profite pour attaquer la Flandre, Sibylle contre-attaque et fait ravager le Hainaut, pendant que Baudouin dévaste l’Artois. L’évêque de Reims Samson de Mauvoisin s’entremet et une trêve est alors signée. Thierry se venge de son voisin à son retour.

En 1157, désireuse de revoir la Palestine, elle persuade Thierry de l'accompagner dans sa troisième expédition. Sur place, elle le convainc à la séparation, pour devenir religieuse et prendre le voile au monastère de Béthanie (Saint-Lazare de Jérusalem), où elle mourra.

Une petite croix en ivoire de morse, de style mosan, est considérée comme une commande de la comtesse Sibylle avant son départ définitif pour Jérusalem. Il s'agit de la partie centrale d'une reliure (couverture de livre) ; on voit sur la partie inférieure une femme en prière entourée de l'inscription nommant Sibylle. Cette croix est exposée au département des Objets d'art du musée du Louvre1.

Uit dit huwelijk 6 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Mattheus*1138  †1173 Driencourt 35
Margaretha*1145  †1194 Brugge [België] 49
Philips*1136  †1191 Akko [Israël] 55
Pieter*1140  †1176  36
Boudewijn  †1150   
Pieter*1140  †1176  36


Sybille van Anjou
Sybille van Anjou, geb. in 1106, ovl. Jeruzalem in 1165, begr. Bethlehem [Israël].

Sybille van Anjou.
Fille de Foulque d’Anjou, comte d'Anjou et de Touraine, puis roi de Jérusalem, elle est d’abord mariée au fils du Normand Robert Courteheuse, Guillaume Cliton, futur comte de Flandre à qui elle apporte le comté du Maine. Guillaume meurt en 1128. Ayant suivi son père devenu roi de Jérusalem, elle épouse en Palestine le nouveau comte de Flandre Thierry d'Alsace (1139).

Lors du deuxième séjour de Thierry d’Alsace en Terre sainte (1147-49), elle gouverne, alors enceinte, le comté de Flandre. Baudouin IV de Hainaut en profite pour attaquer la Flandre, Sibylle contre-attaque et fait ravager le Hainaut, pendant que Baudouin dévaste l’Artois. L’évêque de Reims Samson de Mauvoisin s’entremet et une trêve est alors signée. Thierry se venge de son voisin à son retour.

En 1157, désireuse de revoir la Palestine, elle persuade Thierry de l'accompagner dans sa troisième expédition. Sur place, elle le convainc à la séparation, pour devenir religieuse et prendre le voile au monastère de Béthanie (Saint-Lazare de Jérusalem), où elle mourra.

Une petite croix en ivoire de morse, de style mosan, est considérée comme une commande de la comtesse Sibylle avant son départ définitif pour Jérusalem. Il s'agit de la partie centrale d'une reliure (couverture de livre) ; on voit sur la partie inférieure une femme en prière entourée de l'inscription nommant Sibylle. Cette croix est exposée au département des Objets d'art du musée du Louvre1.

tr. in 1134
met

Dirk graaf van de Elzas (Thierry d'Alsace, graaf van Vlaanderen), zn. van Dirk I/II van Opper-Lotharingen (hertog van Opper-Lotharingen) en Geertruid van Vlaanderen, geb. Bitche in 1100, graaf van Vlaanderen, ovl. Grevelingen op 17 jan 1168, begr. Watten, tr. (1) met Swanhilde de Clermont-en-Beauvaisis. Uit dit huwelijk een dochter.

