Cees Hagenbeek
Jacobus-Daniel Thuret
Jacobus-Daniel Thuret, geb. Weesp op 16 jan 1735, ovl. Haarlem op 25 mei 1772.

 

tr. Noordwijk-Binnen op 2 mrt 1762
met

Christina de Winter, dr. van Pieter de Winter en Gertruda Verburg, ged. Amsterdam (Nieuwe Kerk) op 26 okt 1740 (getuigen: Isaak Verburg en Wilhelmina van Emting), ovl. Noordwijk-Binnen op 9 aug 1803.

Uit dit huwelijk 5 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jean*1766 Haarlem †1828 Amsterdam 62


Jean-Daniel I Thuret
 
Jean-Daniel I Thuret, geb. Saint-Quentin [Frankrijk] op 20 mrt 1706, ged. aldaar op 21 mrt 1706, industrieel, ovl. Weesp op 3 jan 1767.

  • Vader:
    Jacques Thuret, zn. van Daniël Thuret (Négociant en laines à Senlis) en Esther Poiret, geb. Senlis [Frankrijk] in 1670, ovl. Weesp op 1 apr 1740, tr. Vervins [Frankrijk] op 30 aug 1701 met
 

tr. Weesp op 12 mrt 1733
met

Johanna d'Arrest, dr. van Jean d'Arrest (likeurstoker, distillateur en burgemeester van Weesp) en Madeleine Faverot, ged. Weesp op 23 okt 1712, ovl. aldaar op 11 dec 1764.

Uit dit huwelijk 7 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jacobus-Daniel*1735 Weesp †1772 Haarlem 37


Johanna d'Arrest
Johanna d'Arrest, ged. Weesp op 23 okt 1712, ovl. aldaar op 11 dec 1764.

tr. Weesp op 12 mrt 1733
met

Jean-Daniel I Thuret, zn. van Jacques Thuret en Judith des Hayes, geb. Saint-Quentin [Frankrijk] op 20 mrt 1706, ged. aldaar op 21 mrt 1706, industrieel, ovl. Weesp op 3 jan 1767.

 

Uit dit huwelijk 7 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jacobus-Daniel*1735 Weesp †1772 Haarlem 37


Anna Maria Bogaard
Anna Maria Bogaard, geb. 1724 of 1725, ged. RE Amsterdam op 22 aug 1724 (getuige: Maria van den heuvel).

otr. Amsterdam op 13 jun 1747 (getuigen: zijn vader Abraham Pool en haar moeder Anna maria Pool niet present en haar voogden Zacharias Zeijlman en Jacob Roman), tr. Amsterdam (Walenkerk)
met

Isaac Pool, zn. van Abraham Pool (koopman) en Susanna Maria Gamaris, ged. Amsterdam (Zuiderkerk) op 13 nov 1718 (getuigen: Hendrick Veerbeek en Hend'k de Vries), commies.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna~1767 Amsterdam †1812 Amsterdam 44


Abraham Pool
Abraham Pool, geb. Amsterdam, ged. RE aldaar op 9 jan 1686, koopman.

otr. Amsterdam op 14 feb 1709, tr. Amsterdam (Walenkerk) op 5 mrt 1709
met

Susanna Maria Gamaris (Gomarus, Gomerus), dr. van Isaak Gomarus (koopman) en Maria Verbeek, ged. Amsterdam (Nieuwe Kerk) op 29 okt 1690.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Isaac~1718 Amsterdam (Zuiderkerk)    


Anna Maria Pool
Anna Maria Pool, ged. Amsterdam op 7 apr 1689.

otr. Amsterdam op 30 jul 1716, tr.
met

Jan Bogaert, zn. van Maria van de Heuvel, geb. Amsterdam 1686 of 1687.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna*1724 Amsterdam    


Jan Bogaert
Jan Bogaert, geb. Amsterdam 1686 of 1687.

otr. Amsterdam op 30 jul 1716, tr.
met

Anna Maria Pool, dr. van Ambrosius Isaacsz Pool en Barbera van den Heuvel, ged. Amsterdam op 7 apr 1689.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna*1724 Amsterdam    


Ambrosius Isaacsz Pool
Ambrosius Isaacsz Pool, ged. Amsterdam op 16 apr 1650, begr. aldaar op 21 feb 1705.

