Cees Hagenbeek
Marie Johanna Hermansdr
Marie Johanna Hermansdr, geb. Brielle in 1518, ovl. in 1551.

tr. in 1543
met

Cornelis Martens Vermeer, zn. van Marten Aeltsz Vermeer en Alijt Reijers Fleuter, geb. waarschijnlijk Hierden circa 1515, ovl. na 1551.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Marthen*1544  †1632  88


Marten Aeltsz Vermeer
Marten Aeltsz Vermeer, geb. Hierden circa 1470, ovl. in 1537.

Marten Aeltsz Vermeer.
27-3-1546: Berent Martez verkoopt aan Cornelis Martez zijn broer en Marie zijn ehe wijf het versterf van zijn aldemoeder (= grootmoeder) Bye Reyers zaliger (de weduwe van Reyer Aertsz die Fleuter) en van zijn moeder Alyt Martes (Alijt Reijersdr, echtgenote van Marten) zaliger en van zijn broer Henrick Maretz zaliger. .
12-11-1552: Marten Aeltsz en Elsje Aelts (kinderen van Aelt Martensz) met Gerrit Gerritsz, hun moeders man, verkopen aan Claes Martez hun oom met Annu zijn ehe wijf en Cornelis Martez hun oom met Nale Arents hun moeye onder hun drieen hun aandeel aan het versterf van hun overalders (grootouders) Marten Aeltsz en Alyt zijn ehe wijf.

tr. circa 1495
met

Alijt Reijers Alijt Reijers Fleuter, dr. van Reyer die Fleuter en Beye Claesdr van Boeckhorst, geb. circa 1470, ovl. voor 1546.

Alijt Reijers Fleuter.
13-6-1540: borgen voor Steven en Jan Reynersz en Alyt hun zuster voor het versterf van hun vader zaliger Reyer Aertsz die Fleuter.

27-3-1546: Berent Martez verkoopt aan Cornelis Martez zijn broer en Marie zijn ehe wijf het versterf van zijn aldemoeder (= grootmoeder) Bye Reyers zaliger (de weduwe van Reyer Aertsz die Fleuter) en van zijn moeder Alyt Martes (= Alijt Reijersdr, echtgenote van Marten) zaliger en van zijn broer Henrick Maretz zaliger. .

12-11-1552: Marten Aeltsz en Elsje Aelts (kinderen van Aelt Martensz) met Gerrit Gerritsz, hun moeders man, verkopen aan Claes Martez hun oom met Annu zijn ehe wijf en Cornelis Martez hun oom met Nale Arents hun moeye onder hun drieen hun aandeel aan het versterf van hun overalders (= grootouders) Marten Aeltsz en Alyt zijn ehe wijf.

Uit dit huwelijk 7 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelis*1515 Hierden †1551  36
Aert*1504  †1543  39
Claes*1512  †1586  74


Alijt Reijers Fleuter
Alijt Reijers Alijt Reijers Fleuter, geb. circa 1470, ovl. voor 1546.

Alijt Reijers Fleuter.
13-6-1540: borgen voor Steven en Jan Reynersz en Alyt hun zuster voor het versterf van hun vader zaliger Reyer Aertsz die Fleuter.

27-3-1546: Berent Martez verkoopt aan Cornelis Martez zijn broer en Marie zijn ehe wijf het versterf van zijn aldemoeder (= grootmoeder) Bye Reyers zaliger (de weduwe van Reyer Aertsz die Fleuter) en van zijn moeder Alyt Martes (= Alijt Reijersdr, echtgenote van Marten) zaliger en van zijn broer Henrick Maretz zaliger. .

12-11-1552: Marten Aeltsz en Elsje Aelts (kinderen van Aelt Martensz) met Gerrit Gerritsz, hun moeders man, verkopen aan Claes Martez hun oom met Annu zijn ehe wijf en Cornelis Martez hun oom met Nale Arents hun moeye onder hun drieen hun aandeel aan het versterf van hun overalders (= grootouders) Marten Aeltsz en Alyt zijn ehe wijf.

tr. circa 1495
met

Marten Aeltsz Vermeer, zn. van Aelt Mertens en Bette Jongen, geb. Hierden circa 1470, ovl. in 1537.

