Cees Hagenbeek
Adriana Stabij
Adriana Stabij, geb. Sliedrecht op 30 sep 1860, ovl. aldaar op 5 mei 1924.

tr. Sliedrecht op 10 mei 1884
met

Gerardus Jasper Brandwijk, zn. van Willem Brandwijk (arbeider) en Annigje de Ruijter, geb. Sliedrecht op 8 sep 1850, koopman, ovl. Sliedrecht op 14 nov 1939.

Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Willemina Dordrecht †1977 Sliedrecht  


Willem Burgstede
Willem Burgstede, geb. Langbroek op 24 jun 1850, ovl. Rotterdam op 28 jun 1916.

tr. (1) op 8 aug 1871
met

Carolina Jacoba Johanna Maria van Beijnum, dr. van Karel Selle van Beijnum (Commies bij Rijksbelastingen/(Rijks)ambtenaar) en Francisca le Grang, geb. Driel op 7 okt 1841, ovl. Alblasserdam op 27 okt 1899.

 

Uit dit huwelijk 12 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Francisca*1871 Helmond    

tr. (2) Driebergen op 4 nov 1904
met

Willemijntje van Garderen, geb. Maarn op 17 feb 1842, ovl. Driebergen op 5 aug 1911.

tr. (3) Driebergen op 15 mrt 1912
met

Lena Stoel, geb. Zonnemaire op 15 jan 1863, ovl. Delft op 23 dec 1939.


Carolina Jacoba Johanna Maria van Beijnum
 
Carolina Jacoba Johanna Maria van Beijnum, geb. Driel op 7 okt 1841, ovl. Alblasserdam op 27 okt 1899.

tr. op 8 aug 1871
met

Willem Burgstede, zn. van Dirk van Burgstede (Jachtopziener) en Elisabeth Jansen, geb. Langbroek op 24 jun 1850, ovl. Rotterdam op 28 jun 1916, tr. (2) met Willemijntje van Garderen. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (3) met Lena Stoel. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk 12 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Francisca*1871 Helmond    


Arie Nelemans
Arie Nelemans, geb. Hooge en Lage Zwaluwe in 1824.

tr. (1) Made en Drimmelen op 19 jan 1870
met

Catharina Musterd, dr. van Adriaan Musterd en Johanna Nelemans, geb. Made en Drimmelen op 19 jan 1846.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Machiel*1872 Hooge en Lage Zwaluwe    

tr. (2)
met

Pietertje Mouthaan.


Catharina Musterd
Catharina Musterd, geb. Made en Drimmelen op 19 jan 1846.

tr. Made en Drimmelen op 19 jan 1870
met

Arie Nelemans, zn. van Jan (Johannes Michielszn) Nelemans (kleermaker) en Adriaantje Dammisdr Baan, geb. Hooge en Lage Zwaluwe in 1824, tr. (2) met Pietertje Mouthaan. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Machiel*1872 Hooge en Lage Zwaluwe    


Johannes Michielszn Nelemans
Jan (Johannes Michielszn) Nelemans, geb. Hooge en Lage Zwaluwe op 26 mrt 1789, ged. aldaar op 29 mrt 1789, kleermaker, ovl. Hooge en Lage Zwaluwe op 2 apr 1843.

tr. Hooge en Lage Zwaluwe op 28 okt 1810
met

Adriaantje Dammisdr Baan, dr. van Damnis Baan (Meester Timmerman, Opzichter der domeinen) en Sijke Janse van Bavel, geb. Hooge en Lage Zwaluwe op 29 dec 1783, ged. aldaar op 4 jan 1784, ovl. aldaar op 16 jan 1850.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Arie*1824 Hooge en Lage Zwaluwe    


Adriaantje Dammisdr Baan
Adriaantje Dammisdr Baan, geb. Hooge en Lage Zwaluwe op 29 dec 1783, ged. aldaar op 4 jan 1784, ovl. aldaar op 16 jan 1850.

  • Vader:
    Damnis Baan, zn. van Arie Baan en Willemijntje van Weelde, ged. 's-Gravendeel op 4 mrt 1750, Meester Timmerman, Opzichter der domeinen, ovl. Hooge en Lage Zwaluwe op 28 jun 1827, tr. Hooge en Lage Zwaluwe op 18 mrt 1778 met

tr. Hooge en Lage Zwaluwe op 28 okt 1810
met

Jan (Johannes Michielszn) Nelemans, zn. van Michiel Hendrikszn Nelemans en Aagje Maartensdr van der Vliet, geb. Hooge en Lage Zwaluwe op 26 mrt 1789, ged. aldaar op 29 mrt 1789, kleermaker, ovl. Hooge en Lage Zwaluwe op 2 apr 1843.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Arie*1824 Hooge en Lage Zwaluwe    


Johannes de Snoo
Johannes de Snoo, geb. Sliedrecht op 10 nov 1850, ovl. aldaar op 12 jan 1918, begr. aldaar op 15 jan 1918.