Ambrosius Isaacsz Pool.
Ambrosius Pool was de zoon van Isaac Pool en en Machtelt van Gerven, die op 2/12/1645 te Amsterdam in ondertrouw waren gegaan: Isaac Pool van A: wijnkoper out 26 jaer.
geen ouders hebbende, geasst: met Isaack van Gerven, zijn oom, woond inde Warmoesstraet & Machtelt van Gerven van Wijck , out 26 jaer, geassist met Ambrosius van Gerven haer vader, woon: in de Warmoesstraet.

Deze van Gervens waren een zeer vooraanstaand geslacht. De stamvader van de Hollandse Van Gherwens was Ambrosius van Gherwen, gehuwd met Anneke van de Kerckhoff. Een zoon of neef van hem werd jonker Willem van Gherwen genoemd en verschillende leden van de familie huwden nog in de zeventiende eeuw met adellijke dames en heren.
Een van Ambrosius' zoons, Mathijs van Gherwen, was woonachtig in Den Bosch en was gehuwd met Machteld van Maren. In Den Bosch werd in 1577 diens zoon Ambrosius werd geboren. Hij huwde in 1623 te Dordrecht met Susanna de Vries en werd de stichter van de Leidse patriciërsfamilie Van Gherwen.
Zijn broer Isaac van Gerwen werd geboren in Den Bosch in 1580 en trouwde Duyfgen Fredricks Roch gedoopt in de Nieuwe Kerk te Amsterdam op 14/11/1588) op 22/5/1605. Duyfgen was de zus van Maria Fredericks Roch. Isaac van Gerwen werd begraven in de Oude Kerk op 3/7/1647. Hij was wijnkoper/verlater, eerst in de Warmoesstraat in de twee Rochgen en, toen hij overleed, op de Fluweelenburgwal. Naar aanleiding van Isaac´s eerste huwellijk in 1605 werd een schilderij gemaakt door schilder Karel van Mander - op het schilderij (tegenwoordig te zien in Museum Boymans van Beuningen in Rotterdam) staan ze zelf prominent afgebeeld.
Isaack hertrouwde op 20/4/1614 met Maria van Warmont (1586-1621), dochter van Jacob Willemsz. van Warmont (die weer een zoon was van Willem Jacobsz. van Warmont). Haar moeder was Ytge Arents Bouwer, de tante van Dr. Melchior Bouwer. Isaack van Gerwen trouwde voor een derde maal, op 30/3/1624, met Bartha van Warmont, die werd begraven op 6/11/1632. Uit zijn tweede huwelijk met Maria van Warmont, werden twee dochters geboren, Ida van Gerwen (gehuwed met Pieter van Buren) en Duyfje van Gerwen (gehuwd met Jan van de Poll, zoon van Herman van de Poll). Isaack van Gherwen's derde huwelijk met Bartha Warmont leverde in ieder geval een zoon op, Nicolaes, gebroen in Amsterdam omstreeks 1628. Een andere zoon van Isaack, Matthias was mogelijk uit Isaack´s eerste of tweede huwelijk. De van de Polls, van Gerwens, en Van Burens waren allen remonstrant. Isaack van Gherwen was eigenaar van zeker 14 huizen, vele morgen land in de Beemster, stukken bouwgrond, aandelen in de VOC (fl 2400 aan toonder), aandelen in schepen (fl 14800), zeven graven, obligatie (voor een totaal van fl 34,400, de meeste op naam van zijn zoon Mr. Mathijs van Gherwen). Zijn huizen en stukken land, inclusief het huis "Roode Kruijs" in de Warmoesstraat (ter waarde van fl 20,000), waren in totaal fl 193,500 waard. Zijn totale nalatenschap bedroeg bij zijn dood ongeveer kwart miljoen gulden. Naast koopman was Isaac ook kunstverzamelaar en behoorde tot de kringen van Vondel en Roemer Visscher.
Het land in de Beemster betrof o.a. 19 morgen land gelegen in kavel DK103 (Mijzerweg 1), welk land Isaack in 1621 kocht van Jacob Pompen. Op dit land werd toen al vermoedelijk een buitenhuis gebouwd, Oost-Mijseroort. Na de dood van zijn eerste vrouw kocht Isaac nog zeker 47 morgen land in de Beemster, onder andere het kavel BK53 aan de Jisperweg waardoor de boerderij daar de naam ‘Gerwenveld’ verkreeg. Het landhuis aan de Mijzerweg vererfde aan de jongste zoon uit zijn derde huwelijk.