Marten Aeltsz Vermeer.
27-3-1546: Berent Martez verkoopt aan Cornelis Martez zijn broer en Marie zijn ehe wijf het versterf van zijn aldemoeder (= grootmoeder) Bye Reyers zaliger (de weduwe van Reyer Aertsz die Fleuter) en van zijn moeder Alyt Martes (Alijt Reijersdr, echtgenote van Marten) zaliger en van zijn broer Henrick Maretz zaliger. .
12-11-1552: Marten Aeltsz en Elsje Aelts (kinderen van Aelt Martensz) met Gerrit Gerritsz, hun moeders man, verkopen aan Claes Martez hun oom met Annu zijn ehe wijf en Cornelis Martez hun oom met Nale Arents hun moeye onder hun drieen hun aandeel aan het versterf van hun overalders (grootouders) Marten Aeltsz en Alyt zijn ehe wijf.

Uit dit huwelijk 7 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Cornelis*1515 Hierden †1551  36
Aert*1504  †1543  39
Claes*1512  †1586  74


Reyer die Fleuter
Reyer die Fleuter, ovl. voor 13 jun 1540.

Reyer die Fleuter.
29-12-1531: Reijer Aertsz Fleuter draagt op aan Aert Martensz zijn neve (kleinzoon) de erfpacht die hij van de stad heeft en zijn huis; Aert Martensz zal Reijer Aertsz en zijn huisvrouw hun leven lang in hun huis laten en zijn vader voor de bekenning ongemaand laten [FROM 1531 (source:.
- 2 CONC rec. 33, fol. 189vso)]].
13-6-1540: borgen voor Steven en Jan Reynersz en Alyt hun zuster voor het versterf van hun vader zaliger Reyer Aertsz die Fleuter.

tr.
met

Beye Claesdr Beye Claesdr van Boeckhorst, dr. van Claes Hendricks van Bockhorst, ovl. in 1545.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Alijt*1470  †1546  76


Beye Claesdr van Boeckhorst
Beye Claesdr Beye Claesdr van Boeckhorst, ovl. in 1545.

tr.
met

Reyer die Fleuter, ovl. voor 13 jun 1540.

Reyer die Fleuter.
29-12-1531: Reijer Aertsz Fleuter draagt op aan Aert Martensz zijn neve (kleinzoon) de erfpacht die hij van de stad heeft en zijn huis; Aert Martensz zal Reijer Aertsz en zijn huisvrouw hun leven lang in hun huis laten en zijn vader voor de bekenning ongemaand laten [FROM 1531 (source:.
- 2 CONC rec. 33, fol. 189vso)]].
13-6-1540: borgen voor Steven en Jan Reynersz en Alyt hun zuster voor het versterf van hun vader zaliger Reyer Aertsz die Fleuter.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Alijt*1470  †1546  76


Claes Hendricks van Bockhorst
Claes Hendricks van Bockhorst.


Hij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Beye  †1545   


Aelt Mertens
Aelt Aelt Mertensz (Aelt Martensz) Mertens, geb. circa 1440, ovl. na 1501.

Aelt Mertens.
2-7-1470: Ailt Mertensz, Deric, Clais, Henric en Willem, broeders, loofden Maris Bertoltsz hun zwager, schadeloos te houden van de voorvanck (= borgtocht = zekerheidsstelling) die hij gedaan heeft voor Merten Dericksz versterf (= nalatenschap) en van de haver en rogge als Jan Derick Wilt Voet bekend heeft. .
2-11-1478: Ailt Mertinsz en Bette zijn ehe wijf bekenden schuldig te zijn aan Witl Voe 26 gld [FROM 1478] (source:.
- 2 CONC rec. 130, fol 213)]].
22-11-1499: Ailt Mertensz gekoren momber (= gekozen voogd = woordvoerder) van Bette Heyn Jongen wijf .
juli/augustus 1501: Aelt Martensz en Dirck Martensz, zijn broeder, getuigen met anderen van de oudste naburen over een weg tussen Ghijse en Claes van Bockhorst.
juli 1501: Verklaringen over een weg tussen Thijse en Claes van Bockhorst, dat Maes Claesz in zijn laatste jaar daar hij in stierf, voorgenomen had de oude weg voor het huis van Claes van Bockhorst op te hogen.

tr.
met

Bette Bette Heyn Jongen.