  • Vader:
    Gerrit de Snoo, zn. van Arij de Snoo (Timmermansknecht, Bootsman) en Cornelia de Vries, geb. 's-Gravendeel op 1 aug 1815, ovl. Sliedrecht op 26 sep 1895, begr. aldaar op 28 sep 1895, tr. Sliedrecht op 22 jan 1846 met

tr. Sliedrecht op 23 nov 1878
met

Hendrina Klein, dr. van Teunis Klein en Hendrina Bogaard, geb. Sliedrecht op 8 jul 1858, ovl. aldaar op 20 jan 1925, begr. aldaar op 24 jan 1925.

Uit dit huwelijk 11 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hendrikus*1895 Sliedrecht †1944 Sliedrecht 48


Hendrina Klein
Hendrina Klein, geb. Sliedrecht op 8 jul 1858, ovl. aldaar op 20 jan 1925, begr. aldaar op 24 jan 1925.

tr. Sliedrecht op 23 nov 1878
met

Johannes de Snoo, zn. van Gerrit de Snoo en Niesje van Wijnen, geb. Sliedrecht op 10 nov 1850, ovl. aldaar op 12 jan 1918, begr. aldaar op 15 jan 1918.

Uit dit huwelijk 11 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hendrikus*1895 Sliedrecht †1944 Sliedrecht 48


Kornelis Redelijkheid
Kornelis Redelijkheid, geb. Sliedrecht op 20 apr 1870, schipper, ovl. Sliedrecht op 23 dec 1942, begr. aldaar op 28 dec 1942.

tr. Sliedrecht op 23 mrt 1889
met

Neeltje Nieuwpoort, dr. van Aart Nieuwpoort (arbeider) en Annigje Slagboom, geb. Sliedrecht op 1 okt 1868, ovl. aldaar op 4 feb 1949, begr. aldaar op 8 feb 1949.

Uit dit huwelijk 9 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Annigje*1893 Sliedrecht †1955 Sliedrecht 62


Neeltje Nieuwpoort
Neeltje Nieuwpoort, geb. Sliedrecht op 1 okt 1868, ovl. aldaar op 4 feb 1949, begr. aldaar op 8 feb 1949.

tr. Sliedrecht op 23 mrt 1889
met

Kornelis Redelijkheid, zn. van Teunis Redelijkheid en Adriana de Jong, geb. Sliedrecht op 20 apr 1870, schipper, ovl. Sliedrecht op 23 dec 1942, begr. aldaar op 28 dec 1942.

Uit dit huwelijk 9 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Annigje*1893 Sliedrecht †1955 Sliedrecht 62


Teunis Klein
Teunis Klein, geb. Sliedrecht op 9 mrt 1822, ovl. aldaar op 31 jul 1863.

  • Vader:
    Adriaan Klein, zn. van Adriana Cornelisse Klein, geb. Sliedrecht op 28 mrt 1796, ged. aldaar op 17 apr 1796, ovl. aldaar op 24 jan 1879, tr. Sliedrecht op 1 apr 1819 met

tr. Sliedrecht op 14 nov 1844
met

Hendrina Bogaard, dr. van Arie Dingemansz Bogaard en Neeltje Nederveen, geb. Sliedrecht op 20 okt 1823.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hendrina*1858 Sliedrecht †1925 Sliedrecht 6611 


Hendrina Bogaard
Hendrina Bogaard, geb. Sliedrecht op 20 okt 1823.

tr. Sliedrecht op 14 nov 1844
met

Teunis Klein, zn. van Adriaan Klein en Grietje van de Graaf, geb. Sliedrecht op 9 mrt 1822, ovl. aldaar op 31 jul 1863.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Hendrina*1858 Sliedrecht †1925 Sliedrecht 6611 


Gerrit de Snoo
Gerrit de Snoo, geb. 's-Gravendeel op 1 aug 1815, ovl. Sliedrecht op 26 sep 1895, begr. aldaar op 28 sep 1895.

  • Vader:
    Arij de Snoo, zn. van Cornelis Janszoon de Snoo en Geertje Pieters Verhoeven, ged. Volgerland Groote Lindt / Zwijndrecht op 11 jan 1777, Timmermansknecht, Bootsman, ovl. Wemeldinge op 22 mei 1847, tr. (2) 's-Gravendeel op 4 sep 1799 met Ariaantje Groenewoud, geb. 's-Gravendeel, ovl. aldaar op 10 sep 1806. Uit dit huwelijk geen kinderen, tr. (1) 's-Gravendeel op 28 sep 1809 met

tr. Sliedrecht op 22 jan 1846
met

Niesje van Wijnen, dr. van Johannes Jansz van Wijnen en Francijntje Frederiksdr van Holten, geb. Bleskensgraaf op 28 aug 1820, ovl. Sliedrecht op 15 nov 1894, begr. aldaar op 19 nov 1894.

Uit dit huwelijk 9 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johannes*1850 Sliedrecht †1918 Sliedrecht 6711 


Niesje van Wijnen
Niesje van Wijnen, geb. Bleskensgraaf op 28 aug 1820, ovl. Sliedrecht op 15 nov 1894, begr. aldaar op 19 nov 1894.

tr. Sliedrecht op 22 jan 1846
met

Gerrit de Snoo, zn. van Arij de Snoo (Timmermansknecht, Bootsman) en Cornelia de Vries, geb. 's-Gravendeel op 1 aug 1815, ovl. Sliedrecht op 26 sep 1895, begr. aldaar op 28 sep 1895.

