tr. voor 1586
met
Lubbert Martensz, zn. van Marten Aertsz en Geertje Noy, geb. circa 1560, ovl. in 1616.
Lubbert Martensz.
6-1-1607: Lubbert Marthens bewijst zijn 7 kinderen bij Jacobje Harmens ieder ?28 gld daarbeneffens de 3 olste zonen onder hun drieλn 20 schapen die hun datelick uitgericht zijn en Cornelis en Jan ten mondige dage ieder 5 schapen en de 2 meisjes ten mondige dage een kist en een bed en gekleed en geschoeid als men huysluyden kinderen behoort te doen, met goedvinden van Aert en Harmen de oudsten van de kinderen en Claes Harmens, Wyme Harmens en Bart Everts als oom, moye en neve van de kinderen van moederswege.
In de marge staat vermeld:.
05-09-1616: Beeltje Lubberts en Reyer van Voorst en Gerrit Meynten als getuigen dat zij Beeltje en Aert Lubberts, Cornelis (?) en Naeltje Lubberts van deze bekenning voldaan zijn.
02-04-1611: Lubbert Martens geeft zijn dochter Beeltje Lubberts mee 60 gld en dat voor Beeltgens moeders versterf.
10-01-1618: Jannetje Henricks, weduwe van Lubbert Martens schenkt aan Reyer Joachims en zijn kinderen 83 gld als rest van de koopsom van een hof.
9-7-1619: Jannetje Henricks weduwe van Lubbert Martens bewijst haar 5 kinderen 567 gld. en nog 175 gld die de voors. kinderen aangehuwd zijn van hun zaliger broeder Aert Lubberts, de helft van een huis aan de Smeepoorterbrinck en de helft van Jannetjes moeders aandeel aan de Grescamp enz. met goedvinden van Noy Martens, Jan Henricks, Lubbert Lubberts en Peter Reyers als respectievelijk oemen, mombers en broeder van de kinderen van vaders wege.
20-03-1628: Janneke Henricks geass. met Jan Renden haar man bewijst haar kinderen Jacobje en Marten Lubberts bij zaliger Lubbert Martens, en Dieltje bij zaliger Henrick Cornelis, de helft van haar onroerende goederen t.w. de helft van een huis aan de Smeepoortenbrinck, de helft van haar moeders aandeel van de Grascamp en van het hooiland op de olde meen en voor het gerede ieder kind 20 gld; hiermee zijn teniet de voorgaande brieven van bekenning dd. 9 juli 1619 en 22 april 1626, met goedvinden van Jan Hendricks, Lubbert Lubberts, Jacobje Lubberts, Reyer Cornelis en Gerrit Cornelis, naaste vrunden van de resp. kinderen van vaderswege.
17-4-1630 werd in de marge werd toegevoegd dat Frans Driess en Jacobje Lubberts echtelieden, kwiteren.
Lubbert Martensz en Jacobje Harmens
1607 jan.6. fol.
Lubbert Marthens bekent zijn 7 ki. bij Jacobje Harmens ieder 28 gl daarbeneffens de oudste 3 zonen onder hun drieλn 20 schapen, die hun datelick uitgericht zijn, en Cornelis en Jan ten mondigen dage ieder
5 schapen en de 2 meisjes ten mondigen dage een kist en een bed en gekleed en geschoeid als men huysluyden kinderen behoort te doen, met goedvinden van Aert en Harmen de oudsten van de kinderen en Claes Harmens,
Weyme Harmens en Bart Everts als oom, moye en neve van de kinderen van moederswege.
1616 in de marge: 11 sept.5 Beeltje Lubberts en Reyer van Voorst en Gerrit Meynten als getuigen dat zij Beeltje en Aert Lubberts, Cornelis' en Aeltje Lubberts van deze bekenning voldaan zijn.
Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Beeltje | *1589 | 1 | 4 |
tr. Harderwijk voor 1559
met
Geertje Noy, dr. van Noy Hendricksz en Jannetje , ovl. na 1593.
Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Lubbert | *1560 | 1616 | 56 | 1 | 8 |
tr. Harderwijk voor 1559
met
Marten Aertsz, zn. van Aert Martensz en Weijme Jongen (vermeld als lidmaat in 1561), geb. in 1534, ovl. na 1613.
Marten Aertsz.
26-04-1545: Weyme Jongen met Claez Martez haar gekoren momber en Marten Aertsz haar zoon en Claes voors. (= voornoemd) als een oom en momber van Weymes kinderen, dragen op aan Aelt Wijnez een hofstede te Hierden tussen Steven Coot oostwaarts ten eenre en Gerrit Jonge ter andere zijde westwaarts, voor de waring zet zij te onderpand haar hofstede te Hoophuysen tussen het land van Alert Claesz ter eenre en Wilhem van der Maten erfg. ter andere zijde daar zij woont.
