|
tr.
met
Cornelis Anthoniszoon Sijbrants (Cornelis Anthoniszoon) van Oistendam (van Oostend), zn. van Anthonis Adriaens Sijbrants (waersman) en Jannechien Sijbrants Nieuwenboer, geb. circa 1535, schout van Rijsoord, ovl. op 2 feb 1602.
Cornelis Anthoniszoon Sijbrants van Oistendam (van Oostend).
Herberts dochter Truycken wordt genoemd als landeigenaresse in Ridderkerk en waardinne te Oostendam, ze trouwt (2) met Cornelis Anthonisz Sijbrants alias Oistendam, o.a. schout van Rijsoord, zie ook onder Adriaen Herbarensz.
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Marijken | *1570 | Rijsoord | †1651 | Rijsoord | 80 | 1 | 3 |
Herbaren Willemsz van Houwelingen | |
Herbaren Willemsz van Houwelingen, geb. Hardinxveld circa 1485, Leenman van de hofstad Arkel met grond in Hardinxveld, ovl. op 6 okt 1564. |
tr. (1) in 1543
met
tr. (3)
met
Huibertje Jans Doyensdr, dr. van Jan Doeijens, geb. circa 1490, ovl. in nov 1541.
Uit dit huwelijk 2 kinderen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Truijcken | *1535 | 1 | 1 | ||||
2 | Willem | *1535 | 1 | 1 |
tr. in 1543
met
Herbaren Willemsz van Houwelingen, zn. van Willem Adriaens van Houwelingen (Leenman van de hofstad Arkel met grond in Hardinxveld), geb. Hardinxveld circa 1485, Leenman van de hofstad Arkel met grond in Hardinxveld, ovl. op 6 okt 1564, Hij krijgt geen kinderen. |
tr.
met
Margriet (Grietje) Lenaertsdr Cranendonck, dr. van Lenert Gerritsz Cranendonck en Mariken Woutersdr, geb. Ridderkerk in 1526, ovl. aldaar in apr 1581.
Uit dit huwelijk 3 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Lenaert | *1563 | Ridderkerk | †1635 | Rijsoord | 71 | 1 | 3 |
2 | Daniël | *1568 | Ridderkerk | 1 | 9 | |||
3 | Cleijs | *1560 | †1628 | 68 | 1 | 1 |
tr.
met
Fop Claesz van Driel, zn. van Claes Dircksz van Driel en Nelleke (Niesje) Schouten, geb. Ridderkerk circa 1525, ovl. Heinenoord op 1 apr 1590.
Fop Claesz van Driel.
Omdat Dirck Claesz reeds op relatief jonge leeftijd overleed, is van hem weinig bekend. In 1542 werd hij samen met zijn vader aangeslagen voor 11 1/2 morgen land in Oost Barendrecht. In 1559 werd dit land onder Oost-Barendrecht gebruikt door zijn broer Fop Cleys Dircxz : "ses mergen toecomende Aert Pietersz erffgenaemen, IIIJ 1/2 mergen eygen lants zelver bruyckende toebehorende de Barendrechtse kerck " Fop van Driel was voogd van Joris Dirksz, het weeskind van Dirck Claesz, zodat niet uitgesloten moet worden dat hij dit land gedeeltelijk namens het weeskind gebruikte. Op 18 juni 1550 trad Claes van Driel Dircxz, grootvader, op als momber en bestorven voogd van het onmondige kind van zaliger Dirck Cleijsz. De naam van dit weeskind is bekend uit een akte van 12 nov 1559, op welke datum Vop van Driel Claesz, als momber en bestorven voogd van Joris Diercxz, een jaarlijkse rente van 6 Rijnsgulden kocht. Blijkbaar was de voogdij na het overlijden van de grootvader Claes van Driel Dircksz ca. 1552 overgegaan op Fop Claesz van Driel, de oom van het weeskind.
Boer te Ridderkerk, dijkgraaf van de polders Oud en Nieuw-Reijerwaard ca.1572-87, Rentmeester van de Heerlijkheden Ridderkerk en IJsselmonde 1580-81. Heemraad 1559-60 en Schout 1560-87 van Ridderkerk. Het familiewapen vertoont een rode, tweekoppige adelaar in goud.
