tr. (1)
met
Berengaria Infanta van Portugal, dr. van Sancho I van Portugal (koning) en Dulcia van Barcelona, geb. circa 1194, ovl. op 27 mrt 1221.
Uit dit huwelijk 2 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Abel | *1218 | †1252 | Friesland | 33 | 1 | 1 | |
2 | Erik IV | *1216 | †1250 | 34 | 1 | 1 |
tr. (2)
met
Richza van Beieren, dr. van Heinrich XII Herzog bei Rhein en Mathilde Plantagenet, geb. in 1172, ovl. in 1204.
tr.
met
Valdemar II koning van Denemarken, zn. van Valdemar I koning van Denemarken en Sofia Wolodarowna Minskaja, geb. circa 1170, ovl. Vordingborg op 28 mrt 1241, begr. Ringsted.
Valdemar II koning van Denemarken.
Valdimarr, Sejr, Gamli, 1191 Herzog von Schleswig, 1202 König, 1219 Eroberung von Estland, 1223-1225 gefangen.
tr. in 1426
met
Gijsbert Pieck1, zn. van Arnt Pieck (raad en rentmeester-generaal van Gelre) en NN Zoudenbach, geb. Beesd circa 1385, rentmeester v/d Hertog van Gelre, later Thesaurier van Holland, ovl. Beesd in 1436. |
Uit dit huwelijk 3 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Arnt | *1426 | Beesd | †1473 | 47 | 3 | 10 | |
2 | Walraven | 0 | 0 | |||||
3 | Otto | †1515 | 1 | 3 |
1. | Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage |
tr. tussen 1386 en 1391
met
Johanna van der Merwede1, dr. van Willem van der Merwede en Petronella de Cocq van Neerijnen (vrouwe van Houweningen), geb. circa 1365, Vrouwe van Muilkerk, ovl. in 1425, tr. (2) circa 1411 (1411) met Jan (Johannes Gerardsz) (Johannes Gerardus) (Jan Scots) ridder van Herlaer en Meerwijck. Uit dit huwelijk 3 kinderen.
Johanna van der Merwede.
Beleend door de abt van Sint-Paulus te Utrecht met de grove en smalle tienden van Zevenhuizen in Noord-Holland 15-8-1386; erft van haar vader de ambachtsheerlijkheid Muilkerk; ontvangt een rente van 20 schilden jaars 19-6-1398; is nog in het bezit van drie-vierde van de tienden van Zevenhuizen wanneer hertog Willem VI oorkondt n.a.v. een twist die geweest is ter zake van het delven van veen in Zevenhuizen 10-9-1407; hertrouwt (vóór 20-4-1411) Jan van Herlaer van Meerwijk; wordt opnieuw door de abt van Sint-Paulus te Utrecht met de tienden van Zevenhuizen beleend 28-9-1424.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Wilhelmina | 1 | 3 |
1. | Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage |
tr. (1) tussen 1386 en 1391
met
Walraven van Heukelom heer van Acquoy1 (van Eckoy van Heukelom), zn. van Otto Herberensz van Heukelom heer van Acquoy (ridder in 1333, minorem) en Filippa van Valkenburg, geb. Arkel circa 1350, ovl. tussen 1407 en 20 apr 1411 (20 apr 1411).
Walraven van Heukelom heer van Acquoy.
Vermeld 2-11-1376; draagt (evenals zijn stiefmoeder en zuster) wat hem onder Acquoy is aanbestorven over op zijn oudere broer Herbaren 3-5-1384; wordt beleend met het goed dat zijn schoonvader in het land van Heusden in leen placht te houden ‘s-Gravenhage, 27-8-1391 (met lijftocht voor zijn schoonmoeder); ontvangt een rente van 20 schilden jaars ten behoeve van zijn vrouw (na zijn dood te vererven op zijn oudste zoon, Otto) 19-6-1398; zegelt samen met zijn broer voor de heer van Arkel 21-6-1402; bezit het Blauwe Huis te Beesd, doch draagt dit eveneens over aan zijn broer Herbaren 1403; krijgt vrijgeleide in Holland van 16-9-1403 tot 11-2-1404; wordt vermeld i.v.m. landbezit in Altena 13-1-1405.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Wilhelmina | 1 | 3 |
tr. (2) circa 1411 (1411)
met
Jan (Johannes Gerardsz) (Johannes Gerardus) (Jan Scots) ridder van Herlaer en Meerwijck (Jan Koc van Herlaer), zn. van Gerard van Meerwijck, geb. na 1340, ridder van Ameyde, Empel en Meerwijk en Poederoyen (heer van Delwijnen), Hij krijgt geen kinderen.