31-8-1545: Weym Jongen getuigt dat Bye Reyers na dode van haar man aan haar kinderen de een dit en de ander dat in gebruik gegeven heeft haar leven lang en teyndens haar dood zou alle goed gedeeld worden en dat Bye dat "Hoysyde" en "Boekhorstkamp" voor zich hield tot haar dood toe.
31-08-1545: Weyme Arent Martez bekende haar kinderen voor hun vaders goed de helft van het erfgoed als haar man Aert zaliger en zij samen gehad hebben.
20-11-1551: Claes Martez met Anna zijn ehe wijf, Cornelis Martez, Aert Aeltsz met Nale zijn ehe wijf en Elsse Aelts met Claes Martez haar oom en gecoren momber, mede voor hun broeders Marten en Aelt Aeltsz die nog onmondig zijn, als naaste vrunden (= verwanten) en erfgenamen van Joyst Martez, bekenden dat en alzo Joyst voirs. in voortijden verkocht heeft aan Wyme Jongen zijn aandeel in "Boeckhorsterf", uitgezonderd zijn aandeel in "de Aldemheen", bekenden dat zij die koop van waarde houden, met dien bescheide dat de kinderen van Wyme voirsz die sij bij Aert Martez zaliger heeft, de naasten hiertoe en dat die dat aandeel -want die van den bloede zijn- hebben en beholden zullen, wat Weyme ook alzo overgegeven heeft, en als Joyst te eniger tijd weder kwam, dat zij dan elk de penningen die zij daarop ontvangen hebben, aan Wyme en haar kinderen weder uitrichten zullen.
26-11-1559: Claes Martez en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Weym Jonges met haar kinderen hun aandeel aan "Boekhorstgoed" (achter in Hierden tho Hoephuijsen). Weym Jongen met Marten en Henrick haar zoons mede voor haar andere onmondige broeder en zuster beloven Claes Martez te vrijwaren van een rente van 10 stuivers 's jaars als zij schuldig zijn uit dat goed.
08-10-1559: Lubbert Wilhelmsz draagt op aan Marten Aertsz en Geertje Neugen zijn ehe wijf zijn ouders huis staande op der stad land, zoals zijn oom Egbert Lubbertsz hem dat verkocht heeft.
Marten Aertsz en Geertje Neuge zijn ehe wijf schenken aan Lubbert Wilhemsz 25 gld onder verband van hun aandeel aan de hofstede daar zij op wonen, genaamd "Neuge Henrickshofstede".
7-12-1561: Weyme Jongen met Marten en Henric haar zoons bekennen dat de bekenning als Claes Martez en Anna zijn ehe wijf op 26 nov 1559 gedaan hebben, alleen het aandeel van Claes en Anna aan de hofstede van "Fluytersgoed" betreft.
13-7-1561: Weyme Jongen met Marten en Henrick Aertsz haar zonen mede voor haar andere kinderen broeders en zusters dragen op aan Bene Beertsz een kamp lands te Hierden naast "het Papenerve" ter eenre en Grietje Brincks ter andere zijde, Claes Martenss en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Wyme Jongen met haar kinderen een stuk land genaamd dat "Geertgen op de Beek".
08-02-1578: Marten Aerts en Geertje zijn huis vrouw verkopen aan Claes Egberts en Gerritje zijn huis vrouw een hofstede die Claes nu bewoont in Hierden naast Evert Tymans. Claes Egberts en Gerritje zijn huis vrouw dragen de hofstede op aan Willem Cre.
06-06-1593: Hendrickje Neuyen met Jan Wijnen haar gec. momber draagt op aan Marten Aerts en Gerritje Neuyen zijn huis vrouw de ? van 6 schepel land daar Marten zijn huis vrouw de wederhelft van toekomt in de Hierder Lage Enck naast de nonnen ter eenr en de frater ter andere zijde.
21-08-1598: Marten Aerts en Henrick Toenis timmerman, verklaren ter inst. van Thomas Cornelis dat omtrent 12 jaar geleden in de troebele tijden hij Marten als momber van het nakind van zaliger Jan Brants en Aelt Gotschalcks als momber van de onmondige voorkinderen van Jan Brants aan producent een schaapsschot verkocht hebben voor 12 gld.
12-09-1600: Marten Aerts, oud 66 jaar, verklaart ter institutie van Reyer Reyers, apteker, dat hij goed te Hierden aan de Duynen, toebehorende de joffer van Wylick vrouwe van Hemmen en Blitterswyck en daarna ongeveer 31 jaar op het goed gewoond heeft en dat hij jaarlijks vanwege de landvrouwe ontving 1 mudde haver van de bouwman van het erf en goed daar nu Dirck Jans op woont, welk goed Gerrit en Jan Bosch c.s. toebehoorde.