Uit dit huwelijk 9 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Johannes*1850 Sliedrecht †1918 Sliedrecht 6711 


Johannes Jansz van Wijnen
Johannes Jansz van Wijnen, geb. Sliedrecht op 27 aug 1797, ged. aldaar op 3 sep 1797, ovl. Giessendam op 9 feb 1833.

otr. Bergambacht op 22 apr 1820, tr. Molenaarsgraaf op 22 apr 1820
met

Francijntje Frederiksdr van Holten, dr. van Frederik Aarnoutsz van Holten en Neeltje Cornelis Vijver, geb. Bleskensgraaf op 7 mei 1799, ged. aldaar op 12 mei 1799, ovl. Giesselhorst [Duitsland] op 18 mei 1829.

Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Niesje*1820 Bleskensgraaf †1894 Sliedrecht 74


Francijntje Frederiksdr van Holten
Francijntje Frederiksdr van Holten, geb. Bleskensgraaf op 7 mei 1799, ged. aldaar op 12 mei 1799, ovl. Giesselhorst [Duitsland] op 18 mei 1829.

otr. Bergambacht op 22 apr 1820, tr. Molenaarsgraaf op 22 apr 1820
met

Johannes Jansz van Wijnen, zn. van Jan van Wijnen en Niesje Kreukniet, geb. Sliedrecht op 27 aug 1797, ged. aldaar op 3 sep 1797, ovl. Giessendam op 9 feb 1833.

Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Niesje*1820 Bleskensgraaf †1894 Sliedrecht 74


Arij de Snoo
Arij de Snoo, ged. Volgerland Groote Lindt / Zwijndrecht op 11 jan 1777, Timmermansknecht, Bootsman, ovl. Wemeldinge op 22 mei 1847.

Arij de Snoo.
Bekrachtiging testament - Sandelingenambacht.
14 nov. 1797: Voor schout en schepenen van Sandelingen-Ambacht verschijnen Adriaantje de Jong, weduwe van Pieter de Sno, met wie zij in gemeenschap van goederen was gehuwd, wonende onder 't volgerland van de Groote Lindt, en Paulus en Gerrit Pietersz. de Sno, beiden wonende onder 't volgerland van Sandelingen-Ambacht, Cornelis Bakker, als in huwelijk hebbende Maria Pietersdr. de Sno, wonende onder 't volgerland van Hendrik Ido Ambacht en Maarten en Leendert van 't Zelfde, wonende onder Hendrik Ido Ambacht. De laatste twee zijn, samen met Adriaantje de Jong voogden van Cornelia, Maria, Arij, Pietertje, Leentje en Hendrik de Sno, allen kinderen uit het huwelijk van Adriaantje de Jong en Pieter de Sno. Allen zijn erfgenamen van hun vader Pieter de Sno en zij verklaren als zodanig verkocht te hebben aan de voornoemde Gerrit Pietersz. de Sno, wonende onder de jurisdictie van Sandelingen-Ambacht, een woonkeet, schuur en dijkerf aan de binnenkant van de dijk onder het volgerland van Sandelingen-Ambacht, belend het huis en erf gelegen onder het volgerland van de Groote Lindt (ook door hem gekocht) en het arbeidershuisje (gekocht door Frans van der Staaij), en nog een swingelkeet, droogput, drooghuis en dijkerf, eveneens gelegen aan de binnenkant van de dijk, belend door het eerder genoemde arbeidershuisje aan de ene kant en en het huisje van David Meesters aan de andere kant, mitsgaders nog drie akkeren griend of twaalf roeden, ook gelegen onder de jurisdictie van Sandelingen-Ambacht, belend de weduwe Van der Geer aan de ene kant en Hendrik van der Leer aan de andere kant. En dat op voorwaarden zoals de goederen op 29 september 1797 ten overstaan van schout en schepenen van de Groote Lindt zijn geveild en op 30 september d.a.v. zijn verkocht. De comparanten bekenden voorts dat de koopsom van 433 gulden en 6 stuivers is voldaan.