Dirk graaf van de Elzas.
Hij was een zoon van hertog Diederik van Opper-Lotharingen en Gertrudis van Vlaanderen, dochter van graaf Robrecht I de Fries. Als kleinzoon van graaf Robrecht de Fries kon hij na de moord op Karel de Goede in 1127 via zijn moeder Gertrudis rechten doen gelden op de troon van Vlaanderen. Hij nam de strijd op tegen Willem Clito, eveneens in de moederlijke lijn afstammend van de Vlaamse graven en door de Franse koning Lodewijk VI als graaf aan Vlaanderen opgedrongen. Met de steun van de Vlaamse steden, voornamelijk Gent en Brugge, versloeg Diederik zijn tegenstander en kon hij zich in maart 1128 in Vlaanderen als graaf doen erkennen. Toen Willem Clito enkele maanden later overleed was zijn positie voortaan onbetwist. In de strijd tussen Frankrijk en Engeland probeerde hij een neutrale positie te bewaren, hetgeen de Vlaamse handel ten goede kwam. Onder zijn bewind konden de steden zich ontwikkelen en werden de instellingen organisatorisch hervormd. Door zijn (tweede) huwelijk (1139) met Sybilla van Anjou, wier vader Fulco koning van Jeruzalem was, begon hij een bijzondere belangstelling voor het Oosten aan de dag te leggen. Hij ondernam vier reizen naar het Heilige Land, waarvan hij de vermeende relikwie van het H. Bloed (bewaard te Brugge) zou hebben meegebracht. Tijdens zijn derde reis (1157?1159) vertrouwde hij het regentschap toe aan zijn zoon Filips van de Elzas, aan wie hij vóór zijn vierde reis, einde 1164, definitief de regering overliet. Graf von Flandern (7.6.1127), verwundet bei Aalst.

Uit dit huwelijk 6 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Mattheus*1138  †1173 Driencourt 35
Margaretha*1145  †1194 Brugge [België] 49
Philips*1136  †1191 Akko [Israël] 55
Pieter*1140  †1176  36
Boudewijn  †1150   
Pieter*1140  †1176  36


Margaretha van Vlaanderen
Margaretha van Vlaanderen, geb. op 4 nov 1145, gravin van de Elzas 1191, ovl. Brugge [België] op 15 nov 1194, begr. Brugge (St Donaas).

tr. (1) circa 1160
met

Raoul II van Vermandois, zn. van Raoul I graaf van Vermandois (1120 graaf van Vermandois) en Petronella (Alix) van Poitou, geb. tot 1145, ovl. voor 17 jun 1167.

Raoul II van Vermandois.
1151 Graf von Vermandois, erkrankt an Elephantiasis und verzichtet c. 1164 auf seinen Besitz, de Valois??).

tr. (2) Le Quesnoy [Frankrijk] in apr 1169
met

Boudewijn V graaf van Henegouwen, zn. van Boudewijn IV graaf van Henegouwen (graaf van Henegouwen) en Alice (Adelheid) van Namen, geb. in 1150, graaf van Henegouwen,markgraaf van Namen en nomine uxoris VIII graaf van Vlaanderen, ovl. Bergen in Henegouwen [België] op 17 dec 1195, begr. Bergen (klooster Sainte Waudru).

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Boudewijn*1171 Valenciennes [Frankrijk] †1205 Bulgarije 34
Jolante*1175  †1219 Constantinopel 44
Isabella*1170  †1190 Parijs [Frankrijk] 19
Philip I*1174  †1212  38


Boudewijn IV van Henegouwen
 
Boudewijn IV graaf van Henegouwen, geb. circa 1110, graaf van Henegouwen, ovl. Mons [België] op 6 nov 1171, begr. Bergen (klooster Sainte Waudru).

 

tr. circa 1130
met

Alice (Adelheid, Adelheid = Alice) van Namen, dr. van Godfried graaf van Namen (graaf van Namen 1102) en Ermesinde gravin van Luxemburg (erfdochter van Longwy, gravin in 1136), geb. circa 1110, ovl. tussen jun 1168 en jul 1168, begr. Bergen (klooster Sainte Waudru).

Uit dit huwelijk 9 kinderen, waaronder:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Boudewijn V*1150  †1195 Bergen in Henegouwen [België] 45
Agnes*1140  †1168  28
Jolenta*1131     
Laurentia*1135  †1181  45
Antonia*1134 Henault [België] †1168 Egmond-Binnen 34



Bronnen:
1.Prometheus Kwartierstatenboeken (Deel XIII) (blz. 289)

Adelheid van Namen
Alice (Adelheid, Adelheid = Alice) van Namen, geb. circa 1110, ovl. tussen jun 1168 en jul 1168, begr. Bergen (klooster Sainte Waudru).

tr. circa 1130
met

Boudewijn IV graaf van Henegouwen, zn. van Boudewijn III graaf van Henegouwen (graaf van Henegouwen) en Jolante van Gelre (regentes Henegouwen 1120-1125), geb. circa 1110, graaf van Henegouwen, ovl. Mons [België] op 6 nov 1171, begr. Bergen (klooster Sainte Waudru).