Anna, de weduwe van Aelt Wijnes, oud 70 jaar, verklaart dat zij met haar man bij de 30 jaar gewoond heeft op dat erf.
15-08-1613: Aertgen Martens, weduwe van Lubbert Thonis, met Marten Aerts haar vader bekent haar 2 kinderen elk een bed .... en elk 125 gld en een koe, met goedvinden van Jacob Jans en Cornelis Joachims naaste vrunden van vaderswege.
Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Lubbert | *1560 | 1616 | 56 | 1 | 8 |
tr. voor 1534
met
Weijme Jongen, vermeld als lidmaat in 1561, ovl. na 1561, tr. (2) na 1543 met Joost Peelen. Uit dit huwelijk 2 kinderen.
Weijme Jongen.
14-07-1542: Aert Martez en Weyme zijn ehe wijf dragen op aan Stheven Reynersz en Maria zijn ehe wijf, hun aandeel aan de hofstede met toebehoren daar zaliger Reyer Aerts de Fleuter op gestorven is te Hierden naast Geergen Wijne, zo die in voortijden aan zaliger Reyer Fleuter, hun aldevader (=grootvader), gegeven en opgedragen is.
Steven Reinersz en Marie zijn ehe wijf dragen op aan Arent Martez en Wyme Jongen zijn ehe wijf, hun aandeel aan een erf en goed genaamd "Boeckhorst", gelegen in de vrijheid op (= bij) de Hierderbeeck, dat hem van hun vader Reyer Aerts die Fleuter is aangeed, behalve 2 kampen (= stukken grond), die eene genaamd "Hosyde" aan de Schamansweg en de andere gelegen aan de Monnickensteeg genaamd "Boekhorstkamp". [FROM 1542] (source:.
- 2 CONC rec. 134, fol. 145).
gebeurtenis: vermelding.
26-04-1545: Weyme Jongen met Claez Martez haar gekoren momber en Marten Aertsz haar zoon en Claes voors. (= voornoemd) als een oom en momber van Weymes kinderen, dragen op aan Aelt Wijnez een hofstede te Hierden tussen Steven Coot oostwaarts ten eenre en Gerrit Jonge ter andere zijde westwaarts, voor de waring zet zij te onderpand haar hofstede te Hoophuysen tussen het land van Alert Claesz ter eenre en Wilhem van der Maten erfg. ter andere zijde daar zij woont [FROM 1545] (source:.
- 2 CONC rec. 134, fol. 252vso).
gebeurtenis: vermelding.
31-8-1545: Weym Jongen getuigt dat Bye Reyers na dode van haar man aan haar kinderen de een dit en de ander dat in gebruik gegeven heeft haar leven lang en teyndens haar dood zou alle goed gedeeld worden en dat Bye dat "Hoysyde" en "Boekhorstkamp" voor zich hield tot haar dood toe. [FROM 1545].
gebeurtenis: vermelding.
31-08-1545: Weyme Arent Martez bekende haar kinderen voor hun vaders goed de helft van het erfgoed als haar man Aert zaliger en zij samen gehad hebben. [FROM 1545] (source:.
- 2 CONC rec. 134, fol. 265vso).
gebeurtenis: vermelding.
20-11-1551: Claes Martez met Anna zijn ehe wijf, Cornelis Martez, Aert Aeltsz met Nale zijn ehe wijf en Elsse Aelts met Claes Martez haar oom en gecoren momber, mede voor hun broeders Marten en Aelt Aeltsz die nog onmondig zijn, als naaste vrunden (verwanten) en erfgenamen van Joyst Martez, bekenden dat en alzo Joyst voirs. in voortijden verkocht heeft aan Wyme Jongen zijn aandeel in "Boeckhorsterf", uitgezonderd zijn aandeel in "de Aldemheen", bekenden dat zij die koop van waarde houden, met dien bescheide dat de kinderen van Wyme voirsz die sij bij Aert Martez zaliger heeft, de naasten hiertoe en dat die dat aandeel -want die van den bloede zijn- hebben en beholden zullen, wat Weyme ook alzo overgegeven heeft, en als Joyst te eniger tijd weder kwam, dat zij dan elk de penningen die zij daarop ontvangen hebben, aan Wyme en haar kinderen weder uitrichten zullen.