Groote Lindt, akte 7: 22 dec. 1797: Staat en scheiding van de boedel (waarde beneden de 2000 gld.) van wijlen Pieter Leendertsz. de Snoo en Ariaantje Hendriksdr. de Jong, gewoond hebbende en de eerstgenoemde op 28 dec. 1796 overleden, onder 't volgerland van Groote Lindt. Tot de boedel behoorde: een huis, schuren, woonkeet, zwingelkeet, droogput en dijkerf onder Groote Lindt en gedeeltelijk onder Sandelingen-Ambacht, belend Gerrit van Peursum aan de ene, en David Meesters aan de andere zijde, dat op 29 sept. 1797 in 't openbaar is geveild en getransporteert aan Gerrit de Snoo voor een bedrag van 1300 gld.; een huisje en dijkerf onder Sandelingen-Ambacht, gelegen naast het eerder genoemde huis dat op dezelfde dag werd verkocht aan Frans van der Staaij voor een bedrag van 320 gld.; 3 morgen en 100 roeden weiland onder Groote Lindt, belend ten oosten de dijk, ten westen de wed. van Cornelis Stehouwer, ten zuiden Arie [Sijmonsz] van der Giessen en ten noorden Willem de Vries, eveneens op 29 sept. 1797 verkocht aan Leendert Dammesz. van 't Zelfde voor 2026 gld. Het gemaakt goud en zilver en de kleren van de overledene zijn onderling overgenomen. De in de boedel aanwezige beesten, gereedschappen, melk- en vlasgerij en de huisraad zijn reeds uit de boedel verkocht aan de erfgenamen of door hen overgenomen. Hiervoor werd op 30 sept. 1797 een openbaar boelhuis gehouden welke verkoop in totaal 359 gld. en 18 stuivers opbracht. De goederen betroffen: (overgenomen door de weduwe van Pieter de Snoo:) eenig hooij te velde, een mesthoop, drie beesten, drie bedden, een stuk linnen, een horloge, een paar zilveren schoengespen, een paar zilveren broekknoopen, enige zilveren hembsdrokknopen, een paar gouden hembsdrokknopen, enige klederen, twee notenboomen, 210 stenen vlas, huur voor de woonkeet van Pieter Hooijmeijer, van de weduwe van Jan Nouten twee maal een half jaar huur van 't huisje, Ύ deel van een beest, een spaaij en ontvangst voor 't gebruik van de weij (samen t.w.v. ƒ 815,16). De door Paulus de Snoo overgenomen goederen bedroegen ƒ 55,- en bestonden uit een agtendeel, een zeijle kleet, een Ό deel van een beest, een spekbak en opbrengst uit de verhuur van weiland. De door Gerrit de Snoo overgenomen goederen bedroegen ƒ 110,60 en bestonden uit een ijseren plaat, eenige beddeveeren, een zakje, een ketel, een bierkan, twee kandelaars, twee theeblaadjes, een koffiekan, een Ό van een beest, drie akkers griendland en wat opbrengst uit spreeland. Cornelis Bakker huisvrouw van Marijgje de Snoo [natuurlijk andersom] Ό deel van een beest, ’t gebruik van de schuur, enige zakken, een zeef, een plank, een scherm, eene mergen spreeland (samen t.w.v. 61 gulden 2 stuivers). Tot de lasten van de boedel behoorden de aflossing van een hypotheekbrief van 2100 gld. aan de weduwe van Pieter Maaskant en de betaling van de lage omslag aan Hendrik Ido Ambacht. Aan Otto de Snoo moest nog 300 gld. geleend geld worden terugbetaald en aan Gerrit de Snoo voor verpondingen 16 gld. Dit bracht de totale waarde van de boedel op 1991 gld. 13 stuivers en 15 penningen waarvan de helft plus een kindsdeel toekwam aan de echtgenote. Voor de begrafenis 11 gulden en 26 stuivers. Voor de kindsdelen kwamen op: Paulus de Snoo, wonende onder 't volgerland van Sandelingenambacht, Gerrit de Snoo, eveneens wonende aldaar, Cornelis Bakker, wonende onder 't volgerland van Groote Lindt, voor de op 23 nov. 1797 overleden Marijgje de Snoo, en de minderjarige kinderen Cornelia, Maria, Arij, Pietertje, Leentje en Hendrik de Snoo, voor welke kinderen Leendert en Maarten Dammesz. van 't Zelfde als voogden optraden. De akte werd getekend door Paulus en Gerrit de Snoo, Cornelis Bakker en Leendert en Maarten van 't Zelfde. Ariaantje de Jong plaatste haar handmerk.

1800 :  RA `s-Gravendeel.
Arij weduwnaar van Ariaantje Groenewoud stelt voogdijschap in over zijn 2 nog zeer jonge kinderen. Hij wordt voogd. Toeziend voogd Paulus de Snoo onder Hendrik Ido Ambacht (Bron: fiche van Streekmuseum Heinenoord). Niet beschikbaar bij Hist. ver. `s-Gravendeel. Van bron J.H. van der Boom: Aanstelling van voogden door de weeskamer. Comp. Arij de Snoo, wedr. van Ariaantje Groenewoud, wonende te 's-Gravendeel. Zijn vrouw is overleden, nalatende twee nog zeer jonge kinderen, zonder enige testamentaire dispositie en dus ook zonder het stellen van voogden waarom Arij de Snoo uitkoop wil doen van zijn kinderen. Schout en schepenen van 's- Gravendeel geven hiervoor, in hun functie als weesmeesters, toestemming. Arij zal in het bezit van de gehele boedel blijven mits hij de verplichting op zich neemt de twee minderjarige kinderen behoorlijk op te voeden en te alimenteren tot ze meerderjarig zijn of tot hun huwelijksdag als die eerder zou vallen. Tenslotte worden tot voogden benoemd: de vader Arij de Snoo en als toeziend voogd Paulus de Snoo, wonende onder Hendrik Ido Ambacht. w.g. H. Pasman, schout, H. van Warendorp en P. Naaktgeboren, schepenen, F. van de Koppel, secretaris, en A. de Snoo.

