Cees Hagenbeek
Neeltje Dirks Boer
Neeltje Dirks Boer.

tr.
met

Cornelis Pietersz Metselaer.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lijsbeth     


Jan Symonsz van Heermans van Oegstgeest van der Salm
 
Jan Symonsz (Jan) van Heermans van Oegstgeest van der Salm2,1, geb. Oegstgeest circa 1386, bezit land onder Woutharnasch, ovl. 't Woud op 22 mrt 1457 (1457), begr. aldaar.


Jan Symonsz van Heermans van Oegstgeest van der Salm.
Het wapen met de twee zalmen op de grafsteen in de kerk van 't Woudt is van Jan Symonsz, van wie nakomelingen zich trouwens Van der Salm / Van der Zalm zijn gaan noemen.

tr. (1) in 1415
met

Margriet Mees Ymmenzoondr van Oegstgeest3,2,4, dr. van Bertelmeeusz IJmmensz (wijnkoper, burgemeester van Leiden) en Aleid Willemsz, geb. Leiden in 1393, non, ovl. Den Haag in 1423.

Margriet Mees Ymmenzoondr van Oegstgeest.
In navolging van Mr. J.J.F. Lots in diens artikel "Margriet Heerman van Oegstgeest" in De Nederlandsche Leeuw, jg. 101 (1984), kol. 39-41, stelt hij dat de echtgenote van Aem Heynricxz. (uit de bronnen bekend als Margriet of Margriet Jan Symonsz.dr.) vernoemd zou zijn naar Margriet, de eerste echtgenote van haar vader Jan Symonsz. So far so good. Het betreft de gewoonte om het oudste kind uit iemands tweede huwelijk te vernoemen naar diens eerste, overleden partner (voorzover van het zelfde mannelijke of vrouwelijke geslacht).
Margriet, de eerste echtgenote van Jan Symonsz, zou echter in.
vrouwelijke lijn van het Leidse geslacht (Heerman) van Oegstgeest afstammen en Margriet van Oegstgeest geheten hebben. De dochter uit het tweede huwelijk van Jan Symonsz. en echtgenote van Aem Heynricxz. zou daarom Margriet van Oegstgeest of Margriet Heerman van Oegstgeest genoemd zijn (p. 199-203, 255). Lugt's adstructie is suggestief: de afbeelding op p. 202 vertoont een laat zeventiende-eeuwse schets van.
de grafsteen in de kerk van 't Woudt met - naast de wapens in de vier hoeken - in het midden de wapens Van der Burch en Van Oegstgeest. Deze bevinden zich echter noch op de grafsteen zelf (vgl. de foto op p. 203) noch op een andere, nauwkeurige tekening van de grafsteen uit dezelfde periode in hetzelfde familiearchief (GA Delft, archief van de familie Van der Burch, nr. 1, dl. 2, p. 137).
Er zijn inderdaad diverse aanwijzingen dat de naam en het wapen Van Oegstgeest reeds in de zestiende eeuw een (overigens niet geheel duidelijke) plaats innamen in de herinneringscultuur van de Delftse Van der Burch'en. Het wapen Van Oegstgeest - een ankerkruis - komt weliswaar niet voor op de grafzerk in de kerk van 't Woudt, wat gezien de rangschikking van de vier wapens in een matrilineaire.
reeks, met de kinderen van Aem Heynricxz. als uitgangspunt, niet behoeft te verwonderen. Maar wel kwam het wapen Van Oegstgeest voor op gebrandschilderde glazen, op familieportretten en als kwartierwapen op de grafzerk van een zoon van Aem Heynricxz.'s broer Aernt Thou Heynricxz, te weten van "IJsbrant Tou Arentszoon", overleden 13 okt. 1531 (GA Delft, archief van de familie Van der Burch, nr. 1, dl. 2, p. 171). Dit laatste impliceert echter dat de relatie met Van Oegstgeest niet via Margriet, de dochter van Jan Symonsz, maar via de twee broers Aem en Aernt Thou Heynricxz. gezocht moet worden.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Alijt     