26-11-1559: Claes Martez en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Weym Jonges met haar kinderen hun aandeel aan "Boekhorstgoed" (achter in Hierden tho Hoephuijsen). Weym Jongen met Marten en Henrick haar zoons mede voor haar andere onmondige broeder en zuster beloven Claes Martez te vrijwaren van een rente van 10 stuivers 's jaars als zij schuldig zijn uit dat goed.
7-12-1561: Weyme Jongen met Marten en Henric haar zoons bekennen dat de bekenning als Claes Martez en Anna zijn ehe wijf op 26 nov 1559 gedaan hebben, alleen het aandeel van Claes en Anna aan de hofstede van "Fluytersgoed" betreft.
13-7-1561: Weyme Jongen met Marten en Henrick Aertsz haar zonen mede voor haar andere kinderen broeders en zusters dragen op aan Bene Beertsz een kamp lands te Hierden naast "het Papenerve" ter eenre en Grietje Brincks ter andere zijde, Claes Martenss en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Wyme Jongen met haar kinderen een stuk land genaamd dat "Geertgen op de Beek".
Wordt ook genoemd Weyme Arent Martez, Weym Jongen, Weyme Jongen, Weijme Jongen.
Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Marten | *1534 | 1613 | 79 | 1 | 4 |
tr. (1) voor 1534
met
Aert Martensz, zn. van Marten Aeltsz Vermeer en Alijt Reijers Fleuter, geb. in 1504, ovl. in 1543.
Aert Martensz.
29-12-1531: Reijer Aertsz Fleuter draagt op aan Aert Martensz zijn neve (= kleinzoon) de erfpacht die hij van de stad heeft en zijn huis; Aert Martensz zal Reijer Aertsz en zijn huisvrouw hun leven lang in hun huis laten en zijn vader voor de bekenning ongemaand laten.
14-07-1542: Aert Martez en Weyme zijn ehe wijf dragen op aan Stheven Reynersz en Maria zijn ehe wijf, hun aandeel aan de hofstede met toebehoren daar zaliger Reyer Aerts de Fleuter op gestorven is te Hierden naast Geergen Wijne, zo die in voortijden aan zaliger Reyer Fleuter, hun aldevader (grootvader), gegeven en opgedragen is.
Steven Reinersz en Marie zijn ehe wijf dragen op aan Arent Martez en Wyme Jongen zijn ehe wijf, hun aandeel aan een erf en goed genaamd "Boeckhorst", gelegen in de vrijheid op de Hierderbeeck, dat hem van hun vader Reyer Aerts die Fleuter is aangeed, behalve 2 kampen (stukken grond), die eene genaamd "Hosyde" aan de Schamansweg en de andere gelegen aan de Monnickensteeg genaamd "Boekhorstkamp".
31-8-1545: Weym Jongen getuigt dat Bye Reyers na dode van haar man aan haar kinderen de een dit en de ander dat in gebruik gegeven heeft haar leven lang en teyndens haar dood zou alle goed gedeeld worden en dat Bye dat "Hoysyde" en "Boekhorstkamp" voor zich hield tot haar dood toe.
31-08-1545: Weyme Arent Martez bekende haar kinderen voor hun vaders goed de helft van het erfgoed als haar man Aert zaliger en zij samen gehad hebben.
27-3-1546: Berent Martez verkoopt aan Cornelis Martez zijn broer en Marie zijn ehe wijf het versterf van zijn aldemoeder (grootmoeder) Bye Reyers zaliger (de weduwe van Reyer Aertsz die Fleuter) en van zijn moeder Alyt Martes (Alijt Reijersdr, echtgenote van Marten) zaliger en van zijn broer Henrick Maretz zaliger.
Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Marten | *1534 | 1613 | 79 | 1 | 4 |
tr. (2) na 1543
met
tr. na 1543
met
Weijme Jongen, vermeld als lidmaat in 1561, ovl. na 1561.
Weijme Jongen.
14-07-1542: Aert Martez en Weyme zijn ehe wijf dragen op aan Stheven Reynersz en Maria zijn ehe wijf, hun aandeel aan de hofstede met toebehoren daar zaliger Reyer Aerts de Fleuter op gestorven is te Hierden naast Geergen Wijne, zo die in voortijden aan zaliger Reyer Fleuter, hun aldevader (=grootvader), gegeven en opgedragen is.
Steven Reinersz en Marie zijn ehe wijf dragen op aan Arent Martez en Wyme Jongen zijn ehe wijf, hun aandeel aan een erf en goed genaamd "Boeckhorst", gelegen in de vrijheid op (= bij) de Hierderbeeck, dat hem van hun vader Reyer Aerts die Fleuter is aangeed, behalve 2 kampen (= stukken grond), die eene genaamd "Hosyde" aan de Schamansweg en de andere gelegen aan de Monnickensteeg genaamd "Boekhorstkamp". [FROM 1542] (source:.
