Cees Hagenbeek
Cornelis van der Blom
Cornelis van der Blom, ged. Rijswijk op 10 apr 1785.


Jacobus van der Blom
Jacobus van der Blom, geb. Rijswijk op 26 jan 1791, ged. aldaar op 30 jan 1791, ovl. voor mei 1794.


Jacobus van der Blom
Jacobus van der Blom, geb. Rijswijk op 7 mei 1794, ged. aldaar op 11 mei 1794.


Francijna van Vliet
Francijna van Vliet, ged. Rijswijk op 3 mei 1693 (getuige: Maartje Simons Overvliet).


Gerlach van den Bosch
Gerlach van den Bosch.

Gerlach van den Bosch.
de aanduiding nepos komt in 1304 voor bij ridder Gerlach van den Bosch, nepos (neef) van heer Willem II van Horne, + 1300. Omdat de Van Hornes middels het testament van Willem I van Horne uit 1264 goed gedocumenteerd zijn kan niets anders geconcludeerd worden dat ridder Gerlach een oomzegger moet zijn geweest van Willem I van Horne, een zoon van diens dochter Margareta (in of kort voor 1264 hertrouwd met een Albert van Voorne sr). Nepos dus als 'incidentele' aanduiding voor een zusterszoon.



Bronnen:

1.Afgeschermd, Periodiek, Kon. Ned. Gen. voor Geslacht- en Wapenkunde, ‘s-Gravenhage, vanaf 1883
2.Ons Voorgeslacht (OV 006), OV 006 (blz. 17)
3.Floris V, een politieke moord in 1296 (B 207), Prof. dr. E.H.P. Cordfunke, Walburg Pers, Zutphen, 2011 (blz. 34)
4.Floris V, een politieke moord in 1296 (B 207), Prof. dr. E.H.P. Cordfunke, Walburg Pers, Zutphen, 2011 (blz. 78)

Jennetje Gerrits Duijs
Jennetje Gerrits Duijs.

tr.
met

Jacob Cornelisse Hoogendoorn, zn. van Cornelis Huyberts Hoogendoorn (buurmeester te Willige Langerak (1638)) en Martijntje Gerrits, geb. Willige Langerak circa 1660, meesterbakker, ovl. Willige Langerak op 8 mei 1703.

Jacob Cornelisse Hoogendoorn.
Genoemd bij de verdeling boedel van zijn grootvader Huybert Jacobs Hoogendoorn.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Aeltje*1680  †1712 Willige Langerak 32


Jacoba van Heerdt
Jacoba van Heerdt, geb. Barneveld circa 1826.

tr. Rhenen op 4 jan 1860
met

Johannes Martinus de Geest, zn. van Derk de Geest (timmerman) en Berendina Nijmans, geb. Arnhem op 25 sep 1811, tr. (1) Arnhem op 27 jan 1836 met Aartje van Heerdt, dr. van Aardt van Heerdt en Trijntje van den Heuvel, geb. Barneveld circa 1809. Uit dit huwelijk geen kinderen.


Woutertje van Heerdt
Woutertje van Heerdt.


Zij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jacoba*1826 Barneveld    


Arnold II von Arnstein
Arnold II von Arnstein, geb. Arnsberg [Duitsland] in 1010, graaf in de Erichgau, ovl. in 1063.

tr. Bar-le-Duc [België]
met

Sophie de Bar-Mousson de Bar-le-Duc- de Lorraine, dr. van Ludwig van Mousson en Sophie van Opper-Lotharingen, geb. Bar-le-Duc [België] circa 1037, Comtesse et héritière de Bar, ovl. Arnstein [Duitsland] na 14 jun 1093.


