Jacobus Wilhelmus Stamm'ler
Jacobus Wilhelmus Stamm'ler.
tr.
met
Johanna Antonia Hendrika Wittenrood, dr. van Henri Guillaume Wittenrood en Anna Christina Sweebe, geb. 1838 of 1839, ovl. Utrecht op 25 nov 1920.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Jeanne | *1868 | | †1947 | Oudenrijn | 78 | 1 | 1 |
Johanna Antonia Hendrika Wittenrood
Johanna Antonia Hendrika Wittenrood, geb. 1838 of 1839, ovl. Utrecht op 25 nov 1920.
tr.
met
Jacobus Wilhelmus Stamm'ler.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Jeanne | *1868 | | †1947 | Oudenrijn | 78 | 1 | 1 |
Nancy Sophia Cornélie Tendeloo
mr Cornelia (Nancy Sophia Cornélie) Tendeloo, geb. Tebing Tinggi [Indonesië] op 3 sep 1897, advocaat, lid Tweede Kamer, ovl. Wassenaar op 18 okt 1956.
mr Cornelia (Nancy Sophia Cornélie) Tendeloo.
Cornélie (Corry) Tendeloo was vijf jaar oud toen haar vader, een Indisch bestuursambtenaar, overleed en haar moeder besloot met haar zoontje en twee dochtertjes naar Nederland terug te keren. Zij vestigden zich in Leiden, waar Corry de HBS voor meisjes en het gymnasium bezocht. In 1916 verhuisde het gezin naar Utrecht. Corry behaalde er in 1918 de akte MO-A Engels en was vervolgens van 1919 tot 1921 lerares aan een plaatselijke Mulo. Deze betrekking lag haar niet, en in oktober 1919 besloot zij rechten te gaan studeren in Utrecht. Tijdens haar studie werd haar belangstelling voor maatschappelijke vraagstukken gewekt en kwam zij in aanraking met de vrouwenbeweging. Zij was bestuurslid van het Studenten-Genootschap voor Sociale Studie en vertegenwoordigde de Utrechtsche Vrouwelijke Studentenvereeniging in de Nationale Vrouwenraad. Op 30 juni 1924 legde zij het doctoraalexamen af..
In 1925 vestigde Corry Tendeloo zich als advocate in Amsterdam; eerst op een advocatenkantoor, vanaf 1927 zelfstandig. In haar praktijk en als vrijwilligster bij het rechtskundig adviesbureau voor onbemiddelden van de vereniging Ons Huis kwam zij in aanraking met sociale misstanden, zoals de juridische ongelijkheid van mannen en vrouwen. Het bracht haar ertoe actief te worden in een groot aantal verenigingen. Zij was bijvoorbeeld van 1928 tot 1937 secretaresse van de Nederlandsche Vrouwenclub, van 1933 tot 1939 hoofdbestuurslid van de Nederlandsche Vereeniging van Vrouwen met Academische Opleiding (VVAO) en van 1936 tot 1942 hoofdbestuurslid van de Nederlandsche Vereeniging voor Vrouwenbelangen en Gelijk Staatsburgerschap (VVGS). Verder was zij bestuurslid en later vice-voorzitster van de afdeling Amsterdam van de Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB) en voorzitster van de Coöperatieve Woonvereeniging Het Nieuwe Huis aan het Roelof Hartplein, waar zij ook zelf woonde..
Vanaf 1935 was Corry Tendeloo voorzitster van het binnen de VVGS gevormde Jongeren Werk Comité. De hierin verzamelde feministen van onder de veertig jaar wilden opkomen voor de handhaving van vrouwenrechten die door de economische crisis dreigden te worden aangetast. Nadat in 1937 bij de Tweede Kamer het zogeheten wetsontwerp-Romme – bedoeld om gehuwde vrouwen van de arbeidsmarkt te weren – was ingediend, organiseerde Tendeloo met andere vooraanstaande feministen bijeenkomsten in heel Nederland om zich hiertegen uit te spreken. Haar opvallende optreden tijdens deze propagandatochten bracht het bestuur van de VDB ertoe Tendeloo kandidaat te stellen voor de verkiezingen van de Provinciale Staten van Noord-Holland. Ze kwam als twintigste op de lijst, maar door het grote aantal voorkeurstemmen belandde ze uiteindelijk op de derde plaats. Het bleek niet genoeg voor een Statenzetel, maar bracht haar wel op een verkiesbare plaats op de kandidatenlijst voor de Amsterdamse gemeenteraad, waarin ze van april 1938 tot 1 maart 1941 en opnieuw van november 1945 tot september 1946 zitting had. Toen de VDB in februari 1946 opging in de Partij van de Arbeid (PvdA) werd Tendeloo hiervan automatisch lid. De socialistische partijcultuur bleef haar echter vreemd. Op 20 november 1945 werd Tendeloo lid van het Noodparlement en na de eerste naoorlogse verkiezingen kwam zij op 6 juni 1946 voor de PvdA in de Tweede Kamer..