- 2 CONC rec. 134, fol. 145).
gebeurtenis: vermelding.
26-04-1545: Weyme Jongen met Claez Martez haar gekoren momber en Marten Aertsz haar zoon en Claes voors. (= voornoemd) als een oom en momber van Weymes kinderen, dragen op aan Aelt Wijnez een hofstede te Hierden tussen Steven Coot oostwaarts ten eenre en Gerrit Jonge ter andere zijde westwaarts, voor de waring zet zij te onderpand haar hofstede te Hoophuysen tussen het land van Alert Claesz ter eenre en Wilhem van der Maten erfg. ter andere zijde daar zij woont [FROM 1545] (source:.
- 2 CONC rec. 134, fol. 252vso).
gebeurtenis: vermelding.
31-8-1545: Weym Jongen getuigt dat Bye Reyers na dode van haar man aan haar kinderen de een dit en de ander dat in gebruik gegeven heeft haar leven lang en teyndens haar dood zou alle goed gedeeld worden en dat Bye dat "Hoysyde" en "Boekhorstkamp" voor zich hield tot haar dood toe. [FROM 1545].
gebeurtenis: vermelding.
31-08-1545: Weyme Arent Martez bekende haar kinderen voor hun vaders goed de helft van het erfgoed als haar man Aert zaliger en zij samen gehad hebben. [FROM 1545] (source:.
- 2 CONC rec. 134, fol. 265vso).
gebeurtenis: vermelding.
20-11-1551: Claes Martez met Anna zijn ehe wijf, Cornelis Martez, Aert Aeltsz met Nale zijn ehe wijf en Elsse Aelts met Claes Martez haar oom en gecoren momber, mede voor hun broeders Marten en Aelt Aeltsz die nog onmondig zijn, als naaste vrunden (verwanten) en erfgenamen van Joyst Martez, bekenden dat en alzo Joyst voirs. in voortijden verkocht heeft aan Wyme Jongen zijn aandeel in "Boeckhorsterf", uitgezonderd zijn aandeel in "de Aldemheen", bekenden dat zij die koop van waarde houden, met dien bescheide dat de kinderen van Wyme voirsz die sij bij Aert Martez zaliger heeft, de naasten hiertoe en dat die dat aandeel -want die van den bloede zijn- hebben en beholden zullen, wat Weyme ook alzo overgegeven heeft, en als Joyst te eniger tijd weder kwam, dat zij dan elk de penningen die zij daarop ontvangen hebben, aan Wyme en haar kinderen weder uitrichten zullen.
26-11-1559: Claes Martez en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Weym Jonges met haar kinderen hun aandeel aan "Boekhorstgoed" (achter in Hierden tho Hoephuijsen). Weym Jongen met Marten en Henrick haar zoons mede voor haar andere onmondige broeder en zuster beloven Claes Martez te vrijwaren van een rente van 10 stuivers 's jaars als zij schuldig zijn uit dat goed.
7-12-1561: Weyme Jongen met Marten en Henric haar zoons bekennen dat de bekenning als Claes Martez en Anna zijn ehe wijf op 26 nov 1559 gedaan hebben, alleen het aandeel van Claes en Anna aan de hofstede van "Fluytersgoed" betreft.
13-7-1561: Weyme Jongen met Marten en Henrick Aertsz haar zonen mede voor haar andere kinderen broeders en zusters dragen op aan Bene Beertsz een kamp lands te Hierden naast "het Papenerve" ter eenre en Grietje Brincks ter andere zijde, Claes Martenss en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Wyme Jongen met haar kinderen een stuk land genaamd dat "Geertgen op de Beek".
Wordt ook genoemd Weyme Arent Martez, Weym Jongen, Weyme Jongen, Weijme Jongen.
tr.
met
Jannetje , ovl. voor 1559.
Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Geertje | 1593 | 1 | 4 |
tr.
met
Noy Hendricksz, zn. van Hendrick Noyen en Fenne van Cleef, ovl. voor 1559.
Uit dit huwelijk 2 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Geertje | 1593 | 1 | 4 |
tr.
met
Fenne van Cleef, dr. van Hendrick van Cleef en Disse , ovl. na 1532.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Noy | 1559 | 1 | 2 |
tr.
met
Hendrick Noyen, ovl. circa 1525.
Uit dit huwelijk een zoon:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Noy | 1559 | 1 | 2 |
tr.
met
Disse .
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Fenne | 1532 | 1 | 1 |
tr.
met
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Fenne | 1532 | 1 | 1 |
tr. Harderwijk voor 1577
met
Willemtje Brants (Wyllemke Brants), dr. van Brant en Evertje , geb. circa 1554, ovl. na 1611.