Een derde broer, Abraham van Gherwen (1575-1637), kocht in 1607 een huis in Rotterdam. Hij was schilder en rederijker, leerling van Van Mander (dit verklaard ook waarom Karel van Mander in 1605 een schilderij van Isaac van Gerven en zijn eerste echtgenote maakte) en een centraal figuur in doopsgezinde literaire kringen in Rotterdam. Hij publiceerde enkele dichtbundeltjes bij de Leids/Goudse drukker en oud-rederijker Jasper Tournay in 1620, 1622, 1623. In 1624 publiceerde hij bij hem bovendien het Voorloperken, inhoudende een kort onderricht der letterkonst, dat is 't welspellen des Neder-Duytschen taals. In 1614 had hij zelf een Handt-boecxken oft Concordantie gedrukt te Rotterdam, dat in Leiden te koop was bij zijn broer Ambrosius van Gherwen. De Rotterdamse en Leidse tak van de familie hadden remonstrantse en doopsgezinde sympathieën.

Gezien de familierelatie van Ambrosius Pool (via Machtelt van Gerven) met de uiterst vermogende familie van Gerven wordt duidelijk waar een deel van zijn kapitaal vandaan kwam. Ambrosius Pool was als koopman uiterst actief in de aan- en verkoop van onroerend goed. Ruwweg kunnen zijn onroerend goed transacties in drie types verdeeld worden:.
1. aankopen op en rondom Rapenburg, buurt waar hij was opgegroeid en actief was als koopman.
2. aankoop van de brouwerij van zijn schoonvader.
3. aankoop van stukken bouwgrond als investering.
Op 1/5/1680 doet hij zijn eerste aankoop - een erf gelegen aan de IJgracht (tegenwoordig Prins Hendrikkade), van de erven Namke Aeriaans, weduwe van Goosen Cents. Op 19/6/1691 verkoopt hij een huis en erf aan het Kattenburgerplein, aan Jan Gerbrantsz Hart. Op 26/4/1703 verkoopt Ambrosius Pool een huis en erf op Rapenburg, gelegen aan de Oude Michielsgang (ook bekend als Nauwegang) aan Trijntie Gijsberts, weduwe van Cors Pieterse.

Op 18/7/1685 begint een proces van aankoop van "Brouwerij de Arent en erven, daarnaast Brouwerij de Rosmolen, branderij en erven bij de Reguliersgracht. Deze twee brouwerijen waren gelegen aan de noordzijde van de Prinsengracht en werden verkocht door de erven Jan van den Heuvel. Op 18/12/1686 volgt werderom een aankoop van een deel van dezelfde brouwerij, verkopers zijn wederom de erven Jan van den Heuvel.
Op 2/1/1686 koop hij 1/4 deel van een huis en erf "De Rouaanse Boeier" in de gevel, gelegen aan de oostzijde van Singel, tussen de Lijnbaanssteeg en de Torensteeg. De naam van de gevelsteen is een indicatie dat de vorige eigenaren mogelijk betrokken waren bij de wijnhandel op Rouaan. Verkopers waren de erven Dirk Albertsz.

Op 27/6/1685 koopt hij van Willem de Wees een erf in park D, aan de Prinsengracht, gevolgd op 28/6/1691 door opnieuw een aankoop van een erf in park D (aan de Prinsengracht) van Anna Vrij, weduwe van Pieter van Suijlen. Zeer waarschijnlijk lagen de twee stukken grond naast elkaar en werden op 05/1/1700 tegelijk verkocht aan Dirk Colonius.

