Cees Hagenbeek
Jan van den Zijl
Jan van den Zijl, geb. circa 1281, ondertrouw getuige van Willem II van Leyden van Cuijk en Badeloge Florisdr Doirtoghe, ovl. voor 11 jun 1332.

Jan van den Zijl.
Jan van der Zijl als baljuw van Zuid-Holland (Hano, blz. 37 en archief Nassause domeinen, reg. 110);.
03-04-1313: tegenwoordig bij de bezegeling van de leenbrief voor Aleid, dochter van heer Nicolaas van der Putte;.
1316: baljuw van Rijnland....
Op 28-09-1324 wordt een uitspraak gedaan door Willem de Goede over een twist, ontstaan n.a.v. de volgorde van het voorofferen in de kerk te Leyderdorp. De twistende partijen zijn ter ener zijde Jan van den Zijl, ridder, Daniël Uyterwaart, Dirck van der Does en Gerrit Ramp; ter andere zijde: Dirck, Boudewijn, Floris en Thiman van Swieten en Gijsbrecht van Leyderdorp;.
In 1325 komt Jan van den Zijl voor als Raad van Graaf Willem III: als zodanig is hij medezegelaar op 28-03-1326 bij het vaststellen van de lijftocht voor Badeloghe, gehuwd met Willem van Leyden, broer van burggraaf Dirck.
Heer Jan stierf ná 1329 kinderloos, waardoor 21 morgen land, die hij van de graaf hield, gelegen naast Diepenborch, op een zoon van zijn oudste zuster vererft. Zoon van Jan van AMMERS (zie IV.3) en N.N. van der ZILE.

tr.
met

Agniese van Outshoorn, tr. (2) met Roelof van Montfoort, geb. circa 1290, Heer van Heulesteyn. Uit dit huwelijk geen kinderen.


Agniese van Outshoorn
Agniese van Outshoorn.

tr. (1)
met

Jan van den Zijl, geb. circa 1281, ondertrouw getuige van Willem II van Leyden van Cuijk en Badeloge Florisdr Doirtoghe, ovl. voor 11 jun 1332.

Jan van den Zijl.
Jan van der Zijl als baljuw van Zuid-Holland (Hano, blz. 37 en archief Nassause domeinen, reg. 110);.
03-04-1313: tegenwoordig bij de bezegeling van de leenbrief voor Aleid, dochter van heer Nicolaas van der Putte;.
1316: baljuw van Rijnland....
Op 28-09-1324 wordt een uitspraak gedaan door Willem de Goede over een twist, ontstaan n.a.v. de volgorde van het voorofferen in de kerk te Leyderdorp. De twistende partijen zijn ter ener zijde Jan van den Zijl, ridder, Daniël Uyterwaart, Dirck van der Does en Gerrit Ramp; ter andere zijde: Dirck, Boudewijn, Floris en Thiman van Swieten en Gijsbrecht van Leyderdorp;.
In 1325 komt Jan van den Zijl voor als Raad van Graaf Willem III: als zodanig is hij medezegelaar op 28-03-1326 bij het vaststellen van de lijftocht voor Badeloghe, gehuwd met Willem van Leyden, broer van burggraaf Dirck.
Heer Jan stierf ná 1329 kinderloos, waardoor 21 morgen land, die hij van de graaf hield, gelegen naast Diepenborch, op een zoon van zijn oudste zuster vererft. Zoon van Jan van AMMERS (zie IV.3) en N.N. van der ZILE.

tr. (2)
met

Roelof van Montfoort, geb. circa 1290, Heer van Heulesteyn.


Roelof van Montfoort
Roelof van Montfoort, geb. circa 1290, Heer van Heulesteyn.

tr.
met

Agniese van Outshoorn, tr. (1) met Jan van den Zijl. Uit dit huwelijk geen kinderen.


Anna Justina van Nassau
Anna Justina van Nassau1, geb. in 1639, ovl. Den Haag op 3 jun 1721.

tr. in 1659
met

Wilhelm Adrian (1) van Horn Baron van Kessel Heer van Batenburg1, zn. van Johann Belgicus graaf van Horn Baron van Kessel en Batenburg (gouverneur van Grave, heer van Kessel en Wuustwezel) en Johanna van Bronckhorst Batenburg (erfdochter van Bronkhorst-Batenburg), geb. circa 1633, Generalmajor der Artillerie der Generalstaaten, ovl. tussen 4 mrt 1684 en 4 mrt 1694 .