Bette Jongen.
2-11-1478: Ailt Mertinsz en Bette zijn ehe wijf bekenden schuldig te zijn aan Witl Voe 26 gld .
22-11-1499: Ailt Mertensz gekoren momber (= gekozen voogd = woordvoerder) van Bette Heyn Jongen wijf.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Marten*1470 Hierden †1537  67


Bette Jongen
Bette Bette Heyn Jongen.

Bette Jongen.
2-11-1478: Ailt Mertinsz en Bette zijn ehe wijf bekenden schuldig te zijn aan Witl Voe 26 gld .
22-11-1499: Ailt Mertensz gekoren momber (= gekozen voogd = woordvoerder) van Bette Heyn Jongen wijf.

tr.
met

Aelt Aelt Mertensz (Aelt Martensz) Mertens, zn. van Marten Vermeer, geb. circa 1440, ovl. na 1501.

Aelt Mertens.
2-7-1470: Ailt Mertensz, Deric, Clais, Henric en Willem, broeders, loofden Maris Bertoltsz hun zwager, schadeloos te houden van de voorvanck (= borgtocht = zekerheidsstelling) die hij gedaan heeft voor Merten Dericksz versterf (= nalatenschap) en van de haver en rogge als Jan Derick Wilt Voet bekend heeft. .
2-11-1478: Ailt Mertinsz en Bette zijn ehe wijf bekenden schuldig te zijn aan Witl Voe 26 gld [FROM 1478] (source:.
- 2 CONC rec. 130, fol 213)]].
22-11-1499: Ailt Mertensz gekoren momber (= gekozen voogd = woordvoerder) van Bette Heyn Jongen wijf .
juli/augustus 1501: Aelt Martensz en Dirck Martensz, zijn broeder, getuigen met anderen van de oudste naburen over een weg tussen Ghijse en Claes van Bockhorst.
juli 1501: Verklaringen over een weg tussen Thijse en Claes van Bockhorst, dat Maes Claesz in zijn laatste jaar daar hij in stierf, voorgenomen had de oude weg voor het huis van Claes van Bockhorst op te hogen.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Marten*1470 Hierden †1537  67


Marten Vermeer
Marten Marten Derckszn (Merten Vermeer) Vermeer, geb. circa 1400, ovl. Harderwijk in 1470.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Aelt*1440  †1501  61


Derick Vermeer
Derick Vermeer, geb. Hierden circa 1370.


Hij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Marten*1400  †1470 Harderwijk 70


Brandt Lubbertsz
Brandt Lubbertsz, ged. Hierden op 26 mrt 1649, begr. Harderwijk op 20 mrt 1695.

Brandt Lubbertsz.
24-8-1684: Brandt Lubbertsen, weduwnaar van Hierden, Driesje Jans, jd wonende tot Hoophuyse.
17-2-1693: Capt. Jacob van Souten, namens zijn nicht Geertje Leestemakers en voor zich, heeft verkocht aan Brant Lubbertsen en Driesje Jans, ehelieden ? camp genaamd "de Mosterpotscampje" naast de weg van de Lyckstege.
21-09-1697: Driesje Jans met haar toekomstige bruidegom Geurt Jansen bewijst haar 5 onmondige kinderen bij Brandt Lubbertsen de helft van een hofstede in Hierden "de Corte Dood" genaamd, land tot Hoophuysen en aan de Schoumansweg en voor ieder kind 30 gld met goedvinden van Aelt Lubbertsen en Drees Jansen, ooms.

tr. Harderwijk op 24 aug 1684
met

Driesje Jans, dr. van Jan Jansen en Petertje Drees, geb. Hoophuizen in 1663, ged. Harderwijk op 14 jul 1663, tr. (2) circa 1697 met Geurt Jansen. Uit dit huwelijk een kind.

Driesje Jans.
21-09-1697: Driesje Jans met haar toekomstige bruidegom Geurt Jansen bewijst haar 5 onmondige kinderen bij Brandt Lubbertsen de helft van een hofstede in Hierden "de Corte Dood" genaamd, land tot Hoophuysen en aan de Schoumansweg en voor ieder kind 30 gld met goedvinden van Aelt Lubbertsen en Drees Jansen, ooms.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Petertje~1686 Harderwijk 1740 Harderwijk 54


Driesje Jans
Driesje Jans, geb. Hoophuizen in 1663, ged. Harderwijk op 14 jul 1663.