Het hierboven vermelde buitenhuis in de Beemster (Mijzeroort) vererfde dus op Nicolaas van Gerwen (1628-1670), de jongste zoon van Isaack van Gerwen. Hij was net als zijn vader koopman te Amsterdam. Hij trouwde in 1653 met Cornelia van Warmond uit Haarlem. Het huwelijk bleef kinderloos.
Nicolaas kocht de aan het huis grenzende halve kavel KK54 bij zijn geërfde land. In een pachtovereenkomst van de boerderij met land uit 1654 bepaalde hij dat de pachter naast de huurpenningen ook jaarlijks een vet schaap moest leveren. De pachter moest de zwanen en duiven verzorgen. Ook was hij verplicht de eigenaar en zijn vrouw, wanneer ze op hun buiten verbleven, met zijn wagen door de Beemster te rijden als ze dat wilden. Tevens moest de pachter de boomgaard onderhouden en het fruit plukken dat de eigenaar aanwees. Na de dood van Nicolaas van Gerwen werd in 1671 het huis met bijbehorende kavels getaxeerd op bijna 17.000 gulden. De erfgenamen, de kinderen van zijn halfzuster Duijfje die getrouwd was met Joan van der Poll, verkochten het bezit in 1689 aan Andries Bernard.
Andries Bernard (1632-1704) was koopman en bewindhebber van de VOC. In 1682 werd hij hoofdingeland van de Beemster. Hij was al eigenaar van de buitenplaats ‘Volgerlust’ (BK95) aan de Volgerweg. Hij trouwde met Elisabeth Hooftman. Na haar dood verdeelden de kinderen de nalatenschap van hun ouders waarbij de DK103-KK54 in bezit kwam van zoon mr. Daniel Bernard (1672-1750). Hij is ook de eigenaar in het transportregister van 1733. Dan is er nog slechts sprake van een ‘boerehuijs’. Waarschijnlijk is de hofstede eind zeventiende eeuw verdwenen.

otr. Amsterdam op 10 okt 1675, tr.
met

Barbera van den Heuvel, dr. van Jan van den Heuvel, geb. Rotterdam circa 1652.

Barbera van den Heuvel.
Barbara van den Heuvel verkoopt brouwerij De Arent op 13/12/1719 aan Andries Pels - de brouwerij die oorspronkelijk van haar ouders was geweest en na diens overlijden door haar voormalig echtgenoot Ambrosius Pool was overgenomen in 1685-1686.
Een jaar eerder, op 8/11/1718, verkochten "de erven Ambrosius Pool" en "de erven Isaaq Pool" de woning & erf gelegen aan de IJgracht, "waar de Pool boven de deur" - ook een naastgelegen erf behoorde tot dit eigendom, wat door Ambrosius Pool in 1680 aangekocht was.

Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna~1689 Amsterdam    
Abraham~1686 Amsterdam    


Barbera van den Heuvel
Barbera van den Heuvel, geb. Rotterdam circa 1652.

Barbera van den Heuvel.
Barbara van den Heuvel verkoopt brouwerij De Arent op 13/12/1719 aan Andries Pels - de brouwerij die oorspronkelijk van haar ouders was geweest en na diens overlijden door haar voormalig echtgenoot Ambrosius Pool was overgenomen in 1685-1686.
Een jaar eerder, op 8/11/1718, verkochten "de erven Ambrosius Pool" en "de erven Isaaq Pool" de woning & erf gelegen aan de IJgracht, "waar de Pool boven de deur" - ook een naastgelegen erf behoorde tot dit eigendom, wat door Ambrosius Pool in 1680 aangekocht was.

otr. Amsterdam op 10 okt 1675, tr.
met

Ambrosius Isaacsz Pool, zn. van Isaack Pool (wijnkoper) en Machtelt van Gerven, ged. Amsterdam op 16 apr 1650, begr. aldaar op 21 feb 1705.