Bronnen:

1.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 177)
2.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 130)

Dirck II van Cuijck burggraaf van Leiden
Dirck II van Cuijck burggraaf van Leiden1,2.

Dirck II van Cuijck burggraaf van Leiden.
zegelt vanaf 1310.

 

tr. tussen 1322 en 1324
met

Justina Hughen de Gouwer (van Koudekerke), tr. (2) voor 1318 met Jan Sceven. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Justina Hughen de Gouwer.
in oirconde ende tughe ver Hazetiaen, vrouwe van Raephorst, als dat die borchgrave Dirc ende ver Justine, haren Hughen des Gouwers dochter, rechte eerste lidt waren, als in maech-schap by desen redenen, als hierna beschreven staet. Want haren Dirc die borchgrave van Leyden een broeder was te Kuucq, die des borchgraven Dircx die leste was, syn oudevader was, ende haren Hughen van Heenvliet, dat hi.
deser ver Justinen oudevader was, ende dat die borchgrave Dirc, die broeder was te Kuucq, ende haren Hughe van Heenvliet waren suster kynder ende broeder. Ende van dat dese redenen my condt sijn, so heb ic desen brief besegelt mit mynen segel. Ghegeven in den jaer ons Heeren aslmen schreef M CCC XLIII, op sinte Martyns dach in den winter [11 nov.1343]


Bronnen:

1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 189)
3.Het ontstaan van Leiden. (B 021), Freek Lugt, Primavera Pers, 978-90-5997-126-4, Leiden, 2012 (blz. 82)

Justina Hughen de Gouwer
Justina Hughen de Gouwer (van Koudekerke).

Justina Hughen de Gouwer.
in oirconde ende tughe ver Hazetiaen, vrouwe van Raephorst, als dat die borchgrave Dirc ende ver Justine, haren Hughen des Gouwers dochter, rechte eerste lidt waren, als in maech-schap by desen redenen, als hierna beschreven staet. Want haren Dirc die borchgrave van Leyden een broeder was te Kuucq, die des borchgraven Dircx die leste was, syn oudevader was, ende haren Hughen van Heenvliet, dat hi.
deser ver Justinen oudevader was, ende dat die borchgrave Dirc, die broeder was te Kuucq, ende haren Hughe van Heenvliet waren suster kynder ende broeder. Ende van dat dese redenen my condt sijn, so heb ic desen brief besegelt mit mynen segel. Ghegeven in den jaer ons Heeren aslmen schreef M CCC XLIII, op sinte Martyns dach in den winter [11 nov.1343]

tr. (1) tussen 1322 en 1324
met

Dirck II van Cuijck burggraaf van Leiden1,2, zn. van Hendrik van Cuijck van burggaaf van Leiden (burggraaf van Leiden) en Halewine Willemsdr van Egmond.

Dirck II van Cuijck burggraaf van Leiden.
zegelt vanaf 1310.

tr. (2) voor 1318
met

Jan Sceven.


Bronnen:

1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 189)

Dirck van Oegstgeest
Heer Dirck van Oegstgeest ridder3,1,2,4,5 (Theodoricus de Osgest), geb. circa 1200, ovl. voor 18 sep 1242.

Heer Dirck van Oegstgeest ridder (Theodoricus de Osgest).
Deze aankoppeling is niet bewezen, maar wel waarschijnlijk.

Vermeld 1221-1242, woonde op de Oudenhof te Oegstgeest Vermoedelijk Willem jongere broer, vermeld 1221 wanneer hij tweemaal getuigt voor graaf Willem I tijdens zijn oponthoud in Antwerpen.

Theodericus de Osgest is in 1221 te Antwerpen getuige voor graaf Willem I bij een belening door hertog Hendrik I van Brabant van graaf Willem I van Holland en zijn vrouw Maria met de helft van Schakerloo. Dirck is op één na de laatste in de getuigenrij, gevolgd door Dirck van Raaphorst. Eerder in de getuigenrij zien we o.a. Wouter van Egmond, Willem van Teylingen en Filips van Duivenvoorde. De zegels zijn helaas verdwenen. Bij dezelfde graaf, mogelijk op dezelfde dag, is hij tevens getuige te Antwerpen bij de belening van Raas van Gavere met een flink bedrag per jaar alsmede twee valken (OHZ I, nr.412,413).

tr. (1)
met

NN Yde Willemsdr Teylinghen, dr. van Willem II van Teylinghen en Oda van Wassenaer.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gerrit     
Willem II*1240 de Lier †1320 de Lier 80

tr. (2)
met

Greta van Egmond.