Driesje Jans.
21-09-1697: Driesje Jans met haar toekomstige bruidegom Geurt Jansen bewijst haar 5 onmondige kinderen bij Brandt Lubbertsen de helft van een hofstede in Hierden "de Corte Dood" genaamd, land tot Hoophuysen en aan de Schoumansweg en voor ieder kind 30 gld met goedvinden van Aelt Lubbertsen en Drees Jansen, ooms.

  • Vader:
    Jan Jansen, geb. circa 1640, tr. circa 1660 met

tr. (1) Harderwijk op 24 aug 1684
met

Brandt Lubbertsz, zn. van Lubbert Jansz en Lubbertjen Aelts, ged. Hierden op 26 mrt 1649, begr. Harderwijk op 20 mrt 1695.

Brandt Lubbertsz.
24-8-1684: Brandt Lubbertsen, weduwnaar van Hierden, Driesje Jans, jd wonende tot Hoophuyse.
17-2-1693: Capt. Jacob van Souten, namens zijn nicht Geertje Leestemakers en voor zich, heeft verkocht aan Brant Lubbertsen en Driesje Jans, ehelieden ? camp genaamd "de Mosterpotscampje" naast de weg van de Lyckstege.
21-09-1697: Driesje Jans met haar toekomstige bruidegom Geurt Jansen bewijst haar 5 onmondige kinderen bij Brandt Lubbertsen de helft van een hofstede in Hierden "de Corte Dood" genaamd, land tot Hoophuysen en aan de Schoumansweg en voor ieder kind 30 gld met goedvinden van Aelt Lubbertsen en Drees Jansen, ooms.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Petertje~1686 Harderwijk 1740 Harderwijk 54

tr. (2) circa 1697
met

Geurt Jansen.

Uit dit huwelijk een kind.


Jan Jansen
Jan Jansen, geb. circa 1640.

tr. circa 1660
met

Petertje Drees, geb. circa 1640.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Driesje*1663 Hoophuizen    


Petertje Drees
Petertje Drees, geb. circa 1640.

tr. circa 1660
met

Jan Jansen, geb. circa 1640.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Driesje*1663 Hoophuizen    


Geurt Jansen
Geurt Jansen.

tr. circa 1697
met

Driesje Jans, dr. van Jan Jansen en Petertje Drees, geb. Hoophuizen in 1663, ged. Harderwijk op 14 jul 1663.

Driesje Jans.
21-09-1697: Driesje Jans met haar toekomstige bruidegom Geurt Jansen bewijst haar 5 onmondige kinderen bij Brandt Lubbertsen de helft van een hofstede in Hierden "de Corte Dood" genaamd, land tot Hoophuysen en aan de Schoumansweg en voor ieder kind 30 gld met goedvinden van Aelt Lubbertsen en Drees Jansen, ooms.

Uit dit huwelijk een kind.


Lubbert Jansz
Lubbert Jansz (Lubbert Vermeer), geb. Hierden circa 1612.

tr. Harderwijk op 27 jun 1638
met

Lubbertjen Aelts, geb. circa 1618.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Brandt~1649 Hierden 1695 Harderwijk 45


Lubbertjen Aelts
Lubbertjen Aelts, geb. circa 1618.

tr. Harderwijk op 27 jun 1638
met

Lubbert Jansz (Lubbert Vermeer), zn. van Jan Martensz en Beeltje Lubbertsdr, geb. Hierden circa 1612.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Brandt~1649 Hierden 1695 Harderwijk 45


Jan Martensz
Jan Martensz (Jan Vermeer), geb. Harderwijk circa 1586, ovl. circa 1619.

Jan Martensz.
11-11-1609: Marten Claes en Willemtje Brants, echtelieden, mut.test. (= gezamenlijk testament ?) met lijftocht, als beide zijn gestorven komen hun goederen aan hun 2 kinderen Jan en Anna Martens en op niemand anders.
22-04-1611: Jan, Goessen en Arnt Martens, alle drie kinderen van Marten Claes en Willemtje zijn huisvrouw, accorderen dat Marten en Willemtje, echtelieden, aan Jan Martens, hun broeder, hebben bemaakt dat deze na hun dood zal behouden al het goed dat hun vader en moeder zullen nalaten met de beesten.

otr. Hierden op 24 mrt 1611, tr. Harderwijk op 10 apr 1611
met

Beeltje Lubbertsdr, dr. van Lubbert Martensz en Jacobje Harmens, geb. circa 1589.