Het geboortejaar van Fop Claesz. van Driel is af te leiden uit diverse akten waarin zijn leeftijd wordt gemeld: hij was 40 jaar op 19 april 1564, 43 jaar op 15 maart 1566 (= 1567) en "omtrent" 55 jaar op 12 juli 1577. Zijn overlijdensdatum laat zich indirekt reconstrueren: op 12 april 1590 werd te Ridderkerk een kind Fop gedoopt, zoon van Fop Claeijsz. en Leentijen Aertsdr. Gelet op het feit dat het kind vernoemd werd naar de vader, is zeer wel denkbaar dat deze op de doopdatum reeds was overleden: al op 1 april 1590 had Daniel Foppen "sijn voechtdichscap opgeseijt Cleijs Foppen van Driel", die dit blijkbaar korte tijd over Daniel had uitgeoefend. Fop Claesz. van Driel was ca. 1552 enig mannelijk erfgenaam van zijn vader: zijn (oudere) broer Dirck Claesz. was reeds enkele jaren eerder overleden. Het is daarom begrijpelijk, dat hij in de daarop volgende jaren werd genoemd als voogd over de weeskinderen van zijn broer Dirck Claesz. (1559), zijn zuster Anneken Claesdr. (1560) en zijn zuster Daentge Claesdr. (1571). Veel minder duidelijk is een vermelding uit 1559, waarin hij werd genoemd als "bestorven voogt" van Dierck Ariaensz, het onmondige weeskind van Ariaen Woutersz. zaliger, dat in 1563 in Zevenbergen verbleef. Evenmin is duidelijk wat de familierelatie was met het weeskind van Cornelis Jan Huigen te Zevenbergen, waarvan Fop van Driel in 1578 als bloedvoogd van grootvaderswege werd genoemd. Jan Huijgen, grootvader van het weeskind, had in 1560 een huis te Zevenbergen gekocht en was aldaar overleden voor 6 maart 1573. Wellicht was deze Jan Huijgen een familielid van de nog onbekende moeder van Fop Claesz. van Driel. Opmerkelijk is, dat op 3 januari 1581 als voogd van het weeskind van Comelis Jan Huijgensz. werd genoemd een Lenaert Phoppens, terwijl in de boedel van het weeskind een schuldbekentenis van Fop van Dniel voorkwam. Uit bovenstaande voogdijstellingen en latere vestiging aldaar van twee kleinkinderen van Fop van Driel blijkt een connectie met familieleden in Zevenbergen die nog niet verklaard is. Frappant is in dat verband het grondbezit in Zevenbergen van de Antwerpse lakenkoopman Leendert van Driel, die omstreeks 1563 bankroet was gegaan. Vanaf 1553/1554 wordt in de polderrekeningen van Nieuw-Reijerwaard een bepaald dijkvak omschreven als: "den dijck tot Vop Cleijsz. toe", resp. "van Vop Cleijsz. of'. Hoewel de rekeningen over de jaren 1543 t/m 1552 ontbreken, is duidelijk dat dit hetzelfde dijkvak is dat tot in 1542 werd aangeduid als "den dijck van Cleys Dirckss off, resp. "tot Cleijs Dirckss. toe". Fop Cleijsz. was blijkbaar, net als zijn vader Cleijs Dircksz, gevestigd aan de dijk aan de westzijde van de polder Nieuw-Reijerwaard: de Hordijk. Fop Claesz. van Driel werd enige malen vermeld als heemraad van Ridderkerk (1559-1560), maar werd reeds in 1560 door de rentmeester van de ambachtsheer aangesteld als schout. Fop van Driel vervulde deze functie, die eerder bekleed was door zijn vader, gedurende vele jaren (1560-1587) tijdens een roerige periode in de geschiedenis. Ondanks het feit dat tijdens zijn arnbtstermijn de overgang plaatsvond naar de reformatie, is geen enkele aanwijzing gevonden dat Fop van Driel, als .n van de vertegenwoordigers van het "oude regime", moeite heeft gehad zijn positie vast te