tr. (2) circa 1425
met

Machteld Dircksdr van Hodenpijl van der Horn5,6,2,1, dr. van Dirck Heynricksz van den Ho(o)rn en Aleid Dirksdochter van Hodenpijl, geb. Leiden circa 1398, ovl. Delft (Oude Kerk) na 18 jul 1465 Machtelt [Dircxdr. van der (den) Ho(e)rn] moet overleden zijn na 18 juli 1465, zoals blijkt uit NA, archief van het klooster St. Agatha te Delft, inv. nr. 134: Regest 298 d.d. 18 juli 1465:
Machtelt Jan Symonsz. wed. verkoopt aan Pieter Gerytsz. 3 morgen land vermeld in de brief d.d. 18 okt. 1453, waardoor deze gestoken is.

 


Machteld Dircksdr van der Horn.
NN van Hodenpijl, een zuster van Jan van Hodenpijl en een dochter van Dirk van Hodenpijl en Machteld van Heemstede, voornaam niet bekend. Zij tr. Dirck van den Ho(o)rn. Hij trouwt (2) Katrijn NN. Zijn wapen: een hoekige dwarsbalk, gevoerd door Herbaren ver Katherinenz en zijn nakomelingen, wellicht een onbekende tak van Foreest (?). 1422: Willem Hugensz. van den Horn verkoopt aan zijn pachter Dirrick van den Hoorn Henricxz. 1/8 van 15 morgen land met huis, berg en geboomte, waarin deze woont en dat de verkoper is aangekomen door zijn huwelijk met Alijt, de weduwe van Jacob Hugenz.; en 11/2 morgen land te Hodenpijl gemeen met de koper en diens zwager Jan van Hodenpijl en de vrouw van Cornelis Ghijsbrechtsz. (OV1984p333). Katrijn, weduwe van Dirc van den Hoorn, verkoopt land 1457, 1464, 1465.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margriet*1428 Hendrik-Ido Ambacht †1479 't Woud 5118 
Pieter*1438 Dijkshoorn †1505  67



Bronnen:
1.Karel de Grote Reeks 116 (A 085), A 085
2.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 201)
3.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
4.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 200)
5.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 289)
6.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 333)

Machteld van Oegstgeest
Machteld van Oegstgeest2,1, ovl. na 18 jul 1465.



Bronnen:

1.Ellen Couvret (A 156), Website: https://gw.geneanet.org/ecouvret
2.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 201)
3.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
4.Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 200)

Dirck Heynricksz van den Ho(o)rn
 
Dirck Heynricksz van den Ho(o)rn1, geb. circa 1375, ovl. voor 8 mei 1457.


Dirck Heynricksz van den Ho(o)rn.
zijn wapen: een hoekige dwarsbalk, gevoerd door Herbaren ver Katherinenz en zijn nakomelingen, wellicht een onbekende tak van Foreest (?). 1422: Willem Hugensz. van den Horn verkoopt aan zijn pachter Dirrick van den Hoorn Henricxz. 1/8 van 15 morgen land met huis, berg en geboomte, waarin deze woont en dat de verkoper is aangekomen door zijn huwelijk met Alijt, de weduwe van Jacob Hugenz.; en 11/2 morgen land te Hodenpijl gemeen met de koper en diens zwager Jan van Hodenpijl en de vrouw van Cornelis Ghijsbrechtsz. (OV1984 p.333). Katrijn, weduwe van Dirc van den Hoorn, verkoopt land 1457, 1464, 1465.
1422: Willem Hugensz. van den Horn verkoopt aan zijn pachter Dirrick van den Hoorn Henricxz. 1/8 van 15 morgen land met huis, berg en geboomte, waarin deze woont en dat de verkoper is aangekomen door zijn huwelijk met Alijt, de weduwe van Jacob Hugenz.; en 1½ morgen land te Hodenpijl gemeen met de koper en diens zwager Jan van Hodenpijl en de vrouw van Cornelis Ghijsbrechtsz. Het land is belast met tijns en de vrouw van Cornelis Ghysbrechts heeft op 5 hond land 1 rijns gulden lijftocht. Bezegeld door Jan Doen Willemsz. (fo. 65v).".
Zie p. 333 en 336 ook acten d.d. 14-5-1465, 8-5-1457, 6-4-1464, 15-6-1464 en 14-5-1465. De 'Hoorn' is ws de hoorn van Woutharnas.
C. Hoek (1984). Repertorium op de grafelijke lenen te Delft (1268-1648.