Corry Tendeloo ontpopte zich als een consciëntieus en ijverig parlementariër. Ze had lef en toonde initatief, was steeds terzake en spaarde haar tegenstanders niet, wat haar in de pers de kwalificatie ‘militant’ opleverde. Dit werd nog versterkt door de stelselmatige aandacht die zij in de Tweede Kamer vroeg voor de wettelijke positie van vrouwen. Zo hield Tendeloo zich daar intensief bezig met het onderwerp 'gelijk loon voor arbeid van gelijke waarde' en spande ze zich in voor opheffing van de handelingsonbekwaamheid van de gehuwde vrouw in het huwelijksrecht. Ook streed zij voor de toegang van vrouwen tot alle ambten, beroepen en opleidingen. In dit verband trok zij tussen 1950 en 1953 de aandacht met haar originele en humorvolle Kamerredes en interpellaties waarin zij de openstelling voor vrouwen van de Rijksbelastingacademie te Rotterdam bepleitte. De volharding waarmee Tendeloo dit onderwerp bij herhaling in het parlement aan de orde stelde, leidde er uiteindelijk toe dat vrouwen vanaf het voorjaar van 1954 tot dit notoire mannenbolwerk werden toegelaten..
Intussen bleef Corry Tendeloo actief in de vrouwenbeweging. Van december 1946 tot april 1956 verzorgde zij voor Vrouwenbelangen, het maandblad van de Nederlandse Vereniging voor Vrouwenbelangen, Vrouwenarbeid en Gelijk Staatsburgerschap, meestentijds de vaste rubriek 'Parlementaria'. Op heldere wijze gaf zij hierin een toelichting op actuele politieke gebeurtenissen. Zij bleef daarbij te allen tijde de intellectuele dame van stand, die er bij de redactie op aandrong het 'voor onze lezeressen' niet te moeilijk te maken: 'Houd rekening met een gemiddelde intelligentie van 16 jaar!!', liet zij bij gelegenheid weten. Deze houding kwam voort uit een voor Tendeloo vanzelfsprekend praktisch-educatief realisme..
Haar advocatenpraktijk moest ze wegens ziekte in 1952, na 26 jaar, beëindigen. Wel bleef zij bestuurslid van verscheidene vrouwenverenigingen. Toen in 1953 het heen en weer reizen tussen Amsterdam en Den Haag bezwaarlijk werd, verhuisde ze naar een villaatje aan de Jonkerlaan in Wassenaar. Daar kon zij zich uitleven in haar hobby’s: handwerken en tuinieren..
Op 15 september 1955 hield Tendeloo in de Kamer een rede voor afschaffing van het ontslaggebod van huwende ambtenaressen. Zij stelde zich op het standpunt dat de overheid geen bemoeienis mocht hebben met het al dan niet buitenshuis werken van getrouwde vrouwen. Dit was, haars inziens, een zaak die vrouwen zelf, in overleg met hun echtgenoten, moesten beslissen. Ook druiste de in dit opzicht bevoogdende rol van de staat in tegen Tendeloo's streven naar juridische gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen. Haar pleidooi in de Tweede Kamer leidde in diezelfde vergadering tot het indienen van een – naar haar genoemde – motie die overheidsbemoeienis met betaalde arbeid van gehuwde vrouwen afwees. Alle vrouwelijke Tweede-Kamerleden – dwars door de partijen heen – stemden voor de motie. De mannelijke parlementariërs waren minder eensgezind, ofschoon het uiteindelijk drie mannen uit de confessionele rijen waren die ervoor zorgden dat de motie-Tendeloo met 46 tegen 44 stemmen werd aangenomen. Bij de kabinetsformatie van 1956 werd op aandringen van de PvdA afgesproken het ontslag van huwende en gehuwde ambtenaressen inderdaad af te schaffen, wat op 24 december 1957 gebeurde. Voor particuliere werkgevers bleef evenwel de mogelijkheid bestaan vrouwen bij hun huwelijk te ontslaan..
Nog op 27 april 1956 hield Corry Tendeloo in de Tweede Kamer een gloedvol pleidooi voor de opheffing van de handelingsonbekwaamheid van de gehuwde vrouw. De Kamer luisterde aandachtig toe.
Henri Guillaume Wittenrood
Henri Guillaume Wittenrood.
tr.
met
Anna Christina Sweebe.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Johanna | *1838 | | †1920 | Utrecht | 81 | 1 | 1 |
Anna Christina Sweebe
Anna Christina Sweebe.
tr.
met
Henri Guillaume Wittenrood.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Johanna | *1838 | | †1920 | Utrecht | 81 | 1 | 1 |
Gerritje Witteveen
Gerritje Witteveen, geb. in 1917.
tr. Voorst op 4 jul 1942
met
Dirk Jan Denekamp, zn. van Jan Harmen Denekamp (slagersknecht) en Hermina Wassink, geb. Twello op 21 jan 1911, ovl. Amsterdam op 27 mei 1948, begr. Terwolde op 31 mei 1948.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Jan | *1934 | Twello | †2014 | Diepenveen | 79 | 1 | 1 |
Laurina Roobol
Laurina Roobol, geb. Pernis op 21 sep 1881, ovl. Velsen-Noord op 14 mrt 1961.
tr. Zwartewaal op 20 okt 1904
met
Klaas Stolk, zn. van Jan Stolk en Pieternella Hokke.