 


Sibille de Chateau-Porcien.
verlaat haar man.

Adalbert II van Egisheim.
Albertus comes de Musial/Musau, Graf v.Longwy, Vogt des Klosters Altdorf, Graaf van Dagsburg 1089, graaf van Moha (bij Luik) 1096, uit het huis van Egisheim (Etichonen), eerder getrouwd met Hedwich.
It appears possible from a chronological point of view that Albert [II] was the son of Albert [I] Comte de Moha but the primary source which confirms that this is correct has not been identified. Comte de Moha: "Albertus comes de Musau" donated property "ecclesias unam in Monte Sancti Martini et alteram in Villari" to the church of Verdun Sainte-Vanne by charter dated 10 May 1096[291]. Graf von Dagsburg: the necrology of Verdun Saint-Vanne records the death "IX Kal Sep" of "Albertus comes Dasburgensis qui nobis cellam Montis Sancti Martini…dedit"[292]. It appears likely that Albert [II] inherited Dagsburg, through his first wife, after the death of her supposed brother Hugo [X] in 1089, but the primary source which confirms that this is correct has not been identified. m firstly HEILWIG [von Dagsburg], daughter of [HEINRICH [I] Graf von Egisheim und Dagsburg & his wife ---]. The Codex Hirsaugiensis names "Adalbertus comes de Egensheim et uxor eius Heilewig"[293]. The following charter confirms that Heilwig was the sister of Bruno Archdeacon of Toul, but does not confirm the parentage of the two siblings: [her son] "Hugo comes" donated property to Kloster Lüders for the soul of "patris sui…Albertis comitis et avunculi sui Brunonis archidiaconis Tullensis" by charter dated 1137[294]. Her husband’s inheritance of Dagsburg suggests that she was the heiress of Hugo [X], maybe his sister. The primary source which confirms this relationship has not been identified. m secondly as her first husband, ERMENSENDE de Luxembourg, daughter of KONRAD I Comte de Luxembourg & his [second] wife Clémence --- (-26 Jun 1141). The Chronicle of Alberic de Trois-Fontaines names "comitem Guilelmum de Luscelenburg…et Ermensendem…et Mathildem" as children of "Conrado comiti de Luscelenburch" and his wife Ermensendis, specifying that Ermesinde was wife of "Namucensem…comitis Godefridi"[295]. However, Ermensende´s correct parentage is stated in the charter dated 17 Jun 1129 under which Meginher Archbishop of Trier confirmed the foundation of Kloster Schiffenberg by "Clementia…comitissa" with the consent of "filii sui Willehelmi et filie Irmesindis"[296]. "Ermensendis comitissa Namucensis" confirmed the prior donation of property to the church of Verdun Sainte-Vanne by "senioris mei comitis Alberti" by charter dated to [1124], subscribed by "domni mei Godefridi comitis et filii mei Henrici comitis, Hugonis filii Folmari comitis, Everardi filii Aiulfi comitis"[297]. In a charter dated 1139, "Albero…Leodiensium episcopus" notes a donation of property to the abbey of Marcigny-sur-Loire by "domna Ermensendis comitissa de Musalt, quæ uxor extitit…comitis Alberici" on the suggestion of "quadam nobili et religiosa fœmina nomine Regina, sibi enim consanguinea"[298], the original donation presumably being dated before [1109] when Ermesinde married her second husband. She married secondly ([1109]) as his second wife, Godefroi I Comte de Namur. "Ermensendis comitissa de Muhalt, quæ uxor…comitis Alberti" founded the monastery of Saint-Victor, Huy by charter dated 1130[299]. Heiress of Luxembourg and Longwy, after the death of her nephew Comte Conrad [II] in 1136. "Comitissa de Musal Ermensendis cum viro suo Namucensi comite Godefrido" donated property to Flône, at the request of "Guntranni et Gisle uxoris eius", by charter dated 1137[300]. The necrology of Verdun Saint-Vanne records the death "VIII Kal Jun" of "Ermensendis comitissa Namucensis qui cum viro suo…comite Alberto cellam Montis Sancti Martini…confirmavit"[301]. Albert [II] & his first wife had one child: 1. [HEINRICH] HUGO [XI] (-after 1137). "Hugo comes" donated property to Kloster Lüders for the soul of "patris sui…Albertis comitis et avunculi sui Brunonis archidiaconis Tullensis" by charter dated 1137[302]. It is assumed that Hugo [IX] was born from his father´s first marriage, as he inherited the county of Dagsburg, but the primary source which confirms that this is correct has not yet been identified. Graf von Dagsburg. - see below. Albert [II] & his [second] wife had [two] children: 2. [MECHTILD (-[1135/57])). The subscription by "Hugonis filii Folmari comitis…" of the charter dated to [1124] under which "Ermensendis comitissa Namucensis" confirmed the prior donation of property to the church of Verdun Sainte-Vanne by "senioris mei comitis Alberti"[303] is explained by Hugo being the grantor's grandson. If that is correct, the subscriber’s mother would have been the daughter of Albert [II], by his second wife. A charter dated 1157 confirms the foundation of the abbey of Beaupré “III Kal Mar” 1135 by “Folmarus comes Metensis...conjux eius femina felicis memoriæ comitissa Mathildis sed et filii eorum Folmarus et Hugo necnon et filiæ Clementia, Agnes et Adeleidis”[304]. m FOLMAR [VIII] Graf von Metz, son of FOLMAR [VII] Graf von Metz & his wife --- (-1145, bur Beaupré). 3. [daughter . The subscription by "…Everardi filii Aiulfi comitis" of the charter dated to [1124] under which "Ermensendis comitissa Namucensis" confirmed the prior donation of property to the church of Verdun Sainte-Vanne by "senioris mei comitis Alberti"[305] would be explained by Eberhard being the grantor's grandson. If that is correct, the subscriber’s mother would have been the daughter of Albert [II], by his second wife. "Aiulfi comitis" has not yet been identified.] m AIULF, son of ---. One child: a) EBERHARD (-after [1124]). "Ermensendis comitissa Namucensis" confirmed the prior donation of property to the church of Verdun Sainte-Vanne by "senioris mei comitis Alberti" by charter dated to [1124], subscribed by "domni mei Godefridi comitis et filii mei Henrici comitis, Hugonis filii Folmari comitis, Everardi filii Aiulfi comitis".