tr. (1) circa 1395
met

Aleid Dirksdochter van Hodenpijl1, dr. van Dirk Jansz van Hodenpijl en Machteld heer Gerritsdr van Heemstede, geb. Overschie circa 1365, ovl. Delft op 6 mrt 1434.

 

Uit dit huwelijk een dochter:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Machteld*1398 Leiden †1465 Delft (Oude Kerk) 67

tr. (2)
met

Katrijn NN2.

Katrijn NN.
Katrijn, weduwe van Dirc van den Hoorn, verkoopt land 1457, 1464, 1465.


Bronnen:

1.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 289)
2.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 333)

Aleid Dirksdochter van Hodenpijl
 
Aleid Dirksdochter van Hodenpijl1, geb. Overschie circa 1365, ovl. Delft op 6 mrt 1434.

 

tr. circa 1395
met

Dirck Heynricksz van den Ho(o)rn1, geb. circa 1375, ovl. voor 8 mei 1457, tr. (2) met Katrijn NN. Uit dit huwelijk geen kinderen.

 


Dirck Heynricksz van den Ho(o)rn.
zijn wapen: een hoekige dwarsbalk, gevoerd door Herbaren ver Katherinenz en zijn nakomelingen, wellicht een onbekende tak van Foreest (?). 1422: Willem Hugensz. van den Horn verkoopt aan zijn pachter Dirrick van den Hoorn Henricxz. 1/8 van 15 morgen land met huis, berg en geboomte, waarin deze woont en dat de verkoper is aangekomen door zijn huwelijk met Alijt, de weduwe van Jacob Hugenz.; en 11/2 morgen land te Hodenpijl gemeen met de koper en diens zwager Jan van Hodenpijl en de vrouw van Cornelis Ghijsbrechtsz. (OV1984 p.333). Katrijn, weduwe van Dirc van den Hoorn, verkoopt land 1457, 1464, 1465.
1422: Willem Hugensz. van den Horn verkoopt aan zijn pachter Dirrick van den Hoorn Henricxz. 1/8 van 15 morgen land met huis, berg en geboomte, waarin deze woont en dat de verkoper is aangekomen door zijn huwelijk met Alijt, de weduwe van Jacob Hugenz.; en 1½ morgen land te Hodenpijl gemeen met de koper en diens zwager Jan van Hodenpijl en de vrouw van Cornelis Ghijsbrechtsz. Het land is belast met tijns en de vrouw van Cornelis Ghysbrechts heeft op 5 hond land 1 rijns gulden lijftocht. Bezegeld door Jan Doen Willemsz. (fo. 65v).".
Zie p. 333 en 336 ook acten d.d. 14-5-1465, 8-5-1457, 6-4-1464, 15-6-1464 en 14-5-1465. De 'Hoorn' is ws de hoorn van Woutharnas.
C. Hoek (1984). Repertorium op de grafelijke lenen te Delft (1268-1648.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Machteld*1398 Leiden †1465 Delft (Oude Kerk) 67



Bronnen:
1.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 289)
2.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 86)
3.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 333)

Dirk Jansz van Hodenpijl
 
Dirk Jansz van Hodenpijl, geb. Overschie circa 1342, ovl. Brouwershaven in nov 1406.