Uit dit huwelijk 9 kinderen.
Klaas Stolk
Klaas Stolk.
tr. Zwartewaal op 20 okt 1904
met
Laurina Roobol, dr. van Jan Anthonie Roobol (visser) en Cornelia 't Hart, geb. Pernis op 21 sep 1881, ovl. Velsen-Noord op 14 mrt 1961.
Uit dit huwelijk 9 kinderen.
Jan Stolk
Jan Stolk.
tr.
met
Pieternella Hokke.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Klaas | | | | | | 1 | 9 |
Pieternella Hokke
Pieternella Hokke.
tr.
met
Jan Stolk.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Klaas | | | | | | 1 | 9 |
Willempje Roobol
Willempje Roobol, geb. Pernis op 11 jan 1867, ovl. Velsen op 29 dec 1904.
tr. Zwartewaal op 10 mei 1897
met
Willem 't Hart, geb. Zwartewaal op 21 jun 1858, visser, ovl. Velsen op 29 nov 1930.
Willem 't Hart
Willem 't Hart, geb. Zwartewaal op 21 jun 1858, visser, ovl. Velsen op 29 nov 1930.
tr. Zwartewaal op 10 mei 1897
met
Willempje Roobol, dr. van Jan Anthonie Roobol (visser) en Cornelia 't Hart, geb. Pernis op 11 jan 1867, ovl. Velsen op 29 dec 1904.
Arij Gerrits Clapwijck
Arij Gerrits Clapwijck, geb. Pijnacker in 1610, ovl. Zouteveen, begr. Schipluiden op 11 dec 1678.
Arij Gerrits Clapwijck.
Scheepen in de Heerlijkheid van Souteveen (1662-1678).
Woonde met zijn vrouw van 1633 tot 1643 in de Lier "op de Sweth", na 1643 in Schipluiden "de Negenhuizen".
7 oktober 1632 maakt hij huwelijkse voorwaarden voor zijn huwelijk met Elisabeth Adriaens OVERGAUW.
Uit het Setterboeck van De Lier blijkt dat zij van 1633 tot 1643 in De Lier 'op de Sweth' woonden. Daar wordt Arij.
ieder jaar aangeslagen voor de kerkbelasting (in de Lier gold dat de kerk - ongeacht religie of ambachtsgrenzen -.
van iedere inwoner belasting kon heffen). Na 1643 woonden zij in Schipluiden 'De Negenhuysen'.
14 april 1644 ontvangt hij een gift:.
Compareerde Cornelis Cornelisse GROENEWEGE woonende in de Noordbuijrt deser heerlijckheit ende versochte.
een vrije gifte geleijt ende gegeven te werde aen ende ten behouve van Adrijaen Gerritsz Clapwijck van seeckere.
wooninghe als huijs scheuir barge ende geboomte ende een wel gelede voogelkoij met de landen daer de voorz.
wooninghe ende vogelkoij staen mitsgaders de lande die daer aen ende aen leggende sijn, te saemne groodt int.
geheel de nombre van dertich marge gelegen in diversche campen in de Noordbuijrt deser heerlijckheit, sijnde.
belent ende met alsoo danige streckinghe vrijdomme ter visituijten Stipulatien Conditien gerechtichheeden en.
Belastingen als de oude brieven voornementlijck de twee laetste den eenen in dato den 10 Junij 1639 en den.
anderen daer meede den comparant de selve in cope gecregen heeft in dato den 13 Aprillis 1642 daer van breeder.
innehouden en meede brengende sijnde verders niet anders belast dan met gemeenlants lasten en ongelden als.
Buurlanden mitsgaders den Heer sijn recht sonder meer Behoudens,.
enz.
15.06.1644.
Ende heeft dien volgende Joris NIEUPOORT Bailleu en schout deser heerlijckheit den voornoemde.
GROENEWEGEN daer vuit ontgrondet onterft en gerechtet en den voornoemden Adrijaen Gerritsz Clapwijck.
wederomme daer inne alles weer costuijre deser heerlijckheit.
Den 15 Junij anno 1644.
24.05.1647 Opdracht brieff:.
Wij Nicolaas VERBOOM schout van de ambachte van Pijnacker, Adam Dirks van SIJL ende Jan Cornelis van de.
LEE geswoorene aldaer, oirconden dat op huijden voor ons gecompareert sijn Adryaen Jacobs VERBOOM, Cornelis Jacobs VERBOOM de oude, Cornelis Jacobs VERBOOM de jonge, Cornelis Pieters van 't WOUT als.
man ende voocht van Lijsbeth Jacobs VERBOOM en de Gerrit Dirks van der BIJL getrouwd hebbende Maritge.
Jacobs VERBOOM, elck voor hen selve, noch de voorz. Adriaen Jacobs VERBOOM ende Gerrit Dirks van der.
BIJL als voochden van de twee naergelaten weeskinderen van Maertge Jacobs VERBOOM za. mitsgaders van 't.
naergelaten weeskint van za. Claes Jacobs VERBOOM.
Allen kinderen, kintskinderen ende erffgenamen van Jacob Adryaens VERBOOM elck voor een achtste paert.
