tr. in 1655
met
Johanna Maria Theresia Freiin von Winkelhausen, dr. van Johann Wilhelm Freiherr von Winkelhausen, ovl. in 1682, tr. met
Johanna Maria Theresia Freiin von Winkelhausen.
die Herren von Winkelhausen werden schon im 13. Jahrhundert an verschiedenen Orten im Bergischen Raum erwähnt. Im Jahre 1456 hatte Hermann von Winkelhausen seinen Wohnsitz auf dem Rittersitz. Sein Sohn Ludger war 1486 Herr auf Winkelhausen. Durch Erbschaft fiel ihm Schloß Kalkum zu. Ein Johann Wilhelm, Freiherr von Winkelhausen, wird 1634 als Herr zu Winkelhausen erwähnt. Dessen Tochter Johanna Maria Theresia erbte 1667 Winkelhausen. Sie hatte 1655 den Freiherrn Arnold von Wachtendonk geheiratet, der nach dem Tode des Freiherrn Johann Wilhelm von Winkelhausen seinen Wohnsitz auf dem Rittersitz nahm. Eine Nichte von Johann Wilhelm Freiherrn von Winkelhausen, die Freiin Anna Isabella Johanna Maria von Winkelhausen, vermählte sich 1739 mit dem Grafen Edmund Florian von Hatzfeldt-Wildenburg-Weisweiler. Eine Marmortafel über dem Portal im Innern der Kapelle hielt die Einheirat der Hatzfeldts in die gräfliche Familie von Winkelhausen fest. Aus Anlaß der Hochzeit war die Kapelle gründlich renoviert worden. Erst in jüngster Zeit ist diese Erinnerungstafel verschwunden. Damit starb der Name Winkelhausen auf Schloß Kalkum aus.
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Agnes | 0 | 0 | |||||
2 | Bertram | †1731 | 0 | 0 | ||||
3 | Johan | 0 | 0 |
tr.
met
Theodor baron van Bodden, Heer van Beulartstein, tr. met
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johan | 0 | 0 |
tr. in 1655
met
Johan Arnold van Wachtendonck, zn. van Johan Arnold van Wachtendonck (heer van Hulsdonk, drost te Oedt) en Irmgard von Blittersdorf zu Flaßraedt, tr. met
Johan Arnold van Wachtendonck.
Willem Arnold van Binsfeld, 1643-1652.
Tijdens het bewind van deze Arnold wordt in 1648 de voor heel Europa belangrijke vrede van Munster getekend, die van.
beslissende invloed is voor de verdere geschiedenis. Zoals steeds blijft Wijlre buiten de bepalingen en verdelingen , die dan doorgang vinden, maar het zal ook voor het kleine, nog steeds slechts aan de Duitse Bond verantwoordelijkheid.
verschuldigde heerlijkheidje aanleiding tot vreugde zijn geweest, te weten, dat nu eindelijk een tijd van vrede, rust en voorspoed zou kunnen aanbreken. Niets was minder waar, in 1661 vind er ook voor Wijlre een definitieve verdeling plaats,.
maar dat maakt Willen Arnold niet meer mee. Hij overlijdt ongehuwd op 4 mei 1652 in Keulen .
Johan Arnold van Wachtendonck, 1652-1682.
Het kinderloos overlijden van Willem Arnold van Binsfeld 1652 betekent het einde van het bewind van de Familie van.
Binsfeld over de heerlijkheid Wijlre. Johan Arnold, voortgekomen uit het huwelijk van Arnold van Wachtendonck en Elizabeth van Binsfeld wordt zodoende de erfgenaam van de heerlijkheid Wijlre en hij wordt in 1652 als heer ingehuldigd. Veel over de levensloop van deze Johan Arnold is niet bekend, maar het staat wel zo goed als vast, dat hij de bouwer van kasteel Wijlre is geweest. Dat dateert namelijk uit het jaar 1652 of 1654 ( en wanneer men zich niet aan exakte jaartallen wil wagen, in alle geval uit de tweede helft.
van de zeventiende eeuw). Het van bakstenen met mergelstenen banden opgetrokken gebouw is in alle geval sedert deze tijd het woonverblijf van de heren van Wijlre.Waar ze voordien gewoond hebben staat niet vast, ook al wordt er van een kasteel Wijlre gerept in een document uit de dertiende eeuw, dus ten tijde van de allereerste heren van Wijlre. Johan van Wachtendonck, die gehuwd geweest is met Johanna Maria van Winckelhausen , overlijdt in het jaar 1682. Johan Heinrich Arnold, die later Heer van Winckel-hausen is en Willem Adolf Bertram, die de heerlijkheid Wijlre in zijn bezit krijgt , zijn zover bekend zijn twee zonen.