Dirk Jansz van Hodenpijl.
ridder, heemraad van Delftland, rentmeester van Noord-Holland, ovl. mei/nov 1406, vermeld 1360-1406. Lijftocht voor Machteld van Dirk van Hodenpijl 1376 en 21-3-1384: "Dirk van Hodenpijl bij opdracht met lijftocht van Machteld, dochter van heer Gerard van Heemstede, zijn vrouw, op de mindere helft". Hij was gegoed o.a. onder Maasland en te Rodenrijs, waar hij de "woning tot Rodenrise" in leen hield van Brederode. In 1398 moet Dirk van Hodenpijl, ridder, met zijn vijf gewapende mannen graaf Albert te hulp komen tegen de Friezen. Zijn zegel: geschuinbalkt van 6 stukken (1398).

Onthoofd op de Mennebrug aan de Vriesestraat te Dordrecht. Ridder Dirk is onthoofd omdat Albrecht Van Beieren hem verantwoordelijk hield voor de dood van zijn geliefde Aleid van Poelgeest en zijn Hofmaarschalk Willem de Cuser, die met haar naar huis liep als begeleiding. Ze zijn beiden vermoord op het plein bij het Vredespaleis in Den Haag. Het Kasteel van de ridders Van Hodenpijl werd gesloopt en met de grond gelijk gemaakt en met de stenen van dat zelfde kasteel is een stuk muur van de Ridderzaal gebouwd. Dirk Van Hodenpijl werd onthoofd als vijand van Albrecht van Beieren, Diens familie werd ook als "de vijand" gezien, Ze zijn gevlucht en hebben zich schuil gehouden. Bijzondere bijkomstigheid was dat ridder Dirk in 1398 met vijf gewapende mannen graaf Albrecht te moest hulp komen tegen de Friezen en hem zo het leven redd.

 

tr. circa 1365
met

Machteld heer Gerritsdr van Heemstede1, dr. van Gerrit Reiniersz van Heemstede (houtvester, Schat-en zegelbewaarder van de Graaf van Holland en Zeeland, Ridder, heer van Heemstede,) en Maria van Polanen van Duyvenvoorde, geb. Heemstede circa 1348, ovl. aldaar.

Machteld heer Gerritsdr van Heemstede.
De woning, (1536: genaamd Blotinge), met 24 morgen, (1409: vermeerderd met 9 morgen; 1618: verminderd met 1 morgen aan de Brede weg), oost: de woning van de pastoor van Ri jswijk, zuid: de Brede weg (1473: . de Brede vlietweg), west: Gerard van Oudshoorn: Aleid Beins, Elsabe Floris en Dirk, haar zoon, (1473: Gerard van Poelgeest met een woning en 12 morgen), noord: het ambacht den Haag, (1406: waarvan 9 morgen vast aan de 24, zuid: een banwetering, genaamd de Vliet, west: de Heilige Geest van Rijswijk; 1497: waarvan 6 morgen ten zuiden van de hofstede bij de kerk, zuid: de Vlietweg, noord: de geest bij de hofstede , west: het kapittel van den Haag, oost: Simon Nikolaasz.).|21-3-1384: Dirk van Hodenpijl bij opdracht met lijftocht van Machteld, dochter van heer Gerard van Heemstede, zijn vrouw, op de mindere helft.||De volgende beleningen zijn gelijk aan Ons Voorgeslacht, jrg. 28, 1973, pp. 86-87 nrs. 20 en 20 A, vermeerderd met: |17-5-1406: Dirk van Hodenpijl, ridder, met 9 morgen bij opdracht uit eigen.".

Uit dit huwelijk 4 kinderen:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Aleid*1365 Overschie †1434 Delft 68
Jan*1379  †1426 Brouwershaven 46
Hadewij*1376 Kethel    
Machtelt*1368  †1465  97



Bronnen:
1.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 86)

Machteld heer Gerritsdr van Heemstede
Machteld heer Gerritsdr van Heemstede1, geb. Heemstede circa 1348, ovl. aldaar.