Willemtje Brants.
01-04-1577: Evertje Brants met Johan Brants haar oudste zoon en gec. momber, en Johan Brants voor zich zelf en zijn huis vrouw Engele, Marten Claessen intredende voor Wyllemke zijn huis vrouw, Henrick Brants intredende voor Aertje zijn huis vrouw, bekennen dat de 100 dalers die Evertje in huwelijkse voorwaarden aan Albert Berents met Jeiltje hun zuster beloofd had, niet betaald zijn. Albert en zijn huis vrouw krijgen de gerede have tot de dood van Evertje hun moeder en zullen daarna de 100 dalers uit de nalatenschap vooruit genieten. .
10-08-1604: Floyter Claes (Reyer Claes) en Peter Thonis borgen voor Marten Claes voor de erfenis van zijn zoon Brant Martens .
11-11-1609: Marten Claes en Willemtje Brants, echtelieden, mutueel test. (wederzijds testament) met lijftocht, als beide zijn gestorven komen hun goederen aan hun 2 kinderen Jan en Anna Martens en op niemand anders. .
22-04-1611: Jan, Goessen en Arnt Martens, alle drie kinderen van Marten Claes en Willemtje zijn huisvrouw, accorderen dat Marten en Willemtje, echtelieden, aan Jan Martens, hun broeder, hebben bemaakt dat deze na hun dood zal behouden al het goed dat hun vader en moeder zullen nalaten met de beesten.
Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jan | *1586 | Harderwijk | 1619 | 33 | 1 | 4 |
tr. Harderwijk voor 1577
met
Marten Claesz Vermeer, zn. van Claes Martensz Vermeer (herbergier, waard) en Anna Claessen, geb. Harderwijk circa 1550, gildemeester van Hierden in 1598, ovl. na 1611.
Marten Claesz Vermeer.
vermeld als lidmaat in 1611.
20-01-1572: Beert Jansen en Jorrien Jacobsen borgen voor Marten, Reyer, Jan, Joost en Gryte Classen voor het versterf van hun zaliger moeder Anna Claessen .
22-09-1573: Claes Martens, Marten, Jan, Joest Claessen en Grietje Claes met Claes Martens haar vader en gecoren momber machtigen ad lites (in een rechtszaak).
01-04-1577: Evertje Brants met Johan Brants haar oudste zoon en gec. momber, en Johan Brants voor zich zelf en zijn huis vrouw Engele, Marten Claessen intredende voor Wyllemke zijn huisvrouw, Henrick Brants intredende voor Aertje zijn huis vrouw, bekennen dat de 100 dalers die Evertje in huwelijkse voorwaarden aan Albert Berents met Jeiltje hun zuster beloofd had, niet betaald zijn. Albert en zijn huis vrouw krijgen de gerede have tot de dood van Evertje hun moeder en zullen daarna de 100 dalers uit de nalatenschap vooruit genieten. .
22-04-1611: Jan, Goessen en Arnt Martens, alle drie kinderen van Marten Claes en Willemtje zijn huisvrouw, accorderen dat Marten en Willemtje, echtelieden, aan Jan Martens, hun broeder, hebben bemaakt dat deze na hun dood zal behouden al het goed dat hun vader en moeder zullen nalaten met de beesten.
Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Jan | *1586 | Harderwijk | 1619 | 33 | 1 | 4 |
tr.
met
Evertje .
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Willemtje | *1554 | 1611 | 57 | 1 | 5 |
tr.
met
Brant .
Uit dit huwelijk een dochter:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Willemtje | *1554 | 1611 | 57 | 1 | 5 |
tr. circa 1540
met
Anna Claessen, geb. circa 1517, ovl. in 1571.
Anna Claessen.
5-9-1546: Claes Martez en Anna zijn ehe wijf en Cornelis Martez en Marie zijn ehe wijf mede vanwege hun broer Berent Martez, wiens aandeel zij gekocht hebben, dragen op aan Arent Aeltsz en Nale zijn ehe wijf het versterf als Henrick Martez zaliger hun broer is aange...d door dode van Reyer Aertsz die Fleuter en Bye zijn ehe wijf, zo hij hun dat bij zijn leven verkocht heeft, maar dat nog niet opgedragen is. .