16 december 1809 :Testament RA `s-Gravendeel 70 1809. .
Arij testeert deze dag. Erfgenamen: zijn 2 voorkinderen verwekt bij zijn eerste vrouw Adriaantje Groenewoud, benevens zijn tegenwoordige vrouw Cornelia de Vries. Voogden Pieter de Vries en Abraham Naaktgeboren de jonge. Tot toeziend voogd is benoemd Paulus de Snoo wonende onder Hendrik Ido Ambacht (Bron: fiche Streekmuseum Heinenoord). Arij is erfgenaam bij testeren van zijn vrouw Cornelia de Vries op 16-12-1809 (fiches Streekmuseum Heinenoord).

tr. (1) 's-Gravendeel op 28 sep 1809
met

Cornelia de Vries, dr. van Pieter Hendricksz de Vries (broodbakker te 's-Gravendeel) en Neeltje Mom, geb. 's-Gravendeel circa 4 jan 1782, ged. aldaar op 4 jan 1782, ovl. aldaar op 4 nov 1824.

Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gerrit*1815 's-Gravendeel †1895 Sliedrecht 80

tr. (2) 's-Gravendeel op 4 sep 1799
met

Ariaantje Groenewoud, geb. 's-Gravendeel, ovl. aldaar op 10 sep 1806.


Cornelia de Vries
Cornelia de Vries, geb. 's-Gravendeel circa 4 jan 1782, ged. aldaar op 4 jan 1782, ovl. aldaar op 4 nov 1824.

tr. 's-Gravendeel op 28 sep 1809
met

Arij de Snoo, zn. van Cornelis Janszoon de Snoo en Geertje Pieters Verhoeven, ged. Volgerland Groote Lindt / Zwijndrecht op 11 jan 1777, Timmermansknecht, Bootsman, ovl. Wemeldinge op 22 mei 1847, tr. (2) met Ariaantje Groenewoud. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Arij de Snoo.
Bekrachtiging testament - Sandelingenambacht.
14 nov. 1797: Voor schout en schepenen van Sandelingen-Ambacht verschijnen Adriaantje de Jong, weduwe van Pieter de Sno, met wie zij in gemeenschap van goederen was gehuwd, wonende onder 't volgerland van de Groote Lindt, en Paulus en Gerrit Pietersz. de Sno, beiden wonende onder 't volgerland van Sandelingen-Ambacht, Cornelis Bakker, als in huwelijk hebbende Maria Pietersdr. de Sno, wonende onder 't volgerland van Hendrik Ido Ambacht en Maarten en Leendert van 't Zelfde, wonende onder Hendrik Ido Ambacht. De laatste twee zijn, samen met Adriaantje de Jong voogden van Cornelia, Maria, Arij, Pietertje, Leentje en Hendrik de Sno, allen kinderen uit het huwelijk van Adriaantje de Jong en Pieter de Sno. Allen zijn erfgenamen van hun vader Pieter de Sno en zij verklaren als zodanig verkocht te hebben aan de voornoemde Gerrit Pietersz. de Sno, wonende onder de jurisdictie van Sandelingen-Ambacht, een woonkeet, schuur en dijkerf aan de binnenkant van de dijk onder het volgerland van Sandelingen-Ambacht, belend het huis en erf gelegen onder het volgerland van de Groote Lindt (ook door hem gekocht) en het arbeidershuisje (gekocht door Frans van der Staaij), en nog een swingelkeet, droogput, drooghuis en dijkerf, eveneens gelegen aan de binnenkant van de dijk, belend door het eerder genoemde arbeidershuisje aan de ene kant en en het huisje van David Meesters aan de andere kant, mitsgaders nog drie akkeren griend of twaalf roeden, ook gelegen onder de jurisdictie van Sandelingen-Ambacht, belend de weduwe Van der Geer aan de ene kant en Hendrik van der Leer aan de andere kant. En dat op voorwaarden zoals de goederen op 29 september 1797 ten overstaan van schout en schepenen van de Groote Lindt zijn geveild en op 30 september d.a.v. zijn verkocht. De comparanten bekenden voorts dat de koopsom van 433 gulden en 6 stuivers is voldaan.