Jan (Johannes Gerardsz) ridder van Herlaer en Meerwijck.
Jan van Meerwijk, Jan van Krieckenbeek, Hubert van Roden en Hendrik van Huissen traden op 23 mei 1357 in dienst van Wenceslas en Johanna de hertog en hertogin van Brabant, om deel te nemen aan de oorlog tegen de Vlamingen. Zij moesten met 2 paarden en een zwaard opkomen en zouden een oude schilt (muntsoort) per dag als soldij genieten. Op 14 en 19 juli 1357 zegelden Jan van Baerl en Jan van Velaer ten behoeve van Jan van Kriekenbeek, Jan van Meerwijc, Hendrik van Huesen en Hubert van Rode een kwitantie voor de ontvangen soldij. Deze Jan van Meerwijk is naar mijn mening geen van Herlaer. De Van Herlaers noemden zich, heer van Meerwijk. In 1355 treedt Gerard van Meerwijk van Herlaer op als een van de vele edelen van Brabant die het verdrag van Leuven inzake de erfopvolging mede bezegelen. De namen Krieckenbeek en Huissen verwijzen naar het Gelderse gebied zodat aangenomen mag worden dat zij daar allemaal vandaan kwamen en toch als mogelijke leenmannen van de hertog van Brabant opgeroepen werden. Van Baerle is nauw verwant met Van Kriekenbeek beiden geslachten kwamen voor in het Overkwartier van Gelre. Op 10 december 1359 zegelt Johan van Meerwijk als een van de medeborgen van de broers Willem heer van Bronkhorst, Dirk heer van Batenburg, Gijsbert van Bronkhorst heer van Borculo die verklaren aan Elisabeth van Bronkhorst Vrouwe van Cuyk, zuster van de genoemde broers 4000 pond schuldig te zijn de hoge heerlijkheid van Empel en Meerwijk blijkt in 1342 een achterleen te zijn van Gelre via de heer van Megen. De leenverhoudingen met betrekking tot het huis en tot de heerlijkheid verschilden. Het huis was een leen van Gelre, de hoge heerlijkheid een leen van Megen en de lage heerlijkheid was een Brabants leen. In dat jaar 1342 wordt het leen ten overstaan van de heer van Megen als leen van de hertog van Gelder door Johan van Meerwijk overgedragen aan “eens eersamen mans’ ridder Johan, Schots van Herlaer. Het leen omvatte de hoge en lage jurisdictie, de giften van de kerken, mannen en dienstmannen, vis-en weidegronden, uitgezonderd waren de tienden, de cijnzen en het hofgoed. Deze werden door Jan II, hertog van Brabant in leen gegeven. Jan Scots van Herlaer behoorde tot het geslacht van Loon dat aangehuwd was aan het geslacht van Herlaer. In 1343 kocht ridder Jan Koc van Herlaar de heerlijkheid Empel en Meerwijk. Hij werd opgevolgd door zoon Gerard van Loon alias van Meerwijk en die door zoon Jan van Meerwijk en deze door zijn dochter Gerartken die met Willem van Gent huwde.
Uit dit huwelijk 3 kinderen.
Bronnen:
1. | Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage |
tr.
met
Petronella (Neele) de Cocq van Neerijnen, dr. van Gijsbert de Cock van Hemert en Goede uten Ham, geb. circa 1338, vrouwe van Houweningen, ovl. circa 1368.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johanna | *1365 | †1425 | 60 | 2 | 4 |
|
tr.
met
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johanna | *1365 | †1425 | 60 | 2 | 4 |
Bronnen:
1. | Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 114) |
2. | Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 113) |
tr. (1) circa 1358
met
Jvr Agnes de Rover, dr. van Dirck (Arentsz Jansz) ridder de Roever (heer van Aerle Rixtel, Beek en Stiphout) en Jutta de Cocq van Waardenburg.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Arend | *1405 | †1473 | 68 | 2 | 1 |
tr. (2) circa 1411 (1411)
met
Johanna van der Merwede1, dr. van Willem van der Merwede en Petronella de Cocq van Neerijnen (vrouwe van Houweningen), geb. circa 1365, Vrouwe van Muilkerk, ovl. in 1425.
Johanna van der Merwede.