Uit dit huwelijk 2 zonen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Dirck     
Allaert I*1220     



Bronnen:
1.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 189)
2.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 191)
3.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 295)
4.Oorkondenboek van Holland en Zeeland 7e eeuw tot 1222 deel 1 (B 044), Oorkondenboek van Holland en Zeeland deel I, Dr. A.C.F. Koch, Martinus Nijhoff, Den Haag, 1970 (blz. 597)
5.Oorkondenboek van Holland en Zeeland 7e eeuw tot 1222 deel 1 (B 044), Oorkondenboek van Holland en Zeeland deel I, Dr. A.C.F. Koch, Martinus Nijhoff, Den Haag, 1970 (blz. 598)
6.Het Leidse geslacht van Oestgeest (B 037), Arnold Zuiderent, Nederlandse Leeuw 2022, 2022 (blz. 21)
7.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 190)
8.Rijnland in de donkere eeuwen (B 051), Freek Lugt, Primavera, Leiden, 2021 (blz. 251)
9.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 294)

Willem I van Oegstgeest
Willem I burggraaf van Oegstgeest5,2,3,1,4, geb. circa 1180, heer van Oestgeest, ovl. circa 1220.

Willem I burggraaf van Oegstgeest.
vermeld 1201 als getuige voor graag Dirk VI.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Dirck*1200  †1242  42



Bronnen:
1.Het Leidse geslacht van Oestgeest (B 037), Arnold Zuiderent, Nederlandse Leeuw 2022, 2022 (blz. 21)
2.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 189)
3.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 190)
4.Rijnland in de donkere eeuwen (B 051), Freek Lugt, Primavera, Leiden, 2021 (blz. 251)
5.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 294)
6.Het ontstaan van Leiden. (B 021), Freek Lugt, Primavera Pers, 978-90-5997-126-4, Leiden, 2012 (blz. 76)
7.Rijnland in de donkere eeuwen (B 051), Freek Lugt, Primavera, Leiden, 2021 (blz. 237)
8.Rijnland in de donkere eeuwen (B 051), Freek Lugt, Primavera, Leiden, 2021 (blz. 252)

Wilhelm Adrian (1) van Horn Baron van Kessel Heer van Batenburg
Wilhelm Adrian (1) van Horn Baron van Kessel Heer van Batenburg1, geb. circa 1633, Generalmajor der Artillerie der Generalstaaten, ovl. tussen 4 mrt 1684 en 4 mrt 1694 .

tr. in 1659
met

Anna Justina van Nassau1, dr. van Willem Maurits van Nassau (heer van Grimhuizen, ritmeester in Staatse dienst) en Maria van Aerssen van Sommelsdijk, geb. in 1639, ovl. Den Haag op 3 jun 1721.


Bronnen:

1.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 177)

Johann van Horn Seigneur de Beaucignies
Johann van Horn Seigneur de Beaucignies, ovl. op 26 apr 1521.

Johann van Horn Seigneur de Beaucignies.
Sire de Hupi Angest, verh. mit A de Rans, Dame de Boxstel, Canticrode et Kessel?

tr.
met

Adrienne Berthout, dr. van Hendrik Berthout Seigneur de Canticroy, erfdochter van Canticroy, ovl. in 1534.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Philip  †1541 Boxtel  


Adrienne Berthout
Adrienne Berthout, erfdochter van Canticroy, ovl. in 1534.

tr.
met

Johann van Horn Seigneur de Beaucignies, zn. van Philip van Horn Vicomte de Furnes et de Berghes-Saint-Winock Baron de Gaesbeek en Jeanne de Lannoy Dame de Brimeu, ovl. op 26 apr 1521.

Johann van Horn Seigneur de Beaucignies.
Sire de Hupi Angest, verh. mit A de Rans, Dame de Boxstel, Canticrode et Kessel?

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Philip  †1541 Boxtel  


Philip van Horn Sire de Boxstel Baucignies Kessel en Lokeren
Philip van Horn Sire de Boxstel Baucignies Kessel en Lokeren, ovl. Boxtel op 2 sep 1541.

Philip van Horn Sire de Boxstel Baucignies Kessel en Lokeren.
1521 v.Baucignies, Kessel und Loker, kaiserlicher Kämmerer.

tr.
met

Clara van Renesse, ovl. in aug 1554.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan*1527  †1606 Utrecht 79


Clara van Renesse
Clara van Renesse, ovl. in aug 1554.

tr.
met

Philip van Horn Sire de Boxstel Baucignies Kessel en Lokeren, zn. van Johann van Horn Seigneur de Beaucignies en Adrienne Berthout (erfdochter van Canticroy), ovl. Boxtel op 2 sep 1541.