Sophie de Bar-Mousson de Bar-le-Duc- de Lorraine
Sophie de Bar-Mousson de Bar-le-Duc- de Lorraine, geb. Bar-le-Duc [België] circa 1037, Comtesse et héritière de Bar, ovl. Arnstein [Duitsland] na 14 jun 1093.

tr. Bar-le-Duc [België]
met

Arnold II von Arnstein, zn. van Arnold von Arnstein an der Lahn (Graf im Einrichgau (Molsberg)) en Sophie Gräfin von Molsberg, geb. Arnsberg [Duitsland] in 1010, graaf in de Erichgau, ovl. in 1063.


Everart Hendricksz van Doerne
 
Everart Hendricksz van Doerne, hoogschout van den Bosch, ovl. voor 10 nov 1527.


Everart Hendricksz van Doerne.
ridder, heer van Vlierden (1505), heer van Deurne (1519),  drossaard van Oyen en Dieden, schepen en raad van ‘s-Hertogenbosch, hoogschout van de Meierij.
10 nov. 1527, ‘s-Bosch. In hun huis in de Hinthamerstraat wordt ten overstaan van een notaris op verzoek van o.a. Jan van Vladeracken en joffrouw Margareta weduwe van Everard zoon van wijlen Henrick van Doeren het testament d.d. 5 april 1524 geopend van Everard zoon van wijlen Henrick van Doerne, ridder, heer van Doirn, Vlierden en Bakel, hoofdschout van ‘s-Hertogenbosch, en joffrouw Margareta zijn echtgenote, wettige dochter van wijlen Jan van Vladeracken, heer van Geffen en Nuland. Als getuigen zijn aanwezig Philip natuurlijke  zoon van Everard van Doerne en Dirck Jan Peters (kleinzoon van Gevard van Doerne Willemsz). Testateuren hebben samen vier zoons en enige dochters. De leengoederen gaan naar de wettige zoons. De wettige dochters, die niet in een klooster verblijven, moeten door de zoons worden uitgekocht met een lijfrente van 100 Rijnsgulden ‘s jaars. De oudste zoon Henrick krijgt de heerlijkheid Doem met het Oud Kasteel en de tienden van Liessel. Everard, de derde zoon en Henrick, de vierde, delen de rest. De tweede zoon Jan, kanunnik, krijgt zijn deel van zijn broers. Tot executeurs worden benoemd heer Jan van.
Doern, kanunnik in Luik, vrouwe Elisabeth van Doern, abdis van Binderen, Mr. Dirck de Borchgreve en broeder Jan van Baerle. Bij overlijden van de eerste twee komen in hun plaats Gevart van Doerne, rentmeester van Antwerpen95 en Goyaert Symons. Bij codicil d,.d. 15 april 1524 heeft Everard nog.
bepaald, dat Philips, zijn natuurlijke zoon, na de dood van de koster van Doerne zal hebben het beneficie van de kosterij, dat hij zal laten bedienen door zijn zwager (Gerrit Peter Nouts), wettige man van zijn zuster Christina. Christina, zijn natuurlijke dochter, en haar man zullen het schrijfambt of secretarisschap van Doern hebben hun leven lang.

 


tr. (2)
met

Margaretha van Vladeracken, dr. van Jan van Vladeracken (heer van Geffen en Nuland) en Anna van der Aa van Randerode, vrouwe van Milheeze, ovl. na 1557.

Uit dit huwelijk 5 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margaretha     
Henrick  †1604 Maaseik  
Maria     
Everard     
Anna     


Margaretha van Vladeracken
Margaretha van Vladeracken, vrouwe van Milheeze, ovl. na 1557.

 

tr.
met

Everart Hendricksz van Doerne, zn. van Henrick Everardssz van Doerne en Christina van Hemert, hoogschout van den Bosch, ovl. voor 10 nov 1527, Hij krijgt geen kinderen.