Beeltje Lubbertsdr.
6-1-1607: Lubbert Marthens bewijst zijn 7 kinderen bij Jacobje Harmens ieder ?28 gld daarbeneffens de 3 olste zonen onder hun drieen 20 schapen die hun datelick uitgericht zijn en Cornelis en Jan ten mondige dage ieder 5 schapen en de 2 meisjes ten mondige dage een kist en een bed en gekleed en geschoeid als men huysluyden kinderen behoort te doen, met goedvinden van Aert en Harmen de oudsten van de kinderen en Claes Harmens, Wyme Harmens en Bart Everts als oom, moye en neve van de kinderen van moederswege.
In de marge staat nog vermeld:.
05-09-1616: Beeltje Lubberts en Reyer van Voorst en Gerrit Meynten als getuigen dat zij Beeltje en Aert Lubberts, Cornelis (?) en Naeltje Lubberts van deze bekenning voldaan zijn.
02-04-1611: Lubbert Martens geeft zijn dochter Beeltje Lubberts mee 60 gld en dat voor Beeltgens moeders versterf.
9-7-1619: Jannetje Henricks weduwe van Lubbert Martens bewijst haar 5 kinderen 567 gld. en nog 175 gld die de voors. kinderen aangehuwd zijn van hun zaliger broeder Aert Lubberts, de helft van een huis aan de Smeepoorterbrinck en de helft van Jannetjes moeders aandeel aan de Grescamp enz. met goedvinden van Noy Martens, Jan Henricks, Lubbert Lubberts en Peter Reyers als respectievelijk oemen, mombers en broeder van de kinderen van vaders wege.
20-03-1628: Janneke Henricks geass. met Jan Renden haar man bewijst haar kinderen Jacobje en Marten Lubberts bij zaliger Lubbert Martens, en Dieltje bij zaliger Henrick Cornelis, de helft van haar onroerende goederen t.w. de helft van een huis aan de Smeepoortenbrinck, de helft van haar moeders aandeel van de Grascamp en van het hooiland op de olde meen en voor het gerede ieder kind 20 gld; hiermee zijn teniet de voorgaande brieven van bekenning dd. 9 juli 1619 en 22 april 1626, met goedvinden van Jan Hendricks, Lubbert Lubberts, Jacobje Lubberts, Reyer Cornelis en Gerrit Cornelis, naaste vrunden van de resp. kinderen van vaderswege.
17-4-1630 werd in de marge werd toegevoegd dat Frans Driess en Jacobje Lubberts echtelieden, kwiteren.
17-04-1630: Jan Renden en Janneke Hendricks echtelieden, ter ene en Frans Driess en Jacobje Lubberts echtelieden, Lubbert Lubbertsen en Jan Hendricks momberen van Marten Lubberts, Gerrit Cornelis en Reyer Cornelis momberen van Dieltje dochter van zaliger Hendrick Corneliss ter andere zijde. Jan Renden en Janneke krijgen een huis in het Heer Aeltsstraatje en het hooiland op de olde Meen, het toezeggen en de gerechtigheid aan Cornelis Joachims erfpacht, een hofstedeke aan de Weitgrave in Hierden, gelijk Hendrick Corneliss hetzelve van zijn vader zaliger Cornelis Joachims aange.d was, de helft van een hof buiten de Smeepoort en de helft van haar (Janneke's) moeder aandeel in de Grascamp, daarentegens krijgen de gezamenlijke kinderen in het gemeen het huis aan de Smeepoortenbrinck, het stuk hooiland aan de Munnikesteeg bepandschapt met 275 gld, de helft van de hof buiten de Smeepoort, daar de moeder de andere helft toekomt, de helft van des voors. Jannekens moeders aandeel aan de voors. Grescamp ? dagmaat in de Osseweyde, een kampje hooiland naast de olde Meen daar Peter Reyers het andere einde aan de z.o. zijde van toekomt.

Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lubbert*1612 Hierden    


Beeltje Lubbertsdr
Beeltje Lubbertsdr, geb. circa 1589.