Philip van Horn Sire de Boxstel Baucignies Kessel en Lokeren.
1521 v.Baucignies, Kessel und Loker, kaiserlicher Kämmerer.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan*1527  †1606 Utrecht 79


Johan van Horn Comte Baucignies Sire de Boxstel
Johan van Horn Comte Baucignies Sire de Boxstel, geb. in 1527, ovl. Utrecht op 11 nov 1606.

Johan van Horn Comte Baucignies Sire de Boxstel.
Johann II. v.Beaucignies, 1542 Baron v.Boxtel, Herr zu Baucignes, Kessel, Liempde und Loker, Gouverneur der Generalstaaten von Dordrecht und 's-Hertogenbosch.

tr.
met

Anna van Flodrop, ovl. op 24 sep 1582.

Uit dit huwelijk een zoon:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Wilhelm  †1625 Bommel (Kasteel Brakel)  


Anna van Flodrop
Anna van Flodrop, ovl. op 24 sep 1582.

tr.
met

Johan van Horn Comte Baucignies Sire de Boxstel, zn. van Philip van Horn Sire de Boxstel Baucignies Kessel en Lokeren en Clara van Renesse, geb. in 1527, ovl. Utrecht op 11 nov 1606.

Johan van Horn Comte Baucignies Sire de Boxstel.
Johann II. v.Beaucignies, 1542 Baron v.Boxtel, Herr zu Baucignes, Kessel, Liempde und Loker, Gouverneur der Generalstaaten von Dordrecht und 's-Hertogenbosch.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Wilhelm  †1625 Bommel (Kasteel Brakel)  


Margaretha van Mechelen
Margaretha van Mechelen1, geb. circa 1581, ovl. Den Haag op 17 mei 1662, begr. Leiden (Pieterskerk).

relatie
met

Maurits August Philips prins van Oranje1, zn. van Willem I "de Zwijger" van Oranje-Nassau (burggraaf) en Anna hertogin van Saksen-Meissen, geb. Dillenburg [Duitsland] op 14 nov 1567, stadhouder 1585, prins van Oranje 1625, ovl. Den Haag op 23 apr 1625, begr. Delft op 26 sep 1625.

Uit deze relatie een zoon:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lodewijk*1602  †1665 Den Haag 63



Bronnen:
1.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 122)

Cornelius jonker Berthold van Mechelen
Cornelius jonker Berthold van Mechelen1, Schepen in de Lier, ovl. voor 1592.

tr. de Lier
met

Barbara van Nassau van Merwen1, dr. van Paulus II Jonker van Nassau van Merwen en Margarethe van Liere, ovl. voor 1592.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margaretha*1581  †1662 Den Haag 80



Bronnen:
1.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 122)

Barbara van Nassau van Merwen
Barbara van Nassau van Merwen1, ovl. voor 1592.

tr. de Lier
met

Cornelius jonker Berthold van Mechelen1, zn. van Floris van Mechelen en Antoinette de Gottignies, Schepen in de Lier, ovl. voor 1592.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margaretha*1581  †1662 Den Haag 80



Bronnen:
1.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 122)
2.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 77)

Lodewijk bastaard van Nassau
Lodewijk bastaard van Nassau1, geb. op 1 jan 1602, Heer van Odijk, heer van de Leck, heer van Beverweerd, ovl. Den Haag op 28 feb 1665, begr. aldaar op 6 mrt 1665.

Lodewijk bastaard van Nassau.
Staatse leger, onderscheidde zich in 1629 bij het beleg van 's-Hertogenbosch.

Lodewijk van Nassau, heer van Beverweerd, Odijk en de Lek was een Nederlands militair, diplomaat en edelman. Hij was buitengewoon ambassadeur in Engeland tijdens de Restauratie van de monarchie.

Lodewijk van Nassau werd geboren als buitenechtelijke zoon van stadhouder Maurits van Oranje en Margaretha van Mechelen. Hij werd in 1626, na de dood van Maurits, heer van Beverweerd, aan de Kromme Rijn, en Odijk. Na het sneuvelen van zijn broer Willem in 1627 kwam daar de heerlijkheid Lek nog bij.

Lodewijk maakte carrière in het Staatse leger, onderscheidde zich in 1629 bij het Beleg van 's-Hertogenbosch, werd 1632 kolonel, commandeerde na 1635 het regiment Rosencrants, redde in 1640 bij Hulst de kanonnen uit handen van de vijand, werd in 1643 generaal-majoor en gouverneur van Bergen op Zoom, en in 1658 gouverneur van 's-Hertogenbosch.