houden. Integendeel: hij wist meer belangrijke plaatselijke functies te verwerven. Vanaf ca. 1572 was hij dijkgraaf van de polders Oud- en Nieuw~Reijerwaard (ca. 1572-1587) en in 1580 en 1581 werd hij vermeld als rentmeester van de heerlijkheden Ridderkerk en Ijsselmonde. Na het overlijden van zijn vader ca. 1552, nam Fop van Driel het huis met de bijbehorende landerijen in Cornelisland en omgeving over: reeds in 1552 werd hij belast wegens de helft van het "huys daer die helft met dat lant off an gebrocht is". Bij dit grondbezit behoorden, enige percelen land gelegen onder Oost-IJsselmonde, juist aan de andere zijde van het oude (Willaerts)dijkje. Er is daarbij sprake van een perceel van 5 morgen in het vijfde hoef (vermeld vanaf 1557) en van een perceel van 5 (later: 7) hont in de tweede hoef, dat volgens een akte uit 1556 gekocht was in 1546. Opmerkelijk is, dat het perceel in de vijfde hoef grensde aan landerijen die toebehoorden aan andere leden van het oude geslacht Van Driel: Comelis Claesz. van Driel (1556), Adriaen Anthoenis van Driel en Pieterije Comelisdr. van Driel (1583), Nieske Cornelisdr. van Driel en Hendrick de Raedt, echtgenoot van Hildegond Cornelisdr. van Driel (1587). Wellicht waren deze landerijen afkomstig uit het patrimoniale bezit van Cornelis Dircksz. van Driel. In de loop der jaren breidde Fop van Driel het vaderlijk erfgoed gestaag uit. Er zijn vele transacties bekend, waarbij door hem percelen land werden gekocht, o.a. in Ridderkerk (tien aankopen tussen 1562 en 1581) en in Oost-IJsselmonde (1563, 1575). Slechts zeer incidenteel (in 1579 en 1587) werd door hem land (in Oost-IJsselmonde) van de hand gedaan, en dit lijkt eerder samen te hangen met efficiente bedrijfsvoering dan met geldgebrek. Wat dit laatste betreft, moet gesproken worden van het tegendeel, want uit diverse door hem verstrekte leningen blijkt een behoorlijke welstand. Fop van Driel verstrekte deze leningen door verkoop van rentebrieven (1558, 1563, 1572); slechts eenmaal staat hij te boek als koper van een rentebrief (1583). Het uitgebreide landbezit van Fop van Driel blijkt duidelijk uit een tweetal kohieren uit 1575/1577 van resp. Ridderkerk en Usselmonde. Hierin komt hij naar voren als eigenaar van acht percelen land met een totaal oppervlakte van 33 morgen 2 1/2 hont, terwijl hij bovendien ruim 28 1/2 morgen gebruikte van andere eigenaars, verdeeld over acht percelen. Verder is bekend, dat hij nog diverse landerijen onder Barendrecht bezat, zodat Fop van Driel zonder meer kan worden aangeduid als "herenboer". Na zijn overlijden verbrokkelde dit landbezit, want het moest worden verdeeld onder acht kinderen en de weduwe. Desondanks behoorden de zoons van Fop van Driel tot de welvarende ingezetenen van Ridderkerk en omgeving. In 1591 voerde zoon Cleijs Foppen van Driel diverse zaken voor het gerecht van Ridderkerk, die alle betrekking hadden op achterstallige betalingen. Al deze vorderingen hadden betrekking op bedragen die zijn vader Fop Cleijsz. van Driel nog tegoed had: wellicht had deze in de laatste jaren van zijn leven de administratie enigszins verwaarloosd. Zo eiste Cleijs Foppen op 17 december 1591 betaling van 10 pond 7 stuivers van Sebastiaen Adrijaen Vuijck, vanwege geleverde gerst "wutwijssende het boeck van Fop C.