Machteld heer Gerritsdr van Heemstede.
De woning, (1536: genaamd Blotinge), met 24 morgen, (1409: vermeerderd met 9 morgen; 1618: verminderd met 1 morgen aan de Brede weg), oost: de woning van de pastoor van Ri jswijk, zuid: de Brede weg (1473: . de Brede vlietweg), west: Gerard van Oudshoorn: Aleid Beins, Elsabe Floris en Dirk, haar zoon, (1473: Gerard van Poelgeest met een woning en 12 morgen), noord: het ambacht den Haag, (1406: waarvan 9 morgen vast aan de 24, zuid: een banwetering, genaamd de Vliet, west: de Heilige Geest van Rijswijk; 1497: waarvan 6 morgen ten zuiden van de hofstede bij de kerk, zuid: de Vlietweg, noord: de geest bij de hofstede , west: het kapittel van den Haag, oost: Simon Nikolaasz.).|21-3-1384: Dirk van Hodenpijl bij opdracht met lijftocht van Machteld, dochter van heer Gerard van Heemstede, zijn vrouw, op de mindere helft.||De volgende beleningen zijn gelijk aan Ons Voorgeslacht, jrg. 28, 1973, pp. 86-87 nrs. 20 en 20 A, vermeerderd met: |17-5-1406: Dirk van Hodenpijl, ridder, met 9 morgen bij opdracht uit eigen.".

tr. circa 1365
met

Dirk Jansz van Hodenpijl, zn. van Jan Aernoutsz van Hodenpijl (knape vermeld 1352-1376) en Aleid Dircksdr van der Made van der Merwede, geb. Overschie circa 1342, ovl. Brouwershaven in nov 1406.

 


Dirk Jansz van Hodenpijl.
ridder, heemraad van Delftland, rentmeester van Noord-Holland, ovl. mei/nov 1406, vermeld 1360-1406. Lijftocht voor Machteld van Dirk van Hodenpijl 1376 en 21-3-1384: "Dirk van Hodenpijl bij opdracht met lijftocht van Machteld, dochter van heer Gerard van Heemstede, zijn vrouw, op de mindere helft". Hij was gegoed o.a. onder Maasland en te Rodenrijs, waar hij de "woning tot Rodenrise" in leen hield van Brederode. In 1398 moet Dirk van Hodenpijl, ridder, met zijn vijf gewapende mannen graaf Albert te hulp komen tegen de Friezen. Zijn zegel: geschuinbalkt van 6 stukken (1398).

Onthoofd op de Mennebrug aan de Vriesestraat te Dordrecht. Ridder Dirk is onthoofd omdat Albrecht Van Beieren hem verantwoordelijk hield voor de dood van zijn geliefde Aleid van Poelgeest en zijn Hofmaarschalk Willem de Cuser, die met haar naar huis liep als begeleiding. Ze zijn beiden vermoord op het plein bij het Vredespaleis in Den Haag. Het Kasteel van de ridders Van Hodenpijl werd gesloopt en met de grond gelijk gemaakt en met de stenen van dat zelfde kasteel is een stuk muur van de Ridderzaal gebouwd. Dirk Van Hodenpijl werd onthoofd als vijand van Albrecht van Beieren, Diens familie werd ook als "de vijand" gezien, Ze zijn gevlucht en hebben zich schuil gehouden. Bijzondere bijkomstigheid was dat ridder Dirk in 1398 met vijf gewapende mannen graaf Albrecht te moest hulp komen tegen de Friezen en hem zo het leven redd.

Uit dit huwelijk 4 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Aleid*1365 Overschie †1434 Delft 68
Jan*1379  †1426 Brouwershaven 46
Hadewij*1376 Kethel    
Machtelt*1368  †1465  97



Bronnen:
1.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 86)
2.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 101)

Jan Aernoutsz van Hodenpijl
 
Jan Aernoutsz van Hodenpijl, geb. Delft circa 1315, knape vermeld 1352-1376, ovl. in 1376.


Jan Aernoutsz van Hodenpijl.
ambachtsheer van Hodenpijl.

