Marijtje du Foret
Marijtje du Foret (du Forest, du Fouret), ged. Leiden (Waalse Kerk) op 6 jan 1683.
- Vader:
Jean du Forest, geb. Roubay [Frankrijk], otr. Leiden (Waalse Kerk) op 8 okt 16771, tr. met
otr. Leiden op 3 dec 17014 (getuigen: zijn broer en haar zwager Arendt Keerweer en zijn schoonmoeder en haar moeder Cathalijn Carlier), tr.
met
Dirk Keerweer5, zn. van Adriaan Arentsz Keerweer (lakenwerker) en Betje (Lijsbeth Jans) van der Boon (Verboon), geb. circa 1670.
Uit dit huwelijk 2 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Simon | ~1711 | Leiden (Hooglandse Kerk) | †1774 | | 63 | 1 | 0 |
2 | Arij | ~1702 | Leiden (Marekerk) | | | | 0 | 0 |
Bronnen:
1. | K.O. register W Leiden (T 136-2), RA Leiden, DTB Leiden, W 21, Leiden, vanaf 1673 (8 okt 1677 blz. 295) |
2. | Notariele akte Leiden (Notar 254-2), RA Leiden, Not. Ach. 0506, Inventarisnr.: 1374, testament, Leiden, 1708 (21 nov 1708 akte 44) |
3. | Notariele akte Leiden (Notar 255-2), RA Leiden, Not. Arch. 506, Inventarisnr.: 1347, testament, Johan de Blauwen, Leiden, van 1676 tot 1716 (21 nov 1708 akte 44) |
4. | K.O. register Leiden (T 040), RA Leiden, DTB Leiden, Inventarisnr.: 12, Ned Herv. Leiden, van 1575 tot 1712 (3 dec 1701 blz. 244) |
5. | Onze Voorouders Kwartierstaten en Stamreeksen deel IV (OV Rijnland IV), NGV, afdeling Rijnland, Leiden, 2001 (blz. 171) |
Jean du Forest
Jean du Forest, geb. Roubay [Frankrijk].
otr. Leiden (Waalse Kerk) op 8 okt 16771, tr.
met
Cathalijn (Catherine) Carlier2,3 (Carlois), dr. van Daniel Carlier en Agnita del Tour, geb. Valenciennes [Frankrijk] circa 1655, ondertrouw getuige van haar schoonzoon Dirk Keerweer en haar dochter Marijtje du Foret Leiden op 3 dec 1701.
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Marijtje | ~1683 | Leiden (Waalse Kerk) | | | | 1 | 2 |
2 | Jeanne | | | | | | 1 | 1 |
3 | Daniel | ~1701 | Leiden (Vrouwekerk) | | | | 0 | 0 |
Bronnen:
1. | K.O. register W Leiden (T 136-2), RA Leiden, DTB Leiden, W 21, Leiden, vanaf 1673 (8 okt 1677 blz. 295) |
2. | Notariele akte Leiden (Notar 254-2), RA Leiden, Not. Ach. 0506, Inventarisnr.: 1374, testament, Leiden, 1708 (21 nov 1708 akte 44) |
3. | Notariele akte Leiden (Notar 255-2), RA Leiden, Not. Arch. 506, Inventarisnr.: 1347, testament, Johan de Blauwen, Leiden, van 1676 tot 1716 (21 nov 1708 akte 44) |
Cathalijn Carlier
Cathalijn (Catherine) Carlier1,2 (Carlois), geb. Valenciennes [Frankrijk] circa 1655, ondertrouw getuige van haar schoonzoon Dirk Keerweer en haar dochter Marijtje du Foret Leiden op 3 dec 1701.
- Vader:
Daniel Carlier2 (Corlie), doopgetuige van zijn kleindochter Catharijn Arlie Leiden (Pieterskerk) op 19 mrt 1700, woonde in de StAechtenstaet Leiden tot 1699, woonde inde Kruysstraet Leiden na 1699, ovl. voor 1708, tr. waarschijnlijk Valenciennes [Frankrijk] circa 1654 met
- Moeder:
Agnita (Agneta, Agenés, Anne, Anguenes, Agnesse, Abigael) del Tour2 (Deltour, del' Tour, del Toer), dr. van Vader del Tour, doopgetuige van haar kleinzoon Daniel du Forest Leiden (Vrouwekerk) op 2 jan 1701, ondertrouw getuige van Isaac Jansz de Ree en Anna Burtee Leiden op 14 dec 1674, doopgetuige van haar kleindochter Catharijn Arlie Leiden (Pieterskerk) op 19 mrt 1700, doopgetuige van haar achterkleinzoon Daniel Mouton Leiden (Waalse Kerk) in mrt 1711, woonde in de St Aechtenstraet Leiden tot 1669, woonde in de Kruysstraet Leiden na 1669.
otr. Leiden (Waalse Kerk) op 8 okt 16773, tr.
met
Jean du Forest, geb. Roubay [Frankrijk].
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Marijtje | ~1683 | Leiden (Waalse Kerk) | | | | 1 | 2 |
2 | Jeanne | | | | | | 1 | 1 |
3 | Daniel | ~1701 | Leiden (Vrouwekerk) | | | | 0 | 0 |
Bronnen:
1. | Notariele akte Leiden (Notar 254-2), RA Leiden, Not. Ach. 0506, Inventarisnr.: 1374, testament, Leiden, 1708 (21 nov 1708 akte 44) |
2. | Notariele akte Leiden (Notar 255-2), RA Leiden, Not. Arch. 506, Inventarisnr.: 1347, testament, Johan de Blauwen, Leiden, van 1676 tot 1716 (21 nov 1708 akte 44) |
3. | K.O. register W Leiden (T 136-2), RA Leiden, DTB Leiden, W 21, Leiden, vanaf 1673 (8 okt 1677 blz. 295) |
Simon Keerweer
Simon Keerweer1, ged. Leiden (Hooglandse Kerk) op 3 feb 1711, greinwerker, woont Oude Herengracht Leiden in 1733, ovl. voor 1774.
otr. Leiden op 11 dec 1733, tr.
met
Maria Weyaart, geb. Leiden (Hooglandse Kerk) op 1 nov 1712.
Bronnen:
Goswin van Stecke
Goswin van Stecke (Stecke, Goissen v. Steyck, Goswinus St), 1306-1339 Freigraf von Dortmund, ovl. voor 23 mrt 1354.