Uit dit huwelijk 3 zonen:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Lenaert | *1563 | Ridderkerk | †1635 | Rijsoord | 71 | 1 | 3 |
2 | Daniël | *1568 | Ridderkerk | 1 | 9 | |||
3 | Cleijs | *1560 | †1628 | 68 | 1 | 1 |
tr.
met
Nelleke (Niesje) Schouten, geb. Ridderkerk in 1490, ovl. aldaar in 1552.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Fop | *1525 | Ridderkerk | †1590 | Heinenoord | 64 | 1 | 3 |
tr.
met
Claes Dircksz van Driel, zn. van Dirck Cornelisz van Driel, geb. in 1485, ovl. Ridderkerk in 1552.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Fop | *1525 | Ridderkerk | †1590 | Heinenoord | 64 | 1 | 3 |
|
Hij krijgt een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Claes | *1485 | †1552 | Ridderkerk | 67 | 1 | 1 |
tr.
met
Aaltje .
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Pieter | ~1669 | Barendregt | †1736 | 66 | 1 | 4 |
tr.
met
Ingen Hordijk, zn. van Pieter Hordijk en Maritje , geb. Barendregt circa 1640, ovl. in 1696.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Pieter | ~1669 | Barendregt | †1736 | 66 | 1 | 4 |
tr.
met
Maritje .
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Ingen | *1640 | Barendregt | †1696 | 56 | 1 | 1 |
tr.
met
Pieter Hordijk, zn. van Inge Hordijk en Neeltje Maartensdr, geb. Barendregt circa 1606.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Ingen | *1640 | Barendregt | †1696 | 56 | 1 | 1 |
tr. in 1593
met
Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Pieter | *1606 | Barendregt | 1 | 1 | |||
2 | Gerrit | *1602 | †1652 | Piershil | 49 | 1 | 7 |
tr. in 1593
met
Inge Hordijk, zn. van Adriaen Jacobsz Hordijk (landbouwer aan Hordijk, penningmeester Dirk Smeetsland, heemraad Oost Barendrecht & Ziedewij) en Grieten (Margarethe Japhetsdr) in 't Veld, geb. Barendregt circa 1570, ovl. aldaar circa 1617.
Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Pieter | *1606 | Barendregt | 1 | 1 | |||
2 | Gerrit | *1602 | †1652 | Piershil | 49 | 1 | 7 |
tr. circa 1510
met
Cornelis Gerritsz Cranendonck, zn. van Gerrit Roelofsz Cranendonck (landbouwer, heemraad van Oud- en Nieuw-Reijerwaard (1497)) en Beatrijs , geb. Ridderkerk circa 1480, ovl. Sandelingen-Ambacht circa 1556.
Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Sebastiaantgen | *1519 | Sandelingen Ambacht | †1567 | 47 | 1 | 4 |
tr.
met
Jannetje .
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jacob | *1510 | IJsselmonde | †1575 | Oost Barendrecht | 65 | 1 | 2 |
tr.
met
Adriaan Gerritsz Hordijk, zn. van Gerrit Hordijk, geb. IJsselmonde circa 1470, 1587-1595 Boer, Heemraad 1587-1595, ovl. Oost-Barendrecht circa 1535.
Adriaan Gerritsz Hordijk.
Waarsman van Oud-Reijerwaard 1510-1511, heemraad van Dirk Smeetsland 1532.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jacob | *1510 | IJsselmonde | †1575 | Oost Barendrecht | 65 | 1 | 2 |
Hij krijgt een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Adriaan | *1470 | IJsselmonde | †1535 | Oost-Barendrecht | 65 | 1 | 1 |
otr. Delft (Oude Kerk) op 19 apr 1732, tr.
met
Dirck Dirck Ariensz van Noort1, zn. van Dirk Ariense van Noort (bouwman) en Betje Pieters Cole, ged. Kethel op 7 apr 1707, ovl. Abtsrecht op 29 nov 1766.
Bronnen:
1. | Prometheus Kwartierstatenboek (Deel XVI), Deel XVI (blz. 16) |
tr. Pernis op 22 jan 1679
met
Trijntje Jansdr Vrijland, dr. van Jan Jansz Comejan Vrijland (bouwman) en Neeltge Leendertsdr Welhoeck, geb. circa 1651, begr. Pernis op 7 feb 1735.
Uit dit huwelijk 9 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Neetje | *1683 | 1768 | Pernis | 85 | 1 | 1 | |
2 | Aert | ~1692 | Pernis | †1754 | Pernis | 61 | 1 | 9 |