Ambrosius Isaacsz Pool.
Ambrosius Pool was de zoon van Isaac Pool en en Machtelt van Gerven, die op 2/12/1645 te Amsterdam in ondertrouw waren gegaan: Isaac Pool van A: wijnkoper out 26 jaer.
geen ouders hebbende, geasst: met Isaack van Gerven, zijn oom, woond inde Warmoesstraet & Machtelt van Gerven van Wijck , out 26 jaer, geassist met Ambrosius van Gerven haer vader, woon: in de Warmoesstraet.

Deze van Gervens waren een zeer vooraanstaand geslacht. De stamvader van de Hollandse Van Gherwens was Ambrosius van Gherwen, gehuwd met Anneke van de Kerckhoff. Een zoon of neef van hem werd jonker Willem van Gherwen genoemd en verschillende leden van de familie huwden nog in de zeventiende eeuw met adellijke dames en heren.
Een van Ambrosius' zoons, Mathijs van Gherwen, was woonachtig in Den Bosch en was gehuwd met Machteld van Maren. In Den Bosch werd in 1577 diens zoon Ambrosius werd geboren. Hij huwde in 1623 te Dordrecht met Susanna de Vries en werd de stichter van de Leidse patriciërsfamilie Van Gherwen.
Zijn broer Isaac van Gerwen werd geboren in Den Bosch in 1580 en trouwde Duyfgen Fredricks Roch gedoopt in de Nieuwe Kerk te Amsterdam op 14/11/1588) op 22/5/1605. Duyfgen was de zus van Maria Fredericks Roch. Isaac van Gerwen werd begraven in de Oude Kerk op 3/7/1647. Hij was wijnkoper/verlater, eerst in de Warmoesstraat in de twee Rochgen en, toen hij overleed, op de Fluweelenburgwal. Naar aanleiding van Isaac´s eerste huwellijk in 1605 werd een schilderij gemaakt door schilder Karel van Mander - op het schilderij (tegenwoordig te zien in Museum Boymans van Beuningen in Rotterdam) staan ze zelf prominent afgebeeld.
Isaack hertrouwde op 20/4/1614 met Maria van Warmont (1586-1621), dochter van Jacob Willemsz. van Warmont (die weer een zoon was van Willem Jacobsz. van Warmont). Haar moeder was Ytge Arents Bouwer, de tante van Dr. Melchior Bouwer. Isaack van Gerwen trouwde voor een derde maal, op 30/3/1624, met Bartha van Warmont, die werd begraven op 6/11/1632. Uit zijn tweede huwelijk met Maria van Warmont, werden twee dochters geboren, Ida van Gerwen (gehuwed met Pieter van Buren) en Duyfje van Gerwen (gehuwd met Jan van de Poll, zoon van Herman van de Poll). Isaack van Gherwen's derde huwelijk met Bartha Warmont leverde in ieder geval een zoon op, Nicolaes, gebroen in Amsterdam omstreeks 1628. Een andere zoon van Isaack, Matthias was mogelijk uit Isaack´s eerste of tweede huwelijk. De van de Polls, van Gerwens, en Van Burens waren allen remonstrant. Isaack van Gherwen was eigenaar van zeker 14 huizen, vele morgen land in de Beemster, stukken bouwgrond, aandelen in de VOC (fl 2400 aan toonder), aandelen in schepen (fl 14800), zeven graven, obligatie (voor een totaal van fl 34,400, de meeste op naam van zijn zoon Mr. Mathijs van Gherwen). Zijn huizen en stukken land, inclusief het huis "Roode Kruijs" in de Warmoesstraat (ter waarde van fl 20,000), waren in totaal fl 193,500 waard. Zijn totale nalatenschap bedroeg bij zijn dood ongeveer kwart miljoen gulden. Naast koopman was Isaac ook kunstverzamelaar en behoorde tot de kringen van Vondel en Roemer Visscher.
Het land in de Beemster betrof o.a. 19 morgen land gelegen in kavel DK103 (Mijzerweg 1), welk land Isaack in 1621 kocht van Jacob Pompen. Op dit land werd toen al vermoedelijk een buitenhuis gebouwd, Oost-Mijseroort. Na de dood van zijn eerste vrouw kocht Isaac nog zeker 47 morgen land in de Beemster, onder andere het kavel BK53 aan de Jisperweg waardoor de boerderij daar de naam ‘Gerwenveld’ verkreeg. Het landhuis aan de Mijzerweg vererfde aan de jongste zoon uit zijn derde huwelijk.