Willem Adolf Bertram van Wachtendonck, 1682-1731.
Het is deze telg uit het roemrijke geslacht van de Wachtendoncks, die door zijn later aangevochten en zelfs onwettig verklaarde huwelijk tot ver na zijn dood voor heel wat deining zal zorgen. Hier zij over hem slechts vermeld, dat hij uit zijn huwelijk met zekere Maria Laarmans een dochterhad: Anna Catharine Elizabeth. Deze wordt na de dood van Willem.
Adolf Bertram in 1731 Vrouwe van Wijlre.
Anna Catharina Elisabeth van Wachtendonck, 1731-1735.
Deze huwt met Theodoor Baron von Bodden, Heer van Beulartstein. Als zij in het jaar 1735 overlijdt wordt zij in het bezit van haar heerlijkheden Wijlre, Binsfeld, Hulsdonck enz. opgevold door haar zoon Johan Hendrik, Baron von Bodden.
Haar dochter Theodora Eleonora wordt ook wel een als vrouwe van Wijlre genoemd, maar hoe dat kan is niet duidelijk.
Uit dit huwelijk 3 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Agnes | 0 | 0 | |||||
2 | Bertram | †1731 | 0 | 0 | ||||
3 | Johan | 0 | 0 |
tr.
met
Maria Laarmans, tr. met
Johan Arnold van Wachtendonck.
Bezat van Krieckenbeeck bij Kaldenkirchen en Frankeshoven, was amtman van Hinbeeck 1652. Wijlre was een heerlijkheid binnen het Heilige Roomse Rijk. De heerlijkheid was niet bij een kreits ingedeeld.
Wijlre, nu een deel van Gulpen-Wittem, wordt omstreeks 1040 vermeld. Sinds de twaalfde eeuw zijn er heren van Wijlre bekend. Omstreeks 1350 komt de halve heerlijkheid in het bezit van Frederik van Millendonk. Omstreeks 1400 is Hendrik Scheiffart van Merode de bezitter.
Gerard Scheiffart van Merode verkocht de heerlijkheid in 1489 aan Hendrik van Nesselrode, die in 1492 werd opgevolgd door Adriaan van Nesselrode. Vervolgens kwam de heerlijkheid aan Werner van Binsfeld (overleden in 1557). In 1652 stierf de familie Binsfeld met Wiollem Arnold uit, waarna Johan Arnold van Wachtendonk de eerlijkheid erft.
Johan Arnold werd opgevolgd door zijn zoon Willem Adolf Bertram, die regeerde van 1682 tot 1731. Vervolgens kwam diens dochter aan het bewind, Anna Catharina Elizabeth (1731-1735).
Anna werd opgevolgd door haar zoon Johan Hendrik van Bodden. De opvolging werd aangevochten door Herman Arnold van Wachtendonk, die door het rijkskamergerecht de heerlijkheid in 1755 kreeg toegewezen, waarna de macht moest worden overgedragen. Herman Arnold werd in 1768 opgevolgd door de zoon van zijn zuster: Lodewijk Antoon Joseph van Blanckart.