Uit dit huwelijk 9 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Boudewijn V*1150  †1195 Bergen in Henegouwen [België] 45
Agnes*1140  †1168  28
Jolenta*1131     
Laurentia*1135  †1181  45
Antonia*1134 Henault [België] †1168 Egmond-Binnen 34



Bronnen:
1.Prometheus Kwartierstatenboeken (Deel XIII) (blz. 290)

Boudewijn V van Henegouwen
Boudewijn V graaf van Henegouwen, geb. in 1150, graaf van Henegouwen,markgraaf van Namen en nomine uxoris VIII graaf van Vlaanderen, ovl. Bergen in Henegouwen [België] op 17 dec 1195, begr. Bergen (klooster Sainte Waudru).

 

tr. Le Quesnoy [Frankrijk] in apr 1169
met

Margaretha van Vlaanderen, dr. van Dirk graaf van de Elzas (graaf van Vlaanderen) en Sybille van Anjou, geb. op 4 nov 1145, gravin van de Elzas 1191, ovl. Brugge [België] op 15 nov 1194, begr. Brugge (St Donaas), tr. (1) met Raoul II van Vermandois. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Boudewijn*1171 Valenciennes [Frankrijk] †1205 Bulgarije 34
Jolante*1175  †1219 Constantinopel 44
Isabella*1170  †1190 Parijs [Frankrijk] 19
Philip I*1174  †1212  38


Otto 'der Reiche' van Meissen
 
Otto 'der Reiche' van Meissen, geb. in 1125, markgraaf, ovl. op 18 feb 1190, begr. Klooster Lauterberg [Duitsland].