Goswin van Stecke.
Goswin (Goissen) van Stecke (van Steyck) und Alheydis van Sobbe ( van Zobbe).
Goswin van Stecke wird in Urkunden aus den Jahren 1335 und 1342 als Ritter bezeichnet und war von 1306 bis 1339 Freigraf von Dortmund.
Er tauschte als Goswinus dictus Steyck zusammen mit seiner uxor Alheydis und seinen Kindern Borchard, Herman, Goswin und Wolter ein Gut zu Walsum, der Äbtissin zu Essen gehörig, gegen den Steyckinckshof nebst jährlich 12 Schillingen aus seinen Gütern zu Osterwich bei Beeck.
tr. voor 1359
met
Adelheid (Adelheydis) von Sobbe (von Zobbe), dr. van Zobbe von Altena Ritter en Helene von Mormter, ovl. na 1339.
Uit dit huwelijk 7 kinderen:
Adelheid von Sobbe
Adelheid (Adelheydis) von Sobbe (von Zobbe), ovl. na 1339.
tr. voor 1359
met
Goswin van Stecke (Stecke, Goissen v. Steyck, Goswinus St), zn. van Goswin von Stecke en Guda von Götterswick, 1306-1339 Freigraf von Dortmund, ovl. voor 23 mrt 1354.
Goswin van Stecke.
Goswin (Goissen) van Stecke (van Steyck) und Alheydis van Sobbe ( van Zobbe).
Goswin van Stecke wird in Urkunden aus den Jahren 1335 und 1342 als Ritter bezeichnet und war von 1306 bis 1339 Freigraf von Dortmund.
Er tauschte als Goswinus dictus Steyck zusammen mit seiner uxor Alheydis und seinen Kindern Borchard, Herman, Goswin und Wolter ein Gut zu Walsum, der Äbtissin zu Essen gehörig, gegen den Steyckinckshof nebst jährlich 12 Schillingen aus seinen Gütern zu Osterwich bei Beeck.
Uit dit huwelijk 7 kinderen:
Andries Bartholomeus Tiebout
Andries Bartholomeus Tiebout (Tibout).
otr. Leiden op 25 mrt 1702, tr.
met
Klara Willems (Klaartie) Willems Heemskerken, geb. Leiden, ovl. aldaar op 25 mrt 1744, tr. (1) Leiden op 25 feb 1725 met Jan Jansze van Toornvliet. Uit dit huwelijk geen kinderen.
Uit dit huwelijk 2 kinderen.
Aernt Tou Heijndricksz van den Burch
Aernt Tou Heijndricksz van den Burch4,3,1,2, geb. 't Woud circa 1419, schoutambt van Nieuwland, schout Hof van Delft en van Pijnacker, ambachtsheer van Hoogeveen, ovl. Delft op 3 apr 1505.
Aernt Tou Heijndricksz van den Burch.
Leenman van de hofstede van de Wateringen 1440 en 1468, Lek en Polanen 1440, Hontshol 1462, grafelijk leenman 1473. Schout van Hof van Delft en Vrijenban (voor 1490), gezworene van Hof van Delft 1494. Stichtte in 1481 met zijn broer Arent Tou Heijndricksz. een vicarie in de Oude Kerk te Delft op het altaar van St. Crispijn en St. Crispiaan (wilsbeschikking van hun moeder Catharina), onder verband van land te Zouteveen en Ketel. Begraven in 't Woudt (in de kerk) onder een zerk met vier kwartierwapens. Aems nakomelingen nemen de naam van den Burch aan en het wapen met de gewelfde rechter schuinbalk.
Hij zou gewoond hebben op de plaats waarin in 1899 nog een boerenwoning met de naam 't Oude Hof, de Hofwoning' stond. Hij komt zeer vaak voor in de leenregisters: in 1440 beleend met de helft van het land aan de Zweth in Wateringen, op xx mei 1440 met land ter Yemondt in De Lier, op 11-2-1462 te Naaldwijk te komen op zijn zoon Jan en bij diens vooroverlijden op zijn andere zoon Heyndrick, op 24-3-1468 met de helft van het van Doe Claes Touwenz afkomstige land in De Lier, op 23-3-1468 met de helft van het Elsgheestweer in Wateringen, op 22-6-1473 samen met zijn broer met 14 morgen te Honselersdijk, zijn helft is te komen op zijn zoons Jan, Cornelis en IJsbrand, en tenslotte op 8-3-1486 te Monster, gegoed in Kethel, gezworene van Hof van Delft (1494). Hij stichtte op 18-1-1481 met zijn broer (Arent) Touw Heyndricksz op last van zijn overleden moeder een vicarie in de Oude Kerk te Delft.
tr. (1) 't Woud op 3 mrt 1445 of 1442
met
Margriet (Margriet Jan Sijmenszoondr) (Margaretha Jan Symonszoondr) kreeg de volledige naam van de overleden eerste vrouw van haar vader, Margaretha Jan Symonsdr, Margriet Heermans4,11,8,10,9,6,7 (van Oegstgeest Heermans van der Salm, Brasser van Oegstgeest.) (van Oegstgeest Heermans van der Salm), dr. van Jan Symonsz van Heermans van Oegstgeest van der Salm (bezit land onder Woutharnasch) en Machteld Dircksdr van der Horn, geb. Hendrik-Ido Ambacht in 1428, ovl. 't Woud op 31 jul 1479, begr. aldaar.
Margriet (Margriet Jan Sijmenszoondr) Heermans.
Zij trad als veertienjarig meisje in het huwelijk met Adam ("Aem") Hendricksz van der Burch. Zij kregen acht zonen en zeven dochters. Zij overleed op 31 juli 1479 in 't Woud en ligt begraven op een voorname plaats in het middenschip van de kerk nij haar vader. Haar man volgde haar op 3 april 1505.
Dezeze filiatie is niet bewezen.
Uit dit huwelijk 15 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Heynric | *1462 | Delft | †1531 | Delft | 69 | 2 | 9 |
tr. (2)
met
Dirickghen Jacobsdr, ovl. op 18 jan 1510.