In 1641 stuurde zijn oom Frederik Hendrik, Prins van Oranje, hem naar Frankrijk om uit te leggen dat het huwelijk van zijn zoon Willem met Maria Stuart een privé-zaak was en niets te maken had met de politiek van de Republiek.

In juli 1660 vertrok hij naar Engeland als vertrouweling van Maria Stuart. Om Karel II van Engeland gunstig te stemmen bood hij in november 1660 met Simon van Hoorn en Joachim Ripperda in opdracht van de Staten van Holland en West-Friesland of de Staten-Generaal der Nederlanden een aantal schilderijen en beelden aan, de zogenaamde Dutch Gift. Op 1 december 1660 werd hij door de Staten van Holland aangesteld als lid van de commissie ter educatie van prins Willem III van Oranje-Nassau, het 'Kind van Staat', evenals Cornelis de Graeff, Johan de Witt, Nanning van Foreest, Kornelis van Beveren en Wigbold van der Does.

tr. Den Haag op 7 apr 1630
met

Elisabeth gravin van Horne-Kessel1, dr. van Wilhelm Adrian van Horn heer van Kessel en Isabella van der Meeren Dame de Waest-Wesel, geb. Kessel in 1605, begr. Ouderkerk a/d IJssel op 7 mei 1664.

 

Uit dit huwelijk 7 kinderen.


Bronnen:

1.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 128)
2.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 122)

Elisabeth van Horne-Kessel
 
Elisabeth gravin van Horne-Kessel1, geb. Kessel in 1605, begr. Ouderkerk a/d IJssel op 7 mei 1664.

 

tr. Den Haag op 7 apr 1630
met

Lodewijk bastaard van Nassau1, zn. van Maurits August Philips prins van Oranje (stadhouder 1585, prins van Oranje 1625) en Margaretha van Mechelen, geb. op 1 jan 1602, Heer van Odijk, heer van de Leck, heer van Beverweerd, ovl. Den Haag op 28 feb 1665, begr. aldaar op 6 mrt 1665.

Lodewijk bastaard van Nassau.
Staatse leger, onderscheidde zich in 1629 bij het beleg van 's-Hertogenbosch.

Lodewijk van Nassau, heer van Beverweerd, Odijk en de Lek was een Nederlands militair, diplomaat en edelman. Hij was buitengewoon ambassadeur in Engeland tijdens de Restauratie van de monarchie.

Lodewijk van Nassau werd geboren als buitenechtelijke zoon van stadhouder Maurits van Oranje en Margaretha van Mechelen. Hij werd in 1626, na de dood van Maurits, heer van Beverweerd, aan de Kromme Rijn, en Odijk. Na het sneuvelen van zijn broer Willem in 1627 kwam daar de heerlijkheid Lek nog bij.

Lodewijk maakte carrière in het Staatse leger, onderscheidde zich in 1629 bij het Beleg van 's-Hertogenbosch, werd 1632 kolonel, commandeerde na 1635 het regiment Rosencrants, redde in 1640 bij Hulst de kanonnen uit handen van de vijand, werd in 1643 generaal-majoor en gouverneur van Bergen op Zoom, en in 1658 gouverneur van 's-Hertogenbosch.

In 1641 stuurde zijn oom Frederik Hendrik, Prins van Oranje, hem naar Frankrijk om uit te leggen dat het huwelijk van zijn zoon Willem met Maria Stuart een privé-zaak was en niets te maken had met de politiek van de Republiek.

In juli 1660 vertrok hij naar Engeland als vertrouweling van Maria Stuart. Om Karel II van Engeland gunstig te stemmen bood hij in november 1660 met Simon van Hoorn en Joachim Ripperda in opdracht van de Staten van Holland en West-Friesland of de Staten-Generaal der Nederlanden een aantal schilderijen en beelden aan, de zogenaamde Dutch Gift. Op 1 december 1660 werd hij door de Staten van Holland aangesteld als lid van de commissie ter educatie van prins Willem III van Oranje-Nassau, het 'Kind van Staat', evenals Cornelis de Graeff, Johan de Witt, Nanning van Foreest, Kornelis van Beveren en Wigbold van der Does.

Uit dit huwelijk 7 kinderen.


Bronnen:

1.Genealogie van Nassau (B 150), ir B.T. Wilschut, Uitgeverij Kronieken, 978-90-8860-0005-0, Amsterdam, 2009 (blz. 128)