Otto 'der Reiche' van Meissen.
Otto "der Reiche" war ein Fürst aus dem Hause Wettin. Seit 1156 war er Landesherr des Ortes Leipzig, den er um 1165 zur Stadt erhob.
Otto war ein Sohn des Markgrafen von Meißen Konrad ("dem Großen", 1098-1157) und dessen Gattin Luitgard von Elchingen. Im Jahr 1147 heiratete er Hedwig (overl. 1203), eine Tochter des Markgrafen von Brandenburg Albrecht ("der Bär", 1100? -1170), mit der er zwei Söhne, den älteren Albrecht ("den Stolzen", 1158-1195) und den jüngeren Dietrich ("den Bedrängten", 1162-1221) sowie zwei Töchter, Sophie und Adelheid (overl. 1211), hatte.
Im Jahr 1156 wurde Otto Markgraf von Meißen, nachdem sich sein Vater in das Kloster Petersberg zurückgezogen hatte.
Zwischen 1156, seinem Amtsantritt, und 1170, dem Tod eines urkundlich erwähnten Zeugen, verlieh Markgraf Otto dem Ort Leipzig als erstem in der Mark Meißen das Stadtrecht.
Im Jahr 1176 gründete er die Kirche St. Nicolai als zweite Stadtkirche Leipzigs.
Markgraf Otto starb im Jahr 1190. Er wurde im Kloster Altzelle begraben. Gegen seinen ausdrücklichen Wunsch wurde vom deutschen König Heinrich VI. (1165 -1197) von Hohenstaufen der ältere Sohn Albrecht zum Markgrafen von Meißen bestimmt.
Im Jahr 1898 wurde eine Straße in der Leipziger Altstadt nach Markgraf Otto benannt (Markgrafenstraße).

tr.
met

Hedwig van Brandenburg (Hedwig d' Ascanië, von Ballenstedt, von Sachsen), dr. van Albrecht 'der Bär' van de Noordmark - van Brandenburg (markgraaf) en Sophia von Winzenburg, geb. in 1140, ovl. op 1 apr 1203.

 

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Albrecht*1158  †1195  37
Dietrich*1162  †1221 Altenzelle 58
Sophie     
Aleid  †1211 Meissen [Duitsland]  


Hedwig van Brandenburg
 
Hedwig van Brandenburg (Hedwig d' Ascanië, von Ballenstedt, von Sachsen), geb. in 1140, ovl. op 1 apr 1203.

tr.
met

Otto 'der Reiche' van Meissen, zn. van Conrad I van Meissen (markgraaf) en Luitgard von Elchingen, geb. in 1125, markgraaf, ovl. op 18 feb 1190, begr. Klooster Lauterberg [Duitsland].

 


Otto 'der Reiche' van Meissen.
Otto "der Reiche" war ein Fürst aus dem Hause Wettin. Seit 1156 war er Landesherr des Ortes Leipzig, den er um 1165 zur Stadt erhob.
Otto war ein Sohn des Markgrafen von Meißen Konrad ("dem Großen", 1098-1157) und dessen Gattin Luitgard von Elchingen. Im Jahr 1147 heiratete er Hedwig (overl. 1203), eine Tochter des Markgrafen von Brandenburg Albrecht ("der Bär", 1100? -1170), mit der er zwei Söhne, den älteren Albrecht ("den Stolzen", 1158-1195) und den jüngeren Dietrich ("den Bedrängten", 1162-1221) sowie zwei Töchter, Sophie und Adelheid (overl. 1211), hatte.
Im Jahr 1156 wurde Otto Markgraf von Meißen, nachdem sich sein Vater in das Kloster Petersberg zurückgezogen hatte.
Zwischen 1156, seinem Amtsantritt, und 1170, dem Tod eines urkundlich erwähnten Zeugen, verlieh Markgraf Otto dem Ort Leipzig als erstem in der Mark Meißen das Stadtrecht.
Im Jahr 1176 gründete er die Kirche St. Nicolai als zweite Stadtkirche Leipzigs.
Markgraf Otto starb im Jahr 1190. Er wurde im Kloster Altzelle begraben. Gegen seinen ausdrücklichen Wunsch wurde vom deutschen König Heinrich VI. (1165 -1197) von Hohenstaufen der ältere Sohn Albrecht zum Markgrafen von Meißen bestimmt.
Im Jahr 1898 wurde eine Straße in der Leipziger Altstadt nach Markgraf Otto benannt (Markgrafenstraße).