20-11-1551: Claes Martez met Anna zijn ehe wijf, Cornelis Martez, Aert Aeltsz met Nale zijn ehe wijf en Elsse Aelts met Claes Martez haar oom en gecoren momber, mede voor hun broeders Marten en Aelt Aeltsz die nog onmondig zijn, als naaste vrunden (= verwanten) en erfgenamen van Joyst Martez, bekenden dat en alzo Joyst voirs. in voortijden verkocht heeft aan Wyme Jongen zijn aandeel in "Boeckhorsterf", uitgezonderd zijn aandeel in "de Aldemheen", bekenden dat zij die koop van waarde houden, met dien bescheide dat de kinderen van Wyme voirsz die sij bij Aert Martez zaliger heeft, de naasten hiertoe en dat die dat aandeel -want die van den bloede zijn- hebben en beholden zullen, wat Weyme ook alzo overgegeven heeft, en als Joyst te eniger tijd weder kwam, dat zij dan elk de penningen die zij daarop ontvangen hebben, aan Wyme en haar kinderen weder uitrichten zullen. .
12-11-1552: Marten Aeltsz en Elsje Aelts (kinderen van Aelt Martensz) met Gerrit Gerritsz, hun moeders man, verkopen aan Claes Martez hun oom met Annu zijn ehe wijf en Cornelis Martez hun oom met Nale Arents hun moeye onder hun drieen hun aandeel aan het versterf van hun overalders (= grootouders) Marten Aeltsz en Alyt zijn ehe wijf. .
26-11-1559: Claes Martez en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Weym Jonges met haar kinderen hun aandeel aan "Boekhorstgoed" (achter in Hierden tho Hoephuijsen). Weym Jongen met Marten en Henrick haar zoons mede voor haar andere onmondige broeder en zuster beloven Claes Martez te vrijwaren van een rente van 10 stuivers 's jaars als zij schuldig zijn uit dat goed .
13-7-1561: Weyme Jongen met Marten en Henrick Aertsz haar zonen mede voor haar andere kinderen broeders en zusters dragen op aan Bene Beertsz een kamp lands te Hierden naast "het Papenerve" ter eenre en Grietje Brincks ter andere zijde, Claes Martenss en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Wyme Jongen met haar kinderen een stuk land genaamd dat "Geertgen op de beek". .
7-12-1561: Weyme Jongen met Marten en Henric haar zoosn bekennen dat de bekenning als Claes Martez en Anna zijn ehe wijf op 26 nov 1559 gedaan hebben, alleen het aandeel van Claes en Anna aan de hofstede van "Fluytersgoed" betreft .
20-01-1572: Beert Jansen en Jorrien Jacobsen borgen voor Marten, Reyer, Jan, Joost en Gryte Classen voor het versterf van hun zaliger moeder Anna Claessen.
Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Marten | *1550 | Harderwijk | 1611 | 61 | 1 | 5 |
tr. circa 1540
met
Claes Martensz Vermeer, zn. van Marten Aeltsz Vermeer en Alijt Reijers Fleuter, geb. circa 1512, herbergier, waard, ovl. circa 1586.
Claes Martensz Vermeer.
Claes Martens genoemd als wonende in "de Oldemehen" .
16-3-1544: Claes Martez getuigt als weert (waard, herbergier). .
26-04-1545: Weyme Jongen met Claez Martez haar gekoren momber en Marten Aertsz haar zoon en Claes voors. als een oom en momber van Weymes kinderen, dragen op aan Aelt Wijnez een hofstede te Hierden tussen Steven Coot oostwaarts ten eenre en Gerrit Jonge ter andere zijde westwaarts, voor de waring zet zij te onderpand haar hofstede te Hoophuysen tussen het land van Alert Claesz ter eenre en Wilhem van der Maten erfg. ter andere zijde daar zij woont.
27-3-1546: Berent Martez verkoopt aan Cornelis Martez zijn broer en Marie zijn ehe wijf het versterf van zijn aldemoeder (grootmoeder) Bye Reyers zaliger (de weduwe van Reyer Aertsz die Fleuter) en van zijn moeder Alyt Martes (Alijt Reijersdr, echtgenote van Marten) zaliger en van zijn broer Henrick Maretz zaliger. .
14-5-1546: Goert Helmichsz en Marie zijn ehe wijf, Ghermen Bitter en Gerritje zijn ehe wijf, Lambert Lubberts en Lijsgen zijn ehe wijf, en Claes Henricksz, danken Claes Martez en Hartger Stevens voor de uitrichting van het versterf van hun aldevader (grootvader) Reyer Aerts de Fleuter zaliger. .
5-9-1546: Claes Martez en Anna zijn ehe wijf en Cornelis Martez en Marie zijn ehe wijf mede vanwege hun broer Berent Martez, wiens aandeel zij gekocht hebben, dragen op aan Arent Aeltsz en Nale zijn ehe wijf het versterf als Henrick Martez zaliger hun broer is aange...d door dode van Reyer Aertsz die Fleuter en Bye zijn ehe wijf, zo hij hun dat bij zijn leven verkocht heeft, maar dat nog niet opgedragen is. .