In 1781 komt de definitieve uitspraak van het rijkskamergerecht. De heerljkheid werd nu toegewezen aan de erfgenamen van Johan Hendrik van Bodden, Christina de Bounam en haar tante Theodora van Bodden. De beide dames regeerden gemeenschappelijk tot de dood van Theodora in 1786. Christina regeerde nog door tot 1790 en verkocht de heerlijkheid toen aan Jacobus Josephus van Klein onder voorbehoud van het vruchtgebruik gedurende haar leven. Jacobus Josephus heeft de heerlijkheid nooit ten volle in bezit gekregen, want in 1795 werd de heerlijkheid bij Frankrijk ingelijfd.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Anna | †1735 | 1 | 1 |
tr.
met
Johan Arnold van Wachtendonck, zn. van Johann Arnold van Wachtendonck en Mechtild von Holthusen zu Hülsdonk, heer van Hulsdonk, drost te Oedt, tr. (1) met Elisabeth von Schaesberg, dr. van Friedrich II von Schaesberg en Maria von Binsfeld. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (2) met Irmgard von Blittersdorf zu Flaßraedt. Uit dit huwelijk een zoon. (Irmgard tr. (1) met Johan Arnold van Wachtendonck. Uit dit huwelijk een zoon, tr. (2) met Engelbert von Brempt zu Blasrath, zn. van Wilhelm von Brempt zu Blasrath en Elisabeth van IJsselstein. Uit dit huwelijk geen kinderen), tr. (3) met
Johan Arnold van Wachtendonck.
Bezat van Krieckenbeeck bij Kaldenkirchen en Frankeshoven, was amtman van Hinbeeck 1652. Wijlre was een heerlijkheid binnen het Heilige Roomse Rijk. De heerlijkheid was niet bij een kreits ingedeeld.
Wijlre, nu een deel van Gulpen-Wittem, wordt omstreeks 1040 vermeld. Sinds de twaalfde eeuw zijn er heren van Wijlre bekend. Omstreeks 1350 komt de halve heerlijkheid in het bezit van Frederik van Millendonk. Omstreeks 1400 is Hendrik Scheiffart van Merode de bezitter.
Gerard Scheiffart van Merode verkocht de heerlijkheid in 1489 aan Hendrik van Nesselrode, die in 1492 werd opgevolgd door Adriaan van Nesselrode. Vervolgens kwam de heerlijkheid aan Werner van Binsfeld (overleden in 1557). In 1652 stierf de familie Binsfeld met Wiollem Arnold uit, waarna Johan Arnold van Wachtendonk de eerlijkheid erft.
Johan Arnold werd opgevolgd door zijn zoon Willem Adolf Bertram, die regeerde van 1682 tot 1731. Vervolgens kwam diens dochter aan het bewind, Anna Catharina Elizabeth (1731-1735).
Anna werd opgevolgd door haar zoon Johan Hendrik van Bodden. De opvolging werd aangevochten door Herman Arnold van Wachtendonk, die door het rijkskamergerecht de heerlijkheid in 1755 kreeg toegewezen, waarna de macht moest worden overgedragen. Herman Arnold werd in 1768 opgevolgd door de zoon van zijn zuster: Lodewijk Antoon Joseph van Blanckart.
In 1781 komt de definitieve uitspraak van het rijkskamergerecht. De heerljkheid werd nu toegewezen aan de erfgenamen van Johan Hendrik van Bodden, Christina de Bounam en haar tante Theodora van Bodden. De beide dames regeerden gemeenschappelijk tot de dood van Theodora in 1786. Christina regeerde nog door tot 1790 en verkocht de heerlijkheid toen aan Jacobus Josephus van Klein onder voorbehoud van het vruchtgebruik gedurende haar leven. Jacobus Josephus heeft de heerlijkheid nooit ten volle in bezit gekregen, want in 1795 werd de heerlijkheid bij Frankrijk ingelijfd.
Uit dit huwelijk 2 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Willem | 1 | 1 | |||||
2 | Adolf | 1 | 1 |
tr.
met
Agnes Gräfin von Nesselrode, tr. met
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Elisabeth | 1 | 2 | |||||
2 | Wirich | †1616 | 1 | 0 |
tr.
met
Werner von Binsfeld, ovl. in 1557, tr. met
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Elisabeth | 1 | 2 | |||||
2 | Wirich | †1616 | 1 | 0 |
tr.
met
Anna Catharina Elizabeth van Wachtendonck, dr. van Willem Adolf Bertram van Wachtendonck (regeerde van 1682 tot 1731 over de heerlijkheid Wijlre) en Maria Laarmans, regeerde over de heerlijkheid Wijlre van 1731-1735, ovl. in 1735, tr. met
Anna Catharina Elizabeth van Wachtendonck.
zij huwt met Theodoor Baron von Bodden, Heer van Beulartstein. Als zij in het jaar 1735 overlijdt wordt zij in het bezit van haar heerlijkheden Wijlre, Binsfeld, Hulsdonck enz. opgevold door haar zoon Johan Hendrik, Baron von Bodden.