Een derde broer, Abraham van Gherwen (1575-1637), kocht in 1607 een huis in Rotterdam. Hij was schilder en rederijker, leerling van Van Mander (dit verklaard ook waarom Karel van Mander in 1605 een schilderij van Isaac van Gerven en zijn eerste echtgenote maakte) en een centraal figuur in doopsgezinde literaire kringen in Rotterdam. Hij publiceerde enkele dichtbundeltjes bij de Leids/Goudse drukker en oud-rederijker Jasper Tournay in 1620, 1622, 1623. In 1624 publiceerde hij bij hem bovendien het Voorloperken, inhoudende een kort onderricht der letterkonst, dat is 't welspellen des Neder-Duytschen taals. In 1614 had hij zelf een Handt-boecxken oft Concordantie gedrukt te Rotterdam, dat in Leiden te koop was bij zijn broer Ambrosius van Gherwen. De Rotterdamse en Leidse tak van de familie hadden remonstrantse en doopsgezinde sympathieën.

Gezien de familierelatie van Ambrosius Pool (via Machtelt van Gerven) met de uiterst vermogende familie van Gerven wordt duidelijk waar een deel van zijn kapitaal vandaan kwam. Ambrosius Pool was als koopman uiterst actief in de aan- en verkoop van onroerend goed. Ruwweg kunnen zijn onroerend goed transacties in drie types verdeeld worden:.
1. aankopen op en rondom Rapenburg, buurt waar hij was opgegroeid en actief was als koopman.
2. aankoop van de brouwerij van zijn schoonvader.
3. aankoop van stukken bouwgrond als investering.
Op 1/5/1680 doet hij zijn eerste aankoop - een erf gelegen aan de IJgracht (tegenwoordig Prins Hendrikkade), van de erven Namke Aeriaans, weduwe van Goosen Cents. Op 19/6/1691 verkoopt hij een huis en erf aan het Kattenburgerplein, aan Jan Gerbrantsz Hart. Op 26/4/1703 verkoopt Ambrosius Pool een huis en erf op Rapenburg, gelegen aan de Oude Michielsgang (ook bekend als Nauwegang) aan Trijntie Gijsberts, weduwe van Cors Pieterse.

Op 18/7/1685 begint een proces van aankoop van "Brouwerij de Arent en erven, daarnaast Brouwerij de Rosmolen, branderij en erven bij de Reguliersgracht. Deze twee brouwerijen waren gelegen aan de noordzijde van de Prinsengracht en werden verkocht door de erven Jan van den Heuvel. Op 18/12/1686 volgt werderom een aankoop van een deel van dezelfde brouwerij, verkopers zijn wederom de erven Jan van den Heuvel.
Op 2/1/1686 koop hij 1/4 deel van een huis en erf "De Rouaanse Boeier" in de gevel, gelegen aan de oostzijde van Singel, tussen de Lijnbaanssteeg en de Torensteeg. De naam van de gevelsteen is een indicatie dat de vorige eigenaren mogelijk betrokken waren bij de wijnhandel op Rouaan. Verkopers waren de erven Dirk Albertsz.

Op 27/6/1685 koopt hij van Willem de Wees een erf in park D, aan de Prinsengracht, gevolgd op 28/6/1691 door opnieuw een aankoop van een erf in park D (aan de Prinsengracht) van Anna Vrij, weduwe van Pieter van Suijlen. Zeer waarschijnlijk lagen de twee stukken grond naast elkaar en werden op 05/1/1700 tegelijk verkocht aan Dirk Colonius.