Dirickghen Jacobsdr.
op 9 oktober 1467 beleend met een smaltiende in Monsterambacht,34 eveneens bezat hij de helft van een.
korentiende in ‘t Woudt; op 22 juni 1473 samen met zijn broer Aam beleend met 14 morgen land in Honselersdijk achter de molen, elk de helft; op 17 april 1476 beleend met land te Overschie; als onderpand voor een aan de grafelijkheid geleende geldsom wees het Hof van Holland hem tijdelijk het schoutambt van Nieuwland toe, ondanks verzet werd hij in 1479 daarin hersteld, eveneens schout van Hof van Delft (vermeld 1494 en 1499) en van Pijnacker (vermeld 1496); ambachtsheer van Hoogeveen, waarmee hij op 13 oktober 1469 werd beleend. Op 29 mei 1478 zegelde hij met ‘een linker schuinbalk, waarover een barensteel met drie hangers’. Hij bezat o.a. 1 - 1 hond hofland, dat in 1532 in vijf delen gesplitst in eigendom is van zijn erfgenamen; overl. voor 26 maart 1507.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Agatha | *1460 | | †1534 | Delft | 74 | 1 | 3 |
2 | Heijndrik | | | †1555 | Delft | | 1 | 0 |
Bronnen:
1. | Repertorium op de lenen van der Wateringe 1299-1770 (OV 005), C.Hoek, Ons Voorgeslacht, 1988 (blz. 6) |
2. | Repertorium op de lenen van der Wateringe 1299-1770 (OV 005), C.Hoek, Ons Voorgeslacht, 1988 (blz. 7) |
3. | Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 203) |
4. | Ons Voorgeslacht (OV 006), Schrijver: 196 (blz. 289) |
5. | Ons Voorgeslacht (OV 006), Schrijver: 196 (blz. 291) |
6. | Website: http://www.Jacobs-Schumacher.Eu/ (W 055), Van den Burch |
7. | Ellen Couvret (A 156), Website: https://gw.geneanet.org/ecouvret |
8. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
9. | Karel de Grote Reeks 116 (A 085), A 085 |
10. | Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 201) |
11. | Ons Voorgeslacht (OV 006), Schrijver: 196 (blz. 295) |
Margriet Jan Sijmenszoondr Heermans
Margriet (Margriet Jan Sijmenszoondr) (Margaretha Jan Symonszoondr) kreeg de volledige naam van de overleden eerste vrouw van haar vader, Margaretha Jan Symonsdr, Margriet Heermans6,7,2,5,3,4,1 (van Oegstgeest Heermans van der Salm, Brasser van Oegstgeest.) (van Oegstgeest Heermans van der Salm), geb. Hendrik-Ido Ambacht in 1428, ovl. 't Woud op 31 jul 1479, begr. aldaar.
Margriet (Margriet Jan Sijmenszoondr) Heermans.
Zij trad als veertienjarig meisje in het huwelijk met Adam ("Aem") Hendricksz van der Burch. Zij kregen acht zonen en zeven dochters. Zij overleed op 31 juli 1479 in 't Woud en ligt begraven op een voorname plaats in het middenschip van de kerk nij haar vader. Haar man volgde haar op 3 april 1505.
Dezeze filiatie is niet bewezen.
- Moeder:
Machteld Dircksdr van Hodenpijl van der Horn6,8,5,3, dr. van Dirck Heynricksz van den Ho(o)rn en Aleid Dirksdochter van Hodenpijl, geb. Leiden circa 1398, ovl. Delft (Oude Kerk) na 18 jul 1465 Machtelt [Dircxdr. van der (den) Ho(e)rn] moet overleden zijn na 18 juli 1465, zoals blijkt uit NA, archief van het klooster St. Agatha te Delft, inv. nr. 134: Regest 298 d.d. 18 juli 1465: Machtelt Jan Symonsz. wed. verkoopt aan Pieter Gerytsz. 3 morgen land vermeld in de brief d.d. 18 okt. 1453, waardoor deze gestoken is.
| |
tr. (1) 't Woud op 3 mrt 1445 of 1442
met
Aernt Tou Heijndricksz van den Burch6,11,9,10, zn. van Heijndrick Aemsz van den Burch (leenman van de Hofstad van der Wateringe, met land onder de Ambachten Wateringen en De Lier) en Catharina IJsbrant Dircxzdr van der Woert, geb. 't Woud circa 1419, schoutambt van Nieuwland, schout Hof van Delft en van Pijnacker, ambachtsheer van Hoogeveen, ovl. Delft op 3 apr 1505.
Aernt Tou Heijndricksz van den Burch.
Leenman van de hofstede van de Wateringen 1440 en 1468, Lek en Polanen 1440, Hontshol 1462, grafelijk leenman 1473. Schout van Hof van Delft en Vrijenban (voor 1490), gezworene van Hof van Delft 1494. Stichtte in 1481 met zijn broer Arent Tou Heijndricksz. een vicarie in de Oude Kerk te Delft op het altaar van St. Crispijn en St. Crispiaan (wilsbeschikking van hun moeder Catharina), onder verband van land te Zouteveen en Ketel. Begraven in 't Woudt (in de kerk) onder een zerk met vier kwartierwapens. Aems nakomelingen nemen de naam van den Burch aan en het wapen met de gewelfde rechter schuinbalk.
Hij zou gewoond hebben op de plaats waarin in 1899 nog een boerenwoning met de naam 't Oude Hof, de Hofwoning' stond. Hij komt zeer vaak voor in de leenregisters: in 1440 beleend met de helft van het land aan de Zweth in Wateringen, op xx mei 1440 met land ter Yemondt in De Lier, op 11-2-1462 te Naaldwijk te komen op zijn zoon Jan en bij diens vooroverlijden op zijn andere zoon Heyndrick, op 24-3-1468 met de helft van het van Doe Claes Touwenz afkomstige land in De Lier, op 23-3-1468 met de helft van het Elsgheestweer in Wateringen, op 22-6-1473 samen met zijn broer met 14 morgen te Honselersdijk, zijn helft is te komen op zijn zoons Jan, Cornelis en IJsbrand, en tenslotte op 8-3-1486 te Monster, gegoed in Kethel, gezworene van Hof van Delft (1494). Hij stichtte op 18-1-1481 met zijn broer (Arent) Touw Heyndricksz op last van zijn overleden moeder een vicarie in de Oude Kerk te Delft.