Haar dochter Theodora Eleonora wordt ook wel een als vrouwe van Wijlre genoemd, maar hoe dat kan is niet duidelijk.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johan | 0 | 0 |
relatie
met
Anna Lohrmans, huishoudster van Adolph Bertram, relatie met
Johan Arnold van Wachtendonck.
Bezat van Krieckenbeeck bij Kaldenkirchen en Frankeshoven, was amtman van Hinbeeck 1652. Wijlre was een heerlijkheid binnen het Heilige Roomse Rijk. De heerlijkheid was niet bij een kreits ingedeeld.
Wijlre, nu een deel van Gulpen-Wittem, wordt omstreeks 1040 vermeld. Sinds de twaalfde eeuw zijn er heren van Wijlre bekend. Omstreeks 1350 komt de halve heerlijkheid in het bezit van Frederik van Millendonk. Omstreeks 1400 is Hendrik Scheiffart van Merode de bezitter.
Gerard Scheiffart van Merode verkocht de heerlijkheid in 1489 aan Hendrik van Nesselrode, die in 1492 werd opgevolgd door Adriaan van Nesselrode. Vervolgens kwam de heerlijkheid aan Werner van Binsfeld (overleden in 1557). In 1652 stierf de familie Binsfeld met Wiollem Arnold uit, waarna Johan Arnold van Wachtendonk de eerlijkheid erft.
Johan Arnold werd opgevolgd door zijn zoon Willem Adolf Bertram, die regeerde van 1682 tot 1731. Vervolgens kwam diens dochter aan het bewind, Anna Catharina Elizabeth (1731-1735).
Anna werd opgevolgd door haar zoon Johan Hendrik van Bodden. De opvolging werd aangevochten door Herman Arnold van Wachtendonk, die door het rijkskamergerecht de heerlijkheid in 1755 kreeg toegewezen, waarna de macht moest worden overgedragen. Herman Arnold werd in 1768 opgevolgd door de zoon van zijn zuster: Lodewijk Antoon Joseph van Blanckart.
In 1781 komt de definitieve uitspraak van het rijkskamergerecht. De heerljkheid werd nu toegewezen aan de erfgenamen van Johan Hendrik van Bodden, Christina de Bounam en haar tante Theodora van Bodden. De beide dames regeerden gemeenschappelijk tot de dood van Theodora in 1786. Christina regeerde nog door tot 1790 en verkocht de heerlijkheid toen aan Jacobus Josephus van Klein onder voorbehoud van het vruchtgebruik gedurende haar leven. Jacobus Josephus heeft de heerlijkheid nooit ten volle in bezit gekregen, want in 1795 werd de heerlijkheid bij Frankrijk ingelijfd.
Uit deze relatie een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Maria | 1 | 0 |
tr.
met
Lucia van Vlodorp, dr. van Johan van Vlodorp en Elisabeth von Hanxler, tr. met
tr.
met
Wilhelmina de Ruijter (de Ruyter), ovl. na 1592, tr. met
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johan | †1608 | 1 | 1 |
tr.
met
Lutter van Vlodorp, zn. van Gerhard van Vlodorp en Elise von Stamheim, ovl. op 14 dec 1598, tr. met
Lutter van Vlodorp.
1560 mit der Vogtei von Roermond belehnt.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Johan | †1608 | 1 | 1 |
tr.
met
Elisabeth von Hanxler, tr. met
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Lucia | 1 | 0 |
tr.
met
Johan van Vlodorp, zn. van Lutter van Vlodorp en Wilhelmina de Ruijter, ovl. na 17 mei 1608, tr. met
Johan van Vlodorp.
1592 auf dem Ritterzettel im geldrischen Oberquartier, 30.6.1599 Belehnung mit der Erbvogtei Roermond.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Lucia | 1 | 0 |
tr.
met
Wirich von Binsfeld, zn. van Werner von Binsfeld en Agnes Gräfin von Nesselrode, ovl. in sep 1616, tr. met