Beeltje Lubbertsdr.
6-1-1607: Lubbert Marthens bewijst zijn 7 kinderen bij Jacobje Harmens ieder ?28 gld daarbeneffens de 3 olste zonen onder hun drieen 20 schapen die hun datelick uitgericht zijn en Cornelis en Jan ten mondige dage ieder 5 schapen en de 2 meisjes ten mondige dage een kist en een bed en gekleed en geschoeid als men huysluyden kinderen behoort te doen, met goedvinden van Aert en Harmen de oudsten van de kinderen en Claes Harmens, Wyme Harmens en Bart Everts als oom, moye en neve van de kinderen van moederswege.
In de marge staat nog vermeld:.
05-09-1616: Beeltje Lubberts en Reyer van Voorst en Gerrit Meynten als getuigen dat zij Beeltje en Aert Lubberts, Cornelis (?) en Naeltje Lubberts van deze bekenning voldaan zijn.
02-04-1611: Lubbert Martens geeft zijn dochter Beeltje Lubberts mee 60 gld en dat voor Beeltgens moeders versterf.
9-7-1619: Jannetje Henricks weduwe van Lubbert Martens bewijst haar 5 kinderen 567 gld. en nog 175 gld die de voors. kinderen aangehuwd zijn van hun zaliger broeder Aert Lubberts, de helft van een huis aan de Smeepoorterbrinck en de helft van Jannetjes moeders aandeel aan de Grescamp enz. met goedvinden van Noy Martens, Jan Henricks, Lubbert Lubberts en Peter Reyers als respectievelijk oemen, mombers en broeder van de kinderen van vaders wege.
20-03-1628: Janneke Henricks geass. met Jan Renden haar man bewijst haar kinderen Jacobje en Marten Lubberts bij zaliger Lubbert Martens, en Dieltje bij zaliger Henrick Cornelis, de helft van haar onroerende goederen t.w. de helft van een huis aan de Smeepoortenbrinck, de helft van haar moeders aandeel van de Grascamp en van het hooiland op de olde meen en voor het gerede ieder kind 20 gld; hiermee zijn teniet de voorgaande brieven van bekenning dd. 9 juli 1619 en 22 april 1626, met goedvinden van Jan Hendricks, Lubbert Lubberts, Jacobje Lubberts, Reyer Cornelis en Gerrit Cornelis, naaste vrunden van de resp. kinderen van vaderswege.
17-4-1630 werd in de marge werd toegevoegd dat Frans Driess en Jacobje Lubberts echtelieden, kwiteren.
17-04-1630: Jan Renden en Janneke Hendricks echtelieden, ter ene en Frans Driess en Jacobje Lubberts echtelieden, Lubbert Lubbertsen en Jan Hendricks momberen van Marten Lubberts, Gerrit Cornelis en Reyer Cornelis momberen van Dieltje dochter van zaliger Hendrick Corneliss ter andere zijde. Jan Renden en Janneke krijgen een huis in het Heer Aeltsstraatje en het hooiland op de olde Meen, het toezeggen en de gerechtigheid aan Cornelis Joachims erfpacht, een hofstedeke aan de Weitgrave in Hierden, gelijk Hendrick Corneliss hetzelve van zijn vader zaliger Cornelis Joachims aange.d was, de helft van een hof buiten de Smeepoort en de helft van haar (Janneke's) moeder aandeel in de Grascamp, daarentegens krijgen de gezamenlijke kinderen in het gemeen het huis aan de Smeepoortenbrinck, het stuk hooiland aan de Munnikesteeg bepandschapt met 275 gld, de helft van de hof buiten de Smeepoort, daar de moeder de andere helft toekomt, de helft van des voors. Jannekens moeders aandeel aan de voors. Grescamp ? dagmaat in de Osseweyde, een kampje hooiland naast de olde Meen daar Peter Reyers het andere einde aan de z.o. zijde van toekomt.

otr. Hierden op 24 mrt 1611, tr. Harderwijk op 10 apr 1611
met

Jan Martensz (Jan Vermeer), zn. van Marten Claesz Vermeer (gildemeester van Hierden in 1598) en Willemtje Brants, geb. Harderwijk circa 1586, ovl. circa 1619.