Uit dit huwelijk 15 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Heynric | *1462 | Delft | †1531 | Delft | 69 | 2 | 9 |
tr. (2)
met
Hendrick Jansz Besemer.
Wijst op verzoek vonnis te Mijnsherenland in 1445. Huurt op 29-6-1457 6 morgen land te Ouderkerk van Arien Jansz, geeft samen met zijn zwagers aan zijn broer een “warinc” op 13-6-1462, ontvangt zelf een “warinc” voor 10 jaar van Willem Jan Vrientsz. van het land in het “oude huysken” groot 12 morgen (= weer 138 en 139),“’ vermeld 1487, pacht in 1488 de korentiende in de polder de Hoge Nesse, is in 1494 geld schuldig, overl. vóór 1497 als zijn zoon optreedt als erfgenaam van Pieter Voppensz. Schout Mijnsheerenland, Landbouwer, Hoogheemraad, bezit land onder H.I.Ambacht, Rijsoord en Ridderkerk Schout van Mijnsheerenland. wonende Hendrik-Ido-Abacht, wijst op verzoek vonnis te Mijnsheerenland 1445.Landbouwer,Hoogheemraad,, geboren circa 1440 te verm. Hendrik-Ido-Ambacht, overleden circa 1520 te vermoedelijk Hendrik-Ido-Ambacht. Indices Hof van Holland ARA den Haag. Indices civiele sententies, decreten en appointementen. Inv.nr 1072-1074. Het 12e Register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472. 54) Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer 3 november 1470. Bezemair/op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenen van Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederen over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 november 1470 (Reg.12.no.54 folio 101) Register 56 1554. De erfgenamen van Jacob Jansz. contra Heynrick (Hubrechtse??) m.i. Ghysbrechtse ? Besemer-01-10-1507: Heynrick Besemer beset op sijn seven mergen coeyen ende beesten. "Cleijs Dircksz.vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en ...(Wilkeurboek Ridderkerk; GAR, Htd 827) Heynrick Besemer beset noch op sijn lant verder voorlopig onleesbaar (Archief Huys ten Donck 827) Ick Henrijck Besemer heeft een willkeur (schuldvordering op Claess Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens. Item Henrick Besemer heeft een wilkeur volstaende? vant ? op Claes Willemsz. als van vier Rhijnsguldens te betalen op Sinte Maertijnsdage.... naestcomende. Ende wairt selvedat hij dese voors,somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz mach comen ....? sonder panden (verder onleesbaar) Dee lesten dach in mey Anno XVc ende negen.[Arch.Htd 827] Oud Alblas Zuidzijde Heynrick Ghysenlant = Hendrick Besemerslant 8 morgen Archief Huys ten Donck.Regestnr.187 1503 mei 20. Hendrik Damijsz, schout, en Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz. (lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haer neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgensszoene en Hendrik Besemer.
Afschrift in inv.no.384 fol.90 recto. Hij heeft bezittingen (land) onder H.I.Ambacht, Rijsoord en Ridderkerk Een weer aan de zuidzijde van Oud Alblas is Heynric Ghysenlant = Hendrick Besemerslant, 8 morgen (Z10) (Morgen-Morgensgelijk. Dijkplicht in Hendrik-Ido-Ambacht en Schildmanskinderenambacht.) fol.20. Item aldus soe leyt ghedijct ende ghemuert Heynric Yden-ambocht ende Scilmanskinderambocht in die tsestich roeden aen den drogen dijck van horen lande te weten: eerst Scilmanskinderambocht noch te weten van elke mergen 2 voet 2 duym. Item in den eersten soe leit ghedijct van den pael of totter eerster muer toe Jan van Swindrecht met 3,5 mergen lants. Item Jan van Dam ende Heynric Besemer kinderen zijn die eerst in die eerste muer ghemuert met 3 mergen lants. enz. (fol 21 vso). Item Heynric Besemer kinderen aen ver Gheylen wech in 't Sant 3 mergen 1 hont. 't Sant ligt aan de Vrouwgelenweg in het Volgerland van Rijsoord; zie ook akte in het Archief van het Heilige-Geest en Pesthuis ter Grooter Kerck, waar op 15 mei 1540 zijn zoon Ghijsbrecht Besemer Heynricszn. dit land overdraagt aan de Heilige Geest en Pesthuismeesters te Dordrecht. (Inventaris Archief Huys ten Donck regest 187).20 mei 1503, Hendrik Damijsz. schout, Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz. (lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haar neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgenszoene en HENDRICK BESEMER.(Afschrift in inv.no.384 fol.89 recto). -01.10-1507: Heynrick Besemer "beset Cleijs Dircksz. beesten op sin lant"vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en.... (Wilkeurboek Ridd; GAR, Htd 827). (Archief Huys ten Donck inv.827) Ick Heynrick Besemer heeft een willkeur (schuldvordering) op Claes Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens, te betalen op Sinte Maertijnsdage....naestcomende. Ende wairt selve dat hij dese voors. somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz. mach comen......? sonder panden, verder voorlopig onleesbaar. De lesten dach in mey Anno XVc ende negen. [Indices Hof van Holland ARA Den Haag. Indices civiele sententies, decreten en appointementen. In.nr.1072-1074. Het 12e register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472].(54) Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer, 3 november 1470. Bezemair/ op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenen van Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederenb over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 nov.1470 (Reg.12.no.54 folio 101). Register nr.56 1554: De erfgenamen van Jacob Jansz. contra Heynrick (Hubrechtse??), Ghysbrechtse ? (JB) Besemer.