Groote Lindt, akte 7: 22 dec. 1797: Staat en scheiding van de boedel (waarde beneden de 2000 gld.) van wijlen Pieter Leendertsz. de Snoo en Ariaantje Hendriksdr. de Jong, gewoond hebbende en de eerstgenoemde op 28 dec. 1796 overleden, onder 't volgerland van Groote Lindt. Tot de boedel behoorde: een huis, schuren, woonkeet, zwingelkeet, droogput en dijkerf onder Groote Lindt en gedeeltelijk onder Sandelingen-Ambacht, belend Gerrit van Peursum aan de ene, en David Meesters aan de andere zijde, dat op 29 sept. 1797 in 't openbaar is geveild en getransporteert aan Gerrit de Snoo voor een bedrag van 1300 gld.; een huisje en dijkerf onder Sandelingen-Ambacht, gelegen naast het eerder genoemde huis dat op dezelfde dag werd verkocht aan Frans van der Staaij voor een bedrag van 320 gld.; 3 morgen en 100 roeden weiland onder Groote Lindt, belend ten oosten de dijk, ten westen de wed. van Cornelis Stehouwer, ten zuiden Arie [Sijmonsz] van der Giessen en ten noorden Willem de Vries, eveneens op 29 sept. 1797 verkocht aan Leendert Dammesz. van 't Zelfde voor 2026 gld. Het gemaakt goud en zilver en de kleren van de overledene zijn onderling overgenomen. De in de boedel aanwezige beesten, gereedschappen, melk- en vlasgerij en de huisraad zijn reeds uit de boedel verkocht aan de erfgenamen of door hen overgenomen. Hiervoor werd op 30 sept. 1797 een openbaar boelhuis gehouden welke verkoop in totaal 359 gld. en 18 stuivers opbracht. De goederen betroffen: (overgenomen door de weduwe van Pieter de Snoo:) eenig hooij te velde, een mesthoop, drie beesten, drie bedden, een stuk linnen, een horloge, een paar zilveren schoengespen, een paar zilveren broekknoopen, enige zilveren hembsdrokknopen, een paar gouden hembsdrokknopen, enige klederen, twee notenboomen, 210 stenen vlas, huur voor de woonkeet van Pieter Hooijmeijer, van de weduwe van Jan Nouten twee maal een half jaar huur van 't huisje, Ύ deel van een beest, een spaaij en ontvangst voor 't gebruik van de weij (samen t.w.v. ƒ 815,16). De door Paulus de Snoo overgenomen goederen bedroegen ƒ 55,- en bestonden uit een agtendeel, een zeijle kleet, een Ό deel van een beest, een spekbak en opbrengst uit de verhuur van weiland. De door Gerrit de Snoo overgenomen goederen bedroegen ƒ 110,60 en bestonden uit een ijseren plaat, eenige beddeveeren, een zakje, een ketel, een bierkan, twee kandelaars, twee theeblaadjes, een koffiekan, een Ό van een beest, drie akkers griendland en wat opbrengst uit spreeland. Cornelis Bakker huisvrouw van Marijgje de Snoo [natuurlijk andersom] Ό deel van een beest, ’t gebruik van de schuur, enige zakken, een zeef, een plank, een scherm, eene mergen spreeland (samen t.w.v. 61 gulden 2 stuivers). Tot de lasten van de boedel behoorden de aflossing van een hypotheekbrief van 2100 gld. aan de weduwe van Pieter Maaskant en de betaling van de lage omslag aan Hendrik Ido Ambacht. Aan Otto de Snoo moest nog 300 gld. geleend geld worden terugbetaald en aan Gerrit de Snoo voor verpondingen 16 gld. Dit bracht de totale waarde van de boedel op 1991 gld. 13 stuivers en 15 penningen waarvan de helft plus een kindsdeel toekwam aan de echtgenote. Voor de begrafenis 11 gulden en 26 stuivers. Voor de kindsdelen kwamen op: Paulus de Snoo, wonende onder 't volgerland van Sandelingenambacht, Gerrit de Snoo, eveneens wonende aldaar, Cornelis Bakker, wonende onder 't volgerland van Groote Lindt, voor de op 23 nov. 1797 overleden Marijgje de Snoo, en de minderjarige kinderen Cornelia, Maria, Arij, Pietertje, Leentje en Hendrik de Snoo, voor welke kinderen Leendert en Maarten Dammesz. van 't Zelfde als voogden optraden. De akte werd getekend door Paulus en Gerrit de Snoo, Cornelis Bakker en Leendert en Maarten van 't Zelfde. Ariaantje de Jong plaatste haar handmerk.

1800 :  RA `s-Gravendeel.
Arij weduwnaar van Ariaantje Groenewoud stelt voogdijschap in over zijn 2 nog zeer jonge kinderen. Hij wordt voogd. Toeziend voogd Paulus de Snoo onder Hendrik Ido Ambacht (Bron: fiche van Streekmuseum Heinenoord). Niet beschikbaar bij Hist. ver. `s-Gravendeel. Van bron J.H. van der Boom: Aanstelling van voogden door de weeskamer. Comp. Arij de Snoo, wedr. van Ariaantje Groenewoud, wonende te 's-Gravendeel. Zijn vrouw is overleden, nalatende twee nog zeer jonge kinderen, zonder enige testamentaire dispositie en dus ook zonder het stellen van voogden waarom Arij de Snoo uitkoop wil doen van zijn kinderen. Schout en schepenen van 's- Gravendeel geven hiervoor, in hun functie als weesmeesters, toestemming. Arij zal in het bezit van de gehele boedel blijven mits hij de verplichting op zich neemt de twee minderjarige kinderen behoorlijk op te voeden en te alimenteren tot ze meerderjarig zijn of tot hun huwelijksdag als die eerder zou vallen. Tenslotte worden tot voogden benoemd: de vader Arij de Snoo en als toeziend voogd Paulus de Snoo, wonende onder Hendrik Ido Ambacht. w.g. H. Pasman, schout, H. van Warendorp en P. Naaktgeboren, schepenen, F. van de Koppel, secretaris, en A. de Snoo.