 

tr.
met

Aleid Dircksdr van der Made van der Merwede, dr. van Dirk van der Made en Lijsbeth Jans van der Merwede van Almkerk, geb. in 1327, ovl. voor 1351.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Dirk*1342 Overschie †1406 Brouwershaven 64
Alijt*1343 Overschie †1434 Delft 90


Aleid Dircksdr van der Made van der Merwede
Aleid Dircksdr van der Made van der Merwede, geb. in 1327, ovl. voor 1351.

tr.
met

Jan Aernoutsz van Hodenpijl, zn. van Arnoud Dircrksz van Hodenpijl (ambachtsheer van Hodenpijl) en Meijna van Doirtoghe, geb. Delft circa 1315, knape vermeld 1352-1376, ovl. in 1376.

 


Jan Aernoutsz van Hodenpijl.
ambachtsheer van Hodenpijl.

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Dirk*1342 Overschie †1406 Brouwershaven 64
Alijt*1343 Overschie †1434 Delft 90


Catrina van den Brink
Catrina van den Brink.

tr.
met

Lodewijk van Griecken, zn. van Lodewijk Lodewijksz van Grieken (lakenwerker, poorter) en Aeltge Willems Staets, ged. Leiden (Marekerk) op 27 mrt 1689 (getuigen: Peter de Wijk en Martijntgen Jans), tr. (2) met Sara Tulp gedoopt als Sara Smit. Uit dit huwelijk 9 kinderen.

Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lodewijk~1714 Leiden (Marekerk)    


Lodewijk van Grieken
Lodewijk van Grieken, ged. Leiden (Marekerk) op 4 mrt 1714 (getuigen: Jan van Grieken en Johanna Eedwaer).


Johannes Wagen
Johannes Wagen , greinwerker.

Johannes Wagen .
Woonde op de hoek van de Dulhuyssteech.

otr. Leiden op 30 jun 1674, tr.
met

Anna Lodewycx van Griecken, dr. van Lodewijk Geraerts (drapier) en Catharina Henry Fijn Gallon, ged. Leiderdorp op 21 mrt 1649 (getuigen: Lenaerd fijn Galen, Maertgen Willems en Marij fijn Galen), ovl. voor okt 1691.


Antonij Budding
Antonij (Antoon) Budding, geb. circa 1670, ovl. voor 1744.

Antonij Budding.
heeft op 24 december 1694 belijdenis gedaan in de kerk te Ochten .
Er heeft een erfmagescheid plaatsgevonden, zie Protocol van Bezwaar Ochten.

tr. circa 1690
met

Steventje Janse van Reedt (van Reeth), dr. van Jan Hermansen van Reet en Gijsbertjen Cornelis Udents, geb. circa 1670, ovl. voor 1744.

Uit dit huwelijk 10 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johannes~1692 Ochten †1693  1
Neeltje~1693 Ochten †1765  72
Cuinira~1693 Ochten    
Lijsje~1695 Ochten    
Hendrik*1696 Ochten †1776  80
Dirk~1698 Ochten    
Elisabeth~1701 Ochten    
Cornelis~1703 Hien en Dodewaard    
Willem~1706 Ochten    
10 Weier~1714 Ochten    


Lijsje Budding
Lijsje (Lijsebet) Budding, ged. Ochten op 3 feb 1695.


Jutta van Kinzweiler
Jutta van Kinzweiler, geb. circa 1206, ovl. in 1238.

tr.
met

Lodewijk I van Randerode, zn. van Gerard III van Randerode en Beatrix van Kleef-Heinsberg, geb. Liedberg [Duitsland] circa 1205, ovl. in 1279.

Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Ermgard     
Mathildis*1225 Strijen †1294  69


Alard van Bemmel
Alard van Bemmel, ovl. in 1436.

tr. voor 1395
met

Wobbe van Wees.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan*1405  †1467  62


Wobbe van Wees
Wobbe van Wees.

tr. voor 1395
met

Alard van Bemmel, ovl. in 1436.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johan*1405  †1467  62


NN Poth
NN Poth, geb. in 1856 (levenloos).