20-11-1551: Claes Martez met Anna zijn ehe wijf, Cornelis Martez, Aert Aeltsz met Nale zijn ehe wijf en Elsse Aelts met Claes Martez haar oom en gecoren momber, mede voor hun broeders Marten en Aelt Aeltsz die nog onmondig zijn, als naaste vrunden (verwanten) en erfgenamen van Joyst Martez, bekenden dat en alzo Joyst voirs. in voortijden verkocht heeft aan Wyme Jongen zijn aandeel in "Boeckhorsterf", uitgezonderd zijn aandeel in "de Aldemheen", bekenden dat zij die koop van waarde houden, met dien bescheide dat de kinderen van Wyme voirsz die sij bij Aert Martez zaliger heeft, de naasten hiertoe en dat die dat aandeel - want die van den bloede zijn - hebben en beholden zullen, wat Weyme ook alzo overgegeven heeft, en als Joyst te eniger tijd weder kwam, dat zij dan elk de penningen die zij daarop ontvangen hebben, aan Wyme en haar kinderen weder uitrichten zullen. .
12-11-1552: Marten Aeltsz en Elsje Aelts (kinderen van Aelt Martensz) met Gerrit Gerritsz, hun moeders man, verkopen aan Claes Martez hun oom met Annu zijn ehe wijf en Cornelis Martez hun oom met Nale Arents hun moeye onder hun drieen hun aandeel aan het versterf van hun overalders (= grootouders) Marten Aeltsz en Alyt zijn ehe wijf. .
26-11-1559: Claes Martez en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Weym Jonges met haar kinderen hun aandeel aan "Boekhorstgoed" (achter in Hierden tho Hoephuijsen). Weym Jongen met Marten en Henrick haar zoons mede voor haar andere onmondige broeder en zuster beloven Claes Martez te vrijwaren van een rente van 10 stuivers 's jaars als zij schuldig zijn uit dat goed .
13-7-1561: Weyme Jongen met Marten en Henrick Aertsz haar zonen mede voor haar andere kinderen broeders en zusters dragen op aan Bene Beertsz een kamp lands te Hierden naast "het Papenerve" ter eenre en Grietje Brincks ter andere zijde, Claes Martenss en Anna zijn ehe wijf dragen op aan Wyme Jongen met haar kinderen een stuk land genaamd dat "Geertgen op de Beek". .
7-12-1561: Weyme Jongen met Marten en Henric haar zoons bekennen dat de bekenning als Claes Martez en Anna zijn ehe wijf op 26 nov 1559 gedaan hebben, alleen het aandeel van Claes en Anna aan de hofstede van "Fluytersgoed" betreft .
26-6-1569: Claes Martensen, Claes Evertsen en Evertken Aerts verklaren ter instantie van Jacob Lyffersen. Claes Martens dat hij als gescheytsman gebeden is tot dat gescheyt van erf en goed dat gedeeld is tussen Jan Hegeman, Claes Evertsen en Aert Claessen, en dat Aert Claessen dat derde deel van een erf "Bockhorstgoed" toebedeeld is; Claes Evertsen verklaart dat hij ook een derde deel van het ? "Bockhorstgoed" heeft ontvangen en Evertje Aerts verklaard dat ook zij eenderde deel van het ? erve ontvangen heeft. .
20-01-1572: Beert Jansen en Jorrien Jacobsen borgen voor Marten, Reyer, Jan, Joost en Gryte Classen voor het versterf van hun zaliger moeder Anna Claessen .
27-08-1582: Claes Martens, wonende te Hierden, oud 70 jaar, getuigt over tienden van "het Amersfoortserve" te Hierden.
Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Marten | *1550 | Harderwijk | 1611 | 61 | 1 | 5 |
tr. voor 1614
met
Ingetgen Adriaensdr Clos, dr. van Adriaen Jacobs Clos en Maertje Claes, geb. in 1578, ovl. in 1636, tr. (2) Zoetermeer op 9 mei 1627 met Adriaen Maertens van der Ende. Uit dit huwelijk geen kinderen.
Uit dit huwelijk 7 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Aryaentje | ~1612 | Zoetermeer | 1 | 1 |
tr. (1) voor 1614
met
Adriaen Symonsz Sebel, zn. van Symon Adriaensz Sebel en Leijntke Theunis, ovl. voor 1627.
Uit dit huwelijk 7 kinderen, waaronder:
naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen | |
1 | Aryaentje | ~1612 | Zoetermeer | 1 | 1 |
tr. (2) Zoetermeer op 9 mei 1627
met
Adriaen Maertens van der Ende, geb. eind 1585, ovl. na 1632.