Het hierboven vermelde buitenhuis in de Beemster (Mijzeroort) vererfde dus op Nicolaas van Gerwen (1628-1670), de jongste zoon van Isaack van Gerwen. Hij was net als zijn vader koopman te Amsterdam. Hij trouwde in 1653 met Cornelia van Warmond uit Haarlem. Het huwelijk bleef kinderloos.
Nicolaas kocht de aan het huis grenzende halve kavel KK54 bij zijn geërfde land. In een pachtovereenkomst van de boerderij met land uit 1654 bepaalde hij dat de pachter naast de huurpenningen ook jaarlijks een vet schaap moest leveren. De pachter moest de zwanen en duiven verzorgen. Ook was hij verplicht de eigenaar en zijn vrouw, wanneer ze op hun buiten verbleven, met zijn wagen door de Beemster te rijden als ze dat wilden. Tevens moest de pachter de boomgaard onderhouden en het fruit plukken dat de eigenaar aanwees. Na de dood van Nicolaas van Gerwen werd in 1671 het huis met bijbehorende kavels getaxeerd op bijna 17.000 gulden. De erfgenamen, de kinderen van zijn halfzuster Duijfje die getrouwd was met Joan van der Poll, verkochten het bezit in 1689 aan Andries Bernard.
Andries Bernard (1632-1704) was koopman en bewindhebber van de VOC. In 1682 werd hij hoofdingeland van de Beemster. Hij was al eigenaar van de buitenplaats ‘Volgerlust’ (BK95) aan de Volgerweg. Hij trouwde met Elisabeth Hooftman. Na haar dood verdeelden de kinderen de nalatenschap van hun ouders waarbij de DK103-KK54 in bezit kwam van zoon mr. Daniel Bernard (1672-1750). Hij is ook de eigenaar in het transportregister van 1733. Dan is er nog slechts sprake van een ‘boerehuijs’. Waarschijnlijk is de hofstede eind zeventiende eeuw verdwenen.

Uit dit huwelijk 8 kinderen, waaronder:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna~1689 Amsterdam    
Abraham~1686 Amsterdam    


Isaack Pool
Isaack (IJsaak) Pool, ged. Amsterdam (Oude Kerk) op 2 jul 1615, wijnkoper.

  • Vader:
    Kornelis Sijmonsz Pool, geb. Amsterdam 1575 of 1576, otr. Amsterdam op 1 mei 1601 (getuigen: Sijmon Cornelis Pool zijn vader en haar vader Hanri van Ceulen), tr. met

otr. Amsterdam op 2 dec 1645 (getuigen: zijn oom Isaack van Gerwen en Ambrosius haar vader), tr.
met

Machtelt van Gerven, dr. van Ambrosius van Gerven.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Ambrosius~1650 Amsterdam 1705 Amsterdam 54


Machtelt van Gerven
Machtelt van Gerven.

otr. Amsterdam op 2 dec 1645 (getuigen: zijn oom Isaack van Gerwen en Ambrosius haar vader), tr.
met

Isaack (IJsaak) Pool, zn. van Kornelis Sijmonsz Pool en Marij Jans, ged. Amsterdam (Oude Kerk) op 2 jul 1615, wijnkoper.

Uit dit huwelijk een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Ambrosius~1650 Amsterdam 1705 Amsterdam 54


Ambrosius van Gerven
Ambrosius van Gerven.


Hij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Machtelt     


Maria van de Heuvel
Maria van de Heuvel.


Zij krijgt een zoon:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Jan*1686 Amsterdam    


Jan van den Heuvel
Jan van den Heuvel.


Hij krijgt een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Barbera*1652 Rotterdam    


Dirk Schröder
Dirk Schröder, ged. EL Amsterdam op 8 jun 1694, commissaris, ovl. tussen jul 1752 en 1 jan 1753 .

  • Vader:
    Balthazar Schröder (Schreuder), geb. Oeffelen [Duitsland] 1656 of 1657 (getuigen: zijn neef Jan Gijsebier en haar zwager Nicolaes Nickel), koopman, otr. Amsterdam op 22 nov 1681 (getuigen: zijn neef Jan Gijsebier en haar zieke zwager Nicolaes Nickel), tr. met

otr. (1) Amsterdam op 21 nov 1732 (getuige: haar vader Hans Adolff Koningh), tr.
met

Catharina Koning, dr. van Hans Adolff Koning en Elisabet Visser.