Lestelijck Harmen Adryaens OVERGAUW ende Adryaen Gerrits Clapwijck haer sterck maekende ende derato.
caverende voor haer moeder en schoonmoeder Ariaentge Heijndricxs weduwe van de voorz. Jacob Adryaens.
VERBOOM voor 't resterende achtste paert.
ende volgens seeckeren vercoft en dienvolgende wetten getransporteerd gecedeert ende in vrije eigendom.
opgedragen te hebben van Jonge Cornelis Jacobs VERBOOM behouve wonende op Leede in desen ambachte,.
een wooningh als huys, schuyr, barge, pootinge, plantagie belent ten oosten Claesge Dirks weduwe van..., ten.
westen de heilige geest van Pijnacker, ten suyden de Leewegh.
12.10.1654 testament:.
'Arie Gerrits Clapwijck en Lijsbeth Ariens, wonende in de heerlijkheid Souteveen, compareren:.
Zij benoemen tot voogd,.
wanneer hij de eerst stervende is, zijn vader Gerrit Cornelis Clapwijck 12.002 en zijn broer Jan Gerrits Clapwijck.
13.013,.
wanneer zij de eerst stervende is, haar twee halve broers Cornelis Ariens OVERGAEU en Jan Ariens.
OVERGAEU'.
Zij tekenen: 'Ary Gerrits van Clapwijck' en 'Lysbeth Ariens'.
18.05.1656 schuldbekentenis:.
Adriaan Gerrits Clapwijck, wonende in de Noortbuyrt in de Heerlijkheid van Souteveen, buyten het dorp van.
Schipluy, als principaal ende Gerrit Cornelis Clapwijck 12.002)desselfs vader, mitsgaders Cornelis Adriaans.
OVERGAUW den Ouden, wonende int Ambagt van Maasland, beijde als borgen, schuldig aan juffrouw Jacobina.
HARTMAN, weduwe van wijlen den heer Anthony de HEYDE 4000 gulden.
27.01.1659 (ten overstaan van notaris Johan van Est):.
Andries van SCHIEVEEN, secretaris van de baljuw van Delfland, procuratie hebbende van Maartge Joris,.
weduwe van Jan Jans de JONGE wonende tot Delft, machtigt Willem van RAVESTEYN, procureur van den hove.
van Holland, waar te nemen tegen Adryaen Gerrits Clapwijck.
27.03.1659 gift:.
compareerde Ariens Gerrits Clapwijck onse inwoonende... ende versogt vrije gifte geleijt ende gegeven te werden.
aen ende ten behouven van Hr.Ewout BLANCKERT, commissaris van 29 margen vijf hont ende 80 roeden,.
gelegen belent volgens de brieven daer van sijnde, welcke gift is toegestaen.
gemelte baileu Ouwerkerck en Ackersdijck, schepen....
20.04.1661 huiszoeking:.
op huyden compareerden voor mij.... de nots. public bij den hove... Adriaen Gerrits Clapwijck wonende in de.
heerlijckheit van de Souteveenen de welcke ten reg... sitie, van Willem NIEUWPOORT Joriszoon, bailliu ende.
schout aldaer. bij waare woorden in plaats van eede heeft getuycht ende geassiteerd hoe... is, dat op... geweest.
sijnde de 12de deser loopende maent, den persoon van Pieter CNOL geassiteert met een dienaar is gecomen ten.
huysen van hem deponent (=getuige), omme visitie ende ondersoeck te doen ende sij naer ongemeene.
ondersoeckinge gevonden hebbende een gedeelte van een ...vat ende sijn daer tussen hem deponent ende de.
voorz. CNOL eenige woorden gevallen... hij deponent dat de voorz. CNOL geen qualiteyt en... omme ten huysen.
van de deponent eenigh ondersoeck te doen ende die voorz. CNOL ten... dat hij het selve was doende van wegen.
sijn soon die Bailluw van Souteveen wasdaer hij dat bij CNOL... noch drie ofte vier... hadden aengehaeld... mede.
presentie aldus gedaen en gepasseert in Schiedam ter presentie van Matheus COOL gerechtbode ter selve stede.
en Frank van DORP, waerin het waepen van Hollant als getuige.
(onder meer) getekend Ary Gerrit Clapwijck.
Van 20.07.1662 tot 02.05.1678 wordt hij vermeld 'Scheepen in de Heerlijkheid van Souteveen'.
1667 Akte waarbij Ary zich borg stelt.
27.03.1668 schuldbekentenis:.
'Op huyden de 27ste marty 16 hondert achtensestig compareerden Ary Gerrit Clapwijck woonende in Zouteveen.
bij Schipluy en bekende hy comparant wel en den... schuldig te weesen aen Heer Ewout BLANCKERT Heer.
Raeds en wroetschap deser stadt... zijnder acten ver... de somma van een duysent car.guldens tot.'.
getekend: Ary Geryt Clapwijck.
tr. Zouteveen circa 1632
met
Lijsbeth Ariens Overgauw, dr. van Adriaen Cornelisz Overgauw (veehoudet) en Ariaantje Hendriksdr, ged. Pijnacker op 9 apr 1613, ovl. op 6 feb 1681.
Lijsbeth Ariens Overgauw.
10 januari 1681 verdeling van de boedel en overdracht een huis aan de kinderen:.