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Albrecht*1158  †1195  37
Dietrich*1162  †1221 Altenzelle 58
Sophie     
Aleid  †1211 Meissen [Duitsland]  



Bronnen:
1.Genealogie der Graven van Holland, Genealogie der graven van Holland, Dr. A.W.E. Dek, Europese Bibliotheek, Zaltbommel, 1969 (DEK/HOL) (blz. 14)

Hermann I van Thuringen
Hermann I van Thuringen, geb. circa 1152, paltsgraaf van Saksen, ovl. Gotha [Duitsland] Schloss Friedenstein op 25 apr 1217, begr. Reinhardsbrunn.

Hermann I van Thuringen.
1180 in Gefangenschaft Heinrichs des Löwen, 1181? Pfalzgraf v. Sachsen, 1190 Landgraf, wechselnde Bündnisse, Held des Sängerkrieges auf der Wartburg, 1197 Kreuzfahrer.

tr. (1) in 1182
met

Sophie van Sommerschenburg, dr. van Friedrich II paltsgraaf von Sommerschenburg Pfalzgraf v. Sachsen en Lucardis van Stade, ovl. voor okt 1195, begr. Reinhardsbrunn, tr. (1) met Heinrich von Wettin. Uit dit huwelijk 2 kinderen.

Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jutta*1183  †1235  52

tr. (2) in 1196
met

Sophia von Baiern von Wittelsbach, dr. van Otto I der Rotkopf hertog van Beieren (hertog Beieren-Altenberg) en Agnes van Loon, geb. Kelheim [Duitsland] in 1170, ovl. Eisenach [Duitsland] op 10 jul 1238.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lodewijk IV*1200  †1224 Otranto 24
Irmgard*1197  †1244  47


Sophie van Sommerschenburg
Sophie van Sommerschenburg, ovl. voor okt 1195, begr. Reinhardsbrunn.

tr. (1)
met

Heinrich von Wettin, geb. Wartburg circa 1152, ovl. Gotha [Duitsland] Schloss Friedenstein op 26 apr 1217.

Hermann II von Winzenburg.
1122 puer, 1125 Graf v.W, 1129-1130 Landgarf v.Sachsen, wird abgesetzt, 1139 v.Plesse und Markgraf, 1124 Markgraf v.Meissen?, 1147 Vogt von Corvey, ermordet.

Uit dit huwelijk 2 kinderen.

tr. (2) in 1182
met

Hermann I van Thuringen, zn. van Lodewijk 'de IJzeren' landgraaf van Thuringen (landgraaf) en Jutta (Clarica) von Schwaben von Hohenstaufen, geb. circa 1152, paltsgraaf van Saksen, ovl. Gotha [Duitsland] Schloss Friedenstein op 25 apr 1217, begr. Reinhardsbrunn, tr. (2) met Sophia von Baiern von Wittelsbach. Uit dit huwelijk 5 kinderen.

Hermann I van Thuringen.
1180 in Gefangenschaft Heinrichs des Löwen, 1181? Pfalzgraf v. Sachsen, 1190 Landgraf, wechselnde Bündnisse, Held des Sängerkrieges auf der Wartburg, 1197 Kreuzfahrer.

Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jutta*1183  †1235  52


Otto I der Rotkopf van Beieren
Otto I der Rotkopf hertog van Beieren (von Baiern), geb. waarschijnlijk Kelheim [Duitsland] circa 1117, hertog Beieren-Altenberg, ovl. Pfullendorf bij Konstanz [Duitsland] op 11 jul 1183, begr. Scheyern.

tr. circa 1170
met

Agnes van Loon1 (Looz), dr. van Lodewijk I van Loon (graaf van Loon 1135, burggraaf Mainz 1139, graaf van Rieneck 1155, voogd van Averbode, leenman van d) en Agnes van Metz (erfgename van Longwy 1157), geb. op Schloss Loon ? circa 1150, ovl. Kelheim [Duitsland] op 26 mrt 1191, begr. Scheyern.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Sophia*1170 Kelheim [Duitsland] †1238 Eisenach [Duitsland] 68
Richardis*1173 Kelheim [Duitsland] †1231 Roermond 58
Lodewijk I*1173 Kelheim [Duitsland] †1231 Kelheim [Duitsland] 58



Bronnen:
1.Prometheus Kwartierstatenboeken (Deel XIII) (blz. 288)

Agnes van Loon
Agnes van Loon1 (Looz), geb. op Schloss Loon ? circa 1150, ovl. Kelheim [Duitsland] op 26 mrt 1191, begr. Scheyern.