Catharina Koning.
Testeert 28 jan 1753 te Amsterdam bij notaris Jan Lardinois, terwijl zij hoogzwanger is.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna*1741 Amsterdam    
Balthazar     
Elisabeth~1737 Amsterdam    

otr. (2) Amsterdam op 27 mrt 1721 (getuige: zijn moeder Engeltje Reijke), tr.
met

Anna Rosekrans.


Balthazar Schröder
Balthazar Schröder.

  • Vader:
    Dirk Schröder, zn. van Balthazar Schröder (koopman) en Engeltje Reijke, ged. EL Amsterdam op 8 jun 1694, commissaris, ovl. tussen jul 1752 en 1 jan 1753 , tr. (2) met Anna Rosekrans. Uit dit huwelijk geen kinderen, otr. (1) Amsterdam op 21 nov 1732 (getuige: haar vader Hans Adolff Koningh), tr. met


Catharina Koning
Catharina Koning.

Catharina Koning.
Testeert 28 jan 1753 te Amsterdam bij notaris Jan Lardinois, terwijl zij hoogzwanger is.

otr. Amsterdam op 21 nov 1732 (getuige: haar vader Hans Adolff Koningh), tr.
met

Dirk Schröder, zn. van Balthazar Schröder (koopman) en Engeltje Reijke, ged. EL Amsterdam op 8 jun 1694, commissaris, ovl. tussen jul 1752 en 1 jan 1753 , otr. (2) Amsterdam op 27 mrt 1721 (getuige: zijn moeder Engeltje Reijke), tr. met Anna Rosekrans. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk 3 kinderen:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Anna*1741 Amsterdam    
Balthazar     
Elisabeth~1737 Amsterdam    


Elisabet Visser
Elisabet (Elisabeth, Leijsbet) Visser (Visscher), geb. Amsterdam 1681 of 1682, begr. aldaar op 22 mrt 1739.

otr. (1) Amsterdam op 29 jan 1733, tr.
met

Hans Adolff Koning (Coningh), geb. Oirsbeek Iersbeek, tr. (2) met Anna Geertruij Kuijper. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Hans Adolff Koning.
Hans en Elisabeth geven een schuldbekentenis in de vorm van een obligatie van ƒ 8.000 af aan Jacobus Coopman op 1 apr 1738 te Amsterdam voor Engelberus Poppingh notaris.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Catharina     

otr. (2) Amsterdam op 15 mei 1714 (getuigen: zijn bekende Trijntje Houthuijsen en haar broer Jan Visser), tr.
met

Gerrit (Gerard) Ebelingh.


Anna Rosekrans
Anna Rosekrans.

otr. Amsterdam op 27 mrt 1721 (getuige: zijn moeder Engeltje Reijke), tr.
met

Dirk Schröder, zn. van Balthazar Schröder (koopman) en Engeltje Reijke, ged. EL Amsterdam op 8 jun 1694, commissaris, ovl. tussen jul 1752 en 1 jan 1753 .


Hans Adolff Koning
Hans Adolff Koning (Coningh), geb. Oirsbeek Iersbeek.

Hans Adolff Koning.
Hans en Elisabeth geven een schuldbekentenis in de vorm van een obligatie van ƒ 8.000 af aan Jacobus Coopman op 1 apr 1738 te Amsterdam voor Engelberus Poppingh notaris.

otr. (1) Amsterdam op 29 jan 1733, tr.
met

Elisabet (Elisabeth, Leijsbet) Visser (Visscher), dr. van Vader Visser, geb. Amsterdam 1681 of 1682, begr. aldaar op 22 mrt 1739, tr. (2) met Gerrit Ebelingh. Uit dit huwelijk geen kinderen.

Uit dit huwelijk een dochter:

 naamgeb.plaatsovl.plaatsoudrelatiekinderen
Catharina     

tr. (2)
met

Anna Geertruij Kuijper.