Jan Martensz.
11-11-1609: Marten Claes en Willemtje Brants, echtelieden, mut.test. (= gezamenlijk testament ?) met lijftocht, als beide zijn gestorven komen hun goederen aan hun 2 kinderen Jan en Anna Martens en op niemand anders.
22-04-1611: Jan, Goessen en Arnt Martens, alle drie kinderen van Marten Claes en Willemtje zijn huisvrouw, accorderen dat Marten en Willemtje, echtelieden, aan Jan Martens, hun broeder, hebben bemaakt dat deze na hun dood zal behouden al het goed dat hun vader en moeder zullen nalaten met de beesten.

Uit dit huwelijk 4 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Lubbert*1612 Hierden    


Lubbert Martensz
Lubbert Martensz, geb. circa 1560, ovl. in 1616.

Lubbert Martensz.
6-1-1607: Lubbert Marthens bewijst zijn 7 kinderen bij Jacobje Harmens ieder ?28 gld daarbeneffens de 3 olste zonen onder hun drieλn 20 schapen die hun datelick uitgericht zijn en Cornelis en Jan ten mondige dage ieder 5 schapen en de 2 meisjes ten mondige dage een kist en een bed en gekleed en geschoeid als men huysluyden kinderen behoort te doen, met goedvinden van Aert en Harmen de oudsten van de kinderen en Claes Harmens, Wyme Harmens en Bart Everts als oom, moye en neve van de kinderen van moederswege.
In de marge staat vermeld:.
05-09-1616: Beeltje Lubberts en Reyer van Voorst en Gerrit Meynten als getuigen dat zij Beeltje en Aert Lubberts, Cornelis (?) en Naeltje Lubberts van deze bekenning voldaan zijn.
02-04-1611: Lubbert Martens geeft zijn dochter Beeltje Lubberts mee 60 gld en dat voor Beeltgens moeders versterf.
10-01-1618: Jannetje Henricks, weduwe van Lubbert Martens schenkt aan Reyer Joachims en zijn kinderen 83 gld als rest van de koopsom van een hof.
9-7-1619: Jannetje Henricks weduwe van Lubbert Martens bewijst haar 5 kinderen 567 gld. en nog 175 gld die de voors. kinderen aangehuwd zijn van hun zaliger broeder Aert Lubberts, de helft van een huis aan de Smeepoorterbrinck en de helft van Jannetjes moeders aandeel aan de Grescamp enz. met goedvinden van Noy Martens, Jan Henricks, Lubbert Lubberts en Peter Reyers als respectievelijk oemen, mombers en broeder van de kinderen van vaders wege.
20-03-1628: Janneke Henricks geass. met Jan Renden haar man bewijst haar kinderen Jacobje en Marten Lubberts bij zaliger Lubbert Martens, en Dieltje bij zaliger Henrick Cornelis, de helft van haar onroerende goederen t.w. de helft van een huis aan de Smeepoortenbrinck, de helft van haar moeders aandeel van de Grascamp en van het hooiland op de olde meen en voor het gerede ieder kind 20 gld; hiermee zijn teniet de voorgaande brieven van bekenning dd. 9 juli 1619 en 22 april 1626, met goedvinden van Jan Hendricks, Lubbert Lubberts, Jacobje Lubberts, Reyer Cornelis en Gerrit Cornelis, naaste vrunden van de resp. kinderen van vaderswege.
17-4-1630 werd in de marge werd toegevoegd dat Frans Driess en Jacobje Lubberts echtelieden, kwiteren.

tr. voor 1586
met

Jacobje Harmens, dr. van Harmen Jacobsz en Belie Jacobs, geb. Hierden circa 1564, ovl. voor 1607.
Lubbert Martensz en Jacobje Harmens
1607 jan.6. fol.
Lubbert Marthens bekent zijn 7 ki. bij Jacobje Harmens ieder 28 gl daarbeneffens de oudste 3 zonen onder hun drieλn 20 schapen, die hun datelick uitgericht zijn, en Cornelis en Jan ten mondigen dage ieder
5 schapen en de 2 meisjes ten mondigen dage een kist en een bed en gekleed en geschoeid als men huysluyden kinderen behoort te doen, met goedvinden van Aert en Harmen de oudsten van de kinderen en Claes Harmens,
Weyme Harmens en Bart Everts als oom, moye en neve van de kinderen van moederswege.
1616 in de marge: 11 sept.5 Beeltje Lubberts en Reyer van Voorst en Gerrit Meynten als getuigen dat zij Beeltje en Aert Lubberts, Cornelis' en Aeltje Lubberts van deze bekenning voldaan zijn.

Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Beeltje*1589