Lijsbeth Ariens OVERGAUW, weduwe en boedelhoudster van Arij Gerrits Clapwijck za, transporteert een huis ten behoeve van Cornelis Ariens, Gerrit Ariens ende Adriaantje Ariens, weduwe van Huybrecht Joost, alle drie kinderen van voorzegde Arij Gerrits Clapwijck ende Lijsbeth Ariens OVERGAUW. 10 januari 1681 overdracht van 'Opstal' door de weduwe van Arien Gerritsz Clapwijck aan haar drie kinderen:.
Wij Willem SCHINKELSHOUCK substituut schout, mitsgaders Leendert OUWERKERCK ende Claes Jans van RIJD schepenen der Heerlijckheijt Souteveen oirconden dat voor ons gecompareert is Lijsbeth Ariens weduwe en boedelhoudster van za. Arien Gerrits Clapwijck in sijn leven mede schepen deser heerlijckheijt ende verclaerden sij comparanten vercogt, getransporteert, gecedeert ende opgedragen te hebben, soo als sij doet bij desen, aen ende ten behouve van Cornelis Ariens, Gerrit Ariens ende Ariaentge Ariens weduwe van Joost Huijbrechtse saliger alle drie kinderen van de voorz. Ariens Gerrits Clapwijck ende Lijsbeth Ariens voorz. in eijgendom van seeckere opstal van de wooninge, schuijr, bargen ende verdere timmeragie voor aen de wegh staende op een.
gedeelte van landerijen, groot int geheel ten nombre van negenentweintigh mergen, vijff hont en tachtig roeden, gelegen in de Noordbuijrt deser Heerlijckheijt in eijgendom toebehoorende den heer Ewoud BLANCKERT commissaris van het waterregt binnen de stadt Rotterdam, belent ende met soodanighe streckingen, vrijdommen, servituten, stipulatien ende gerechtigheden als sij vercoopster aen't vercochte is hebbende ende de oude brieven, soo daer eenige sijn, sijn mede brengende, wijders belovende sij comparante in qualite voorn. het vercochte te vrijen ende waeren als regt is onder verband van haere persoon aendegoederen, roerende en onroerende aende eijgendom egeen uijtgesondert, behoudens sij vercoopster van de coop opdrachten alwel ende ten vollen voldaen ende betaelt te wesen den eersten penning met de laetste, ende dat met eende somma van duijsent guldens in gereeden gelden alles sonder fraude die ter oirconden hebben wij schout ende schepenen deser protocollen ende onderteeckend ende behoorlijck gesegelt op de 10en januariij 1600 een en tachtich.
10.januari 1681 gift:.
Compareerde voor schout ende schepenen van de Heerlijckheijt vande Souteveenen: Lijsbeth Ariens weduwe ende boedelhoudster van saliger Adriaen Gerrits Clapwijck ende versocht een vrije gift geleijt ende gegeven te werden van seeckere opstael van de wooningen, schuijr, barge ende verdere timmeragie staende en gelegen op seckere partijen van landerijen toebehoorende aen heer Ewout BLANCKERT commissaris van het waterregt tot Rotterdam, gelegen in deser heerlijckheijt Souteveen voorn. belent als de brieven (daarvan) sijnde, enz.
06 februari 1681 huurt het land bij zijn huis:.
compareren voor notaris Johan van WEEL: Cornelis Aryens Clapwijck 14.015 wonende onder Pijnacker en Gerrit Aryens Clapwijck 14.014 wonende onder Hof vam Delft, voor zich en zich sterk makende voor hun zwager Joost Huybrechts zaliger 14.016 en desselfs weduwe op Ackersdijk onder Overschie. Zij verklaren dat hun moeder Lijsbeth Ariens, weduwe van Arij Gerrits Clapwijck wonende in de Soutevenen aan de Vlaardingerweg tussen Schipluyden en Capelle gehuurd heeft van Mr. Ewout BLANCKERT te Rotterdam.
Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Gerrit | *1644 | Schipluiden | 1743 | Pijnacker (Catwijck) | 98 | 1 | 7 |
Bronnen:
Lijsbeth Ariens Overgauw
Lijsbeth Ariens Overgauw, ged. Pijnacker op 9 apr 1613, ovl. op 6 feb 1681.
Lijsbeth Ariens Overgauw.
10 januari 1681 verdeling van de boedel en overdracht een huis aan de kinderen:.
Lijsbeth Ariens OVERGAUW, weduwe en boedelhoudster van Arij Gerrits Clapwijck za, transporteert een huis ten behoeve van Cornelis Ariens, Gerrit Ariens ende Adriaantje Ariens, weduwe van Huybrecht Joost, alle drie kinderen van voorzegde Arij Gerrits Clapwijck ende Lijsbeth Ariens OVERGAUW. 10 januari 1681 overdracht van 'Opstal' door de weduwe van Arien Gerritsz Clapwijck aan haar drie kinderen:.