16 december 1809 :Testament RA `s-Gravendeel 70 1809. .
Arij testeert deze dag. Erfgenamen: zijn 2 voorkinderen verwekt bij zijn eerste vrouw Adriaantje Groenewoud, benevens zijn tegenwoordige vrouw Cornelia de Vries. Voogden Pieter de Vries en Abraham Naaktgeboren de jonge. Tot toeziend voogd is benoemd Paulus de Snoo wonende onder Hendrik Ido Ambacht (Bron: fiche Streekmuseum Heinenoord). Arij is erfgenaam bij testeren van zijn vrouw Cornelia de Vries op 16-12-1809 (fiches Streekmuseum Heinenoord).

Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Gerrit*1815 's-Gravendeel †1895 Sliedrecht 80


Ariaantje Groenewoud
Ariaantje Groenewoud, geb. 's-Gravendeel, ovl. aldaar op 10 sep 1806.

tr. 's-Gravendeel op 4 sep 1799
met

Arij de Snoo, zn. van Cornelis Janszoon de Snoo en Geertje Pieters Verhoeven, ged. Volgerland Groote Lindt / Zwijndrecht op 11 jan 1777, Timmermansknecht, Bootsman, ovl. Wemeldinge op 22 mei 1847.

Arij de Snoo.
Bekrachtiging testament - Sandelingenambacht.
14 nov. 1797: Voor schout en schepenen van Sandelingen-Ambacht verschijnen Adriaantje de Jong, weduwe van Pieter de Sno, met wie zij in gemeenschap van goederen was gehuwd, wonende onder 't volgerland van de Groote Lindt, en Paulus en Gerrit Pietersz. de Sno, beiden wonende onder 't volgerland van Sandelingen-Ambacht, Cornelis Bakker, als in huwelijk hebbende Maria Pietersdr. de Sno, wonende onder 't volgerland van Hendrik Ido Ambacht en Maarten en Leendert van 't Zelfde, wonende onder Hendrik Ido Ambacht. De laatste twee zijn, samen met Adriaantje de Jong voogden van Cornelia, Maria, Arij, Pietertje, Leentje en Hendrik de Sno, allen kinderen uit het huwelijk van Adriaantje de Jong en Pieter de Sno. Allen zijn erfgenamen van hun vader Pieter de Sno en zij verklaren als zodanig verkocht te hebben aan de voornoemde Gerrit Pietersz. de Sno, wonende onder de jurisdictie van Sandelingen-Ambacht, een woonkeet, schuur en dijkerf aan de binnenkant van de dijk onder het volgerland van Sandelingen-Ambacht, belend het huis en erf gelegen onder het volgerland van de Groote Lindt (ook door hem gekocht) en het arbeidershuisje (gekocht door Frans van der Staaij), en nog een swingelkeet, droogput, drooghuis en dijkerf, eveneens gelegen aan de binnenkant van de dijk, belend door het eerder genoemde arbeidershuisje aan de ene kant en en het huisje van David Meesters aan de andere kant, mitsgaders nog drie akkeren griend of twaalf roeden, ook gelegen onder de jurisdictie van Sandelingen-Ambacht, belend de weduwe Van der Geer aan de ene kant en Hendrik van der Leer aan de andere kant. En dat op voorwaarden zoals de goederen op 29 september 1797 ten overstaan van schout en schepenen van de Groote Lindt zijn geveild en op 30 september d.a.v. zijn verkocht. De comparanten bekenden voorts dat de koopsom van 433 gulden en 6 stuivers is voldaan.