 


Everart Hendricksz van Doerne.
ridder, heer van Vlierden (1505), heer van Deurne (1519),  drossaard van Oyen en Dieden, schepen en raad van ‘s-Hertogenbosch, hoogschout van de Meierij.
10 nov. 1527, ‘s-Bosch. In hun huis in de Hinthamerstraat wordt ten overstaan van een notaris op verzoek van o.a. Jan van Vladeracken en joffrouw Margareta weduwe van Everard zoon van wijlen Henrick van Doeren het testament d.d. 5 april 1524 geopend van Everard zoon van wijlen Henrick van Doerne, ridder, heer van Doirn, Vlierden en Bakel, hoofdschout van ‘s-Hertogenbosch, en joffrouw Margareta zijn echtgenote, wettige dochter van wijlen Jan van Vladeracken, heer van Geffen en Nuland. Als getuigen zijn aanwezig Philip natuurlijke  zoon van Everard van Doerne en Dirck Jan Peters (kleinzoon van Gevard van Doerne Willemsz). Testateuren hebben samen vier zoons en enige dochters. De leengoederen gaan naar de wettige zoons. De wettige dochters, die niet in een klooster verblijven, moeten door de zoons worden uitgekocht met een lijfrente van 100 Rijnsgulden ‘s jaars. De oudste zoon Henrick krijgt de heerlijkheid Doem met het Oud Kasteel en de tienden van Liessel. Everard, de derde zoon en Henrick, de vierde, delen de rest. De tweede zoon Jan, kanunnik, krijgt zijn deel van zijn broers. Tot executeurs worden benoemd heer Jan van.
Doern, kanunnik in Luik, vrouwe Elisabeth van Doern, abdis van Binderen, Mr. Dirck de Borchgreve en broeder Jan van Baerle. Bij overlijden van de eerste twee komen in hun plaats Gevart van Doerne, rentmeester van Antwerpen95 en Goyaert Symons. Bij codicil d,.d. 15 april 1524 heeft Everard nog.
bepaald, dat Philips, zijn natuurlijke zoon, na de dood van de koster van Doerne zal hebben het beneficie van de kosterij, dat hij zal laten bedienen door zijn zwager (Gerrit Peter Nouts), wettige man van zijn zuster Christina. Christina, zijn natuurlijke dochter, en haar man zullen het schrijfambt of secretarisschap van Doern hebben hun leven lang.

Uit dit huwelijk 5 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margaretha     
Henrick  †1604 Maaseik  
Maria     
Everard     
Anna     


Henrick Everardssz van Doerne
 
Henrick Everardssz van Doerne, geb. Deurne in 1425, ovl. aldaar op 29 nov 1508.


Henrick Everardssz van Doerne.
bezit het Nieuw Kasteel in leen, vermeld 1455-1498.

 

tr.
met

Christina van Hemert, dr. van Jan Henricksz van Hemert, ovl. Deurne op 26 jul 1499.

Uit dit huwelijk een zoon:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Everart  †1527   


Christina van Hemert
Christina van Hemert, ovl. Deurne op 26 jul 1499.

tr.
met

Henrick Everardssz van Doerne, zn. van Everart van Doerne (bestuurder in dienst van de Staten-Generaal / kwartierschout van Peelland) en Joffr. Margriet Henricksdr van Amersoyen, geb. Deurne in 1425, ovl. aldaar op 29 nov 1508.

 


Henrick Everardssz van Doerne.
bezit het Nieuw Kasteel in leen, vermeld 1455-1498.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Everart  †1527   


Jan Henricksz van Hemert
Jan Henricksz van Hemert.


Hij krijgt een dochter:


 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Christina  †1499 Deurne  


Henrick Jansz van Amersoyen
Henrick Jansz van Amersoyen, geb. circa 1385, ovl. op 21 okt 1431.

tr.
met

Elisabeth Jansdr van Dordrecht.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margriet  †1496   


Elisabeth Jansdr van Dordrecht
Elisabeth Jansdr van Dordrecht.

tr.
met

Henrick Jansz van Amersoyen, geb. circa 1385, ovl. op 21 okt 1431.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margriet  †1496   


Margaretha van Doerne
Margaretha van Doerne.