Wij Willem SCHINKELSHOUCK substituut schout, mitsgaders Leendert OUWERKERCK ende Claes Jans van RIJD schepenen der Heerlijckheijt Souteveen oirconden dat voor ons gecompareert is Lijsbeth Ariens weduwe en boedelhoudster van za. Arien Gerrits Clapwijck in sijn leven mede schepen deser heerlijckheijt ende verclaerden sij comparanten vercogt, getransporteert, gecedeert ende opgedragen te hebben, soo als sij doet bij desen, aen ende ten behouve van Cornelis Ariens, Gerrit Ariens ende Ariaentge Ariens weduwe van Joost Huijbrechtse saliger alle drie kinderen van de voorz. Ariens Gerrits Clapwijck ende Lijsbeth Ariens voorz. in eijgendom van seeckere opstal van de wooninge, schuijr, bargen ende verdere timmeragie voor aen de wegh staende op een.
gedeelte van landerijen, groot int geheel ten nombre van negenentweintigh mergen, vijff hont en tachtig roeden, gelegen in de Noordbuijrt deser Heerlijckheijt in eijgendom toebehoorende den heer Ewoud BLANCKERT commissaris van het waterregt binnen de stadt Rotterdam, belent ende met soodanighe streckingen, vrijdommen, servituten, stipulatien ende gerechtigheden als sij vercoopster aen't vercochte is hebbende ende de oude brieven, soo daer eenige sijn, sijn mede brengende, wijders belovende sij comparante in qualite voorn. het vercochte te vrijen ende waeren als regt is onder verband van haere persoon aendegoederen, roerende en onroerende aende eijgendom egeen uijtgesondert, behoudens sij vercoopster van de coop opdrachten alwel ende ten vollen voldaen ende betaelt te wesen den eersten penning met de laetste, ende dat met eende somma van duijsent guldens in gereeden gelden alles sonder fraude die ter oirconden hebben wij schout ende schepenen deser protocollen ende onderteeckend ende behoorlijck gesegelt op de 10en januariij 1600 een en tachtich.
10.januari 1681 gift:.
Compareerde voor schout ende schepenen van de Heerlijckheijt vande Souteveenen: Lijsbeth Ariens weduwe ende boedelhoudster van saliger Adriaen Gerrits Clapwijck ende versocht een vrije gift geleijt ende gegeven te werden van seeckere opstael van de wooningen, schuijr, barge ende verdere timmeragie staende en gelegen op seckere partijen van landerijen toebehoorende aen heer Ewout BLANCKERT commissaris van het waterregt tot Rotterdam, gelegen in deser heerlijckheijt Souteveen voorn. belent als de brieven (daarvan) sijnde, enz.
06 februari 1681 huurt het land bij zijn huis:.
compareren voor notaris Johan van WEEL: Cornelis Aryens Clapwijck 14.015 wonende onder Pijnacker en Gerrit Aryens Clapwijck 14.014 wonende onder Hof vam Delft, voor zich en zich sterk makende voor hun zwager Joost Huybrechts zaliger 14.016 en desselfs weduwe op Ackersdijk onder Overschie. Zij verklaren dat hun moeder Lijsbeth Ariens, weduwe van Arij Gerrits Clapwijck wonende in de Soutevenen aan de Vlaardingerweg tussen Schipluyden en Capelle gehuurd heeft van Mr. Ewout BLANCKERT te Rotterdam.
tr. Zouteveen circa 1632
met
Arij Gerrits Clapwijck, zn. van Gerrit Cornelisz van Clapwijck (gezworene te Pijnacker, bouwman te Clapwijk) en Geertgen Jansdr van Berckel, geb. Pijnacker in 1610, ovl. Zouteveen, begr. Schipluiden op 11 dec 1678.
Arij Gerrits Clapwijck.
Scheepen in de Heerlijkheid van Souteveen (1662-1678).
Woonde met zijn vrouw van 1633 tot 1643 in de Lier "op de Sweth", na 1643 in Schipluiden "de Negenhuizen".
7 oktober 1632 maakt hij huwelijkse voorwaarden voor zijn huwelijk met Elisabeth Adriaens OVERGAUW.
Uit het Setterboeck van De Lier blijkt dat zij van 1633 tot 1643 in De Lier 'op de Sweth' woonden. Daar wordt Arij.
ieder jaar aangeslagen voor de kerkbelasting (in de Lier gold dat de kerk - ongeacht religie of ambachtsgrenzen -.
van iedere inwoner belasting kon heffen). Na 1643 woonden zij in Schipluiden 'De Negenhuysen'.
14 april 1644 ontvangt hij een gift:.
Compareerde Cornelis Cornelisse GROENEWEGE woonende in de Noordbuijrt deser heerlijckheit ende versochte.
een vrije gifte geleijt ende gegeven te werde aen ende ten behouve van Adrijaen Gerritsz Clapwijck van seeckere.
wooninghe als huijs scheuir barge ende geboomte ende een wel gelede voogelkoij met de landen daer de voorz.
wooninghe ende vogelkoij staen mitsgaders de lande die daer aen ende aen leggende sijn, te saemne groodt int.
geheel de nombre van dertich marge gelegen in diversche campen in de Noordbuijrt deser heerlijckheit, sijnde.
belent ende met alsoo danige streckinghe vrijdomme ter visituijten Stipulatien Conditien gerechtichheeden en.