Hoogheemraad, beroep: Bouwman, Alderman (hoogheemraad), Schout Mijnsheerenland, Landbouwer, Hoogheemraad, bezit land onder H.I.Ambacht, Rijsoord en Ridderkerk Schout van Mijnsheerenland. wonende Hendrik-Ido-Abacht, wijst op verzoek vonnis te Mijnsheerenland 1445. Bron: KWST De Keijzer-Eijkelenboom kwnr 80.720 KWSTB XV GVP/TUD Delft 1998 Landbouwer,Hoogheemraad,, geboren circa 1440 te verm. Hendrik-Ido-Ambacht, overleden circa 1520 te vermoedelijk Hendrik-Ido-Ambacht. Indices Hof van Holland ARA den Haag. Indices civiele sententies, decreten en appointementen. Inv.nr 1072-1074. Het 12e Register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472. 54)Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer 3 november 1470. Bezemair/op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenen van Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederen over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 november 1470 (Reg.12.no.54 folio 101) Register 56 1554. De erfgenamen van Jacob Jansz. contra Heynrick (Hubrechtse??) m.i. Ghysbrechtse ? Besemer-01-10-1507: Heynrick Besemer beset op sijn seven mergen coeyen ende beesten. "Cleijs Dircksz.vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en ...(Wilkeurboek Ridderkerk; GAR, Htd 827) Heynrick Besemer beset noch op sijn lant verder voorlopig onleesbaar (Archief Huys ten Donck 827) Ick Henrijck Besemer heeft een willkeur (schuldvordering op Claess Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens. Item Henrick Besemer heeft een wilkeur volstaende? vant ? op Claes Willemsz. als van vier Rhijnsguldens te betalen op Sinte Maertijnsdage.... naestcomende. Ende wairt selvedat hij dese voors,somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz mach comen ....? sonder panden (verder onleesbaar) Dee lesten dach in mey Anno XVc ende negen.[Arch.Htd 827] Oud Alblas Zuidzijde Heynrick Ghysenlant = Hendrick Besemerslant 8 morgen Archief Huys ten Donck.Regestnr.187 1503 mei 20. Hendrik Damijsz, schout, en Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz. (lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haer neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgensszoene en Hendrik Besemer. Afschrift in inv.no.384 fol.90 recto. Hij heeft bezittingen (land) onder H.I.Ambacht, Rijsoord en Ridderkerk Een weer aan de zuidzijde van Oud Alblas is Heynric Ghysenlant = Hendrick Besemerslant, 8 morgen (Z10) (Morgen-Morgensgelijk. Dijkplicht in Hendrik-Ido-Ambacht en Schildmanskinderenambacht.) fol.20. Item aldus soe leyt ghedijct ende ghemuert Heynric Yden-ambocht ende Scilmanskinderambocht in die tsestich roeden aen den drogen dijck van horen lande te weten: eerst Scilmanskinderambocht noch te weten van elke mergen 2 voet 2 duym. Item in den eersten soe leit ghedijct van den pael of totter eerster muer toe Jan van Swindrecht met 3,5 mergen lants. Item Jan van Dam ende Heynric Besemer kinderen zijn die eerst in die eerste muer ghemuert met 3 mergen lants. enz. (fol 21 vso). Item Heynric Besemer kinderen aen ver Gheylen wech in 't Sant 3 mergen 1 hont. 't Sant ligt aan de Vrouwgelenweg in het Volgerland van Rijsoord; zie ook akte in het Archief van het Heilige-Geest en Pesthuis ter Grooter Kerck, waar op 15 mei 1540 zijn zoon Ghijsbrecht Besemer Heynricszn. dit land overdraagt aan de Heilige Geest en Pesthuismeesters te Dordrecht. (Inventaris Archief Huys ten Donck regest 187).20 mei 1503, Hendrik Damijsz. schout, Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz. (lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haar neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgenszoene en HENDRICK BESEMER.(Afschrift in inv.no.384 fol.89 recto). -01.10-1507: Heynrick Besemer "beset Cleijs Dircksz. beesten op sin lant"vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en.... (Wilkeurboek Ridd; GAR, Htd 827). (Archief Huys ten Donck inv.827) Ick Heynrick Besemer heeft een willkeur (schuldvordering) op Claes Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens, te betalen op Sinte Maertijnsdage....naestcomende. Ende wairt selve dat hij dese voors. somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz. mach comen......? sonder panden, verder voorlopig onleesbaar. De lesten dach in mey Anno XVc ende negen. [Indices Hof van Holland ARA Den Haag. Indices civiele sententies, decreten en appointementen. In.nr.1072-1074. Het 12e register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472].(54) Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer, 3 november 1470. Bezemair/ op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenen van Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederenb over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 nov.1470 (Reg.12.no.54 folio 101). Register nr.56 1554: De erfgenamen van Jacob Jansz. contra Heynrick (Hubrechtse??), m.i. Ghysbrechtse ? (JB) Besemer.:, Bouwman, Boer (Bouwman), Hoogheemraad,Landbouwer,Landpoorter, Schout Mijnsheerenland, Landbouwer, Hoogheemraad, bezit land onder H.I.Ambacht, Rijsoord en Ridderkerk Schout van Mijnsheerenland. wonende Hendrik-Ido-Abacht, wijst op verzoek vonnis te Mijnsheerenland 1445. Bron: KWST De Keijzer-Eijkelenboom kwnr 80.720 KWSTB XV GVP/TUD Delft 1998 Landbouwer,Hoogheemraad,, geboren circa 1440 te verm. Hendrik-Ido-Ambacht, overleden circa 1520 te vermoedelijk Hendrik-Ido-Ambacht. Indices Hof van Holland ARA den Haag. Indices civiele sententies, decreten en appointementen. Inv.nr 1072-1074. Het 12e Register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472. 54)Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer 3 november 1470. Bezemair/op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenen van Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederen over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 november 1470 (Reg.12.no.54 folio 101) Register 56 1554. De erfgenamen van Jacob Jansz. contra Heynrick (Hubrechtse??) m.i. Ghysbrechtse ? Besemer-01-10-1507: Heynrick Besemer beset op sijn seven mergen coeyen ende beesten. "Cleijs Dircksz.vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en ...(Wilkeurboek Ridderkerk; GAR, Htd 827) Heynrick Besemer beset noch op sijn lant verder voorlopig onleesbaar (Archief Huys ten Donck 827) Ick Henrijck Besemer heeft een willkeur (schuldvordering op Claess Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens. Item Henrick Besemer heeft een wilkeur volstaende? vant ? op Claes Willemsz. als van vier Rhijnsguldens te betalen op Sinte Maertijnsdage.... naestcomende. Ende wairt selvedat hij dese voors,somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz mach comen ....? sonder panden (verder onleesbaar) Dee lesten dach in mey Anno XVc ende negen.