Groote Lindt, akte 7: 22 dec. 1797: Staat en scheiding van de boedel (waarde beneden de 2000 gld.) van wijlen Pieter Leendertsz. de Snoo en Ariaantje Hendriksdr. de Jong, gewoond hebbende en de eerstgenoemde op 28 dec. 1796 overleden, onder 't volgerland van Groote Lindt. Tot de boedel behoorde: een huis, schuren, woonkeet, zwingelkeet, droogput en dijkerf onder Groote Lindt en gedeeltelijk onder Sandelingen-Ambacht, belend Gerrit van Peursum aan de ene, en David Meesters aan de andere zijde, dat op 29 sept. 1797 in 't openbaar is geveild en getransporteert aan Gerrit de Snoo voor een bedrag van 1300 gld.; een huisje en dijkerf onder Sandelingen-Ambacht, gelegen naast het eerder genoemde huis dat op dezelfde dag werd verkocht aan Frans van der Staaij voor een bedrag van 320 gld.; 3 morgen en 100 roeden weiland onder Groote Lindt, belend ten oosten de dijk, ten westen de wed. van Cornelis Stehouwer, ten zuiden Arie [Sijmonsz] van der Giessen en ten noorden Willem de Vries, eveneens op 29 sept. 1797 verkocht aan Leendert Dammesz. van 't Zelfde voor 2026 gld. Het gemaakt goud en zilver en de kleren van de overledene zijn onderling overgenomen. De in de boedel aanwezige beesten, gereedschappen, melk- en vlasgerij en de huisraad zijn reeds uit de boedel verkocht aan de erfgenamen of door hen overgenomen. Hiervoor werd op 30 sept. 1797 een openbaar boelhuis gehouden welke verkoop in totaal 359 gld. en 18 stuivers opbracht. De goederen betroffen: (overgenomen door de weduwe van Pieter de Snoo:) eenig hooij te velde, een mesthoop, drie beesten, drie bedden, een stuk linnen, een horloge, een paar zilveren schoengespen, een paar zilveren broekknoopen, enige zilveren hembsdrokknopen, een paar gouden hembsdrokknopen, enige klederen, twee notenboomen, 210 stenen vlas, huur voor de woonkeet van Pieter Hooijmeijer, van de weduwe van Jan Nouten twee maal een half jaar huur van 't huisje, Ύ deel van een beest, een spaaij en ontvangst voor 't gebruik van de weij (samen t.w.v. ƒ 815,16). De door Paulus de Snoo overgenomen goederen bedroegen ƒ 55,- en bestonden uit een agtendeel, een zeijle kleet, een Ό deel van een beest, een spekbak en opbrengst uit de verhuur van weiland. De door Gerrit de Snoo overgenomen goederen bedroegen ƒ 110,60 en bestonden uit een ijseren plaat, eenige beddeveeren, een zakje, een ketel, een bierkan, twee kandelaars, twee theeblaadjes, een koffiekan, een Ό van een beest, drie akkers griendland en wat opbrengst uit spreeland. Cornelis Bakker huisvrouw van Marijgje de Snoo [natuurlijk andersom] Ό deel van een beest, ’t gebruik van de schuur, enige zakken, een zeef, een plank, een scherm, eene mergen spreeland (samen t.w.v. 61 gulden 2 stuivers). Tot de lasten van de boedel behoorden de aflossing van een hypotheekbrief van 2100 gld. aan de weduwe van Pieter Maaskant en de betaling van de lage omslag aan Hendrik Ido Ambacht. Aan Otto de Snoo moest nog 300 gld. geleend geld worden terugbetaald en aan Gerrit de Snoo voor verpondingen 16 gld. Dit bracht de totale waarde van de boedel op 1991 gld. 13 stuivers en 15 penningen waarvan de helft plus een kindsdeel toekwam aan de echtgenote. Voor de begrafenis 11 gulden en 26 stuivers. Voor de kindsdelen kwamen op: Paulus de Snoo, wonende onder 't volgerland van Sandelingenambacht, Gerrit de Snoo, eveneens wonende aldaar, Cornelis Bakker, wonende onder 't volgerland van Groote Lindt, voor de op 23 nov. 1797 overleden Marijgje de Snoo, en de minderjarige kinderen Cornelia, Maria, Arij, Pietertje, Leentje en Hendrik de Snoo, voor welke kinderen Leendert en Maarten Dammesz. van 't Zelfde als voogden optraden. De akte werd getekend door Paulus en Gerrit de Snoo, Cornelis Bakker en Leendert en Maarten van 't Zelfde. Ariaantje de Jong plaatste haar handmerk.

1800 :  RA `s-Gravendeel.
Arij weduwnaar van Ariaantje Groenewoud stelt voogdijschap in over zijn 2 nog zeer jonge kinderen. Hij wordt voogd. Toeziend voogd Paulus de Snoo onder Hendrik Ido Ambacht (Bron: fiche van Streekmuseum Heinenoord). Niet beschikbaar bij Hist. ver. `s-Gravendeel. Van bron J.H. van der Boom: Aanstelling van voogden door de weeskamer. Comp. Arij de Snoo, wedr. van Ariaantje Groenewoud, wonende te 's-Gravendeel. Zijn vrouw is overleden, nalatende twee nog zeer jonge kinderen, zonder enige testamentaire dispositie en dus ook zonder het stellen van voogden waarom Arij de Snoo uitkoop wil doen van zijn kinderen. Schout en schepenen van 's- Gravendeel geven hiervoor, in hun functie als weesmeesters, toestemming. Arij zal in het bezit van de gehele boedel blijven mits hij de verplichting op zich neemt de twee minderjarige kinderen behoorlijk op te voeden en te alimenteren tot ze meerderjarig zijn of tot hun huwelijksdag als die eerder zou vallen. Tenslotte worden tot voogden benoemd: de vader Arij de Snoo en als toeziend voogd Paulus de Snoo, wonende onder Hendrik Ido Ambacht. w.g. H. Pasman, schout, H. van Warendorp en P. Naaktgeboren, schepenen, F. van de Koppel, secretaris, en A. de Snoo.

16 december 1809 :Testament RA `s-Gravendeel 70 1809. .
Arij testeert deze dag. Erfgenamen: zijn 2 voorkinderen verwekt bij zijn eerste vrouw Adriaantje Groenewoud, benevens zijn tegenwoordige vrouw Cornelia de Vries. Voogden Pieter de Vries en Abraham Naaktgeboren de jonge. Tot toeziend voogd is benoemd Paulus de Snoo wonende onder Hendrik Ido Ambacht (Bron: fiche Streekmuseum Heinenoord). Arij is erfgenaam bij testeren van zijn vrouw Cornelia de Vries op 16-12-1809 (fiches Streekmuseum Heinenoord).