 

tr. circa 1170
met

Otto I der Rotkopf hertog van Beieren (von Baiern), zn. van Otto IV, II Graf von Wittelsbach Pfalzgraf v. Baiern (paltsgraaf) en Heilica van Lengenfeld (Pfalzgräfin von Bayern), geb. waarschijnlijk Kelheim [Duitsland] circa 1117, hertog Beieren-Altenberg, ovl. Pfullendorf bij Konstanz [Duitsland] op 11 jul 1183, begr. Scheyern.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Sophia*1170 Kelheim [Duitsland] †1238 Eisenach [Duitsland] 68
Richardis*1173 Kelheim [Duitsland] †1231 Roermond 58
Lodewijk I*1173 Kelheim [Duitsland] †1231 Kelheim [Duitsland] 58



Bronnen:
1.Prometheus Kwartierstatenboeken (Deel XIII) (blz. 288)
2.Gelre-Geldern-Gelderland. Geschiedenis en cultuur van het hertogdom Gelre, Gelre-Geldern-Gelderland. Geschiedenis en c, Johannes Stinner, Karl-Heinz Tekath, Verlag des Historischen Vereins für Geldern, Geldern [Duitsland], 2001, 9053451943 (GCHG-1) (blz. 33)

Sophia von Baiern von Wittelsbach
Sophia von Baiern von Wittelsbach, geb. Kelheim [Duitsland] in 1170, ovl. Eisenach [Duitsland] op 10 jul 1238.

  • Moeder:
    Agnes van Loon1 (Looz), dr. van Lodewijk I van Loon (graaf van Loon 1135, burggraaf Mainz 1139, graaf van Rieneck 1155, voogd van Averbode, leenman van d) en Agnes van Metz (erfgename van Longwy 1157), geb. circa 1150, ovl. Kelheim [Duitsland] op 26 mrt 1191, begr. Scheyern.

tr. in 1196
met

Hermann I van Thuringen, zn. van Lodewijk 'de IJzeren' landgraaf van Thuringen (landgraaf) en Jutta (Clarica) von Schwaben von Hohenstaufen, geb. circa 1152, paltsgraaf van Saksen, ovl. Gotha [Duitsland] Schloss Friedenstein op 25 apr 1217, begr. Reinhardsbrunn, tr. (1) met Sophie van Sommerschenburg, dr. van Friedrich II paltsgraaf von Sommerschenburg Pfalzgraf v. Sachsen en Lucardis van Stade. Uit dit huwelijk 2 kinderen.

Hermann I van Thuringen.
1180 in Gefangenschaft Heinrichs des Löwen, 1181? Pfalzgraf v. Sachsen, 1190 Landgraf, wechselnde Bündnisse, Held des Sängerkrieges auf der Wartburg, 1197 Kreuzfahrer.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lodewijk IV*1200  †1224 Otranto 24
Irmgard*1197  †1244  47



Bronnen:
1.Prometheus Kwartierstatenboeken (Deel XIII) (blz. 288)

Heinrich von Wettin
Heinrich von Wettin, geb. Wartburg circa 1152, ovl. Gotha [Duitsland] Schloss Friedenstein op 26 apr 1217.

tr.
met

Sophie van Sommerschenburg, dr. van Friedrich II paltsgraaf von Sommerschenburg Pfalzgraf v. Sachsen en Lucardis van Stade, ovl. voor okt 1195, begr. Reinhardsbrunn, tr. (2) met Hermann I van Thuringen. Uit dit huwelijk 2 kinderen.

Uit dit huwelijk 2 kinderen.