[Arch.Htd 827] Oud Alblas Zuidzijde Heynrick Ghysenlant = Hendrick Besemerslant 8 morgen Archief Huys ten Donck.Regestnr.187 1503 mei 20. Hendrik Damijsz, schout, en Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz. (lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haer neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgensszoene en Hendrik Besemer. Afschrift in inv.no.384 fol.90 recto. Hij heeft bezittingen (land) onder H.I.Ambacht, Rijsoord en Ridderkerk Een weer aan de zuidzijde van Oud Alblas is Heynric Ghysenlant = Hendrick Besemerslant, 8 morgen (Z10) (Morgen-Morgensgelijk. Dijkplicht in Hendrik-Ido-Ambacht en Schildmanskinderenambacht.) fol.20. Item aldus soe leyt ghedijct ende ghemuert Heynric Yden-ambocht ende Scilmanskinderambocht in die tsestich roeden aen den drogen dijck van horen lande te weten: eerst Scilmanskinderambocht noch te weten van elke mergen 2 voet 2 duym. Item in den eersten soe leit ghedijct van den pael of totter eerster muer toe Jan van Swindrecht met 3,5 mergen lants. Item Jan van Dam ende Heynric Besemer kinderen zijn die eerst in die eerste muer ghemuert met 3 mergen lants. enz. (fol 21 vso). Item Heynric Besemer kinderen aen ver Gheylen wech in 't Sant 3 mergen 1 hont. 't Sant ligt aan de Vrouwgelenweg in het Volgerland van Rijsoord; zie ook akte in het Archief van het Heilige-Geest en Pesthuis ter Grooter Kerck, waar op 15 mei 1540 zijn zoon Ghijsbrecht Besemer Heynricszn. dit land overdraagt aan de Heilige Geest en Pesthuismeesters te Dordrecht. (Inventaris Archief Huys ten Donck regest 187).20 mei 1503, Hendrik Damijsz. schout, Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz. (lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haar neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgenszoene en Hendrick Besemer.(Afschrift in inv.no.384 fol.89 recto). -01.10-1507: Heynrick Besemer "beset Cleijs Dircksz. beesten op sin lant"vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en.... (Wilkeurboek Ridd; GAR, Htd 827). (Archief Huys ten Donck inv.827) Ick Heynrick Besemer heeft een willkeur (schuldvordering) op Claes Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens, te betalen op Sinte Maertijnsdage....naestcomende. Ende wairt selve dat hij dese voors. somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz. mach comen......? sonder panden, verder voorlopig onleesbaar. De lesten dach in mey Anno XVc ende negen. [Indices Hof van Holland ARA Den Haag. Indices civiele sententies, decreten en appointementen. In.nr.1072-1074. Het 12e register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472].(54) Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer, 3 november 1470. Bezemair/ op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenen van Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederenb over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 nov.1470 (Reg.12.no.54 folio 101) wonende Hendrik-Ido-Abacht, wijst op verzoek vonnis te Mijnsheerenland 1445.
Landbouwer, Hoogheemraad,, geboren circa 1440 te verm. Hendrik-Ido-Ambacht, overleden circa 1520 te verm. Hendrik-Ido-Ambacht. Indices Hof van Holland ARA den Haag. Indices civiele sententies, decreten en appointementen. Inv.nr 1072-1074. Het 12e Register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472. 54)Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer 3 november 1470. Bezemair/op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenen van Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederen over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 november 1470 (Reg.12.no.54 folio 101).
Register 56 1554. De erfgenamen van Jacob Jansz. contra Heynrick (Hubrechtse??) m.i. Ghysbrechtse ? Besemer-01-10-1507: Heynrick Besemer beset op sijn seven mergen coeyen ende beesten.
"Cleijs Dircksz.vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en ...(Wilkeurboek Ridderkerk; GAR, Htd 827) Heynrick Besemer beset noch op sijn lant verder voorlopig onleesbaar (Archief Huys ten Donck 827) Ick Henrijck.
Besemer heeft een willkeur (schuldvordering op Claess Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens. Item Henrick Besemer heeft een wilkeur volstaende? vant ? op Claes Willemsz. als van vier Rhijnsguldens te betalen op Sinte Maertijnsdage.... naestcomende. Endewairt selvedat hij dese voors,somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz mach comen ....? sonder panden (verder onleesbaar) Dee lesten dach in mey Anno XVc ende negen.[Arch.Htd 827].
Oud Alblas Zuidzijde Heynrick Ghysenlant = Hendrick Besemerslant 8 morgen Archief Huys ten Donck.Regestnr.187 1503 mei 20. Hendrik Damijsz, schout, en Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz. (lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haer neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgensszoene en Hendrik Besemer. Afschrift in inv.no.384 fol.90 recto.
Hij heeft bezittingen (land) onder H.I.Ambacht, Rijsoord en Ridderkerk Een weer aan de zuidzijde van Oud Alblas is Heynric Ghysenlant = Hendrick Besemerslant, 8 morgen (Z10) (Morgen-Morgensgelijk. Dijkplicht in Hendrik-Ido-Ambacht en Schildmanskinderenambacht.) fol.20. Item aldus soe leyt ghedijct ende ghemuert Heynric Yden-ambocht ende Scilmanskinderambocht in die tsestich roeden aen den drogen dijck van horen lande te weten: eerst Scilmanskinderambocht noch te weten van elke mergen 2 voet 2 duym. Item in den eersten soe leit ghedijct van den pael of totter eerster muer toe Jan van Swindrecht met 3,5 mergen lants.
Item Jan van Dam ende Heynric Besemer kinderen zijn die eerst in die eerste muer ghemuert met 3 mergen lants. enz.
(fol 21 vso). Item Heynric Besemer kinderen aen ver Gheylen wech in 't Sant 3 mergen 1 hont. 't Sant ligt aan de Vrouwgelenweg in het Volgerland van Rijsoord; zie ook akte in het Archief van het Heilige-Geest en Pesthuis ter Grooter Kerck, waar op 15 mei 1540 zijn zoon Ghijsbrecht Besemer Heynricszn. dit land overdraagt aan de Heilige Geest en Pesthuismeesters te Dordrecht.
(Inventaris Archief Huys ten Donck regest 187).20 mei 1503, Hendrik Damijsz. schout, Cornelis Willemsz, Joris Kievit, Zijmon Gerritsz. en Jan Willemsz.