 

tr.
met

Reinoud IV van Brederode, zn. van Wolfert van Brederode en Adriana Bacx (vrouwe van Asten), geb. circa 1520, 13e heer van Brederode, ovl. in 1584, begr. Haarlem.

Reinoud IV van Brederode.
heer van Cloetinge, Asten, Reeuwijk en Voshol.
Hij werd in 1579 heer van Brederode, door gunst en opdracht.
van de Staten van Holland, nadat het leengoed 11 jaar.
geconfisceerd was geweest, sedert het overlijden van zijn neef.
Hendrik 12e heer van Brederode.


Reinoud IV van Brederode
Reinoud IV van Brederode, geb. circa 1520, 13e heer van Brederode, ovl. in 1584, begr. Haarlem.

Reinoud IV van Brederode.
heer van Cloetinge, Asten, Reeuwijk en Voshol.
Hij werd in 1579 heer van Brederode, door gunst en opdracht.
van de Staten van Holland, nadat het leengoed 11 jaar.
geconfisceerd was geweest, sedert het overlijden van zijn neef.
Hendrik 12e heer van Brederode.

tr.
met

Margaretha van Doerne, dr. van Everart Hendricksz van Doerne (hoogschout van den Bosch) en Margaretha van Vladeracken (vrouwe van Milheeze).


Jan van Vladeracken
 
Jan van Vladeracken, geb. circa 1460, heer van Geffen en Nuland, ovl. op 30 aug 1532.


Jan van Vladeracken.
Jonker Pieter van Vladeracken, heer van Geffen, schepen in 1484 en 1492. Omtrent deze heerlijkheid vindt men op een lijst van de leenbezitters in de meyerij van 's-Hertogenbosch omstreeks 1473, opgemaakt door de stadhouder van de hoogschout Willem van Os, het volgende aangetekend : "Peter van Vladeracken besit dat dorp van Geffen, daertoe behoeren lege ende middel gerichten, ende wordt te leen gehouden, als men seegt, van den heere van Empel ende Meerwijck, ende die hooge heerlicheyt behoert toe ons genede heer (den hertog)". Van Vladeracken was gehuwd met Sophia, dochter van jonker Gosewijn Heym, ridder, rentmeester der domeinen, later hoogschout van de stad en meyerij van 's-Hertogenbosch, en Elisabet de Cock.Hij stierf in 1504. Meer bekend in de Bossche geschiedenis is zijn zoon Mr. Jan van Vladeracken, heer van Geffen en Nuland van welke laatste heerlijkheid hij in 1505 pandheer werd. Hij was verscheidene malen schepen en president, wist door zijn voorzichtig en vastberaden optreden een ernstig oproer, ontstaan in 1525 onder de ambachtsgilden over de belastingen, te stillen. Hij was getrouwd met Anna, dochter van jonker Jan van der Aa, heer van Zegenwerp (een goed onder St. Michiels Gestel), schepen en raad van den Bosch, en Anna Maria Pels. Hij stierf 30 Augustus 1532. De Lieve-Vrouwe-broederschap telde hem onder haar leden.

tr.
met

Anna van der Aa van Randerode, dr. van Jan van der Aa Bokhoven Zegenwerp en Maria Petersdr Pels, geb. 's-Hertogenbosch in 1462, ovl. aldaar in 1534.

Anna van der Aa van Randerode.
Sy heeft heur beclaecht gehadt van heur mans eedeldom ende afkomste, die herom alle heure vrienden eerst ten eeten noyde ende liet vooreerst alleenlijck setten een soutvat opt tafel, seggende tegens haer, dat sy daermede heur vriendern tracteeren soude; dit selfde heeft mijn moeder van den ouden heer uan Immerseele eertijts hooren verhaelen.".

Uit dit huwelijk 2 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Margaretha  †1557   
Gerard*1495  †1562 Nuland 66