Belastingen als de oude brieven voornementlijck de twee laetste den eenen in dato den 10 Junij 1639 en den.
anderen daer meede den comparant de selve in cope gecregen heeft in dato den 13 Aprillis 1642 daer van breeder.
innehouden en meede brengende sijnde verders niet anders belast dan met gemeenlants lasten en ongelden als.
Buurlanden mitsgaders den Heer sijn recht sonder meer Behoudens,.
enz.
15.06.1644.
Ende heeft dien volgende Joris NIEUPOORT Bailleu en schout deser heerlijckheit den voornoemde.
GROENEWEGEN daer vuit ontgrondet onterft en gerechtet en den voornoemden Adrijaen Gerritsz Clapwijck.
wederomme daer inne alles weer costuijre deser heerlijckheit.
Den 15 Junij anno 1644.
24.05.1647 Opdracht brieff:.
Wij Nicolaas VERBOOM schout van de ambachte van Pijnacker, Adam Dirks van SIJL ende Jan Cornelis van de.
LEE geswoorene aldaer, oirconden dat op huijden voor ons gecompareert sijn Adryaen Jacobs VERBOOM, Cornelis Jacobs VERBOOM de oude, Cornelis Jacobs VERBOOM de jonge, Cornelis Pieters van 't WOUT als.
man ende voocht van Lijsbeth Jacobs VERBOOM en de Gerrit Dirks van der BIJL getrouwd hebbende Maritge.
Jacobs VERBOOM, elck voor hen selve, noch de voorz. Adriaen Jacobs VERBOOM ende Gerrit Dirks van der.
BIJL als voochden van de twee naergelaten weeskinderen van Maertge Jacobs VERBOOM za. mitsgaders van 't.
naergelaten weeskint van za. Claes Jacobs VERBOOM.
Allen kinderen, kintskinderen ende erffgenamen van Jacob Adryaens VERBOOM elck voor een achtste paert.
Lestelijck Harmen Adryaens OVERGAUW ende Adryaen Gerrits Clapwijck haer sterck maekende ende derato.
caverende voor haer moeder en schoonmoeder Ariaentge Heijndricxs weduwe van de voorz. Jacob Adryaens.
VERBOOM voor 't resterende achtste paert.
ende volgens seeckeren vercoft en dienvolgende wetten getransporteerd gecedeert ende in vrije eigendom.
opgedragen te hebben van Jonge Cornelis Jacobs VERBOOM behouve wonende op Leede in desen ambachte,.
een wooningh als huys, schuyr, barge, pootinge, plantagie belent ten oosten Claesge Dirks weduwe van..., ten.
westen de heilige geest van Pijnacker, ten suyden de Leewegh.
12.10.1654 testament:.
'Arie Gerrits Clapwijck en Lijsbeth Ariens, wonende in de heerlijkheid Souteveen, compareren:.
Zij benoemen tot voogd,.
wanneer hij de eerst stervende is, zijn vader Gerrit Cornelis Clapwijck 12.002 en zijn broer Jan Gerrits Clapwijck.
13.013,.
wanneer zij de eerst stervende is, haar twee halve broers Cornelis Ariens OVERGAEU en Jan Ariens.
OVERGAEU'.
Zij tekenen: 'Ary Gerrits van Clapwijck' en 'Lysbeth Ariens'.
18.05.1656 schuldbekentenis:.
Adriaan Gerrits Clapwijck, wonende in de Noortbuyrt in de Heerlijkheid van Souteveen, buyten het dorp van.
Schipluy, als principaal ende Gerrit Cornelis Clapwijck 12.002)desselfs vader, mitsgaders Cornelis Adriaans.
OVERGAUW den Ouden, wonende int Ambagt van Maasland, beijde als borgen, schuldig aan juffrouw Jacobina.
HARTMAN, weduwe van wijlen den heer Anthony de HEYDE 4000 gulden.
27.01.1659 (ten overstaan van notaris Johan van Est):.
Andries van SCHIEVEEN, secretaris van de baljuw van Delfland, procuratie hebbende van Maartge Joris,.
weduwe van Jan Jans de JONGE wonende tot Delft, machtigt Willem van RAVESTEYN, procureur van den hove.
van Holland, waar te nemen tegen Adryaen Gerrits Clapwijck.
27.03.1659 gift:.
compareerde Ariens Gerrits Clapwijck onse inwoonende... ende versogt vrije gifte geleijt ende gegeven te werden.
aen ende ten behouven van Hr.Ewout BLANCKERT, commissaris van 29 margen vijf hont ende 80 roeden,.
gelegen belent volgens de brieven daer van sijnde, welcke gift is toegestaen.
gemelte baileu Ouwerkerck en Ackersdijck, schepen....