(lage) heemraden van Riederambacht oorkonden, dat Geertruijd Huijg Zijmonsdr. verkocht heeft aan Dirck Simonsz. haar neef een perceel van 13,5 morgen land in Nieuw Rijderwaert gelegen in het lange land vanaf de dijk, ten noorden begrensd door het Waligslant en ten zuiden door het land van Pieter Huijgenszoene en HENDRICK BESEMER.(Afschrift in inv.no.384 fol.89 recto).
-01.10-1507: Heynrick Besemer "beset Cleijs Dircksz. beesten op sin lant"vanwege een wilkeur van 11 Rijnsgld; borgen Symon Gheritsz. en.... (Wilkeurboek Ridd; GAR, Htd 827). (Archief Huys ten Donck inv.827) Ick Heynrick Besemer heeft een willkeur (schuldvordering) op Claes Willemsz. als van 4 Rhijnsguldens, te betalen op Sinte Maertijnsdage....naestcomende. Ende wairt selve dat hij dese voors. somme niet en betalen tot deser dagen, dat als dan Henrick Besemer voorsz. mach comen......? sonder panden, verder voorlopig onleesbaar. De lesten dach in mey Anno XVc ende negen. [Indices Hof van Holland ARA Den Haag. Indices civiele sententies, decretenen appointementen. In.nr.1072-1074. Het 12e register van sententien 27-1-1469 tot 27-6-1472].(54) Jacob Jansz. contra Hendrick Bezemer, 3 november 1470. Bezemair/ op den Eysch van Henrick Bezemair tegen Jacob Jansz. werd het vonnis van de schepenenvan Dordrecht te niet gedaen en parthijen geordonneert van Nieuws voor de Hoven te procederenb over de Cooppenningen van vijftien hoet tarwe 3 nov.1470.
(Reg.12.no.54 folio 101).
Register nr.56 1554: De erfgenamen van Jacob Jansz. contra Heynrick.
(Hubrechtse??), m.i. Ghysbrechtse ? (JB) Besemer.
Uit dit huwelijk 3 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Huijch | *1470 | Hendrik-Ido Ambacht | †1531 | Ouderkerk a/d IJssel | 61 | 1 | 0 |
2 | Ghijs | *1472 | Hendrik-Ido Ambacht | †1552 | | 80 | 2 | 7 |
3 | Cornelis | *1470 | Hendrik-Ido Ambacht | †1527 | Sandelingen | 57 | 2 | 2 |
Bronnen:
1. | Ellen Couvret (A 156), Website: https://gw.geneanet.org/ecouvret |
2. | Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883 |
3. | Karel de Grote Reeks 116 (A 085), A 085 |
4. | Website: http://www.Jacobs-Schumacher.Eu/ (W 055), Van den Burch |
5. | Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 201) |
6. | Ons Voorgeslacht (OV 006), Schrijver: 196 (blz. 289) |
7. | Ons Voorgeslacht (OV 006), Schrijver: 196 (blz. 295) |
8. | Ons Voorgeslacht (OV 006), Schrijver: 196 (blz. 333) |
9. | Repertorium op de lenen van der Wateringe 1299-1770 (OV 005), C.Hoek, Ons Voorgeslacht, 1988 (blz. 6) |
10. | Repertorium op de lenen van der Wateringe 1299-1770 (OV 005), C.Hoek, Ons Voorgeslacht, 1988 (blz. 7) |
11. | Het goed van Oegstgeest (B 151), F.H. Lugt, Uitgeverij Ginkgo, 978-90-71256-09-7, Leiden, 2009 (blz. 203) |
Katharina von Gemen
Katharina (Trina) von Gemen.
- Moeder:
Beatrix Sobbe, geb. circa 1325, ovl. op 18 jan 1366.
tr.
met
Bitter I ridder von und zu Raesfeld, zn. van Johan von und zu Raesfeld und Ostendorf (Drost im Emsland 1319-1326) en Blitrudis van Steynhaus (erfgename van Ostendorf), heer van Raesfeld en Oostendorp, voert oorlog met de bisschop van Utrecht in 1394 en 1395, macht Ostendorf zum Offenhaus des Bischofs von Münster in 1358, ambtman van Wezel, Schermbeck en Meer in 1368, koopt het vrijgraafschap van Lembeck, Raesfeld van Wennemar van Heyden in 1374, ovl. in 1398.
Bitter I ridder von und zu Raesfeld.
1384 Der Burgherr Bitter von Raesfeld stiftet einen Altar in der Pfarrkirche.
1444 Der Burgherr Johann von Raesfeld verschreibt der Bruderschaft St. Martin eine Rente.
Johann von Gemen
| |
Johann von Gemen, geb. Borken [Duitsland] in 1325, ovl. aldaar op 18 jan 1366. |
tr.
met
Beatrix Sobbe, geb. circa 1325, ovl. op 18 jan 1366.
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
Burkhard Stecke Freigraf von Recklinghausen
Burkhard (Borchart) Stecke Freigraf von Recklinghausen (von Burkard), vermeld 1389, Herr zu Herten, Freigraf zu Dortmund, ovl. na 1396.
Burkhard Stecke Freigraf von Recklinghausen.
1389,12.7.1393 Burkard (Borchart) van Stecke und N.N. van Alpen. Burkard van Stecke hatte um 1360 die N.N.(Beatrix) van Alpen geheiratet. Er war Herr zu Herten im Vest Recklinghausen und kaufte mit demTheoderich van Horst und dem Sander van Galen die halbe Freigrafschaft im Vest. Auch war er Freigraf zu Dortmund. Van Stecke wurde letztmalig dokumentarisch im Jahre 1396 erwähnt.
tr. voor 1360
met
Beatrix von Alpen (von Alphen), dr. van Henrich von Alpen en Beatrix van Honnepel.
Uit dit huwelijk 5 kinderen:
Wessel II von Loe
Wessel II von Loe1 (van den Loe, van Loë), geb. na 1330, heer van Strevelslohe, erwähnt in 1359, ovl. in 1403.
Wessel II von Loe.
vermeld 1359, 1378, draagt 18 Mei 1378 zijn huis Strevelslohe in het kerspel van Marl op aan den aartsbisschop van Keulen.
tr. circa 1359
met
Hadewig Stecke von Recklinghausen.