  • Vader:
    Hendrikus Adrianus Poth, geb. Vreeswijk op 19 apr 1793, ged. aldaar op 28 apr 1793 (getuige: Adriana Poth), Majoor der Genie. Ridder M.W.O. werkzaam bij de Directe Belastingen van (tweede datum onduidelijk:0) 1813, Luitenant ingenieur bij de O.I.troepen op 19 jul 1820, met schip Salima naar Java op 5 sep 1820, Onderscheidingen in de oorlog op Java van 1825 tot 1830, Majoor bij Korps Sappeurs op 24 aug 1837, Commandant Korps Sappeurs op 20 dec 1837, neemt in 1840 ontslag en wordt landmeter in Semarang, ovl. Semarang (Java) [Indonesië] op 29 nov 1881, samen (1) van 1830 tot mei 1853 , tr. Djokja [Indonesië] op 6 mei 1853 met
  • Moeder:
    Johanna Diederika Sarima https://gw.geneanet.org/indobali1?lang=nl&pz=jan+christiaan&nz=hoffman&p=johanna+diederika&n=sarima]], dr. van prins Pangeran Diponegoro, geb. Mataram [Indonesië] op 4 okt 1810, Kratonese prinses, ovl. Djokja [Indonesië] op 2 feb 1856 bij de geboorte van een levenloos kind, begr. Magelang [Indonesië] op de Oude Begraafplaats nr.75.


Merrighje Willems Veen
Merrighje Willems Veen, ovl. voor mrt 1704.

tr. Kockengen op 16 sep 1703
met

Hendrik Gerritse Poth, geb. circa 1665, ged. Kockengen, tr. (1) in 1689 met Merrigje Pieters, ovl. voor sep 1703. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (3) Kockengen op 9 mrt 1704 met Neeltje Cornelis Bree (Breij), geb. Gerverscop, ovl. voor nov 1706. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Hendrik Gerritse Poth.
Het is niet ondenkbaar dat de grootvader de miniatuur en decoratieschilder Hendrik Gerritsz. Pot is. Hendrik ook gespeld als Hendrick, bijnaam Oost-Indiën Pot (Amsterdam, 1580/1581 – begraven aldaar, 15 oktober 1657) was een Nederlands schilder, tekenaar, miniatuurschilder en decoratieschilder.
Hij zou voor 1603 leerling van Karel van Mander geweest zijn. Vanaf omstreeks 1603 tot 1650 was hij actief in Haarlem, met een onderbreking in 1631 en/of 1632, toen hij in Londen woonde. In 1606 schreef hij zich in bij de Haarlemse schutterij. Op 7 juni 1650 werd hij officieel burger van Amsterdam. Vanaf dat jaar tot aan zijn dood woonde hij in die stad. Hij werd begraven in de Oudezijds Kapel aldaar.


Neeltje Cornelis Bree
Neeltje Cornelis Bree (Breij), geb. Gerverscop, ovl. voor nov 1706.

tr. Kockengen op 9 mrt 1704
met

Hendrik Gerritse Poth, geb. circa 1665, ged. Kockengen, tr. (1) in 1689 met Merrigje Pieters. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (2) met Merrighje Willems Veen. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Hendrik Gerritse Poth.
Het is niet ondenkbaar dat de grootvader de miniatuur en decoratieschilder Hendrik Gerritsz. Pot is. Hendrik ook gespeld als Hendrick, bijnaam Oost-Indiën Pot (Amsterdam, 1580/1581 – begraven aldaar, 15 oktober 1657) was een Nederlands schilder, tekenaar, miniatuurschilder en decoratieschilder.
Hij zou voor 1603 leerling van Karel van Mander geweest zijn. Vanaf omstreeks 1603 tot 1650 was hij actief in Haarlem, met een onderbreking in 1631 en/of 1632, toen hij in Londen woonde. In 1606 schreef hij zich in bij de Haarlemse schutterij. Op 7 juni 1650 werd hij officieel burger van Amsterdam. Vanaf dat jaar tot aan zijn dood woonde hij in die stad. Hij werd begraven in de Oudezijds Kapel aldaar.