20.04.1661 huiszoeking:.
op huyden compareerden voor mij.... de nots. public bij den hove... Adriaen Gerrits Clapwijck wonende in de.
heerlijckheit van de Souteveenen de welcke ten reg... sitie, van Willem NIEUWPOORT Joriszoon, bailliu ende.
schout aldaer. bij waare woorden in plaats van eede heeft getuycht ende geassiteerd hoe... is, dat op... geweest.
sijnde de 12de deser loopende maent, den persoon van Pieter CNOL geassiteert met een dienaar is gecomen ten.
huysen van hem deponent (=getuige), omme visitie ende ondersoeck te doen ende sij naer ongemeene.
ondersoeckinge gevonden hebbende een gedeelte van een ...vat ende sijn daer tussen hem deponent ende de.
voorz. CNOL eenige woorden gevallen... hij deponent dat de voorz. CNOL geen qualiteyt en... omme ten huysen.
van de deponent eenigh ondersoeck te doen ende die voorz. CNOL ten... dat hij het selve was doende van wegen.
sijn soon die Bailluw van Souteveen wasdaer hij dat bij CNOL... noch drie ofte vier... hadden aengehaeld... mede.
presentie aldus gedaen en gepasseert in Schiedam ter presentie van Matheus COOL gerechtbode ter selve stede.
en Frank van DORP, waerin het waepen van Hollant als getuige.
(onder meer) getekend Ary Gerrit Clapwijck.
Van 20.07.1662 tot 02.05.1678 wordt hij vermeld 'Scheepen in de Heerlijkheid van Souteveen'.
1667 Akte waarbij Ary zich borg stelt.
27.03.1668 schuldbekentenis:.
'Op huyden de 27ste marty 16 hondert achtensestig compareerden Ary Gerrit Clapwijck woonende in Zouteveen.
bij Schipluy en bekende hy comparant wel en den... schuldig te weesen aen Heer Ewout BLANCKERT Heer.
Raeds en wroetschap deser stadt... zijnder acten ver... de somma van een duysent car.guldens tot.'.
getekend: Ary Geryt Clapwijck.
Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Gerrit | *1644 | Schipluiden | 1743 | Pijnacker (Catwijck) | 98 | 1 | 7 |
Adriaen Cornelisz Overgauw
Adriaen Cornelisz Overgauw (Op ten Overgaeu), geb. Pijnacker circa 1565, veehoudet, ovl. voor 1628.
Adriaen Cornelisz Overgauw.
Achternaam wordt ook geschreven als Op ten Overgaeu. Adriaen Cornelisz bezat ongeveer 50 mogen weiland voor zijn vee.
tr. (1) Pijnacker circa 1612
met
Ariaantje Hendriksdr, dr. van Heijnderick Ariensz en Maritje Joosten, geb. Pijnacker voor 1581, ovl. na 1647.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lijsbeth | ~1613 | Pijnacker | †1681 | | 67 | 1 | 8 |
tr. (2) Pijnacker in 1578
met
Lijsbeth Claes aen Pijnackerlaen, geb. Pijnacker in 1555, ovl. aldaar op 25 okt 1602.
Bronnen:
Ariaantje Hendriksdr
Ariaantje Hendriksdr, geb. Pijnacker voor 1581, ovl. na 1647.
tr. Pijnacker circa 1612
met
Adriaen Cornelisz Overgauw (Op ten Overgaeu), zn. van Cornelis Claesz op de Overgauw (bouwman op de Overgauw) en Adriana Harmansdr Overgauw, geb. Pijnacker circa 1565, veehoudet, ovl. voor 1628, tr. (2) met Lijsbeth Claes aen Pijnackerlaen. Uit dit huwelijk geen kinderen.
Adriaen Cornelisz Overgauw.
Achternaam wordt ook geschreven als Op ten Overgaeu. Adriaen Cornelisz bezat ongeveer 50 mogen weiland voor zijn vee.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Lijsbeth | ~1613 | Pijnacker | †1681 | | 67 | 1 | 8 |
Heijnderick Ariensz
Heijnderick Ariensz.
tr.
met
Maritje Joosten.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Ariaantje | *1581 | Pijnacker | †1647 | | 66 | 1 | 1 |
Maritje Joosten
Maritje Joosten.
tr.
met
Heijnderick Ariensz.
Uit dit huwelijk een dochter:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Ariaantje | *1581 | Pijnacker | †1647 | | 66 | 1 | 1 |
Lijsbeth Claes aen Pijnackerlaen
Lijsbeth Claes aen Pijnackerlaen, geb. Pijnacker in 1555, ovl. aldaar op 25 okt 1602.
tr. Pijnacker in 1578
met
Adriaen Cornelisz Overgauw (Op ten Overgaeu), zn. van Cornelis Claesz op de Overgauw (bouwman op de Overgauw) en Adriana Harmansdr Overgauw, geb. Pijnacker circa 1565, veehoudet, ovl. voor 1628.
Adriaen Cornelisz Overgauw.
Achternaam wordt ook geschreven als Op ten Overgaeu. Adriaen Cornelisz bezat ongeveer 50 mogen weiland voor zijn vee.
Petrus Albertus Dronrijp Uges
Petrus Albertus Dronrijp Uges, geb. Opsterland op 15 apr 1865, ovl. Arnhem in okt 1948.
tr. op 22 mei 1907
met
Anna Theodora Wilhelmina van Karnenbeek, dr. van Theodorus Johannes Hendrikus van Karnenbeek (kamerbehanger) en Johanna Richter, geb. op 5 okt 1870, ovl. Arnhem op 15 mrt 1943.
Uit dit huwelijk een zoon:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Jo | *1908 | Arnhem | †1992 | Arnhem | 83 | 1 | 5 |