Hadewig Stecke war mit großer Sicherheit eine nach 1339 geborene Tochter des Goswin Stecke und der Adelheid v. Sobbe. Ihr Mann, Wessel van den Loe, taucht auffallend häufig in Stecke-Urkunden dieser Linie auf. Außerdem war er am Gut Steckenhof mitberechtigt. Diese Mitberechtigung kann nur dadurch entstanden sein, dass seine Frau Hadewig eine Tochter von Goswin Stecke gewesen ist, der diesen Besitz 1335 erwarb bzw. durch Umtausch freikaufte. Zuerst finden wir Hadewig Stecke 1359 als Gattin des Wessel van den Loe, dem sie nach Haus Loe bei Marl im Vest Recklinghausen gefolgt war.
Ihr Mann verstarb 1403. Am 14. Januar 1404 tritt sie als Witwe mit ihrer ebenfaIls verwitweten Schwester Margarete (Griete) auf.
Uit dit huwelijk 2 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Wessel III | *1370 | | †1456 | | 86 | 1 | 1 |
2 | Henrich | | | | | | 1 | 1 |
Bronnen:
Goswin Stecke von Recklinghausen
Goswin Stecke von Recklinghausen, ovl. na 1339.
Wolter Stecke von Recklinghausen
Wolter Stecke von Recklinghausen.
Ida Stecke von Recklinghausen
Ida Stecke von Recklinghausen, ovl. na 1339.
Hadewig Stecke von Recklinghausen.
Hadewig Stecke war mit großer Sicherheit eine nach 1339 geborene Tochter des Goswin Stecke und der Adelheid v. Sobbe. Ihr Mann, Wessel van den Loe, taucht auffallend häufig in Stecke-Urkunden dieser Linie auf. Außerdem war er am Gut Steckenhof mitberechtigt. Diese Mitberechtigung kann nur dadurch entstanden sein, dass seine Frau Hadewig eine Tochter von Goswin Stecke gewesen ist, der diesen Besitz 1335 erwarb bzw. durch Umtausch freikaufte. Zuerst finden wir Hadewig Stecke 1359 als Gattin des Wessel van den Loe, dem sie nach Haus Loe bei Marl im Vest Recklinghausen gefolgt war.
Ihr Mann verstarb 1403. Am 14. Januar 1404 tritt sie als Witwe mit ihrer ebenfaIls verwitweten Schwester Margarete (Griete) auf.
tr. circa 1359
met
Wessel II von Loe1 (van den Loe, van Loë), zn. van Wessel von Loe en Catrin , geb. na 1330, heer van Strevelslohe, erwähnt in 1359, ovl. in 1403.
Wessel II von Loe.
vermeld 1359, 1378, draagt 18 Mei 1378 zijn huis Strevelslohe in het kerspel van Marl op aan den aartsbisschop van Keulen.
Uit dit huwelijk 2 zonen:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Wessel III | *1370 | | †1456 | | 86 | 1 | 1 |
2 | Henrich | | | | | | 1 | 1 |
Bronnen:
N.N. von Rhemen
N.N. von Rhemen1.
tr. (1)
met
Wessel von Hagenbeck zu Hagenbeck1,2,5,3,4,6, zn. van Johann de Oude von Hagenbeke (vermeld 1317-1359, knaap 1317, 1328) en Sophie (vermeld 1359), geb. circa 1330, vermeld 1339, 1359-1391 SAGEN door Edelgard Moers. Die wilde Jutta von Hagenbeck (Jena Backherms, 9 jahre alt) Früher lebte einmal ein tapferer Mann. Er hiess " von Hagenbeck" . Nun hatte dieser Mann zwei Töchter. Sie hiessen Woltera und Jutta. Jutta war leider immer schon wild. Die Burg, auf der die von Hagenbecks lebten, wurde in Holsterhausen erbaut. Hier, in dieser Gegend, gab es einer schmalen Weg von Wesel nach Münster. Es gab aber auch gerade dort viele, viele Räuber, die die Postkutschen überfielen. Einmal gab es eine grosse Hungersnot. Die Ernte verdarb und es gab fast nichts zu essen. Jutta dachte nach. " Wenn ich meine Familie von dem Tod retten will, dann muss ich mich mit den Räubern verbünden." Sie ging in die Wälder und suchte nach ihnen. Bald fand sie die Räuber. " Ich kann gut reiten. Es wird liecht sein, die Kutschen zu überfallen." Erzählte sie. Den Räbern gefiel ihr Vorslag. Jetzt überfiel Jutta die Postkutschen gemeinsam mit den Räubern. Die leute fürchteten sich, wenn sie mit einer Pistole bedroht wurden. Schmuck, Nahrung, Kleider und Edelsteine sammelte sich so an. Jutta teilte alles mit den Räubern. Wotera, die gerade Wennemar von Heiden heiratete, ahnte schon, dass Jutta was im schilde fürthe und erzählte ihrem Mann davon. Wennemar von Heiden brachte Jutta wieder gute Manieren bei. Er baute sogar für die Menschen in Holsterhausen eine Kirche, ovl. tussen 1399 en 14 jan 1404 . | |
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Woltera | *1380 | | †1423 | | 42 | 1 | 8 |
tr. (2)
met
Heinrich Freiherr von Oer1,6 (Ore), zn. van Heidenrich, die Junge, von Oer auf Kakesbeck.
Bronnen:
1. | Nederland’s Adelsboek (NA), Centraal Bureau voor Genealogie, ‘s-Gravenhage, vanaf 1903 |
2. | Europaïsche Stammtafeln (ES-NF-3), Detlev Schwennicke, Stargardt, Marburg /Frankfurt am Main [Klostermann], 1981 |
3. | Historischen Vereins für den Nederrhein (A 174), Band 52, pag. 79 en 100, 1359 |
4. | Kindlinges (A 175), III |
5. | Landesarchiv Nordrhein-Westfalen, Abteilung Rheinland (NRW 005), Gesamtarchiv von Landsberg-Velen, Haus Barn, Urkunden, Inventarisnr.: 23, verdeling erfgoed, 1380 (16 mrt 1364) |
6. | Gräfl. Landsbergisches Archiv (A 176), Archive in Nordrhein-Westfalen, Urkunden Hagenbeck ! (24 aug 1399) |
Beatrix Sobbe
Beatrix Sobbe, geb. circa 1325, ovl. op 18 jan 1366.
tr.
met
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
Hermann Stecke von Recklinghausen
Hermann Stecke von Recklinghausen, ovl. na 1383.