Beleend door de abt van Sint-Paulus te Utrecht met de grove en smalle tienden van Zevenhuizen in Noord-Holland 15-8-1386; erft van haar vader de ambachtsheerlijkheid Muilkerk; ontvangt een rente van 20 schilden jaars 19-6-1398; is nog in het bezit van drie-vierde van de tienden van Zevenhuizen wanneer hertog Willem VI oorkondt n.a.v. een twist die geweest is ter zake van het delven van veen in Zevenhuizen 10-9-1407; hertrouwt (vóór 20-4-1411) Jan van Herlaer van Meerwijk; wordt opnieuw door de abt van Sint-Paulus te Utrecht met de tienden van Zevenhuizen beleend 28-9-1424.
Uit dit huwelijk 3 kinderen.
tr. (4)
met
Agnes Coenen van Oosterwijk, dr. van Coenraad Cuser van Oosterwijk (baljuw en rentmeester van Schoonhoven, Gouda en Texel, baljuw van Amstelland 1367) en Clementia Gerrit Boelendr, geb. in 1345, ovl. in 1394. |
Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Agnes | *1365 | 1 | 2 | ||||
2 | Gerarda | *1380 | 1 | 2 |
1. | Heraldieke Bibliotheek. (HB), J.B. Rietstap, ’s-Gravenhage |
tr.
met
Uit dit huwelijk 2 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Seino | *1398 | †1466 | 68 | 1 | 1 | ||
2 | Geert | *1395 | †1472 | Hasselt | 77 | 1 | 1 |
tr.
met
Egbert Mulert, zn. van Geert Mulert (schout van Hasselt 1363-1370 en gerichtsman van Salland 1370) en Berthe , ovl. in 1403 St. Bernardsdag.
Egbert Mulert.
knape 1398, schepen van Hasselt 1399-1401, beleend met de tienden over den Westerhoff in de buurschap Gerner onder Dalfsen 1402 (na doode van zijn broeder Seyno), welk goed hij aan de broeders aes gemeenen levens te Deventer gaf voor de stichting van een klooster, het latere Agnietenklooster op den Lemelerberg, Egbert was leenvolger van zijn broeder Seyno in 1402, die op zijn beurt weer leenvolger was van Albert.
Mulert, schout van Hasselt 1379-1395, overl. 1396.
Uit dit huwelijk 2 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Seino | *1398 | †1466 | 68 | 1 | 1 | ||
2 | Geert | *1395 | †1472 | Hasselt | 77 | 1 | 1 |
tr. op 12 jan 1422
met
NN van IJsselmuiden, geb. circa 1395.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Fye | *1435 | 1 | 0 |
tr. op 12 jan 1422
met
Geert Mulert, zn. van Egbert Mulert en Feye van IJsselmuiden, geb. circa 1395, ovl. in 1472 St. Lambertsdach, begr. Hasselt.
Geert Mulert.
beleend met de tienden over den Westerhoff 1433, richter van Hasselt 1429-56, vermeld 1414-1468.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Fye | *1435 | 1 | 0 |
tr. circa 1465
met
Geert van Welvelde Janszoon, drost van Twenthe.
tr. circa 1465
met
Fye (Sophia) Mulert, dr. van Geert Mulert en NN van IJsselmuiden, geb. circa 1435.
tr.
met
Ermgard gravin van Isenburg.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johanna | *1610 | †1673 | 63 | 1 | 1 |
tr.
met
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johanna | *1610 | †1673 | 63 | 1 | 1 |
tr. voor 1188
met
Reginwiza van Diepenheim, dr. van Wolbertus Albertusz van Diepenheim en Gisela van Goor.
Reginwiza van Diepenheim.
vermeld 1188; als weduwe kosteres van Vreden, erfdr. van Wolbertus (Albertuszn.) van Diepenheim en Gisela van Goor, erfgename van Markelo.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Otto | 1255 | Markelo | 1 | 1 |
tr. voor 1188
met
Hendrik graaf van Dalen, zn. van Gerard I graaf van Dalen van Henegouwen (leenman, bisschop Utrecht graaf van Dale en heer van Dodewaard) en Hedwig van Ravensberg (erfdochter van Dalen), ovl. voor 12 jul 1217, begr. Markelo.
Hendrik graaf van Dalen.
vermeld 1166; als bouwer van het (in later eeuwen herhaaldelijk verbouwde) kasteel te Diepenheim 1188 en als getuige in het stadsrecht van Zutphen 1190 (?) en in 1212.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Otto | 1255 | Markelo | 1 | 1 |
tr.
met
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Reginwiza | 1 | 1 |